Niet iedereen bij de Belastingdienst kan zich deze zomer verheugen op een periode van rust, strandstoelen en ijsjes. Een deel van de ambtenaren zal hard moeten doorwerken aan de stevige opdracht die de Autoriteit Persoonsgegevens (AP) half juli gaf: uiterlijk in oktober moet de Belastingdienst een „gedegen plan” presenteren om twee cruciale computersystemen „zo snel mogelijk” te vervangen.
Het gaat om Klantbeeld Toezicht Applicatie (KTA) en Informatiesjabloon. Van beide maken veel belastingambtenaren dagelijks gebruik. Volgens de AP schendt de fiscus met het gebruik van deze systemen structureel de privacy van burgers. „De Belastingdienst verwerkt heel veel gevoelige informatie over bijna iedereen in Nederland, daar moet de dienst vanzelfsprekend heel zorgvuldig mee omgaan. Dat blijkt bij deze systemen niet het geval”, zei AP-voorzitter Aleid Wolfsen.
Het kabinet erkende in maart dat de Belastingdienst jarenlang de privacy en mogelijk grondrechten van burgers schond door het „intensieve” gebruik van het zelfgebouwde computersysteem RAM (Risico Analyse Model). Via deze ‘superdatabase’ konden belastingambtenaren zonder toezicht honderden gegevens van burgers verzamelen en combineren, als basis voor fiscale onderzoeken. Uit onderzoek van adviesbureau KPMG was gebleken dat er ook discriminerende zoekopdrachten mee werden uitgevoerd.
Lees ook
Lees ook: Van prostituees tot Belgische pensionado’s: in het privacyschendende RAM-systeem van de Belastingdienst heerste de willekeur
Dit voorjaar onderzocht de AP of de Belastingdienst „met RAM vergelijkbare” systemen gebruikt. Dat leidde tot de opdracht KTA en Informatiesjabloon zo snel mogelijk te vervangen. Dat de twee systemen niet per direct hoeven worden uitgezet, is omdat de schatkist van de overheid er niet zonder kan. Stopzetten heeft volgens de AP „te ingrijpende gevolgen voor de uitvoering van de publieke taak van de Belastingdienst”.
De Belastingdienst vindt het al jaren moeilijk om zorgvuldig met gegevens van burgers om te gaan
Voor de dienst is het een pijnlijke ingreep. Demissionair staatssecretaris Tjebbe van Oostenbruggen (Fiscaliteit, NSC) benadrukte begin juli nog in een Kamerbrief dat de dienst „de afgelopen jaren flink geïnvesteerd [heeft] in de eigen privacyorganisatie”. Zo voldoen alle nieuwe systemen aan de privacyvereisten en krijgen medewerkers verplichte cursussen over online veiligheid en de omgang met persoonsgegevens.
Maar de realiteit is ook dat de Belastingdienst het al jaren moeilijk vindt zorgvuldig met gegevens van burgers om te gaan. Bij de invoering van de Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG) in 2018 – de belangrijkste privacywet – beloofde de dienst eind 2019 aan die wet te voldoen. Later werd dat 2023. Nog later werd het 2027, en in zijn laatste Kamerbrief doet staatssecretaris Van Oostenbruggen geen beloftes meer over wanneer de dienst volledig aan de AVG zal voldoen.
Dienstverlening aan burgers
Een deel van die moeizame omgang met privacy door de Belastingdienst komt volgens de staatssecretaris door het „dilemma waarbij de bescherming van persoonsgegevens concurreert met goede dienstverlening aan burgers en het houden van toezicht”, zo schreef hij in zijn Kamerbrief. Anders gezegd: minder informatie van burgers verzamelen en hun gegevens minder makkelijk met elkaar kunnen combineren, maakt helpen van burgers bij hun belastingaangifte én opsporen van belastingfraudeurs lastiger.
Binnen de dienst is het een oud dilemma: topambtenaren hadden al jaren grote zorgen over het RAM-systeem, maar inspecteurs van de afdeling midden- en kleinbedrijf hamerden erop het te blijven gebruiken. Ze pakten er fraudeurs mee – en haalden zo naar eigen zeggen honderden miljoenen euro’s binnen voor de schatkist.
