Atoomwaakhond van de VN waarschuwt: ‘Helaas zijn kernwapens weer aantrekkelijker geworden’

Een week na de Israëlische aanval op een luchtverdedigingssysteem bij een nucleair complex in Iran in reactie op een Iraanse raketaanval op Israël is Rafael Grossi, de Argentijnse topman van de nucleaire waakhond van de VN, diep bezorgd over de toegenomen kans op mogelijke nucleaire confrontaties. Terwijl onzeker is of Iran aanstuurt op een eigen kernwapen, is het een publiek geheim dat Israël daarover al jaren beschikt.

In een gesprek met NRC na een bezoek aan het Reactor-instituut van de TU in Delft constateert de directeur van het Internationaal Atoomenergie Agentschap (IAEA) dat Iran en Israël een gevaarlijk spel spelen. „Ze proberen tot de rand te gaan in een spel, waarbij ze zeggen: als ik wil kan ik een nucleaire faciliteit aanvallen”, zegt Grossi. „U heeft misschien ook gezien hoe een brigade-generaal van de Islamitische Revolutionaire Garde zei dat zij de coördinaten van Israëlische nucleaire faciliteiten kennen en dat ze daar zelfs actie tegen zouden kunnen ondernemen. Dit is los gepraat, dat tot moeilijkheden kan leiden want de mogelijkheid is reëel dat iemand op een knop drukt en dat er dan een heel gevaarlijke escalatie plaatsvindt.”

Grossi’s zorgen strekken zich niet alleen uit tot Israël en Iran, ook de oorlog in Oekraïne vergt veel van zijn tijd, omdat de grootste kerncentrale van Europa aan de frontlinie ligt, met alle gevaren van dien. Door de toegenomen onzekerheid in de wereld denken meer landen dan voorheen na over eventuele kernwapens voor zichzelf. „Helaas zijn kernwapens weer aantrekkelijker geworden”, zegt Grossi. „Een flink aantal landen dat aan non-proliferatie-verplichtingen is gebonden, heeft al gezegd: als land X kernwapens krijgt, wil ik die misschien ook wel. Dat baart me grote zorgen. Ik geloof dat het huidige non-proliferatieregime, ook al is het niet volmaakt, iets is wat we moeten behouden.”

Iran heeft uranium verrijkt tot 60 procent. Dat kan er op wijzen dat het een eigen kernwapen ambieert. Vreest u dat ook?

„In alle eerlijkheid kan ik niet met zekerheid zeggen dat Iran kernwapens bezit. Maar uranium verrijken tot 60 procent ontsnapt natuurlijk niet aan de aandacht. Het leidt ertoe dat andere landen dan hun eigen conclusies trekken. Tegelijk zegt Iran dat het net als andere NPV-landen wil worden behandeld. Daarom geloof ik dat de enige weg vooruit voor Iran maximale transparantie en samenwerking met ons is.”

Hebben uw inspecteurs genoeg toegang tot Irans nucleaire faciliteiten?

„Onze inspecteurs zijn ter plekke. We hebben in Iran een van de grootste inspectie-operaties ter wereld. Toch geloof ik niet dat we voldoende zicht hebben op hun nucleaire programma in alle breedte. Er zijn ernstige twijfels over een aantal zaken. Iran is het enige land zonder kernwapens dat zijn uranium zozeer heeft verrijkt. Evenmin hebben ze opgehelderd waarom we sporen van verrijkt uranium hebben gevonden op plaatsen waar helemaal geen nucleaire activiteiten werden geacht te zijn. Waarom geven ze daarop geen antwoord, als ze willen worden behandeld als een normaal NPV-land?”

Vond u het besluit in 2018 van president Trump om het nucleaire akkoord met Iran op te heffen rampzalig? Daarbij beloofde Iran zijn nucleaire programma te beperken in ruil voor opheffing van economische sancties. Iran hield zich daar tot dan toe wel aan.

