N.B. Het kan zijn dat elementen ontbreken aan deze printversie.
Voetballer Een 24-jarige vrouw vertelde de politie dat de Marokkaans-Spaanse profvoetballer Hakimi haar in zijn huis uitnodigde, waar hij haar zou hebben verkracht.
De advocaat van Hakimi spreekt van valse beschuldigingen.
Foto Kenzo Tribouillard/AFP
De Marokkaans-Spaanse profvoetballer Achraf Hakimi, verdediger bij de Parijse voetbalclub Paris Saint-Germain, is donderdag aangeklaagd voor verkrachting. Dat melden Franse media vrijdag. Een 24-jarige vrouw zegt afgelopen zaterdag door Hakimi verkracht te zijn in een buitenwijk van Parijs, en stapte daarop naar de politie.
Zelf wilde de vrouw geen aanklacht indienen, schreef de Franse krant Le Parisien maandag, maar het Franse Openbaar Ministerie opende na haar verklaring zelf een onderzoek dat tot de aanklacht leidde. In de verklaring zou de jonge vrouw hebben verteld hoe Hakimi haar uitnodigde naar zijn huis te komen, waar hij haar zou hebben betast, aangerand en verkracht. Na een worsteling wist ze zichzelf te bevrijden en liet ze zich door een vriend of vriendin ophalen.
Vrijdag was Hakimi vrolijk aanwezig op de training, schrijft persbureau AFP. Zijn advocaat ontkent alle aantijgingen en zegt dat Hakimi „ter beschikking van justitie” staat.
PSG steunt Hakimi
Paris Saint-Germain steunt Hakimi en „vertrouwt op justitie”, zei een woordvoerder tegen AFP. Verder wilde de club geen commentaar geven. Of Hakimi voor de club blijft uitkomen terwijl de zaak loopt, is niet bekend.
Hakimi speelt sinds 2016 voor het Marokkaans elftal, waarmee hij deze winter de halve finale van het WK in Qatar bereikte. De rechtsback heeft in 61 duels acht goals namens Marokko gescoord.
Petra Laseur mocht niet toneelspelen op de Amsterdamse Montessori School. De school kende een strikte regel: leerlingen niet voortrekken. En dus werd de dochter van de bekende toneelouders Cees Laseur en Mary Dresselhuys verre gehouden van het schooltoneel.
Daarop meldde ze zich op zestienjarige leeftijd aan bij de Amsterdamse Toneelschool, waar ze in 1959 afstudeerde. Meteen kreeg ze een contract aangeboden bij de Nederlandse Comedie en debuteerde ze in de komedie Geleerde dames (Les Femmes Savantes) van Molière – het begin van een glansrijke carrière. Petra Laseur overleed afgelopen vrijdag op 85-jarige leeftijd, meldt haar familie aan NRC.
Ze trouwde in 1976 met dichter Martin Veltman, die in 1995 overleed. Uit een eerder huwelijk had ze twee zoons. Tot kort voor haar dood bezocht Laseur met grote regelmaat toneelvoorstellingen, bij voorkeur in ‘haar’ Stadsschouwburg in Amsterdam of in het naastgelegen Nieuwe de La Martheater. Sinds 1992 reikte ze ook elke twee jaar de Mary Dresselhuys Prijs uit, voor de ontwikkeling van het toneelspel in de breedste betekenis van het woord.
Zwemmend repeteren
Maar haar interesse reikte verder dan het toneel. Laseur was maatschappelijk betrokken, las dagelijks NRC en Het Parool en was, in navolging van Veltman, een aantal jaar bestuurslid van het Genootschap Onze Taal.
Later werd ze ambassadeur van de Nierstichting. Door het fameuze BNN-programma De Grote Donorshow in 2007 was ze op het idee gekomen om een nier af te staan aan een haar onbekende patiënt.
Nadat ze alle medische tests had doorstaan, kreeg ze voor de operatie in het ziekenhuis een plek toegewezen op een slaapzaal. Dát ging haar te ver. „Ik help de maatschappij graag maar ik wil een eigen kamer”, zei ze tegen de verpleegster. En zo geschiedde. Het hele donorverhaal, waarover ze zelf smakelijk kon vertellen, typeert haar. Inclusief de eis van een eigen kamer.
Petra Laseur acteerde niet („Dat doen ze in Goede tijden, slechte tijden”), ze speelde toneel. De witte wijn lag bij haar thuis niet in de koelkast, maar in de ijskast. En ze was grootmoeder, geen oma. In die rol bemoeide ze zich overigens niet met de opvoeding van haar vijf kleinkinderen. Tenzij een van hen een mes aflikte. „Daar zeg ik meteen iets van.”