En ook wie de Belastingtelefoon belt met een fiscale vraag, wil dat de ambtenaar aan de lijn snel met antwoorden komt. Dat vereist medewerkers aan de andere kant van de lijn die inzicht hebben in iemands persoonlijke gegevens.
Juist dit dilemma maakt het ook moeilijk KTA en Informatiesjabloon te vervangen. Het zijn systemen waarin data van alle belastingplichtigen staan, zoals adresgegevens, geslacht, relaties, eventuele migratiedatum, bankgegevens en bezit van auto’s en vastgoed. Hoe richt je die zo in dat medewerkers bij de gegevens kunnen komen die ze nodig hebben, zonder dat die toegang leidt tot een onzorgvuldige, bevooroordeelde of discriminerende selectie van belastingbetalers? En hoe controleer je dat?
In het plan dat in oktober bij de AP moet liggen, zal de Belastingdienst een middenweg moeten vinden. Een deel van de oplossing zit in maatregelen die het kabinet afgelopen maand meteen aankondigde: inperking van het gebruik van de systemen én beter toezicht daarop. Van negenduizend belastingmedewerkers is de autorisatie voor het gebruik van KTA ingetrokken. Daarnaast gaat de dienst per direct ‘loggen’ wie zoekopdrachten in het systeem invoert.
Verouderde ict
De vervanging van de veelgebruikte computersystemen loopt ook tegen een gigantisch praktisch probleem op. Er zijn meer systemen die al jaren vernieuwd moeten worden, en het lukt de dienst nauwelijks deze waslijst aan achterstallig onderhoud af te wikkelen. Het is dus de vraag hoe snel de vervanging van KTA en Informatiesjabloon wél lukt – en hoeveel vertraging de AP accepteert.
Veel pogingen die andere systemen te vernieuwen, kampen met tegenslag. Neem het veertig jaar oude en uiterst kwetsbare systeem voor de omzetbelasting. De overheid haalt er 20 procent van de rijksinkomsten mee binnen. Na meer dan tien jaar zelf aan vernieuwing ervan te hebben gesleuteld, gaf de Belastingdienst het op: de politieke leiding besloot in 2022 een systeem ‘van de plank’ te kopen.
Eind 2024 kreeg leverancier Fast Enterprises de opdracht, ter waarde van 200 miljoen euro, om het nieuwe systeem aan te leveren en te beheren. Het had in 2026 operationeel moeten zijn. Maar een kort geding van concurrent Capgemini – dat de aanbesteding verloor – zorgde dit jaar voor nieuwe vertraging. Een nieuwe planning is nog niet bekend.
Voor de inkomstenbelasting is de situatie nog zorgelijker
Ook bij twee andere cruciale systemen, voor loonheffing en voor inkomstenbelasting, blijven verbeteringen moeizaam verlopen. Beide zijn gebouwd met de ontwikkelingssoftware Cool:Gen. Die is zó verouderd dat hij voor 2027 vervangen móét worden, waarschuwden ambtenaren al in 2022 in een vertrouwelijke nota. Anders komt een belangrijk deel van de belastingheffing in gevaar.
Voor de loonheffing gaat dat niet lukken, blijkt uit een Kamerbrief van begin dit jaar. Het kabinet hoopt nu halverwege 2027 zover te zijn.
Voor de inkomstenbelasting is de situatie nog zorgelijker: eind vorig jaar meldde het kabinet dat de modernisering van de inkomstenbelasting een jaar vertraagd was. Uit recent onderzoek van het Adviescollege ICT-toetsing blijkt dat die vertraging nog eens drie jaar kan oplopen en daarmee „de continuïteit van de inkomensheffing bedreigt”.
Tel daarbij de inspanningen op die nodig zijn in de ‘hersteloperatie-Box 3’, voor mensen die te veel belasting hebben betaald over hun vermogen, en het beeld ontstaat van een schip dat maar met moeite drijvend wordt gehouden. In dat licht veroorzaakt de midscheepse aanval van de AP slechts de zoveelste lekkage.