„De situatie is zoals ze is. Mijn taak is niet om commentaar te geven op de besluiten van politieke leiders, maar om te werken met de gevolgen. Wat wel erg verontrustend is, is dat Iran nu niet aan beperkingen is gebonden, afgezien van de NPV-regels. Mijn indruk is dat we een soort basisafspraak moeten hebben van althans de vijf permanente leden van de Veiligheidsraad met misschien Duitsland er nog bij. Waarom die P5? Het is immers de Veiligheidsraad die gaat over vrede en veiligheid. Het was belangrijk, geloof ik, dat Iran eerder wist dat er een zekere consensus bestond tussen de grote mogendheden over wat het wel en niet kon doen. Ondanks hun verschillen waren Washington en China het wel eens over Iran en zijn nucleaire activiteiten. En dat gold ook voor Moskou en Washington. Als Iran zich dan niet hield aan zijn verplichtingen, kreeg het dat via de Veiligheidsraad te horen. Nu ben ik er niet meer zo zeker van of de grote mogendheden nog zo unaniem en samenhangend zouden reageren op zo’n situatie, want het onderlinge vertrouwen is flink geërodeerd.”

Mijn taak is niet om commentaar te geven op de besluiten van politieke leiders, maar om te werken met de gevolgen

U waarschuwt al twee jaar voor een potentiële ramp bij de Oekraïense kerncentrale in Zaporizja. Die is door de Russen bezet en ligt precies op de frontlijn. Hoe zorgt u ervoor dat die ramp voorkomen wordt?

„Het meest effectieve middel is de permanente aanwezigheid van mijn IAEA-mensen in de centrale. Daar heb ik sinds 2022, toen dit allemaal begon, heel erg op aangestuurd. Het was in de eerste maanden lastig, maar toen we de centrale eenmaal mochten bezoeken zijn we niet meer weggegaan. We hebben er een basis opgezet die ons in staat stelt verschillende dingen te doen. Op de eerste plaats: de waarheid vertellen over wat er gebeurt. Want er was veel fake nieuws van alle kanten. Het eerste dat sneuvelt in een oorlog is de waarheid, zoals u weet. Op de tweede plaats geven we steun en advies. We zijn daar niet de baas, maar we hebben verschillende keren zaken kunnen beïnvloeden. Tot slot werkt onze aanwezigheid ter afschrikking; iedereen weet dat we daar zitten. Sinds we onze basis hebben in de kerncentrale is het aantal directe aanvallen dramatisch afgenomen.”

Maar u heeft regelmatig gewaarschuwd voor een ramp.

„Er zijn incidenten geweest. Ik ben naar de Veiligheidsraad gegaan om een aantal principes vast te leggen waaraan beide partijen zich houden. We hebben eerst geprobeerd een gedemilitariseerde zone te creëren, maar dat was een no go voor beide zijden. Dus zijn we ons met onze IAEA-mensen ter plaatse gaan richten op het gedrag van de strijdende partijen: dingen die wel en niet kunnen rond de centrale. Betekent dat dat we een ongeluk kunnen voorkomen? Ik hoop het, maar dat valt nu nog niet te zeggen. We bekijken het per dag.”

Maar u kunt zelf niet ingrijpen.

„Elke keer als er iets gebeurt maken we heel veel lawaai. Ik ben uiteraard het meest bezorgd over een directe aanval op de centrale. Zoals deze maand, op 7 april, toen een drone bovenop de reactor terechtkwam. Dat zijn zeer, zeer ernstige incidenten. Ik heb daar inspecteurs zitten, onder mijn verantwoordelijkheid. Het toont aan dat iemand iets doet omdat hij het kán, als hij dat wil. Als een provocatie, alsof je zegt: de volgende keer bijt ik door. Ik was zeer bezorgd en heb bij de Veiligheidsraad een spoedvergadering aangevraagd. Als wij onze stem verheffen heeft dat volgens mij grote waarde.”

Wat was het gevaar van deze drone?

„Mensen verwachten van mij dat ik met mijn vinger ga wijzen, maar dat is in dit geval heel moeilijk. Drones kunnen van alle kanten komen. Ze komen niet, zoals artillerie, vanuit één richting. Je kunt met één kilo aan explosieven geen reactor binnendringen, want die is bestand tegen een vliegtuigcrash. Maar je kunt veel schade aanrichten. Er zijn open ruimten met verbruikte nucleaire brandstof, er zijn andere plekken die geen specifieke bescherming hebben. Er kan heel veel gebeuren.”

