Big Tech wordt steeds meer Big Cloud

Meer cloud, meer datacenters, meer groei en meestal ook meer winst: het gaat niet slecht met de grote Amerikaanse techbedrijven. Dat blijkt uit de presentatie van cijfers deze week en vorige week door Microsoft, Meta, Apple, Amazon en Alphabet (van Google). Wat vooral opvalt: de investeringen in clouddiensten zijn gigantisch.

Bedrijven die gebruik maken van ‘de cloud’, doen een beroep op gehuurde computers die elders staan. Dat is handig omdat die hun klanten in staat stellen gemakkelijk op te schalen zonder dat ze zelf nieuwe hardware te hoeven kopen. Zowel het ontwikkelen als het gebruik van AI-toepassingen (zoals het populaire large language model ChatGPT) vraagt veel rekenkracht en energie en jaagt daarmee de vraag naar cloudruimte aan.

Voor Microsoft is het een kwestie van tijd voor clouddiensten de belangrijkste inkomstenbron vormen

Microsoft deelde woensdag voor het eerst specifieke omzetcijfers voor Azure, de tak van het bedrijf die clouddiensten aanbiedt en dus datacenters bouwt. In het boekjaar 2025 (Microsoft heeft een gebroken boekjaar) was de omzet van Azure 75 miljard dollar. De winst van het concern steeg met een kwart naar 27,2 miljard dollar.

Interessant in die cijfers zijn de verhoudingen. Microsoft haalt traditioneel het grootste deel van de omzet uit de verkoop van licenties op ‘kantoorsoftwarepakket’ Office en besturingssysteem Windows. Uit de jongste cijfers blijkt dat het een kwestie van tijd is voordat de verhuur van cloudruimte belangrijker is voor het bedrijf. De vraag naar Azure-producten steeg in het laatste kwartaal met 39 procent (34 procent over het hele boekjaar).

Azure profiteert van het gebruik van ChatGPT van het bedrijf OpenAI. Als een gebruiker ChatGPT een prompt geeft, gaat er een server in een datacentrum van Microsoft draaien. De AI-toepassingen worden bovendien ook door bedrijven als Microsoft gemaakt en aangeboden. In de laatste versies van Windows en Office zit bijvoorbeeld de ‘virtuele assistent’ Copilot.

Twee trends

De cijfers bevestigen twee trends: door het gebruik van AI neemt de vraag naar computerkracht toe en tegelijkertijd draait software steeds vaker alleen in een cloud (en dus niet op eigen servers van de klant). Daar zit een zichzelf versterkende component in die gunstig is voor bedrijven als Microsoft, die een aandeel hebben in alle delen van de keten. Bedrijven en overheden huren serverruimte bij Microsoft en draaien op die servers (vooral) Microsoft-programma’s waar ze licenties voor afnemen. Voor die applicaties, inclusief AI, is steeds meer rekenkracht en dus cloudruimte nodig.

Het maakt dat financieel analisten nu vooral kijken naar de groeicijfers van de cloudafdelingen. Big Tech wordt steeds meer Big Cloud. Microsoft concurreert daarbij vooral met Google Cloud (32 procent omzetgroei) in 2025 en de wereldwijde marktleider Amazon Web Services (AWS) wiens omzet met 17 procent toenam tot 30,9 miljard euro. Dat laatste viel beleggers tegen.

De groei van het aantal datacenters wordt op dit moment vooral vertraagd door gebrek aan capaciteit op het stroomnet. Daar is in Nederland wellicht in extreme mate sprake van, maar ook elders doet zich dit voor. Het bijbouwen van datacenters vergt bovendien enorme investeringen, maar aan geld lijkt vooralsnog geen gebrek.


Lees ook

Het Nederlandse stroomnet slibt steeds verder dicht, ondanks miljardeninvesteringen die de vraag naar netcapaciteit niet kunnen bijbenen

Netbeheerder Liander verbouwt het Amsterdamse elektriciteitsnet. Om Nederland de komende jaren van ruim honderdduizend kilometer aan nieuwe kabels te voorzien, zal naar verwachting een op de drie straten opengebroken moeten worden. Foto Koen van Weel/ANP

Microsoft, Alphabet en Amazon, spannen daarbij de kroon. Zo is Microsoft van plan dit kwartaal meer dan 30 miljard dollar in datacenters te steken, en Amazon en Alphabet noemen een vergelijkbaar bedrag. De apparatuur in die datacenters veroudert snel en vergt voortdurend nieuwe investeringen.

Een aanzienlijk deel van dat geld landt bij chipbedrijf Nvidia, de onbetwiste marktleider. Een veelzeggende statistiek in die context kwam van de beurzen. De koers van het aandeel Microsoft steeg na de presentatie van de cijfers tot een niet eerder bereikt niveau. Als tweede bedrijf ooit kwam de beurswaarde daardoor boven de 4.000 miljard dollar uit. Het eerste bedrijf dat die mijlpaal bereikte was Nvidia.

Aandacht vasthouden met AI

Deze week kwam nog een bedrijf dat meedoet in de AI-race met kwartaalcijfers: Meta, het moederbedrijf van Instagram, WhatsApp en Facebook en bovendien een zeer succesvolle handelaar in advertentieruimte. Het verdienmodel bestaat eruit dat mensen veel tijd doorbrengen op deze platformen, waardoor bedrijven graag daarop adverteren. Door de platformen te gebruiken voor hun communicatie delen mensen bovendien data over zichzelf waardoor het adverteren heel gericht kan zijn.

Oprichter en topman Mark Zuckerberg zei in een toelichting op de cijfers dat de gestegen inkomsten uit de advertentietak vooral te danken zijn aan AI. AI-toepassingen om die data te analyseren maakt dat Meta nog gerichter te werk kan gaan. Het bedrijf slaagt er daardoor in de aandacht van mensen langer vast te houden op de platformen. Daardoor kan het dus ook meer voor advertenties vragen. De gemiddelde prijs daarvan steeg met 9 procent.

Dat smaakt naar meer. Net als de andere grote Amerikaanse techbedrijven kondigde Meta meer AI-investeringen aan: voor 2026 een bedrag van zeker 100 miljard dollar. Beleggers reageerden enthousiast.

AI-experts kunnen intussen topsalarissen vragen. De onderhandelingen daarover zijn vergelijkbaar met die van succesvolle sporters en gaan om bedragen met negen cijfers. Het geld gaat dus niet alléén naar machines.