N.B. Het kan zijn dat elementen ontbreken aan deze printversie.
Recensie Uit eten
Het moet bijna vijftien jaar geleden zijn dat ik voor het eerst pindasoep at. Voorafgaand aan een televisie-opname zat ik backstage met in mijn handen de kaart van het matige restaurant dat het eten altijd verzorgde. Eén keer hadden ze pindasoep. Ik nam een eerste lepel en het gekakel om me heen leek te verstommen. De rijke, vettige ziltigheid liet me meteen alles vergeten.
In de jaren daarna heb ik nog een paar keer pindasoep gegeten, maar nooit was die zoals die eerste keer. Tot we aanschuiven bij Het Nieuwe Café in Rotterdam, gevestigd in het Nieuwe Instituut, een museum voor design, architectuur en digitale cultuur. Ik zeg het er maar vast bij voor de bourgondische kunstliefhebbers onder u, die graag het lekkere met het esthetische combineren.
Het Nieuwe Café wordt geleid door chef-kok Manuela Goncalves Tavares, die in Rotterdam een goede reputatie heeft opgebouwd. Haar vorige restaurant Coco was zeer populair en ik heb begrepen dat veel Rotterdammers tijdens de coronaperiode haar gerechten bestelden. Een naam om in de gaten te houden, en dus lopen we op een zondagmiddag binnen bij het Nieuwe Café, dat je meteen bij binnenkomst van het museum aan de linkerkant vindt. Het ziet eruit als een soort koffiecorner, met wat croissants en zoetigheden op de bar, dus ik vraag voor de zekerheid of we wel goed zitten.
Als ik de kaart bekijk, valt mijn oog als eerste op de pindasoep, of zoals die op de kaart staat: pindasupu. Het is alsof ik na jaren een heimelijke liefde weer tegenkom en de opwinding van weleer oplaait, dus ik bestel hem.
De soep is heerlijk, rijk gekruid met de nadrukkelijke smaak van ketjap. De lente-ui zorgt voor een knapperige bite, de stukjes bakbanaan erin zijn lekker zacht en vlezig van structuur. Het is aards, ziltig en heeft een romige, notige vettigheid en lichte pittigheid die zich pas op het eind openbaart. Een soep die het gevoel van geborgenheid oproept en waar je het sombere najaar mee kunt trotseren.
De kaart van Het Nieuwe Café is klein, uitsluitend vegetarisch of veganistisch en bevat huisgemaakte gerechten en hapjes en gerechten waarin vleesvervangers de hoofdrol spelen. Het is een speelse mix van hip en verantwoord en vleesvrij junkfood.
De gyoza – knapperig, goed gebakken, niet vettig, gevuld met krokante groenten – komen met een frisse zoetzure saus. ‘Tiff’s kapsalon’ is gemaakt met vegan seitan-shoarma, die de structuur heeft van stevig doorgebakken vlees, en wordt geserveerd met krokant gebakken zoete-aardappelfrietjes, rauwkost en jalapeño. De knoflooksaus en srirachamayonaise smaken meer als citroenmayonaise, fris, met het uitgesproken zuur van de citroen.
De charme van kapsalon is dat die vies-lekker is, tijdens het eten smul je, na afloop heb je spijt. Dat is deel van het kapsalon-ritueel. Dit is een nette, ‘schone’ kapsalon. Netjes binnen de lijntjes, schrikt niemand af. Lekker, zeker, maar mag best wat gewaagder.
Het minst interessant is de Tjappé-burger. Dat komt niet door het roze briochebroodje, dat is goed gelukt. Aan de rauwkost ligt het ook niet, de tomaten zijn sappig, de komkommer en ingelegde radijs knapperig en de huisgemaakte sambal ‘on the side’ lekker (mijn tafelgenoot noemt het de zachtste sambal ooit, ik vind hem best pikant). Het komt door de ‘Crispy NoChicken Burger’ die de structuur heeft van een schnitzel, waardoor alle smaak een beetje platgeslagen wordt. Alleen de sambal lukt het om er wat sjeu aan te geven.
Bij dit alles drink ik een huisgemaakte limonade met mango en basilicum en mijn tafelgenoot een mineralige Albarino waar hij zeer over te spreken is. Leuk dit: een plek waar je zo aan voorbijloopt en die weinig pretentie uitstraalt blijkt een zorgvuldig samengestelde kaart en visie te hebben.
Voor het dessert moeten we het doen met de uitgestalde lekkernijen op de bar. We gaan voor de huisgemaakte opties: het bananenbrood is een aangenaam luchtige cake met gehakte dadels erbij. De vegan brownie is een vierkante plak tegenstrijdigheid: hij ziet er zo stevig uit dat je er een muur mee denkt te kunnen metselen, maar zodra de vork er in gaat, wordt-ie kruimelig. Eenmaal in de mond blijkt de structuur chewy en zelfs plakkerig, de chocochips geven wat krokante stevigheid. Daarbij een gekarameliseerde zadenmix en een compote van rood fruit. Lekker hoor. Maar dit is het soort zoetigheden dat je bij de koffie of thee wilt, ze zijn niet per se geschikt als dessert.
Het Nieuwe Café is een sympathieke plek voor een lunch of een drankje. De gerechten van Manuela Goncalves Tavares smaken naar meer. Het zou mooi zijn als ze meer éígen gerechten op de kaart zet, want volgens mij ligt daar de toekomst van aantrekkelijk vleesvrij eten: in de verschrikkelijk rijke wereldkeuken waaruit ze flink kan putten.