‘Martelaar’ Arouri was sleutelfiguur in Hamas en schakel met Iran

‘Wij zijn gelovigen en hopen ons leven te kunnen afsluiten met het martelaarschap”, zei Hamas-kopstuk Saleh al-Arouri eind augustus in een interview met de Libanese krant al-Mayadeen. „Dát is in onze ogen de grote overwinning.”

Hij heeft zijn zin gekregen. Arouri werd dinsdagavond samen met zeker twee andere Hamas-leden en drie Libanezen gedood in een explosie in Beiroet. Internationale persbureaus spreken van een Israëlische drone-aanval. Israël heeft de aanval formeel nog niet opgeëist, maar Israëls ambassadeur bij de VN heeft het Israëlische leger en de inlichtingendiensten wel alvast gefeliciteerd met de aanval.

De 57-jarige Arouri gold als één van de belangrijkste figuren binnen Hamas. Hij was medeoprichter van Hamas’ militaire vleugel, de Kassam Brigades, en de tweede man van diens politieke leiding. Als geboren netwerker was hij Hamas’ schakel tot Iran en Hezbollah, maar ook een begenadigd onderhandelaar met kennis van het Hebreeuws en de Israëlische politiek.

Arouri werd in 1966 geboren in het dorpje Aroura op de Westelijke Jordaanoever, een jaar voordat Israël het gebied bezette. Hij studeerde Islamitisch recht aan de universiteit van Hebron en raakte eind jaren tachtig betrokken bij de jeugdafdeling van Hamas. Daar zou hij gerekruteerd zijn om mee te helpen aan het opzetten van Hamas’ militaire activiteiten in Hebron.

Achttien jaar in de cel

In totaal zat Arouri bijna achttien jaar vast in Israëlische gevangenissen. Het begon in 1990, toen hij als 24-jarige werd vastgezet in zogeheten ‘administratieve detentie’, een preventieve gevangenzetting zonder rechtszaak. In 1992 volgde nog zo’n detentie, waarna hij veroordeeld werd tot vijf jaar cel voor „een leidersrol binnen Hamas”. Vlak voor zijn vrijlating voegde de rechtbank daar vijf jaar aan toe, onder meer wegens het onderhouden van illegale contacten in de gevangenis. Daarop volgde nog eens vier jaar aan administratieve detentie.

De gevangenis heeft Arouri mede gevormd. Hij zat onder meer vast in het Moskobiyyeh-detentiecentrum, waar volgens mensenrechtenorganisaties wordt gemarteld, en legde in de cel contact met andere Hamas-leiders en leden van andere Palestijnse organisaties. Ook leerde hij er Hebreeuws en verdiepte hij zich in de Israëlische politiek.

Toen hij in 2007 vrijkwam, trouwde Arouri onmiddellijk met Hana, de vrouw met wie hij zich dertien jaar eerder had verloofd. Ook gaf hij een interview aan de Britse krant The Telegraph waarin hij de hoop uitte dat Hamas’ winst in de Palestijnse verkiezingen van 2006 een politiek proces met Israël zou inluiden en hij bomaanslagen op Israëlische burgers afzwoer. „De vrucht van militaire actie is politieke actie”, zei Arouri. „Alle oorlogen eindigen met wapenstilstanden en onderhandelingen.”

Maar een paar maanden later plaatste Israël de pas vrijgelaten Arouri opnieuw onder administratieve detentie. Deze werd almaar verlengd tot aan 2010, toen Arouri vrijkwam op voorwaarde dat hij het land zou verlaten. „Dit keer”, schrijft de Amerikaanse krant The Washington Post, „zouden er geen aankondigingen komen van verbeterd gedrag.”

Een leven in ballingschap

Arouri begon een leven in ballingschap en bouwde een internationaal netwerk op. Hij verbleef eerst in Syrië, maar week wegens de oorlog daar uit naar Turkije. In Istanbul zou hij een eigen Hamas-kantoor hebben opgericht en zich soms tegendraads hebben opgesteld tegenover andere Hamas-leiders. Zo claimde hij in 2014 dat Hamas verantwoordelijk was voor de ontvoering van drie Israëlische tieners in juni van dat jaar, terwijl dit door andere leiders werd ontkend en is betwist door veiligheidsexperts. Arouri omschreef de ontvoering en uiteindelijke moord op de tieners als een „heroïsche operatie”.

Mede onder Israëlische en Amerikaanse druk, zo schreven Israëlische media destijds, zou Turkije Arouri in 2015 de deur hebben gewezen. Daarop pendelde hij jarenlang tussen Qatar, waar Hamas’ politieke hoofdkantoor gevestigd is, en Libanon, waar hij driftig netwerkte met de Libanese strijdgroep en politieke partij Hezbollah en diens Syrische en Iraanse bondgenoten.

Dat laatste was van groot belang voor Hamas’ regionale koers. Hamas had in Syrië immers aanvankelijk de opstandelingen tegen het Assad-regime gesteund en was daardoor ook op gespannen voet komen te staan met bondgenoten Hezbollah en Syrië. Mede door Arouri werden die kwesties in de jaren na 2015 gladgestreken en naderde Hamas weer toe tot de zogeheten ‘As van Verzet’, een door Iran aangedreven regionale coalitie tegen Israël. „Voor Iran was Arouri mogelijk de meest loyale en strategisch belangrijke figuur binnen Hamas”, schrijft analist Charles Lister op X naar aanleiding van Arouri’s dood.

Arouri’s grote netwerk en onderhandeltalent kwamen Hamas ook in de huidige oorlog goed van pas. Hij heeft een „onmisbare” rol gespeeld in onderhandelingen over de uitruil van Israëlische gijzelaars en Palestijnse gevangenen, aldus de Britse krant The Guardian. Zo zou hij verantwoordelijk zijn geweest voor de selectie van personen die aan beide zijden zouden moeten worden vrijgelaten.

Dat hij nauw coördineerde met de Hamasleiding in Gaza, staat vast. In tegenstelling tot een deel van Hamas’ politieke afdeling in Qatar stond Arouri bekend om zijn nauwe banden met de Kassam Brigades in Gaza, de militaire vleugel van Hamas die de aanval van 7 oktober uitvoerde. Of hij die aanval ook hielp voorbereiden is niet zeker.

Wel voorspelde Arouri eind augustus, in hetzelfde interview waarin hij zei te hopen te sterven als martelaar, een „regionale oorlog” tegen Israël. De extreem-rechtse koers van premier Netanyahu en escalerende kolonisatie van de Westelijke Jordaanoever hadden dit wat hem betreft „onvermijdelijk” gemaakt. „De As van Verzet is voorbereid”, zei Arouri destijds.

De vraag is nu vooral hoe dat verbond zijn dood zal wreken. Iran en Hezbollah kunnen de dood van ‘hun’ man binnen Hamas moeilijk aan zich voorbij laten gaan. Tegelijkertijd dreigt inderdaad de regionale escalatie waarover Arouri afgelopen zomer profeteerde. Hoewel zoals gebruikelijk al dreigende taal uit Beiroet en Teheran klinkt, blijft het de vraag of de ‘As van Verzet’ daar daadwerkelijk op zit te wachten.