‘Als papa zegt dat ik het goed doe, voel ik me sterker in het veld’

Anouar Saddih (9) speelt de bal beheerst naar zijn ploeggenoot Eflin Akyol (9) op de velden van FC Eindhoven AV. De wedstrijd van de jeugd onder-10 is net begonnen. Aan één zijde kijken vooral vaders aandachtig toe, aan de andere kant staat de coach.

Gedurende de wedstrijd verschijnen er enkele knalroze sjaals om de nekken van de ouders. Op de sjaal staan de woorden: Held naast ’t veld”. Om in aanmerking te komen voor een sjaal moet de ouder bijdragen aan een positieve sfeer, en dat is niet altijd even makkelijk, weten de ouders zelf ook.

Om het spelplezier van het pupillen voetbal te bevorderen heeft de KNVB maatregelen ingevoerd. Er is tijdens de wedstrijden geen scorebord te zien, ook wordt er geen algemeen klassement meer bijgehouden van de gespeelde wedstrijden. De bond meldt dat kinderen uitkomend in Onder 8 en Onder 9 nog niet in staat zijn om weken vooruit te kijken en daarom geen echte interesse hebben in rangen en standen.

Bij de wedstrijd van Anouar en Eflin lijkt het op het eerste gezicht te werken.

Om ouders bewust te maken van hun gedrag langs de lijn is afgelopen weekend de campagne ‘Held naast ’t veld’ gestart. Een gezamenlijk initiatief van de gemeente Eindhoven, PSV, FC Eindhoven en zes lokale amateurclubs. Ook de voetbalbond KNVB heeft zich aangesloten, al is hun rol beperkt. „De campagne richt zich alleen op het stimuleren van positief gedrag,” vertelt Dennis Bomer, initiator van de campagne en hoofd opleiding bij amateurclub Unitas, „Het initiatief is bedoeld voor een periode van drie jaar en richt zich op de ouders van de jeugd tot en met tien.”

Kortere lontjes

Het programma van Bomer is niet de eerste poging om de sfeer bij het jeugdvoetbal te verbeteren. Eerder waren er campagnes zoals Lekker Bezig, Coach je in Contact en de Blauwe Kaarten. Toch blijft het aantal incidenten in het amateurvoetbal stijgen. Het gaat hierbij vooral om ernstige incidenten zoals verbaal of fysiek geweld tegen scheidsrechters, spelers of teambegeleiders, maar ook om gestaakte wedstrijden en zware tuchtzaken. In veel gevallen zijn ouders of andere toeschouwers betrokken. Dat blijkt uit cijfers die de KNVB vorig publiceerde, waarin een duidelijke toename zichtbaar is van het aantal ernstige meldingen in het amateurvoetbal.

Van de 779.171 gespeelde wedstrijden er 1.864 werden gestaakt, een toename van 11 procent ten opzichte van het jaar ervoor. Ook het aantal tuchtzaken steeg met 11 procent, Scheidsrechters gaven in totaal 12.226 rode kaarten, 673 meer dan het seizoen daarvoor.

Ouders langs de lijn bij FC Eindhoven AV

Foto’s John van Hamond

In een poging om het gedrag op en rondom het veld te verbeteren, is de KNVB met strengere regels gekomen voor spelers. Enkel de aanvoerder mag discussiëren met de scheidsrechter. Andere spelers met commentaar op de scheidsrechter riskeren een gele kaart. Daarnaast worden risicoverenigingen gemonitord en wordt aandacht gevraagd voor maatschappelijke oorzaken zoals agressie, discriminatie en respectloos gedrag.

Naar aanleiding van die cijfers wordt nu strenger gehandhaafd, legt Daan van den Eeckhout uit, programmamanager sportiviteit en respect bij de KNVB. „Meldingen waar we eerder niets mee deden, leiden nu tot maatregelen.”

Volgens Van den Eeckhout is gedragsverandering langs de lijn onlosmakelijk verbonden met de verharding van de maatschappij. „We zien de afgelopen jaren een trend binnen het voetbal, maar eigenlijk ook breder in de maatschappij. Mensen hebben een korter lontje en minder gezag voor autoriteit.”

Positief, zichtbaar, motiverend

Dit komt, volgens kinderpsycholoog Tischa Neve, ook omdat „sporten en emoties onlosmakelijk met elkaar verbonden zijn.” Ouders projecteren hun fanatisme vaak op de kinderen, legt ze uit. Het gedrag langs de zijlijn vraagt volgens de psycholoog om blijvende aandacht, „Met elk nieuw jeugdteam komt ook een nieuwe groep ouders.” Daarom is het volgens haar belangrijk dat sportclubs ouders actief begeleiden in hun rol. „De manier waarop zij zich gedragen, heeft directe invloed op het gedrag van kinderen – zowel binnen als buiten het veld.”

Negativiteit werkt aanstekelijk, legt Neve uit. „Als ouders mopperen, zie je dat gedrag terug in het team.” Initiatieven als Held naast ’t veld vindt ze daarom belangrijk. „Ze zijn positief, zichtbaar en werken motiverend. Je benadrukt wat goed gaat, in plaats van alleen te corrigeren.”

