De Europese Commissie heeft vrijdag een Nederlandse subsidie van 2 miljard euro goedgekeurd voor de bouw van een nieuwe kernreactor in het Noord-Hollandse Petten. De reactor gaat medische isotopen maken voor de opsporing en behandeling van onder meer kanker en hart- en vaatziekten.
Wereldwijd zijn er zes reactoren die via een kernreactie nucleaire medicijnen maken, waaronder dus een in Nederland. De huidige zogenoemde Hoge Flux Reactor in Petten levert 65 procent van de Europese en 30 procent van de wereldwijde medische isotopen. Die reactor is aan vervanging toe en Nederland wil graag de productie in eigen land houden.
PET- en SPECT-scans
Medische isotopen zijn radioactieve stoffen die onder meer worden gebruikt in PET- en SPECT-scans om kankercellen op te sporen, en om tumoren te bestralen. Nucleaire behandelingen leveren doorgaans minder bijwerkingen op dan alternatieve behandelingen, zijn goedkoper en effectiever.
In september 2023 maakte voormalig minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport Ernst Kuipers (D66) bekend dat de volledige financiering voor het project rond was. De Eerste en Tweede Kamer moesten vervolgens goedkeuring geven aan het oprichten van een Staatsbedrijf en de Europese Unie moest nog akkoord gaan met de publieke investeringen van 2 miljard euro. Om enorme prijsstijgingen van medische isotopen te voorkomen, moet de nieuwe reactor in 2030 klaar zijn en twee jaar later de hele productie van de oude reactor overnemen.
Leveringszekerheid
Door de productie van de isotopen in Nederland te houden, kunnen Nederlandse ziekenhuizen zelf therapieën tegen kanker ontwikkelen en hebben Nederlandse en Europese patiënten betere toegang tot nucleaire behandelingen. Levering uit het buitenland is onzekerder, omdat isotopen een lage halfwaardetijd hebben: de radioactiviteit neemt snel af, en daarmee ook de werking.
De Autoriteit Nucleaire Veiligheid en Stralingsbescherming (ANVS) gaf een paar maanden geleden al goedkeuring voor de bouw van de nieuwe reactor. De vergunning voor een nieuwe kernreactor is de eerste in decennia.
Lees ook
Toestemming voor bouw nieuwe kernreactor in Petten
Het aantal vapende tieners is afgelopen jaar opnieuw toegenomen. 7,6 procent van de jongeren tussen de twaalf en achttien gebruikte in 2024 weleens of zelfs elke dag een e-sigaret, blijkt uit dinsdag gepubliceerde cijfers die het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) verzamelde uit de Landelijke Jeugdmonitor. In 2023 was dat 6,1 procent, het jaar daarvoor 3,7 procent.
Tegelijkertijd gaf 40 procent van de twaalf- tot zestienjarige vapende jongeren aan – in een onderzoek voor het ministerie van Volksgezondheid – dat ze verslaafd zijn aan hun e-sigaret. Uit datzelfde onderzoek blijkt dat veel jongeren het lastig vinden om nee te zeggen tegen vrienden als die een vape aanbieden, of zich zelfs onder druk gezet voelen om te vapen.
Twee weken geleden lanceerde het ministerie van Volksgezondheid de campagne ‘Nee tegen vapen’, die zich met name op ouders richt. Die moeten zo vroeg mogelijk het gesprek aangaan met hun kind over de gevaren van vapen.
Maar hoe moeten ze dat doen? NRC sprak daarover met Youssef el Markhous, preventiedeskundige en projectleider nicotine bij Jellinek.
Je vreest dat jouw kind vapet. Hoe voer je dat gesprek?
„Probeer een open en oordeelloos gesprek aan te gaan. We weten dat kinderen meer weerstand vertonen als de ouder oordeelt. Ongeacht hoe lastig: probeer je eigen emoties op de achtergrond te houden. En vraag door naar het grotere plaatje: wat krijgt je kind op school mee van het vapen? Gebeurt het veel? Doen vrienden het ook? Wat vindt je kind er zelf eigenlijk van? En als het zelf vapet, heeft de reparatiereflex – vapen is slecht, stop ermee! – weinig zin. Vraag in plaats daarvan door naar wat het je kind oplevert. Je mag je eigen mening geven over vapen en zeggen dat je je zorgen maakt, maar laat het oordelende niet de boventoon voeren.”
