Aan begin EU-voorzitterschap van Hongarije plant premier Orbán controversiële ontmoeting met Poetin

In de eerste week waarin Hongarije tijdelijk voorzitter is van de Raad van de Europese Unie vliegt de Hongaarse premier Viktor Orbán vrijdag naar Moskou voor een bezoek aan de Russische president Vladimir Poetin. Dat bevestigen bronnen uit Boedapest en Brussel aan onder meer The Guardian, Radio Free Europe en de Financial Times. De ontmoeting is nog niet officieel bekendgemaakt.

Het wordt de eerste keer sinds de start van de Russische inval in Oekraïne dat de twee elkaar in Rusland spreken. Orbán en Poetin ontmoetten elkaar wel al elders. De radicale Hongaarse premier staat bekend als de meest Kremlingezinde regeringsleider binnen de EU, ook over de oorlog herhaalde hij regelmatig Russische retoriek. Hongarije weigert Oekraïne wapensteun te leveren en bekritiseert sancties van EU-lidstaten tegen Rusland.

Dinsdag ging Orbán voor het eerst sinds de oorlog naar Oekraïne toe. In Kyiv riep hij op tot „een snel staak-het-vuren. De vredeskwestie is belangrijk voor heel Europa”.

Hongaars voorzitterschap

Als EU-voorzitter mogen Hongaarse ministers het komende halfjaar strikt genomen de Europese ministerraden voorzitten en de agenda vaststellen. Voor de leider van het voorzittende land is het niettemin ook een kans zich als stem van Europa te presenteren en zo bijvoorbeeld invloed uit te oefenen op de relatie met Rusland. In september spreekt premier Orbán het Europees Parlement toe, naar verwachting zal het dan onder andere over de steun aan Oekraïne gaan.

Op het moment dat berichten over de aanstaande ontmoeting uitlekten, benadrukte de voorzitter van de Europese Raad, Charles Michel, donderdagavond op X dat het roulerend voorzitterschap landen „geen mandaat geeft om namens de EU met met Rusland in gesprek te gaan. Discussies over Oekraïne kunnen niet plaatsvinden zonder Oekraïne.”


Lees ook

EU zet zich schrap voor zes maanden met Hongarije aan het roer

De Hongaarse premier Viktor Orbán trakteert Commissievoorzitter Ursula von der Leyen op zijn befaamde handkus.