Bezorgde en geschrokken juristen: de wetsvoorstellen van minister Faber stuiten vooral op weerstand

Het is een grote belofte uit het regeerprogramma: het kabinet-Schoof gaat voor „het strengste asielregime ooit”. Ruim vijf maanden na het aantreden van het radicaal-rechtse kabinet neemt minister Marjolein Faber (Asiel, PVV) vrijdag bij de ministerraad een eerste serieuze stap in die richting. Ze presenteert drie wetsvoorstellen die het asielstelsel ingrijpend moeten veranderen: een asielnoodmaatregelenwet, een tweestatusstelsel en terugkeer en vreemdelingenbewaring. Daarna moet de Raad van State een spoedadvies geven.

Met de asielnoodmaatregelenwet moet onder meer de permanente asielvergunning worden afgeschaft en de geldigheidsduur van de tijdelijke vergunning wordt verkort van vijf naar drie jaar. En het tweestatusstelsel wordt opnieuw ingevoerd. Dat maakt onderscheid tussen mensen die vluchten vanwege bijvoorbeeld hun religie of geaardheid (de a-status) en mensen die door oorlog en ander geweld op drift raken (de b-status). Voor de laatste groep kunnen strengere eisen worden gesteld aan gezinshereniging, een kwestie waarover het kabinet-Rutte III is gevallen.

Het tweestatusstelsel leidt alleen maar tot extra ellende, waarom zou je dat willen?

Job Cohen
oud-staatssecretaris van Justitie

Het ministerie van Faber, Asiel en Migratie, verwacht dat driekwart van de mensen die een b-status krijgen naar de rechter stapt om de ‘betere’ vluchtelingenstatus te verkrijgen, blijkt uit brieven van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State en de Raad voor de rechtspraak die eerder deze maand naar het ministerie zijn verstuurd. Dit doorprocederen was begin deze eeuw juist reden om het tweestatusstelsel af te schaffen, om de Immigratie-en Naturalisatiedienst en rechtspraak veel werk te besparen.

Job Cohen, die vanaf 1998 als staatssecretaris van Justitie (PvdA) de asielprocedure hervormde, noemt het dan ook „onbegrijpelijk” dat Faber heil ziet in het tweestatusstelsel. „Dat leidt alleen maar tot extra ellende, waarom zou je dat doen?”

Zorgen

De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State en de Raad voor de rechtspraak verwachten dat overbelaste rechtbanken met nog meer zaken zullen worden geconfronteerd. Ze willen dat de minister pas op de plaats maakt met de asielwetten.

Maar Faber heeft haast. Zo zet PVV-leider Geert Wilders haar al zeker anderhalve maand publiekelijk onder druk om over de brug te komen met de wetsvoorstellen. In haar streven hiernaar te handelen, kiest ze voor een weinig transparante wetsaanpak. Zo hield ze eind vorige maand een ongebruikelijke vertrouwelijke en selectieve consultatieronde, in plaats van een openbare internetconsultatie, waarbij ook burgers en maatschappelijke organisaties hun mening kunnen geven.

Uit navraag van NRC blijkt dat het Centraal Orgaan opvang asielzoekers – een van de belangrijkste uitvoeringsorganisaties binnen het asielstelsel – niet om advies over de wetsvoorstellen is gevraagd. „Dit is niet gebruikelijk”, schrijft een landelijk woordvoerder. Herinvoering van het tweestatusstelsel zal namelijk „gevolgen voor de opvang hebben, vanwege de verwachting dat veel mensen zullen doorprocederen en dus langer in de opvang zullen verblijven. Over de asielnoodmatregelenwet schrijft de uitvoeringsorganisatie dat het voorstel haar ,,indirect raakt”. Ook de Adviesraad Migratie is niet om advies gevraagd, terwijl dit wel door de wet wordt voorgeschreven.

Faber koos voor een vertrouwelijke en selectieve consultatieronde, in plaats van een openbare, waarbij ook burgers worden betrokken

Door de consultatie vertrouwelijk te houden, is niet duidelijk welke organisaties door Faber werden gevraagd om hun licht over de wetsvoorstellen te laten schijnen. De consultatie duurde bovendien een week, in plaats van de gebruikelijke vier tot twaalf.

