N.B. Het kan zijn dat elementen ontbreken aan deze printversie.
Arjen Rijken (28) werkt deze zomer als wegenwacht in Frankrijk. Zijn vrouw Yara Belle (25) en zoontje gaan mee en zitten op een camping. „Na een werkdag het zwembad induiken: daar heb ik echt heel veel zin in.”

Arjen: „Al vier jaar lang geef ik me op om in de zomervakantie als wegenwacht over de grens te mogen werken. Dat is een gewilde positie, dus daar wordt om geloot. De ANWB heeft in Frankrijk en Italië in de zomer steunpunten om Nederlandse pechgevallen te helpen. Door goede inzet heeft mijn teammanager me dit jaar voorgedragen en in december hoorde ik dat ik het geworden was. Superleuk nieuws!”
Yara: „Zes weken naar het buitenland is voor mij en Yanu, ons zoontje van 4, natuurlijk ook erg leuk. De ANWB regelt het verblijf voor het hele gezin; we mochten zelfs een voorkeur opgeven voor een camping. Ik koos er een met alles erop en eraan: een megapeuterzwembad, een winkeltje.”
Arjen: „We hebben er zelfs een stacaravan met airco!”
Yara: „En een vaatwasser. Die hebben we thuis ook niet. Het is best wel luxe.”
Arjen: „We gaan deze maand voor zes weken naar Anduze in Frankrijk. Dinsdag en woensdag worden mijn weekend. De andere dagen werk ik gemiddeld van acht tot vijf, maar de afstanden zijn groot, dus het kan ook wel eens wat later worden.”
Yara: „Ik zal me richten op Yanu, onze kleine man. Het is voor mij vooral een upgrade ten opzichte van hoe we normaal de zomers doorbrengen. We wonen in een flat en hebben alleen een balkon. In Frankrijk gooien we de deuren open en kunnen meteen lekker naar buiten: naar het speeltuintje, het zwembad, broodjes halen in het winkeltje. Geen haast. Gewoon, go with the flow.”
Arjen: „Waar ik naar uitkijk, is na elke werkdag lekker het zwembad in te duiken. Daar heb ik echt heel veel zin in. Ook is het werk inhoudelijk interessant. Waar je in Nederland de auto naar een garage dichtbij kunt sturen, wil je in Frankrijk zoveel mogelijk repareren, zodat mensen meteen weer op pad kunnen. Van collega’s hoor ik dat het altijd een gaaf avontuur is.”
Yara: „Wat misschien nog even spannend wordt, is de rit ernaartoe. Yanu vraagt in de auto in Nederland al om de vijf minuten of we er bijna zijn. Anduze ligt op zo’n dertien uur rijden, dus ik ben benieuwd.”
Thuismanager
Yara: „Thuis ben ik de regelpersoon.”
Arjen: „Ja, zeker! Yara is van het regelen.”
Yara: „Ik ben thuisblijfmoeder, of thuismanager – dat vind ik eigenlijk een betere term. Vijf jaar geleden studeerde ik nog voor persoonlijk begeleider in de gehandicaptenzorg. In het laatste jaar kwam ik erachter dat ik zwanger was.”
Arjen: „We hadden toen al wel naar elkaar uitgesproken dat we ooit kinderen wilden, maar het kwam iets vroeger dan gepland.”
Yara: „Het was voor mij een behoorlijke verandering. Al mijn vriendinnen gingen stappen, feesten, reizen – en ik zat thuis met een baby. Ik was altijd ambitieus in mijn studie geweest, had voor ogen dat ik op zou klimmen naar de universiteit, maar nu wilde ik vooral dat mijn kind gezond en normaal zou opgroeien. Want Arjen en ik zeiden al meteen tegen elkaar: we hebben niet een kind gekregen om het in de opvang te stoppen.”
Arjen: „Nee, wij vinden dat een kind zoveel mogelijk opgevoed moet worden bij papa en mama.”
Yara: „Geldtechnisch zou het leuker zijn als ik ook zou werken, maar nu is dat nog niet aan de orde. Werken is lastig te combineren met de onregelmatige roosters van Arjen en we willen ons kind nog niet de hele dag naar de bso brengen.”
Arjen: „In mijn werk is het ongebruikelijk niet fulltime te werken. Wel heb ik woensdag mijn papadag. Die staat vast.”
Yara: „Ik vind dat thuisblijfmoeder zijn wel eens wordt onderschat. Ik heb vaak genoeg te horen gekregen dat het vast lekker rustig is, alleen thuis met een kind.”
Arjen: „Maar een kind vraagt veel aandacht van je. Hij is altijd aanwezig. En Yanu was best een peuterpuber, die behoorlijk kan gillen en krijsen.”
Yara: „Ik vind het vooral mentaal soms best moeilijk. Hier in Oosterbeek wonen veel rijke mensen; die zijn vaak al 35, 40 als ze aan kinderen beginnen, terwijl ik 20 was toen ik Yanu kreeg. Door die andere levensfase vond ik niet echt aansluiting bij andere moeders. Ook is het pittig dat je altijd maar ‘mama’ bent. Daarom ben ik zo blij met mijn wekelijkse sportklasje waar ik gewoon even Yara kan zijn. Dat is onderdeel van een speciaal leefstijlinterventie-traject dat ik volg om af te vallen. Het sporten is mijn momentje van de week.”
Arjen: „Waar wij zijn over vijf jaar? Dan werk ik nog steeds bij de ANWB, dat weet ik zeker. Het is gewoon mijn droombaan. En Yara is aan het studeren, gok ik.”
Yara: „Ik denk ook dat ik studeer: iets met kinderen, of met cijfertjes. Mijn moeder heeft een eigen zaak. Haar belastingaangifte doen, vind ik het leukste wat er is.”
Opblaaszwembad
Arjen: „Over vijf jaar wonen we ook ergens anders. We weten namelijk sinds maandag dat we zijn ingeloot voor een eengezinswoning in Arnhem.”
Yara: „Een wonder. Ik heb zes jaar lang elke week op lootwoningen bij de woningcorporatie gereageerd. Na al die keren was het nu raak.”
Arjen: „Het nieuwe huis heeft een tuin en over vijf jaar staat daar honderd procent zeker een mooi opblaaszwembad in. Ja, dat is echt mijn grootste droom. Ik kom uit Friesland en ben opgegroeid met het water.”
Yara: „Hij heeft ook echt zestien zwemdiploma’s ofzo. Niet normaal.”
Arjen: „Het plaatje zou helemaal compleet zijn met een koophuis. Ik had in mijn hoofd dat ik dat allemaal op orde zou hebben voordat ik aan kinderen zou beginnen. Het komt nu vier jaar later en het is een huurhuis geworden in plaats van een koophuis, maar dat we zo een eigen plekje hebben waar Yanu kan spelen en lekker in de modder kan wroeten – dan is het eigenlijk al goed.”