Tuinieren met gelakte nagels
Het trefpunt voor Laseur en haar (klein)kinderen was, zeker in de zonnige maanden van het jaar, haar woonboot in Weesp, in een bocht van de Vecht. Ze genoot er van de rust en repeteerde al zwemmend haar teksten. Tussendoor knipte ze, met gelakte nagels, het riet bij.
Petra Maria Laseur werd op 26 november 1939 in Amsterdam geboren. Tot 1968 bouwde ze bij de Nederlandse Comedie een gevarieerd repertoire op van blijspelen tot tragedies en van wereldtoneel tot nieuwe Nederlandse teksten. Die rijkdom aan speelstijlen in voornamelijk grote rollen maakt haar tot een van de veelzijdigste actrices van haar generatie. Vanaf het begin van haar carrière was ze veelvuldig te zien in televisieseries, zoals De Stille Kracht (2000) en Rozengeur & Wodka Lime (2005).
Petra Laseur met haar moeder Mary Dresselhuys in het toneelstuk ‘Een bijzonder prettig vergezicht’, 1987.
Foto Kippa
Ook de filmwereld ontdekte haar talent. Ze speelde in 2001 in The Discovery of Heaven en, met Bram van der Vlugt, in Familie (2001). Ook trad ze vaak op met haar moeder. Ter gelegenheid van Dresselhuys’ tachtigste verjaardag in 1987 speelden ze samen in Een bijzonder prettig vergezicht, speciaal voor hen geschreven door Paul Haenen.
Dat Petra Laseur zich verbond aan de Nederlandse Comedie heeft haar vader nooit kunnen aanvaarden – hij was oprichter en directeur van de Haagse Comedie. In een interview met NRC zei Laseur dat er tussen haar vader en haarzelf „nooit iets [is] geweest”. Hij verliet het gezin toen ze vijf was. Samen met haar moeder en haar oudere zus Merel leidde Laseur naar eigen zeggen een onbekommerd leven.
Doos sherry
Het spel van Laseur kende een grote constante: het was altijd glashelder, mede dankzij haar perfecte dictie en verreikende stem. Met milde spot kon ze jonge collega’s aan het toneel nadoen die daar niets om gaven: „We hebben toch zenders?”
Ze liet zich ook nooit verleiden tot pathos of overdreven emotionaliteit in haar spel. Tweemaal ontving ze de Theo d’Or, de hoogste toneelonderscheiding: in 1973 voor de titelrol in Hedda Gabler van Ibsen bij Zuidelijk Toneel Globe en in 1981 voor haar rol van Lotte in Groot en klein van de jonge Duitse auteur Botho Strauss door het Publiekstheater.
Hoogtepunt was de scène waarin Laseur als Lotte bladerde in een reusachtig boek dat voor haar op het toneel lag. Ze hoopte hierin antwoord te vinden op haar levensvragen en ze wilde verlossing van de pijn, eenzaamheid en liefdesverdriet. Laseurs bijna rationele vertolking vormde een prachtig contrast met de heftige bewogenheid van dit stuk.
Ze schuwde het moderne theater niet, hoewel ze altijd een actrice bleef met een hang naar het toneel-van-vroeger. In interviews refereerde ze graag aan de „doos sherry” die in de tijd van de Nederlandse Comedie tijdens de generale achter het podium stond „tegen de dorst” of de paard-en-wagen waarmee ooit in Tilburg de decorstukken werden binnengereden.
Desalniettemin speelde ze later in haar carrière achtenswaardige rollen in de beroemde montagevoorstellingen van Gerardjan Rijnders, zoals Bakeliet (1987). Later gaf ze toe dat deze destijds revolutionaire voorstellingen wel ver van haar afstonden, maar ze vervulde haar taak met verve.
Petra Laseur en Jeroen Krabbé in het blijspel ‘Liefde is blind’, 1979.
Foto ANP
Een héérlijk leven
In december 2023 kreeg ze een slechte diagnose. Van operaties en chemokuren wilde ze niets weten. „Om dan, doodziek, drie maanden langer te kunnen leven? Mij niet gezien. Ik heb een héérlijk leven gehad,” zei ze tegen familie en vrienden. „Mijn leven is voltooid maar zolang ik gezond ben, leef ik nog even vrolijk door”.