Hoe kan je de gevaren van vapen tot je kind laten doordringen?
„Soms hoor ik ouders of docenten het onderwerp heel groot maken: ‘Straks raak je ook verslaafd aan cocaïne!’. Dat helpt niet, omdat je zo het contact met je kind verliest. Veel tieners weten namelijk nog niet eens wat cocaïne is. Houd het dus feitelijk en sluit aan bij de belevingswereld en ontwikkelingsfase van je kind.
„Kortetermijneffecten komen bij tieners veel harder aan dan gevaren op de lange termijn. Uitleggen dat je kanker kunt krijgen van vapen, zal maar weinig twaalfjarigen ervan weerhouden. Leg in plaats daarvan uit dat je conditie achteruitgaat. Je huid wordt minder stralend, je tandglazuur wordt aangetast, je krijgt een slechte adem en het kost een hoop geld. Op zulke argumenten slaan tieners veel meer aan.”
„Het is belangrijk te achterhalen wát de vape je kind brengt – het gebruik heeft vaak een functie”
Zijn dertienjarigen nog wel gevoelig voor de mening van hun ouders? Hebben hun vrienden niet veel meer invloed?
„Op die leeftijd vallen ze inderdaad veel meer onder de invloedssfeer van hun vrienden dan jongere kinderen doen, maar onderzoeken laten zien dat de invloed van de ouders belangrijk blijft.
„Wat niet werkt, is een gesprek over weerbaarheid: ‘Je moet gewoon nee leren zeggen.’ Tieners vinden het buitengewoon lastig om tegen hun vrienden in te gaan. Ze hebben een sterke biologische behoefte om bij de groep te horen.
„Je kunt als ouder wél het gesprek aangaan over wat zou gebeuren als je kind nee zou zeggen. Vaak zijn tieners bang dat ze worden uitgelachen of gepest, maar tussen hun angst en wat daadwerkelijk gebeurt bestaat een discrepantie. Je kunt rollenspellen met je kind doen om zulke gesprekken te oefenen.”
Heeft het zin om de vape thuis te verbieden?
„Dan maak je het probleem alleen voor jezelf onzichtbaar. En dan is het niet opgelost. Het is belangrijk te achterhalen wát de vape je kind brengt – het gebruik heeft vaak een functie. Is sprake van stress, angst, een trauma, wordt je kind misschien gepest?”
„Tieners vinden het lastig om tegen vrienden in te gaan. Ze hebben een sterke biologische behoefte om bij de groep te horen”
Wat moet je doen als je kind verslaafd is aan vapen?
„Dat is een proces van de lange adem. Gelijk een stopgesprek voeren, heeft weinig zin. Probeer met open gesprekken ruimte te maken voor de langzame bewustwording van je kind dat stoppen een goed idee is.
„Als je net bent begonnen met vapen, is die stap minder groot dan als je al een jaar verslaafd bent. Dan is het vaak verweven met andere gewoontes, zoals wachten op de bus, fietsen naar school, scrollen op je telefoon, of hangen met vrienden. Eisen dat je kind gelijk stopt, is onrealistisch.
„Als de stap naar een stop-met-vapen-coach te groot blijkt, kun je ook samen experimenteren met een keertje overslaan. In plaats van elke dag vapen in het weekend een andere activiteit verzinnen. Dan leert je kind voelen hoe het is zonder vape, leert het wat dat mentaal en lichamelijk doet. Op die manier ga je naast je kind staan in plaats van boven. En laat je ook zien dat een verslaving de schuld is van de tabaksindustrie, niet de schuld van je kind.”
Lees ook
Kabinet wil vapen aanpakken: ‘Heeft onterecht en te lang een onschuldig imago gehad’
Een favoriet die verslagen afstapt. Een andere favoriet die op minuten wordt gereden en de eindzege kan vergeten. Een majestueuze aanval op de roze trui. De drager die knakt maar de trui behoudt. En na de finish: een algemeen klassement waarin de top-drie binnen een halve minuut van elkaar staat.
Het viel amper bij te houden wat er dinsdag allemaal gebeurde op de flanken van de Santa Barbara en de San Valentino, twee cols in de zuidelijke Dolomieten nabij het Gardameer. Er werd gekoerst met gusto en zonder terughoudendheid, door alle ploegen – een feest om naar te kijken. En daarmee was etappe nummer zestien, een loodzware bergrit over vier beklimmingen, exemplarisch voor de de Giro d’Italia van 2025: de spannendste en meest onvoorspelbare editie in jaren.
