Asielzoekers in de crisisnoodopvang protesteren, ook al ziet bijna niemand dat

Asielcrisis Asielzoekers wonen maandenlang in de crisisnoodopvang, waar ze eigenlijk maximaal een week zouden blijven. Nu gaan asielzoekers de straat op. Want hun verblijfplek voelt voor hen als een gevangenis.

Bewoners van de crisisnoodopvang in Purmerend, onder wie de Syriër Yasser AlMousa, protesteren bij het kantoor van de IND in Amsterdam.
Bewoners van de crisisnoodopvang in Purmerend, onder wie de Syriër Yasser AlMousa, protesteren bij het kantoor van de IND in Amsterdam.

Foto Simon Lenkens

‘Het voelt hier als een woestijn”, zegt Yasser AlMousa uit Syrië. Hij kijkt uit over de kale akkers achter industrieterrein Baanstee-Noord buiten Purmerend. Op een weiland tussen een bodemonderzoekbedrijf, een zonneakker en een horecaslager heeft de veiligheidsregio een grote witte tent opgetrokken, waar 450 vluchtelingen in verblijven. Een auto met twee nieuwsgierige senioren rijdt langzaam langs de toegangspoort, om daarna op te trekken.

Sommige bewoners zitten al negen, tien maanden in deze ‘crisisnoodopvanglocatie’, in afwachting van het begin van hun procedure bij immigratiedienst IND. Ze zijn uitgeput. AlMousa: „We willen onze families hierheen brengen, maar we zitten hier helemaal vast.”

Yasser AlMousa (links) is een van de wachtende asielzoekers. „We willen onze families hierheen brengen, maar we zitten hier helemaal vast.”
Foto Simon Lenskens

Uit frustratie dat er maar niks gebeurt, organiseren een paar bewoners van de tent in Purmerend sinds kort kleine protesten. Vorige week trok een groep naar het IND-kantoor in Amsterdam, deze week staan ze elke dag buiten het hek met protestborden. Niet dat veel mensen die zien – in deze uithoek komt vrijwel niemand. Ook in andere crisisnoodopvang- en noodopvanglocaties zoals in Zuidbroek protesteren mensen tegen de slechte leefomstandigheden en het uitzichtloze wachten.

De tent in Purmerend waarin 450 asielzoekers wonen.
Foto Olivier Middendorp

De bedoeling was dat asielzoekers maximaal een week in een ‘crisisnoodopvanglocatie’ zouden wonen. Die werden vorig jaar in allerijl opgetuigd door gemeenten en veiligheidsregio’s, nadat aanmeldcentrum Ter Apel van het COA overliep, de noodopvanglocaties van het COA vol raakten en mensen buiten in het gras moesten slapen. Inmiddels zijn er zo’n honderd crisisnoodopvanglocaties in Nederland, waar 7.000 mensen in verblijven, naast 15.000 mensen in de noodopvang en 30.000 in reguliere asielzoekerscentra. Een deel van deze crisisnoodopvanglocaties is inmiddels al driekwart jaar open, terwijl de voorzieningen te karig zijn voor de semi-permanente status.

Op álle noodopvanglocaties is het gebrek aan perspectief „fnuikend” , schreef de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd eerder. Vorige week berichtte NRC over de ondermaatse medische zorg.

Het leven in de tent in Purmerend is zwaar. Nee, het is niet koud, er is eten, er is iets van onderwijs voor de kinderen en er zijn fietsen die de bewoners kunnen lenen om naar het stadscentrum te fietsen. Maar intussen voelt de reusachtige tent als een gevangenis, vertellen ze.

Sommige mensen wachten maanden voor hun asielprocedure begint.
Foto Simon Lenskens

Als het waait, klappert het tentdoek hard en kan niemand ’s nachts goed slapen. Een paar weken geleden vielen er twee balken uit het dak, vertellen meerdere bewoners. Het klapperen komt bovenop de vele nachtelijke geluiden die er al zijn – alle mannen, vrouwen en kinderen slapen tussen schotten zonder plafond. Elke snurk, elke kreet, elk huiltje is te horen.

En er is níets, níets te doen, zegt AlMousa, behalve wachten terwijl je elke dag vermoeider en ongelukkiger raakt. „We kunnen niet werken, we kunnen nergens heen, want we hebben geen geld. Eten, drinken, slapen, verder niets.”