Een van Laseurs laatste indrukwekkende optredens was in Richard III (2010) naast Gijs Scholten van Aschat in de titelrol. In 2011 vertolkte ze de rol van koningin Wilhelmina in de bejubelde musical Soldaat van Oranje. Hier schitterde ze zoals ze dat haar leven lang had gedaan: koninklijk, waardig en met perfecte dictie.
Zorgen? Ja, die zijn er genoeg, over de grillige boodschappen uit het Witte Huis, de toekomst van Europa’s exportindustrie en de kans op een wereldwijde recessie. Maar tussen de grijsgrauwe wolken in Warschau, waar ministers van Financiën en centrale bankiers uit heel Europa zich de afgelopen dagen verzamelden, was ook iets heel anders te zien: herwonnen zelfvertrouwen.
„Het Europese financiële systeem is een systeem geworden dat shocks absorbeert en ze niet produceert”, concludeerde Andrzej Domanski, de Poolse minister die de vergadering voorzat. Pierre Gramegna, die de miljarden in het financiële noodfonds ESM beheert, stelde al even tevreden vast dat de euro het de laatste dagen goed deed. „Europa moet de verschuivingen in de economische wereldorde als een kans aangrijpen.”
Het is niet lang geleden dat Europese politici vreesden dat ze de boot definitief gemist hadden in de concurrentiestrijd tegen de VS en China. Mario Draghi, de oud-directeur van de Europese Centrale Bank, schreef in een lijvig rapport dat Europa „een lange lijdensweg” wachtte als het zijn economie niet op orde kreeg. Toen de politieke en economische elite begin dit jaar neerstreek in Davos voor het World Economic Forum was de algemene verwachting dat de Amerikaanse economie de Europese economie ook in 2025 weer ver achter zich zou laten.
Verdwenen is die bezorgdheid allerminst. Maar de beursverwachtingen zijn bijgedraaid, Griekse staatsobligaties stonden afgelopen week te boek als minder risicovol dan Amerikaanse en de euro staat sterker tegenover de dollar. Na de verwarring en de schrik over het heffingsoffensief van het Witte Huis ziet Europa nu ook lichtpuntjes. De Amerikaanse economie drukt zijn stempel op de wereldeconomie, maar zal de EU niet automatisch meesleuren.
Grootste klappen
De grootste klappen vallen in de VS zelf, zo benadrukte de Eurocommissaris voor Economische Zaken, Valdis Dombrovskis, in Warschau. Volgens zijn berekeningen kan de Amerikaanse economie door de heffingen een tik krijgen van 0,8 à 1,4 procent van het bruto binnenlands product, versus 0,2 procent voor de EU-landen. Bij een escalatie met hogere heffingen zou de schade kunnen oplopen tot 3,3 procent in de VS en 0,6 procent in de EU.
Als de wereldhandel echt instort, wordt Europa vanwege zijn omvangrijke export het hardst geraakt van de grote handelsblokken, zegt econoom Sander Tordoir van denktank Centre for European Reform. Maar in de huidige situatie komt de grootste pijn terecht bij de VS en bij China. De export staat wel onder druk, maar veel van de goederen die uit de EU naar de VS gaan zijn niet zomaar te vervangen. „Denk maar aan gespecialiseerde Duitse machines en ASML.”
Het Europese financiële systeem is een systeem geworden dat shocks absorbeert en ze niet produceert
De eerste cijfers duiden er daarnaast op dat de Amerikaanse industrie vooralsnog niet profiteert van de handelsoorlog. Integendeel: de bouw van fabrieken, die de afgelopen jaren toenam door royale subsidies die de regering-Biden verstrekte, stokt vanwege de ontstane onzekerheid. Als Europa daarop inspringt, zegt Tordoir, kan het zijn eigen industrie nu juist versterken.
Cinzia Alcidi, werkzaam voor het Centre for European Policy Studies, ziet nog een andere bijkomstigheid. Zo lang de Amerikaanse heffingen op EU-goederen lager zijn dan op goederen uit China, hebben de Europese landen een concurrentievoordeel – bijvoorbeeld bij de export van elektrische auto’s. Alcidi: „Dat is een neveneffect dat positief kan uitpakken.”
Daartegenover staat wel het risico dat Europa te maken kan krijgen met grote hoeveelheden goederen die China straks niet meer winstgevend naar de VS kan exporteren. Ursula von der Leyen, de voorzitter van de Europese Commissie, zei afgelopen week dat ze in gesprek is met de Chinese regering om zo’n verlegging van de handelsstromen te voorkomen.
