‘Op een zolderkamertje zaten zij twee jaar ondergedoken’

Mijn ouders Voor deze serie sturen lezers foto’s van hun ouders in. Deze keer stuurde Arno Vyth (1947) een foto van zijn vader Alfred Vyth (1911-1998) en zijn moeder Elly Vyth (1907-1987).

Arno Vyth: „Deze foto van mijn ouders is gemaakt in 1953, acht jaar na de Tweede Wereldoorlog. Dit was hun allereerste vakantie.

„Vanaf 1954 mochten mijn zus en ik ook mee, met een tent erbij, en later met de caravan. Ik heb mooie herinneringen aan deze vakanties, omdat onze ouders – die samen altijd druk waren in de winkel – dan alle aandacht voor ons hadden.

„In de jaren direct na de oorlog hebben mijn ouders hun handen vol gehad aan het opbouwen van hun bestaan, zoals vrijwel iedereen van hun generatie. Zij begonnen een textielzaak in Nijmegen. Ze hadden een Ford Taunus. In de vakantie werd die als camper gebruikt. Lakenzakken en gordijntjes voor in de auto had mijn moeder zelf genaaid. Zij was opgeleid als coupeuse. Zij maakte ook de jurkjes voor mijn zus. Als mijn moeder achter haar naaimachine zat, waren dat intieme momenten: dan zat ik dicht bij haar.

„Mijn joodse ouders waren eind jaren dertig uit Duitsland naar Nijmegen gevlucht. In de oorlog zaten zij daar twee jaar ondergedoken op een zolderkamertje, bij een gezin met drie opgroeiende kinderen. Mijn vader moest zich verborgen houden voor de kinderen. Alleen ’s avonds kon hij even naar buiten. Mijn moeder werkte als dienstmeisje in dit gezin.

„De ouders en twee zusjes van mijn vader hebben de oorlog niet overleefd; zij zijn vermoord in Duitse kampen. Mijn moeders moeder was orthodox joods, haar vader was katholiek. Zij was een voorechtelijk kind, dat is opgegroeid bij een tante. De familiegeschiedenis van mijn moeder is te ingewikkeld om hier samen te vatten.”