Daar zijn de Nederlandse Orde van Advocaten en vertegenwoordigers van bestuursrechters van geschrokken, zo bleek uit hun consultatiereacties. Een schoffering van „degenen die onderdeel uitmaken van de rechtsstaat”, schreef de Orde.

Een vooruitlopende opmerking over het mogelijk niet halen van deze zeer korte termijn, viel niet in goede aarde. Faber schreef dat ze dit zou opvatten alsof de organisaties „er geen prijs op stellen te adviseren over de conceptwetsvoorstellen”, memoreert Henk Naves, voorzitter van de Raad voor de rechtspraak. De juristen menen dat hun de mogelijkheid van „een serieuze en zorgvuldige advisering” is ontnomen, al heeft Naves aangekondigd half januari alsnog met een uitgebreider advies te komen.

Dat er „geen uitgebreide consultatie” heeft plaatsgevonden, schrijft het ministerie in een mail aan NRC komt omdat de wetsvoorstellen „snel tot stand [moeten] komen”. Voor de „zorgvuldigheid” zijn daarom „een beperkt aantal organisaties” om advies gevraagd.

Razendsnel

Dat de juridische wereld bezorgd reageert, duidt op wetsvoorstellen die vanuit het departement werden geschreven – waarbij uitvoeringsorganisaties en andere belanghebbenen nauwelijks worden betrokken in de voorgenomen wijzigingen.

En dat is niet zonder risico’s, waarschuwt Cohen. Bij zijn aantreden als staatssecretaris onder het kabinet-Kok II kreeg hij de opdracht het asielstelsel te veranderen. Een eerdere wijziging van de vreemdelingenwet, vier jaar daarvoor, mislukte. „Juist omdat die wetswijziging uitsluitend binnen het ministerie werd geschreven: met de uitvoerders was helemaal niet overlegd”, vertelt hij.

Ook Cohen moest vaart maken. De afspraak was dat de nieuwe wet op 1 januari 2001 zou ingaan. Zijn ambtenaren adviseerden tegen. „Nou, toen heb ik dat voor de poort van de hel in het kabinet weggesleept.” Hoewel toenmalig premier Wim Kok „enorm kon knorren, ook hierover”, ging hij akkoord met drie maanden uitstel.

Allerlei betrokkenen (van asieladvocaten tot vluchtelingenorganisaties) mochten toen alsnog meedenken. En voor advies werden zoveel mogelijk instanties aangeschreven. Volgens Cohen is dat de crux van een succesvolle stelselwijziging. Het tweestatusstelsel werd afgeschaft en de asielprocedure moest sneller en soberder.

Uiteindelijk werd de nieuwe Vreemdelingenwet in „razendsnel tempo” bedacht, geschreven en ingevoerd. „In tweeënhalf jaar”, glimlacht Cohen. Het hielp dat het kabinet in de Tweede en Eerste Kamer een meerderheid had. Faber lijkt de drie wetsvoorstellen binnen twee maanden te hebben opgetuigd, nu is het de vraag hoe snel beide Kamers akkoord gaan. Zeker is dat het kabinet in de senaat acht zetels tekortkomt.


Lees ook

‘Dit lost problemen niet op’, zegt Job Cohen over plan onderscheid te maken tussen vluchtelingen

Job Cohen: „Staatssecretaris van Justitie is de beroerdste positie in het kabinet.”

PVV

Er is een aanzienlijke kans dat de eerste drie wetsvoorstellen van Faber in het eerste kwartaal van volgend jaar naar de Tweede Kamer kunnen. De Raad van State staat „zeer welwillend” tegenover het verzoek om een spoedadvies, laat een woordvoerder weten. Voor ingewikkelde wetten als die van Faber komt dit neer op een behandelingstermijn van ongeveer zes weken, in plaats van de gebruikelijke drie maanden. Met de kerstperiode en jaarwisseling in aantocht betekent dit dat het advies medio februari kan worden verwacht.

Dat het slagen van deze asielwetsvoorstellen hoofdfactor zijn voor PVV-deelname aan het kabinet, bleek ook zondag weer. Wilders schreef op X dat hij wil dat de asielwetten „zonder gedoe en tegenkracht” door de ministerraad komen. „Anders wordt het erg lastig”, zinspeelde hij opnieuw op een kabinetsval.