Sterke euro
In Warschau zag Jörg Kukies, de Duitse minister van Financiën, nog een andere kans die voor het oprapen ligt nu de dollar geen vanzelfsprekende veilige haven meer blijkt: „De EU, of eigenlijk de eurozone, heeft nu de kans om de euro een sterker gewicht te geven in de wereldhandel.” De EU moet daarom snel werk maken van handelsakkoorden met de rest van de wereld, zei Kukies.
De afgelopen jaren leek de klad in de vrijhandelsagenda van de EU gekomen, maar dat is inmiddels omgeslagen. Vlak na de verkiezing van Donald Trump in november ondertekende Von der Leyen een handelsverdrag met de Zuid-Amerikaanse Mercosurlanden. De EU heeft sindsdien ook onderhandelingen over het sluiten of uitbreiden van een akkoord gevoerd met India, Maleisië, Mexico, Thailand, de Verenigde Arabische Emiraten en Zwitserland. In Warschau schoven Zwitserland, Noorwegen en het VK tevens als gasten aan bij het economisch overleg.
Misschien wel de meeste winst, zo zei de ene na de andere minister in Warschau, valt in eigen huis te boeken. De onderlinge handel tussen EU-landen wordt nog altijd belemmerd door tal van regels en andere barrières. Opgeteld pakken die zo duur uit dat ze voor bedrijven gelijkstaan aan een heffing van 45 procent voor goederen, zo berekende het Internationaal Monetair Fonds, en zelfs 110 procent voor diensten. „Vergeet de VS even: de EU is er in geslaagd zichzelf heffingen op te leggen”, sneerde Draghi onlangs in een opiniestuk in de Financial Times.
Vlak voordat hij naar Warschau afreisde deed Klaas Knot, de president van De Nederlandsche Bank, op een conferentie in Amsterdam een oproep om die belemmeringen nu snel af te bouwen. „Tussen de donkere wolken zou een lichtpuntje kunnen zitten: dat Europa zijn weerbaarheid zou verhogen door zijn interne cohesie te versterken”, aldus de centrale bankier.
Onderhandelingstafel
Het kwam de ministers goed uit dat de Europese Commissie een trits tegenheffingen te elfder ure introk. Dat gebeurde nadat Trump het merendeel van zijn heffingen op Europese goederen had teruggeschaald van 20 naar 10 procent, al blijven daarnaast ook heffingen op staal, aluminium en auto’s in stand. De Commissie krijgt van de landen alle ruimte om te onderhandelen, maar over de precieze koers wordt uiteenlopend gedacht.
Enige consternatie ontstond in Warschau nadat Kukies, de Duitse minister, zich uitsprak tegen een suggestie die Von der Leyen een dag eerder in het openbaar had gedaan: de Europese Unie zou als de advertentie-inkomsten van Amerikaanse techbedrijven kunnen gaan belasten om de druk op het Witte Huis te verhogen om tot een deal te komen.
Kukies is niet de enige criticus: ook Ierland, met zijn grote tech-sector, ziet er bijvoorbeeld niets in. Maar onder diplomaten uit andere landen was de irritatie voelbaar: de EU kan beter zijn eenheid naar buiten toe bewaren en niet van tevoren zijn kaarten open op de onderhandelingstafel leggen, vinden zij.
„Er is een gevoel van opluchting, maar nu moeten we als Europa ook tonen dat we geloofwaardig zijn”, aldus een van deze diplomaten. „We moeten als EU wel laten zien dat we grote jongens zijn en dat er niet met ons gesold kan worden.”
De Amerikaanse president Donald Trump doet een stap terug in de handelsoorlog met China. Door importheffingen op elektronica, telefoons, chips en chipapparatuur terug te draaien, probeert hij het handelsconflict met China te de-escaleren. Het lijkt ook een openingszet om te onderhandelen met de Chinese overheid, die tot nu toe niet week voor Trumps heffingen.
Het handelsconflict tussen de twee grootste economieën ter wereld liep afgelopen week hoog op, omdat China de importheffingen van de VS beantwoordde met eigen heffingen en tegenmaatregelen. China heft inmiddels 125 procent op Amerikaanse producten, de VS heffen 145 procent op Chinese producten.
Met name Apple, dat al decennia vertrouwt op een ‘Made in China’-strategie, is kwetsbaar voor deze extreme kostenstijging. De afgelopen dagen werd het Witte Huis belaagd door lobbyisten uit de techsector. Ze maakten Trump duidelijk dat Amerikaanse bedrijven en burgers de heffingen meteen in hun portemonnee zullen voelen en dat zou de inflatie opjagen. Trump verweet zijn voorganger Joe Biden dat die de prijs van eieren te hoog liet oplopen. Hij wil zelf niet herinnerd worden als de president die de iPhone onbetaalbaar maakte.
