De groei van het aandeel vrouwelijke hoogleraren stagneert. Het afgelopen jaar steeg het aandeel vrouwen met minder dan een procentpunt. Dat is het laagste groeicijfer in acht jaar, blijkt uit de donderdag gepubliceerde jaarlijkse Monitor Vrouwelijke Hoogleraren.
Het aandeel vrouwelijke hoogleraren kwam daarmee eind 2022 uit op 27,6 procent. Een jaar eerder was 26,7 procent vrouw. In dit tempo duurt het nog tot 2045 voor er evenveel mannelijke als vrouwelijke hoogleraren bij de Nederlandse universiteiten en academische ziekenhuizen werken, constateert het Landelijk Netwerk Vrouwelijk Hoogleraren (LNVH), de organisatie achter het onderzoek.
Dat duurt te lang, vindt het netwerk, dat pleit voor „een stevige impuls”, vergelijkbaar met een programma uit 2017. Toenmalig minister Jet Bussemaker (Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, PvdA) stelde destijds 5 miljoen euro beschikbaar om honderd vrouwelijke hoogleraren te benoemen.
Lees ook
Een kwart van de hoogleraren is nu vrouw, internationaal gezien valt dat tegen
Leeslijst