Uit veiligheidsoverwegingen zult u opgelucht zijn dat Oekraïne het gebied rond de kerncentrale niet heeft heroverd.

„Omdat de centrale pal aan het front ligt bestaat er een heel delicaat evenwicht. Dus ja, ik ben opgelucht. We praten hier heel open en eerlijk over, ook met de president. Ik heb veel ontmoetingen gehad met president Zelensky, en wij voeren een eerlijke dialoog. Uiteraard is het hun centrale, in bezet gebied. Dus we hebben veel begrip voor hun situatie. Het enige dat wij zeggen is dat dit gebied buiten de oorlog moet worden gehouden.”

Een jaar geleden werd de grootste dam van Oekraïne opgeblazen, waardoor een ecologische ramp werd veroorzaakt. Bent u er gerust op dat de Russen niet hetzelfde zullen doen met de kerncentrale in Zaporizja?

„Ik zal me nooit gerust voelen totdat dit allemaal voorbij is. Alles kan gebeuren. Ik denk niet dat ze dat zullen doen. Niemand zou dat doen. Maar er kan wel iets gebeuren waardoor er straling kan vrijkomen. We hebben negen keer een blackout gehad. Negen keer! Deze enorme centrale, met zes reactoren, werd gekoeld met noodgeneratoren op diesel. Dat is je laatste verdedigingslinie. Dus ja, er zijn zeer zorgelijke situaties geweest. Dus je kunt echt niets uitsluiten totdat er een staakt-het-vuren is, of onderhandelingen, of wat dan ook, waarbij beide partijen overeenkomen dat de kerncentrale niet wordt aangevallen.”

President Poetin dreigt regelmatig met het gebruik van kernwapens. Maakt u zich daar zorgen over? U hebt hem verschillende keren gesproken.

„Ik vind dat nucleaire wapens geen onderwerp moeten zijn in een conventionele oorlog als deze. Het is niet zo duidelijk wat er is gezegd en wat de implicaties waren. Er zijn in het begin van de oorlog uitspraken gedaan over de mate van paraatheid van het nucleaire arsenaal. Maar ik ben niet degene die Poetin verdedigt. Wat ik kan zeggen is dat elke uitspraak over nucleaire wapens, in Oekraïne of in het Midden-Oosten, onacceptabel is. We kunnen dit soort uitspraken over nucleaire wapens niet normaliseren.”

Denkt u dat een grote oorlog als deze andere landen ertoe kan aanzetten om nucleaire wapens te ontwikkelen, zodat ze zich veiliger voelen? Zeker nu er in de VS aarzelingen zijn over steun aan Europa.

„Als we straks, zoals werd gevreesd in de vroege jaren 60, dertig landen met kernwapens hebben, dan gaan ze zeker worden gebruikt. Dus we moeten dat heel sterk afwijzen en het regime van non-proliferatie blijven afdwingen.”

Hoe gaat u om met dat afnemende onderlinge vertrouwen in de wereld en die toegenomen neiging om kernwapens te verwerven?

„Wat wij doen is niet langs de kant gaan zitten, niet afwachten tot het voorbij is, maar een constructieve rol spelen om risico’s te verminderen. We praten met iedereen. Misschien zijn we wel de enige die met president Poetin praat. Met Zelensky, iedereen. Het is onze taak om alternatieven voor te stellen en uitwegen te zoeken. Macht hebben we niet maar we kunnen wel bruggen bouwen.”

Een gevoelige kwestie is ook in hoeverre kernenergie (met zijn eindige voorraden uranium en radioactief afval) wel duurzaam is. Vindt u dat er meer kerncentrales moeten worden gebouwd?

„Absoluut. Elke menselijke activiteit heeft zijn voors en tegens. Het kernafval is er maar dat probleem kun je onder controle houden, er is nog nooit een ongeluk mee gebeurd. Al met al kun je sterk profiteren van schone energie. We hebben een noodsituatie in de wereld en we moeten onze economieën aan de gang houden op een voor het milieu veilige manier. Ik geloof niet dat je de economie van de fossiele brandstoffen af kunt krijgen zonder kernenergie. Het zou heel verstandig zijn als 15 procent van de energie in Nederland uit kernenergie zou komen.”