Dat deze Ronde van Italië zo’n spektakel vormt, is aan twee dingen te danken. Ten eerste: het parcours. Dat is minder pittig dan gewoonlijk bij de Giro, met eigenlijk alleen zware bergetappes in de derde week. Vooraf kreeg koersdirecteur Mauro Vegni hier de nodige kritiek op: zou het geen zouteloze vertoning worden, een vlees-noch-vis-Giro? Het tegendeel blijkt waar. Doordat het parcours veel ‘tussenetappes’ heeft, kon de strijd lang openblijven.
Oorzaak nummer twee voor het spektakel: er ontbreekt een dominante kandidaat voor de eindzege. Vorig jaar was de Giro een prooi voor Tadej Pogacar, de beste wielrenner ter wereld. Hij reed vanaf dag drie in de roze trui en gaf die niet meer af. In het eindklassement had hij een voorpsprong van 9:56 minuten op de nummer twee – het grootste verschil in de Giro sinds 1965.
Isaac Del Toro kreeg maandag de steun van de teamleiding.
Foto Luca Bettini/AFP)
Mexicaans talent
Dit jaar liet Pogacar de corsa rosa aan zich voorbij gaan. En dus verscheen er bij de start in Albanië, twee weken geleden, een brede waaier aan titelkandidaten – onder wie vijf oud-winnaars. Ze maakten er in de eerste twee weken een spektakelstuk van: in de bergen van Abruzzo, tijdens een etappe over de Toscaanse strade bianche en op de monsterlijke Monte Grappa in de regio Veneto, afgelopen zondag. Met vijf dagen te gaan tot de slotrit in Rome ligt de strijd om het algemeen klassement nog altijd helemaal open – zo leuk is wielrennen dus als heerser Pogacar ontbreekt.
Dat het zover kwam, heeft te maken met de koerstactiek van Pogacars ploeg UAE, het rijkste en sterkste team in het wielrennen. Sinds twaalf dagen rijdt een van hun renners, Isaac del Toro, in de roze trui. Het Mexicaanse talent, 21 jaar oud en pas bezig aan zijn tweede seizoen als wielerprof, sloeg zijn slag met een brutale aanval op de strade bianche bij Siena. Sindsdien behield hij de leiding, schijnbaar moeiteloos en met gogme.
Alleen: al die tijd had de leiding van UAE geen vertrouwen in zijn eigen rozetruidrager. Een week lang werd gegokt op zowel Del Toro als de Spanjaard Juan Ayuso (22), die naar voren was geschoven als kopman. Dat leidde soms tot bizarre situaties in de koers. Zoals afgelopen zondag op de Monte Grappa, toen Del Toro vooruit raakte en zijn eigen ploeg de achtervolging inzette. Ideaal voor de andere klassementsrenners, die zelf geen extra inspanningen hoefden te leveren.
Afgelopen maandag, op de rustdag, maakte UAE dan eindelijk zijn keuze bekend. „Isaac is onze leider”, sprak ploegleider Fabio Baldato tijdens een online persconferentie, een glimlachende Del Toro aan zijn zijde. Ayuso, die op de rustdag een week eerder nog naast Del Toro had gezeten, ontbrak.
Machtige demarrage
Het leek erop dat het salomonsoordeel van de ploegleiding Ayuso dinsdag in de benen was gaan zitten. Veertig kilometer voor de finish, op de derde beklimming van de dag, brak hij – en verloor uiteindelijk bijna vijftien minuten. Eerder in de etappe was een andere favoriet, oud-winnaar Primoz Roglic (Slovenië), al afgestapt na een val in de stromende regen. Zijn kansen op de eindzege waren sinds het weekend al verkeken.
Voor UAE werd het een rampzalige dag: op de slotklim, de achttien kilometer lange San Valentino, kwam Del Toro óók in de problemen. Hij kon niet volgen toen de Ecuadoriaan Richard Carapaz, Giro-winnaar in 2019, een machtige demarrage plaatste. Del Toro wist het roze uiteindelijk te behouden, maar met slechts 31 seconden voorsprong op Carapaz, die nu derde staat. Del Toro’s marge met de nummer twee, de Brit Simon Yates, is 26 seconden.
