Partijen die elkaar uitsluiten, vasthouden of breekpunten hanteren: dat maakt de formaties in de provincies lastig

Verkiezingscampagne Al tijdens de campagne stellen partijen eisen aan provinciale coalities die nog gevormd moeten worden. D66 wil niet met BBB, dat zelf inhoudelijke breekpunten formuleert. Kan er straks wel geformeerd worden?

BBB-partijleider Caroline van der Plas en D66-fractievoorzitter Jan Paternotte tijdens het radiodebat van de NOS. Samenwerking in provinciale coalities lijkt lastig te worden.
BBB-partijleider Caroline van der Plas en D66-fractievoorzitter Jan Paternotte tijdens het radiodebat van de NOS. Samenwerking in provinciale coalities lijkt lastig te worden.

Foto Ramon van Flymen/ANP

D66 wil zich in alle provincies „recht tegenover” partijen als BBB, JA21 en PVV opstellen omdat zij het stikstof- en klimaatprobleem ontkennen, staat in een brief van de twaalf provinciale lijsttrekkers. D66 wil dus niet met deze partijen in een college, was al snel de interpretatie in de media.

GroenLinks en PvdA willen elkaar juist in steeds meer provincies „vasthouden”, zoals de provinciale fracties in Zuid-Holland deze week bekendmaakten. Dat betekent: alleen samen in een college, anders niet.

De BoerBurgerBeweging (BBB), die volgens de peilingen in veel provincies goed gaat scoren, formuleert steeds meer breekpunten rond stikstof. De partij wil bijvoorbeeld alleen in een college als dat gedwongen onteigenen van boeren uitsluit.

Het zijn strategische campagnemanoeuvres die na de verkiezingen van volgende week de collegevorming in de provincies ernstig dreigen te bemoeilijken. Formeren in de provincies is al niet eenvoudig: door het versnipperde politieke landschap bestaan veel provinciale colleges al uit vijf partijen, om een meerderheid te verzekeren.


Lees ook: Met Caroline van der Plas op campagne. ‘Kom je met mij een slotdebatje doen, Mark?’

Als een nieuwkomer als BBB door middenpartijen als D66 wordt uitgesloten, kan het vinden van meerderheden voor de nieuwe colleges van Gedeputeerde Staten nóg ingewikkelder worden. Zeker omdat veel partijen al jaren uit principe niet met radicaal-rechtse partijen als FVD en PVV willen samenwerken.

D66 nuanceerde de ‘uitsluitbrief’ van de lijsttrekkers al snel: partijleider Sigrid Kaag zei maandag bij Op1 dat BBB en JA21 niet op „morele waarden” worden uitgesloten, maar dat D66 samenwerking inhoudelijk niet voor zich ziet. Alleen als BBB en JA21 de klimaat- en stikstofdoelen, zoals halvering van de stikstofuitstoot en 55 procent CO2-reductie in 2030, willen onderschrijven wil D66 met ze praten. De partij gaat niet in colleges van „uitstel en afstel” zitten, zei Kaag eerder op een campagnebijeenkomst.

De gevolgen van deze opstelling zouden in de praktijk kunnen meevallen: D66 bestuurt nu vooral in Randstedelijke provincies als Zuid-Holland, Noord-Holland en Utrecht, terwijl BBB juist groot lijkt te worden in het noorden, oosten en zuiden. In Groningen en Limburg kan het wel een issue worden: daar zit D66 in het college en lijkt BBB goed te gaan scoren. Partijen met wie D66 daar samenwerkt, zoals VVD en CDA, vinden het juist geen goed idee om blokkades tegen bijvoorbeeld BBB op te werpen.

Serieus besturen

Mirjam Wulfse, gedeputeerde en VVD-lijsttrekker in Groningen, is „in tegenstelling tot D66 van de liberale school die partijen niet van tevoren uitsluit”, zegt ze. Wulfse vindt BBB „geen antidemocratische partij”, maar betwijfelt wel of die partij echt bestuurlijke verantwoordelijkheid wil nemen. „Ze voert nu vooral het verzet aan.”

In Groningen is de provincie al begonnen met een plan voor de stikstofaanpak; ze wil zich aan de landelijke doelen voor 2030 houden. „Als BBB straks zegt: we bestrijden de doelen, terwijl we hier al gestart zijn, dan wil je niet serieus besturen.”

Ook de Limburgse CDA-lijsttrekker Michael Theuns vindt de opstelling van D66 onverstandig. „Laten we als politiek niet met de rug naar elkaar staan, maar het goede voorbeeld geven.” Theuns ziet in de programma’s van CDA en BBB „best veel overlap”, maar zegt dat samenwerking afhangt van hoe constructief BBB zich in onderhandelingen opstelt. Zelfs samenwerking met de PVV, die in Limburg de grootste kan worden, sluit Theuns niet principieel uit. Hij vindt dat wel een stuk minder vanzelfsprekend dan samenwerking met BBB. „Als je kijkt naar de ervaringen in het verleden en ook ideologie, dan staat de PVV veel verder van ons af.”

BBB-leider Caroline van der Plas formuleerde in mediaoptredens tijdens deze campagne twee inhoudelijke breekpunten voor haar partij. De BBB wil dat gedwongen onteigening en het halen van de stikstofdoelen per 2030 van tafel gaan. Die eisen druisen in tegen het landelijke kabinetsbeleid, maar in de provincies wordt daar heel verschillend over gedacht. Het huidige college in Overijssel, waar BBB groot kan worden, stelt in een eerste versie van zijn stikstofplan zelfs 2035 ambitieus te vinden. En provinciale politici van VVD en CDA kijken soms heel anders tegen bijvoorbeeld onteigening aan dan deze coalitiepartijen in Den Haag. Lijsttrekker Theuns zegt dat het CDA Limburg daar „niet aan wil meewerken”, terwijl het kabinet denkt dat het nodig kan zijn.


Lees ook: Niemand in het CDA gelooft nog in winst bij de komende verkiezing

Elkaar vasthouden

Een andere potentieel complicerende factor voor de formaties is de samenwerking op links. GroenLinks en PvdA doen in bijna alle provincies, op Zeeland na, nog als losse partijen mee. Maar in twee provincies, Noord-Brabant en Zuid-Holland, kondigden de partijen aan „elkaar vast te houden” en alleen samen in het college te gaan, of anders samen in de oppositie. Dat wijkt niet heel erg af van de huidige praktijk: in tien van de twaalf provincies bestuurden GroenLinks en PvdA de afgelopen jaren al samen. Toch kan het linkse ‘vasthouden’ tot frictie met andere partijen leiden als een van de fracties getalsmatig overbodig is voor een coalitie. Na de Kamerverkiezingen van 2021 hielden VVD en CDA de twee linkse partijen om die reden buiten het kabinet.

Of alle eisen die de partijen vooraf stellen echt zo hard zijn, zal na de verkiezingen blijken. Als de kiezer heeft gesproken kunnen partijen nog weleens terugkomen op blokkades of allianties die in de campagne gretig voor de eigen profilering worden gebruikt. Daar komt nog bij dat de provinciale peilingen van bijvoorbeeld EenVandaag laten zien dat veel van de huidige colleges op 15 maart hun meerderheid kunnen verliezen, en er mogelijk nóg meer partijen in de colleges nodig zijn. Dan is het de vraag of partijen zich de luxe van uitsluiten of breekpunten nog kunnen permitteren.