Afgelopen week zeker 82 mensen gedood bij aanvallen in Oost-Congo

De afgelopen week zijn bij meerdere aanvallen in het oosten van de Democratische Republiek Congo zeker 82 mensen gedood. Dat heeft een woordvoerder van het Congolese leger bekendgemaakt, meldt persbureau Reuters. Vrijdagavond zouden bij een aanval op drie dorpen in Noord-Kivu zeker 41 mensen zijn gedood. Volgens de lezing van het Congolese leger werd de aanval op de dorpen Masala, Mapasana en Mahini uitgevoerd door leden van de Geallieerde Democratische strijdkrachten (ADF).

De groep, die in buurland Oeganda werd opgericht, heeft nauwe banden met IS en is al decennialang actief in de oostelijke provincies van Congo. Mogelijk zijn de ADF-militanten verantwoordelijk voor de in totaal 82 mensen die de afgelopen week in de regio werden gedood, al zijn zowel het dodental als de precieze omstandigheden van het geweld voor NRC niet te verifiëren.

Tegenover Reuters zegt een vertegenwoordiger van het lokale bestuur dat vrijdag in de regio Beni een plaatselijk gezondheidscentrum in brand werd gestoken. Hij noemde het dodental van 41 en sprak van „gewapende mannen geweren en kapmessen” waarmee de milities de lokale inwoners te lijf gingen. Volgens lokale autoriteiten wordt met de recente golf van geweld geprofiteerd van de geringe aanwezigheid van militaire bescherming in het gebied.


Lees ook
In de gewapende anarchie van Oost-Congo waant geen burger zich nog veilig

Zuid-Afrikaanse militaire voertuigen nabij Sake, in het oosten van de Democratische Republiek Congo.

Oost-Congo, een grondstofrijk gebied, is al langer gedestabiliseerd door een eindeloze oorlog, veroorzaakt door het geweld van verschillende milities en invloeden van buitenlandse mogendheden. Het is niet duidelijk hoeveel mensen inmiddels door het geweld zijn omgekomen, maar de humanitaire crisis in de regio is enorm. Niet alleen stortte de oorlog de Congolese bevolking in een acute hongercrisis, in totaal zouden 6,9 miljoen Congolezen inmiddels ontheemd zijn vanwege het aanhoudende geweld, zo blijkt uit de meest recente cijfers van Internationale Organisatie voor Migratie (IOM). In Noord-Kivu zijn sinds maart 2022 ruim 1,6 miljoen mensen op de vlucht geslagen voor oorlogsgeweld.

Sinds eind 2021 strijden de Congolese en Oegandese legers samen tegen onder meer de ADF in Noord-Kivu en de naburige provincie Ituri. Ook de M23-beweging, die door Rwanda wordt gesteund, heeft van de humanitaire catastrofe en chaos in de regio gebruik gemaakt om meerdere gebieden te veroveren. In maart wees Bintou Keita, hoofd van de VN-missie in Congo, ook al op de wreedheden die de ADF in de regio begaan. Daarnaast waarschuwde ze voor de „aanzienlijke vooruitgang” die de M23 boekt door haar grondgebied „naar ongekende niveaus” uit te breiden. Keita riep alle buitenlandse strijdkrachten die illegaal in het land opereerden op zich terug te trekken.