Zo ligt de Giro, met drie bergetappes te gaan, nog volledig open. Geen enkele ploeg slaagt erin de koers te controleren – ook UAE niet. Zeker vijf renners maken nog kans op de eindzege: behalve de top-drie ook de Canadees Derek Gee, de Italiaan Damiano Caruso en misschien zelfs Egan Bernal uit Colombia, nóg een oud-winnaar, die dit seizoen een opmerkelijke heropleving kent.
Voor gastland Italië bracht de zestiende etappe verlossing. Het is beroerd gesteld met het Italiaanse wielrennen: al negen jaar heeft de Giro geen winnaar van eigen bodem gehad – niet eerder vertoond. Zondag werd nog een ander kwestieus record verbroken: zeventien opeenvolgende dagen zonder Italiaanse ritzege – ook zonder precedent in de 116-jarige geschiedenis van de Giro. Die reeks werd dinsdag doorbroken door etappewinnaar Christian Scaroni uit Brescia. En, bij wijze van goedmakertje: ook de nummers twee en drie van de dag waren Italianen.
De Franse Assemblée Nationale heeft dinsdagavond met een ruime meerderheid voor de legalisering van „hulp bij het sterven” gestemd. Hoewel de verschillende politieke partijen zich al publiekelijk hadden uitgelaten over dit medisch-ethische vraagstuk, waren parlementariërs vanwege de gevoeligheid van het thema vrij om te stemmen hoe zij zelf wilden. De Franse Tweede Kamer stemde dinsdagavond ook vóór een wet die palliatieve zorg moet uitbreiden. De Senaat zal zich in het najaar over beide wetten buigen.
Met de stemming komt Frankrijk een belangrijke stap dichter bij het legaliseren van euthanasie en ‘geassisteerde suïcide’ (hierbij dient de patiënt zichzelf een dodelijk middel toe, behalve als die daar fysiek echt niet toe in staat is). Het zou een belangrijke ontwikkeling zijn in het van oorsprong katholieke land, een stap die wel in lijn is met de mening van de overgrote meerderheid van de Fransen.
President Emmanuel Macron zou hiermee anderhalf jaar voor het einde van zijn presidentschap een grote maatschappelijke wijziging achter zijn naam kunnen schrijven – velen maken de vergelijking met de legalisering van abortus in 1975 en het homohuwelijk in 2013. Toch was het niet vanzelfsprekend dat de wet onder Macron tot stand zou komen: bij de verkiezingen van 2017 noch die van 2022 noemde de artsenzoon de legalisering van euthanasie als een concrete verkiezingsbelofte.
Wel stelde hij voor zijn eerste verkiezing in 2017 eens „mijn levenseinde te willen kiezen” en beloofde hij voor de verkiezingen van 2022 een burgerconventie over het thema. Die kwam er en bijna tweehonderd Fransen spraken zich uit vóór de legalisering van euthanasie en begeleide suïcide, mits streng ingekaderd. Volgens bronnen van Le Figaro was Macron „eerder tegen” maar is hij de afgelopen jaren gedraaid.
Lees ook
Gaat Frankrijk ‘hulp bij het sterven’ legaliseren? ‘We praten al decennia over dit thema’
Radicaal-rechts is tegen
De grootste oppositiepartij, het radicaal-rechtse Rassemblement National, is tegen de euthanasiewet. Partijvoorzitter Jordan Bardella schreef begin deze maand in een opiniestuk in de radicaal-rechtse krant Le Journal du Dimanche dat beter meer geïnvesteerd kan worden in verbetering van het zorgstelsel. Hij sprak ook van „een enorme antropologische draai” – een woordkeuze die vaker voorkomt in reactionaire milieus bij dit thema en ook werd gebruikt door tegenstanders van het homohuwelijk. Ook noemde Bardella het in zijn ogen te soepele euthanasiebeleid van Nederland als schrikbeeld.
Als de wet er inderdaad komt, krijgen de Fransen niet dezelfde rechten als Nederlanders. In Frankrijk zullen alleen mensen voor euthanasie in aanmerking komen als ze aan „een ernstige en ongeneeslijke aandoening” lijden, die levensbedreigend is, zich in een „vergevorderde of terminale fase” bevindt en „aanhoudend fysiek of psychisch lijden” veroorzaakt. Mensen met ernstige psychische problemen en minderjarigen, krijgen anders dan in Nederland geen recht op deze aide à mourir. Het is niet uitgesloten dat in een later stadium de regeling verbreed zal worden.