Met de schrik vrij
Apple lijkt met de schrik vrij te komen; vrijdag publiceerde de Amerikaanse douane een lijst met uitzonderingen voor onder meer smartphones, computers en elektronica. Dat zijn de belangrijkste productcategorieën die de VS uit China importeren. In 2024 ging het om 88 miljard dollar aan telefoons en computers, in waarde ongeveer een vijfde van de totale Amerikaanse import. Er geldt nog wel – voor zover er iets duidelijk is in de huidige heffingenchaos – een ‘basisheffing’ van 10 procent.
Trump en zijn handelsadviseur Peter Navarro wil de scheve handelsbalans met China herstellen, waarbij de VS veel meer goederen importeren uit China dan andersom. Hoge importtarieven zouden Amerikaanse bedrijven dwingen goederen weer in de VS te gaan produceren, niet langer in China of elders in Azië. Maar Amerika heeft niet de ervaren mensen om een geavanceerde maakindustrie op te zetten, laat staan voor dezelfde kosten.
Door een uitzondering te maken voor telefoons en computers lijkt Trump zijn eigen re-industralisatie-theorie te ondermijnen. Die tegenstrijdigheid is deels tactiek; eerst hard uithalen, en dan snel corrigeren als de reacties hevig zijn. Het tumult hoort erbij, want hevige marktreacties op aandelenbeurzen en hevige mediareacties over die marktreacties zetten handelspartners onder druk om ‘deals’ te sluiten. Geloofwaardigheid is niet Trumps grootste zorg, zolang hij de machtigste economie ter wereld vertegenwoordigt.
Escalatie met China onvoorzien
Maar de escalatie met China was niet voorzien – het Witte Huis lijkt onderschat te hebben dat dat land geen duimbreed wilde toegeven. De Chinese economie heeft meer ijzers in het vuur dan andere landen die Trump onder druk zette. Zo is China de belangrijkste producent van zeldzame metalen en is het een belangrijke afnemer van Amerikaanse chips en chipapparatuur. Bedrijven als Tesla en Apple halen elk zo’n 20 procent van hun omzet uit China. Volgens Tesla-baas Elon Musk doet de heffingenoorlog meer kwaad dan goed; het is een discussiepunt dat zijn ogenschijnlijk hechte samenwerking met Trump onder druk zet.
Behalve Tesla verloren ook beurslievelingen Apple en Nvidia 20 procent van hun marktwaarde sinds Trumps aantreden in januari. De techbedrijven lijken vooralsnog bevrijd van de desastreuze gevolgen van ‘Liberation Day’ – de dag waarop Trump zijn lijst met heffingen bekend maakte. Na ruim een week is er weinig meer over van die „historische” lijst met percentages, een lijst waarop ook landen stonden zonder inwoners.
De verwachting is dat aandelenmarkten positief zullen reageren. Het nieuws over de uitzonderingen kwam naar buiten na het sluiten van de beurs. Dat was vorige week anders: Trump laadde de verdenking op zich van beursmanipulatie, toen hij woensdag een „pauze” op importheffingen aankondigde. ’s Ochtends hintte hij dat het een goed moment was om te kopen, ’s middags voerde hij de wijziging door en feliciteerde daarna in het Witte Huis twee collega-miljardairs met hun behaalde koerswinsten.
Er ging vrijdag ook een streep door de Amerikaanse heffingen op chipapparatuur. Dat lijkt voor ASML goed nieuws, omdat de Nederlandse chipmachinemaker de prijzen niet hoeft te verhogen als het levert aan Amerikaanse fabrieken. De VS importeerden in 2024 voor 8,7 miljard dollar aan chipmachines, waarvan meer de helft voor rekening kwam van ASML. De VS willen de chipindustrie op eigen bodem uitbreiden, om minder afhankelijk te zijn van Taiwan. Heffingen zouden dat proces juist vertragen.
President Trump liet weten maandag nader in te gaan op de uitzonderingen op de heffingen. China riep op zijn beurt de VS op de importheffingen volledig af te schaffen. „We dringen er bij de VS op aan een grote stap te zetten om hun fouten te corrigeren”, zei een woordvoerder van het ministerie van Handel in een verklaring. Hoe dan ook, de afgelopen anderhalve week leert dat de Amerikaanse heffingen elk moment kunnen veranderen.