Profclub PSV heeft zich ook aangesloten bij de campagne. „Binnen PSV waren we met een soort gelijk project bezig”, zegt Bob Willems, coach leren en presteren binnen de Jeugd Academy. „Nu bundelen we onze krachten met de organisatie van Held naast ’t veld.”

Hoewel PSV op zaterdagen niet zelf langs de lijn staat bij de amateurclubs, wil de prof-club wel een voorbeeldfunctie vervullen en eigen ervaringen en tips delen met amateurclubs. Daarom levert PSV een financiële bijdrage aan het project en helpt het met praktische zaken, zoals vergaderruimtes.

Of de campagne in de toekomst ook binnen de muren van PSV een plek krijgt, is onzeker. „Zolang de betrokken partijen actief blijven,” zegt Willems, „staan we open om mee te denken over een vervolg.”

Links boven: Eflin en vader Ismail Akyol
Links onder: Anouar en vader Jaouad Saddih
Rechts boven: Willem en vader Ruud Belzer
Rechts onder: Huub van Gestel

Foto’s John van Hamond

‘Het zit hem in de toon’

De 70-jarige vrijwilliger Huub van Gestel – al zestig jaar lid van FC Eindhoven AV – bepaalt zaterdagochtend wie een roze sjaal krijgt. Hij beoordeelt de ouders in hoeverre zij positief en gemotiveerd de spelers op het veld aanmoedigen. Van Gestel reikt een exemplaar uit aan Ruud Belzar, wiens zoon Willem op het veld staat. „Hij is een aandachtige toeschouwer die niet veel zegt, maar de wedstrijd goed volgt,” zegt de vrijwilliger. Ook Jaouad Saddih krijgt een sjaal. „Hij is erg enthousiast in zijn aanmoedigingen,” vindt Van Gelstel.

De ouders van het voetbalteam onder tien staan al twee jaar langs de lijn bij hun voetballende kinderen. „Het zit hem in de toon,” zegt Saddih. Zijn roze sjaal heeft hij om zijn nek gehangen. „Er wordt misschien niet gescholden, maar door de manier waarop iets wordt gezegd, komt het alsnog hard aan.”

De wedstrijd gaat goed, wanneer ouders zich er niet mee bemoeien

Ismail Akyol
voetbalvader FC Eindhoven

Ook Ismail Akyol, de vader van Eflin herkent dat. „De wedstrijd gaat goed, wanneer ouders zich er niet mee bemoeien,” zegt hij. „De trainer is er om te coachen, de ouders zijn toeschouwers. Zij moeten de trainer zijn werk laten doen.”

Voor Ruud Belzar is het belangrijk dat een ouder zorgt dat „de emotie niet de overhand krijgt”. Hij vindt dat ouders een voorbeeldfunctie hebben voor hun kinderen en ervoor moeten zorgen dat een voetbalwedstrijd „leuk en positief” is.

‘Zeg gewoon niets’

De voetballertjes krijgen tijdens een wedstrijd mee wat er langs de lijn gebeurt, zeggen ze. Jeugdspeler Willem noemt het voorzichtig „niet zo super erg positief” als ouders zich met het spel bemoeien. Volgens hem zorgt het voor verwarring wanneer ouders iets anders roepen dan de coach. „Dan weet ik niet meer wat ik moet doen, of waar ik heen moet rennen.”

Zijn teamgenootje Anouar knikt. „Ik wil gewoon dat ouders ‘lekker bezig!’ zeggen”, zegt hij. „Of gewoon niets.”

Voetbalster Eflin is tevreden over de manier waarop haar vader haar aanmoedigt. „Als ik een fout maak, is hij wel streng. Dat snap ik, want dan doe ik iets niet goed. Maar als ik scoor, is hij blij.” De positieve aanmoediging van haar vader geeft de speelster zelfvertrouwen. „Als papa zegt dat ik het goed doe, voel ik me sterker in het veld.”

Wat volgens kinderpsycholoog Neve een hardnekkige misvatting is, is dat kinderen ‘hard’ moeten worden. „Dat is echt onzin”, zegt ze stellig. Kinderen leren volgens haar niets van gesnauw of geschreeuw. „Juist een respectvolle, opbouwende aanmoediging bevordert hun groei, ontwikkeling en veerkracht. ‘Kan gebeuren, kom op, we doen een tandje erbij’, werkt beter dan: ‘Jezus, wat is dit voor kutbal!’.”

De ouders die een roze sjaal hebben verdiend, verzamelen zich na afloop van de wedstrijd voor een van doel, klaar om penalty’s te nemen. Willem en Anouar staan naast hun vaders om ze aan te moedigen. De eerste bal van Belzar gaat net naast, maar Saddih scoort. Hij mag door naar de volgende ronde. „Kom op, scoren papa!”, roept Anouar als zijn vader aanlegt voor zijn tweede penalty. Maar de bal gaat naast en Saddih ligt eruit.

Anouar begint: „Wat een slechte…” Dan bedenkt hij zich. Hij denkt even na en zegt dan: „Geeft niet papa, volgende keer beter.” Zijn vader legt een arm om zijn schouder; samen lopen ze het veld af, op naar de kantine.