N.B. Het kan zijn dat elementen ontbreken aan deze printversie.
ZAP In het WNL-programma Aangehaakt legt electoraal geograaf Josse de Voogd uit waar welke kiezer woont, en hoe kiezers wonen. En dat hondenbezitters vaker rechts stemmen dan kattenbezitters.
Laat ik beginnen met het zoet. Tien minuutjes duurde Aangehaakt van WNL op maandagavond, maar van mij had de wijkwandeling met electoraal geograaf Josse de Voogd best langer mogen duren. Josse de Voogd weet waar welke kiezer woont, en hij weet ook nogal precies hóe kiezers wonen. Hij loopt in Arnhem door het Spijkerkwartier, een buurt waar de junks zijn vervangen door yups. De Steenstraat. Dit is, zegt hij, een typisch overgangsgebied. Een hip bakkertje naast een naaimachinewinkel, een shoarmatent én een vegetarische slager. Dan een doorsteek naar een straat zo Groenlinksig dat het cliché wordt. Groene begroeiing tégen de gevels, wild en een beetje rommelig. Zoiets ziet hij in CDA- en VVD-buurten zelden. Het is alsof hij ruikt dat hier intellectuelen en „kunstenaarstypes” wonen. Hij ziet het aan de boekenkasten die van buitenaf zichtbaar zijn. En aan het weelderige, her en der geplante groen dus.
Woon je op Geitenkamp in Arnhem dan stem je hoogstwaarschijnlijk Forum voor Democratie, PVV of misschien SP. Niet dat je ook echt een vakje rood zult maken op 15 maart, want stemmen doen de meeste buurtbewoners hier niet. Je woont in een sociale huurwoning en je voortuin is betegeld. De overheid die nooit thuisgeeft als je hem nodig hebt, wil met een drone over de wijk vliegen om te controleren hoeveel stoeptegels je hebt liggen. Die moeten namelijk van gemeentewege verwijderd om plaats te maken voor groen. Reden voor buurtbewoners om af te haken, zegt Josse de Voogd. Niet meer meedoen en de politiek links laten liggen.
Nog één Josse weetje: hondenbezitters stemmen vaker rechts dan kattenbezitters. Bij CDA-ers zie je meer konijnen. Dinsdag is Aangehaakt in Borger Odoorn, Drenthe, daar schijnt de bodem te bepalen wat je stemt.
Amerikaanse bommen
Dan moeten we het nu over de oorlog hebben. Weer. Niet de Russisch-Oekraïense, hoewel ik een paar overeenkomsten zag met die van twintig jaar geleden in Irak. Vervang in de speeches van de Amerikaanse president Bush jr. de naam Saddam Hoessein maar eens voor Poetin. Dezelfde woorden, dezelfde retoriek. De vijand is leugenachtig, ontkennend, trainerend, de vrijheid in gevaar. Voor journalist Tom Kleijn was de invasie van maart 2003 aanleiding om een driedelige serie te maken, Terug in Irak (NTR), het eerste deel werd maandag uitgezonden. Destijds deed hij vanuit Bagdad verslag tot de eerste Amerikaanse bommen vielen.
De vraag is waarnáár Tom Kleijn teruggaat in Irak. De gids en tolk die hem in 2003 begeleidde, is bepaald niet enthousiast om hem te zien, als hij hem al herkent. Is dat omdat hij aan lager wal is geraakt, zoals Kleijn denkt? Of wil hij niet (meer) openlijk in verband worden gebracht met het regime van Saddam Hoessein? Hij leidde vele televisieploegen rond in zijn land, vertelt hij op een later moment, en het was zijn taak te begrenzen wat buitenlanders zagen en verstonden. Eén verkeerde afslag, en hij was in de cel beland.
Tom Kleijn bezoekt het dak van het hotel van waaruit hij live verslag deed, tussendoor zijn beelden gemonteerd waarin we hem dat zien doen. Hij voert een mooi gesprek met een jonge vrouw, nog een meisje toen de oorlog uitbrak en ervan overtuigd dat Amerikaanse soldaten half-robot waren, dat had ze zelf in films gezien.
Toch haalt Terug in Irak het niet bij Onze man in Afghanistan van Thomas Erdbrink. Hij kent de taal en begrijpt daarmee het land en de mensen. Tom Kleijn gaat in Irak op zoek naar sporen van een oorlog die begonnen werd op basis van leugens (massavernietigingswapens!). Maar als hij teruggaat naar de plekken waar hij twintig jaar geleden was, wat vindt hij daar dan, behalve de reportages die hij er toen maakte en zijn herinneringen?