‘Ik deed alles „goed”, tóch had ik geen geluksgevoel’

Spitsuur Anne-Pim van Oostveen (31) zag als stagiaire de ‘destructieve kanten’ van het toerisme. Ze ontdekte waarden die ze niet in de praktijk bracht: om zo duurzaam, creatief, sociaal en ‘lokaal’ mogelijk te leven. Tot ze de oprichter sprak van Green Side.

Foto David Galjaard

Anne-Pim: „Ik heb International Tourism Management gestudeerd in Breda. In die tijd reisde ik veel: ik was al twee jaar in Australië geweest, heb een half jaar stage gelopen bij een internationaal reisbureau in Barcelona en via een uitwisselingsprogramma heb ik in Istanbul een minor aviation gedaan. Ik was een beetje betoverd door de glamour van vliegmaatschappijen als Qatar Airways, Emirates en KLM. Het leek me heel avontuurlijk om in die wereld te werken. In Istanbul werden we als studenten eens uitgenodigd voor een bezoek aan een groot hotel. Het was maandagmorgen en alles glom, er speelde een orkestje en de chocoladefontein stond al aan. Het paste in mijn streven naar perfectie. Al zag ik toen ook al de destructieve kanten van toerisme. Terug in Nederland heb ik allerlei baantjes gehad: als reisleider voor mensen met een licht verstandelijke beperking, huiswerkbegeleider, administratief medewerker, coördinator resource management.

„Tijdens die laatste baan fietste ik op een dag naar huis en merkte ik dat ik me bedrogen voelde: ik had mijn leven perfect gestructureerd, er lagen mooie carrièrekansen in het verschiet, inclusief een auto van de zaak, ik at gezond, sportte veel, ’s avonds legde ik mijn nette kleren klaar voor de volgende dag, kortom, ik deed alles ‘goed’ en tóch had ik geen geluksgevoel. Dat was een verwarrende gedachte, want hoe zou ik dat geluk dan wel vinden? Mijn manager heeft me heel goed opgevangen, maar ik voelde dat ik een andere kant op moest met mijn leven. Dit was niet mijn weg. Toen ben ik gestopt met die baan.”

Filmposters

„In gesprekken met anderen ontdekte ik waarden die ik belangrijk vond, maar waar ik niet naar streefde: om zo duurzaam, creatief, sociaal en ‘lokaal’ mogelijk te leven. In 2018 volgde ik een cursus van De School voor Wereldverbeteraars, waar ik allerlei mensen ontmoette die een bijdrage aan een betere wereld wilden leveren. Daar kwam ik de oprichter tegen van Green Side, een bedrijfje dat eenzijdig gebruikt papier ophaalde op basisscholen in Houten en daar in een sociale werkplaats notitieboekjes van liet maken. Ik heb toen hetzelfde opgezet in Utrecht.

„Inmiddels zijn we met vier partners, en zijn we actief in het midden van het land en in Groningen. In Utrecht doen al vijfentwintig basisscholen, de Hoge School voor de Kunsten en het Grafisch Lyceum mee. Vrijwilligers halen het papier op per fiets en brengen het naar de sociale werkplaats. Mijn rol is productontwikkeling en speuren naar nieuwe samenwerkingsverbanden. We zijn altijd op zoek naar reststromen, zoals filmposters, waar we enveloppen uit laten maken. Uit reststroken gerecycled vilt maken we omslagen voor de notitieboekjes. En leren omslagen uit restjes leer. We krijgen ook regelmatig oud briefpapier van bedrijven die zijn overgestapt op een nieuw logo. Ons nieuwste product is een meditatiekussen van reststoffen, gemaakt in een sociaal naaiatelier.

„Ik heb een paar jaar voor Green Side gewerkt met heel weinig inkomen, maar dat maakte me niet uit, ik had genoeg spaargeld. Inmiddels halen we er alle vier een klein salaris uit. Elke vrijdag werken we hier samen in mijn woonkamer. Het bedrijf groeit organisch. We verzinnen iets en proberen het uit. Op dit moment zijn dat kerstpakketten met producten van andere sociale en duurzame ondernemers. Naast Green Side werkte ik als administratief medewerker, en soms bij Seats2Meet, waar je werkruimte kunt huren, en ik spreek audioblogs in.

„Ook ben ik sinds een jaar yogadocent. Dat begon in coronatijd met online yoga. Ik merkte dat dat ervoor zorgde dat ik minder mentaal bezig was en meer in het nu leefde. Nu geef ik twee avonden per week les op een yogaschool. Samen met de circa 24 uur die ik werk voor Green Side en wat andere klussen is mijn week wel vol.”

Woongroep

„Ik woon in een woongroep met zeven andere jonge mensen in hartje Utrecht. Ik ben ook opgegroeid in een woongroep. We kookten en aten vrijwel elke avond samen. Er waren altijd kinderen om mee te spelen, ik voelde me nooit alleen. Omdat ik vaak bij andere gezinnen over de vloer kwam, leerde ik veel over andere mensen. Ik kan me niet voorstellen hoe het is om in je eentje te wonen. Ik denk dat ik altijd in een woongroep blijf wonen.

„Geld geef ik uit aan een yoga-abonnement, want ik volg zelf ook lessen. Daar doe ik ook weer inspiratie op voor mijn eigen lessen. En ik ga graag naar de IJ-hallen in Amsterdam, voor tweedehandskleding. Ik hou van kleren, maar koop bijna nooit iets nieuws. Ik geef meer geld uit aan ervaringen, planten voor de moestuin, een keramiekcursus met vrienden, een dagje uit. Voor mijn verjaardag heb ik een zangles gekregen van mijn huisgenoten, dat ben ik toen een poosje blijven doen. Voor mijn 29ste verjaardag kreeg ik van mijn ouders geld dat ik alleen mocht uitgeven aan luxe dingen, omdat ik dat bijna nooit doe.

„Ik wil nog heel veel dingen doen in mijn leven. Ik zit bijvoorbeeld te denken aan een kappersopleiding, mijn moeder en opa waren allebei kapper. Het lijkt me een creatief en sociaal vak. Een leven lang leren, dat past bij mij. En ik zou ooit wel meer in de natuur willen wonen en werken. Ik voel dat er binnenkort iets nieuws gaat komen, maar weet nog niet wat. Dat kan zijn binnen Green Side of daarbuiten, maar het is in elk geval iets met mensen, creativiteit en natuur.”