Bewezen schadelijk, maar ingrijpen bij Tata Steel blijft lastig

Gezondheidsschade Omwonenden van Tata Steel bij IJmuiden hebben een lagere levensverwachting en een grotere kans op longkanker. Wat betekent het nieuwe rapport van het RIVM voor de toekomst van de staalfabriek?

Protestbordje bij een demonstratie van Greenpeace tegen Tata Steel.
Protestbordje bij een demonstratie van Greenpeace tegen Tata Steel. Foto Daniel Niessen

Wat veel omwonenden al jarenlang vermoedden is vrijdagmiddag door het RIVM bevestigd: er bestaat een direct verband tussen gezondheidsschade en de uitstoot van de staalfabriek van Tata Steel.

In een rapport van meer dan tweehonderd pagina’s constateert het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu dat omwonenden gemiddeld 2,5 maand korter leven door de uitstoot van de fabriek. Dat komt met name door fijnstof en stikstofdioxides. Deze uitstoot zorgt er ook voor dat Tata Steel verantwoordelijk is voor 4 procent van de toekomstige longkankergevallen in de regio, en 3 procent van de astmagevallen bij kinderen.

Het RIVM doet al jarenlang onderzoek naar de situatie in de omgeving van Tata Steel (circa 9.000 werknemers), maar stelde nog nooit zo expliciet een verband vast tussen gezondheidsklachten en de fabriek. Vier vragen over het onderzoek en de consequenties.

1 Waarom nu dit rapport?

De afgelopen jaren heeft het RIVM al veel onderzoek gedaan naar gezondheid en uitstoot in de regio. Het instituut keek bijvoorbeeld naar medicijngebruik van omwonenden, naar de neerslag van zware metalen en de concentraties fijnstof in de lucht. In 2021 concludeerde het RIVM al dat PAK’s (een groep kankerverwekkende stoffen) en lood in de omgeving van Tata Steel gevaarlijk kunnen zijn voor buitenspelende kinderen.

In het rapport van vrijdag bouwt het RIVM verder op alle kennis van eerdere onderzoeken, waarbij het met aanvullende berekeningen een verband heeft kunnen vaststellen tussen gezondheidsklachten en de fabriek. Anders gezegd: er is na jaren genoeg data om dit verband te kunnen leggen.

Daar komt nog iets bij. De opdrachtgever van dit rapport is het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat – in plaats van de provincie. Het ministerie wil dat afspraken over gezondheid een voorwaarde zijn voor eventuele subsidie aan Tata Steel voor vergroening. Het kabinet is al maandenlang in overleg met het bedrijf over financiële steun bij het overschakelen naar minder vervuilende technieken om staal te maken (op dit moment stoot Tata Steel 7 procent van de totale CO2-uitstoot van Nederland uit).

Het ministerie wilde daarom van het RIVM weten wat er moet veranderen om de gezondheid van omwonenden te verbeteren. Begin 2024 moeten de staatssteunafspraken in principe vastliggen. Als een nieuw kabinet na de verkiezingen in november deze plannen doorzet, tenminste.

2 Het is toch al bekend dat in de buurt van Tata Steel meer kanker voorkomt?

In 2020 deed de GGD onderzoek naar longkanker in de IJmondregio. De conclusie was dat de ziekte er meer voorkomt dan in andere delen van Nederland. De GGD kon echter geen link leggen met Tata Steel. De dienst wees erop dat er in de regio relatief veel gerookt wordt. Bovendien merkte de GGD op dat kankergevallen die nú voorkomen vaak oorzaken hebben die ver in het verleden liggen. In het verleden lag de uitstoot van Tata Steel veel hoger dan nu.

Het RIVM heeft nu gekeken naar de huidige uitstoot en welke gevolgen die heeft voor kankergevallen in de toekomst. Zo kwam het uit op de eerdergenoemde 4 procent.

3 Kan er op basis van dit rapport ingegrepen worden bij Tata Steel?

Twee jaar geleden publiceerde het RIVM het rapport over lood en PAK’s in de omgeving van de fabriek. Verantwoordelijk gedeputeerde Jeroen Olthof (PvdA) haalde toen hard uit naar de fabriek: hij vroeg zich hardop af of er wel een toekomst was voor de staalindustrie in de regio. Volgens hem was die er alleen maar als de fabriek snel schoner zou worden.

In 2021 rees de vraag op welke manier de politiek dit zou kunnen afdwingen – en het antwoord daarop is nog altijd grotendeels hetzelfde: juridisch gezien is dit extreem lastig.

Tata Steel voldoet doorgaans aan de wettelijke normen voor uitstoot. Het is daarom voor de provincie, die toezicht houdt via de omgevingsdienst, erg lastig om in te grijpen. De omgevingsdienst probeert de afgelopen jaren de talloze vergunningen van Tata Steel zoveel mogelijk aan te scherpen, maar treft de fabriek daarbij regelmatig in de rechtbank als bezwaarmaker.

Tekenend is dat de dienst al maandenlang juridisch onderzoek doet naar de mogelijkheden om Kooksgasfabriek 2 te sluiten – het meest vervuilende bedrijfsonderdeel. Of hier opties voor zijn is nog lang niet zeker.

Hier zitten overeenkomsten tussen Tata Steel en de Dordrechtse chemische fabriek Chemours. Chemours stoot mogelijk de giftige stoffen PFAS uit, en Provinciale Staten besloten woensdagmiddag dat het provinciebestuur moet onderzoeken of de vergunning kan worden ingetrokken. Gedeputeerde Frederik Zevenbergen waarschuwde echter direct dat dit erg moeilijk is, omdat Chemours zich voor zover bekend aan de vergunningen houdt.

4 Hoe hebben verschillende betrokkenen gereageerd?

De belangenclub voor omwonenden, FrisseWind.nu noemde het rapport vrijdag „bizar en onacceptabel”. Ze pleit voor directe stappen om de uitstoot te stoppen. Ook wil FrisseWind.nu compensatie voor de geleden schade. De organisatie heeft daarvoor sinds vorige maand een claimzaak lopen, waarbij ze de fabriek aansprakelijk wil stellen voor gezondheidsschade. Met het nieuwste rapport hebben ze ogenschijnlijk een belangrijke nieuwe troef in handen om dit aan te tonen.

De provincie Noord-Holland liet vrijdag in een reactie weten dat het zal blijven hameren op strengere regelgeving in Den Haag, om zo strenger te kunnen vergunnen. Veel regelgeving voor de uitstoot van fabrieken wordt echter gemaakt in Brussel, en het proces hiervoor is traag en afhankelijk van wat andere landen vinden.

Tata Steel benadrukte vrijdag wat het al vaker zei na RIVM-rapporten: er wordt gewerkt aan verschillende, bovenwettelijke maatregelen, waarvan sommige al effect sorteren en sommige nog niet afgerond zijn. Daarbij gaat het onder meer om ‘stofschermen’, filters op installaties en afzuiginstallaties. Het bedrijf hoopt de laatste maatregelen in 2024 en 2025 af te ronden, waarna het de bedoeling is dat de uitstoot flink is afgenomen.