Ambiteuze serie ‘Étoile’ is een hink-stap-sprong-ervaring

„Ga ik dood?” „Wat? Nee – natuurlijk niet. Ik bedoel, ik weet eerlijk gezegd niet of je doodgaat, maar je ziet er heel gezond uit. Hoezo – ga je dood?”

„Dat weet ik niet. Ik weet niet waarom je met me wil praten, ik weet niet of ik doodga, en ik weet niet waarom Julie die hoge sprong altijd recht op mij richt. Er zijn een heleboel dingen die ik niet weet, Jack.”

Zo praten mensen in de wereld van tv-makers Amy Sherman-Palladino en haar man en schrijfpartner Daniel Palladino: men doet een aanzet tot een gesprek, er volgt een afslag, het eindigt in chaos en geruzie. Fans van Gilmore Girls of The Marvelous Mrs. Maisel herkennen de snelle, specifieke, geestige stijl uit duizenden.

In Étoile, de nieuwe, ambitieus opgezette serie van de Palladino’s met een tweetalige cast en plotlijnen in New York en Parijs, heeft een behoorlijk aantal scènes de vaart en brille waar je bij hen altijd op hoopt. Étoile gaat over twee balletgezelschappen in geldnood en ademt op z’n beste momenten de hyperbeweeglijke, opwindende sfeer die de serie Fame (1980) ooit introduceerde. Oudgedienden als Luke Kirby en Gideon Glick (beiden uit Mrs. Maisel) en Kelly Bishop en Yanic Truesdale (uit Gilmore Girls) weten wel raad met de subtiel-venijnige ondertoon van de dialogen, en ook nieuwkomers als Ivan du Pontavice en Taïs Vinolo maken indruk, zeker omdat ze van huis uit geen acteur zijn, maar balletdanser.

Maar soms hapert het opeens. Zo enerverend als de repetitiescènes zijn, zo langdradig zijn de nogal statisch gefilmde optredens; zo smakelijk als de conflicten worden uitgeserveerd (Simon Callow schmiert een eind weg als een valse geldschieter), zo lafjes bloeien de romances. Uitgerekend Charlotte Gainsbourg, de grootste beroemdheid uit de Franse cast met een dragende rol als directeur van het nationale balletgezelschap, speelt zo nerveus en aarzelend dat ze de boel soms onbedoeld lijkt op te houden. Je kunt je voorstellen dat de oorspronkelijk voor de rol gekozen Camille Cottin (de opgefokte casting agent uit Dix Pour Cent) er een heel ander personage van had gemaakt.

Oprechte liefdesverklaring

Kijken naar Étoile is al met al een hink-stap-sprong-ervaring: soms zit je te tandenknarsen, soms zweef je mee en ben je dankbaar dat iemand het heeft aangedurft om op een massaplatform als Prime Video zo diep in de wereld van het ballet te duiken.

Buiten kijf staat dat dit een oprechte liefdesverklaring is. De schrijver werd als meisje zelf tot danser opgeleid, en vertelt in interviews graag hoezeer ze haar moeder teleurstelde toen ze als twintiger voor het schrijven koos en haar podiumdroom liet varen. Maar de fascinatie bleef. Eerder maakte ze al Bunheads (2012-2013), een serie over een dansschool in een slaapstadje die al na één seizoen werd geschrapt. Bij Étoile is die zorg er in elk geval niet: er komt sowieso een tweede seizoen, en Prime Video stelde een riant budget beschikbaar om de werkelijkheid zo dicht mogelijk te benaderen. Er werd gefilmd in Lincoln Center in New York en het Palais Garnier in Parijs, de figuranten zijn allemaal echte dansers, er spelen volwaardige orkesten, choreograaf Christopher Wheeldon heeft een rolletje.

Philippe Antonello/Prime Video

Nog een groot pluspunt: de nadruk ligt nu eens niet op bebloede tenen, machtsmisbruik en ander leed, maar op de heerlijke koorts die ballet bij dansers en publiek opwekt. Alles staat in het teken van dat ene; gezond of evenwichtig is het misschien niet, maar een echte danser wil niet anders. Het meest ontroerende personage uit Étoile is Susu, de dochter van de schoonmaakster die ’s avonds laat stiekem in de studio staat te oefenen omdat er geen geld is voor lessen of spitzen.

Geld

Ballet kost geld – de serie besteedt er veel aandacht aan, en kan door de dubbele locatie en passant de voor- en nadelen van twee subsidiesystemen aanstippen. Dat pakt veel grappiger uit dan het klinkt. Geneviève (Gainsbourg) in Parijs zit onder de plak van een behoudende en kleinerende minister van cultuur die vooral tutu’s op het podium wil zien, en Jack (Luke Kirby), directeur van het New Yorkse ballet, moet oerdomme opmerkingen aanhoren van de rijkaards van wie hij afhankelijk is voor alles, van programmaboekjes tot schoenreparaties.

Om hun beider gezelschappen een boost te geven na de kaalslag van de pandemie stelt Geneviève een ruil van hun toptalenten voor: de beste dansers en choreografen verhuizen een jaar naar de overkant van de oceaan. Topballerina Cheyenne komt als een stormram New York binnen en zet de zaken daar moeiteloos naar haar hand; een leuke, zij het een beetje eenzijdige rol van Lou de Laâge.

Choreograaf Tobias Bell (Gideon Glick) heeft het in Parijs een stuk moeilijker: hij verdwaalt, zijn favoriete tandpasta is nergens te koop én er zit een rat in zijn appartement – geen New Yorkse rat die haast heeft, maar eentje die rustig blijft zitten. Nog meer nadruk op dit soort aimabele idioten, en het komt wel goed met Étoile.