N.B. Het kan zijn dat elementen ontbreken aan deze printversie.
Recensie
Auto
Autotest Er zijn ontstellend weinig elektrische stadsautootjes, schrijft Bas van Putten, die met de Fiat 500e de show steelt.
Sinds zijn komst in 2020 is de elektrische Fiat 500e de maat voor stoere retro-schattigheid. Klein, knuffelbaar, maar presteren en rijden als een echte auto. Dat is hij niet helemaal. In echte personenauto’s kunnen vier mensen. Die pasten dankzij het architectonische genie van Fiats meesteringenieur Dante Giacosa al in de eerste 500 van 1957, een halve eeuw later wederom in de briljante remake. Die tijd is voorbij. Giacosa’s geniale stadsvlo transformeerde tot elektrisch hebbeding voor twee personen.
Ik rijd de 500e 3+1, die met een piepklein achterdeurtje aan de rechterkant, symbool van Italiaans optimisme of boerenbedrog. Hoe ik ook met de voorstoelen schuif, het lukt niet op het achterbankje een menswaardige positie in te nemen. Dat ontwerp moet over. Die klus stelt Fiat nog maar even uit, zoals het al jaren alle hete hangijzers voor zich uitschuift. Op het brede gamma van betaalbare elektrische auto’s, dat een voormalig volksmerk de massa verschuldigd is, wordt met smart gewacht. Maar het doodt de wachttijd smakelijk met de sportieve 500 Abarth.
Abarth-modellen waren vroeger opgevoerde Fiatjes, zoals de AMG-types bij Mercedes. Toen was tuning werktuigbouw met opgestroopte mouwen. Nu herprogrammeert een hipster zonder rijbewijs de software, en vijf minuten later heb je 155 pk in plaats van 118. Daarmee blijf je de risee van de markt. De elektrische Mini zit op 184, een beetje burger-Koreaan op 200+. Toch ga ik met de bestaande 500e naar de onthulling van de anabole kleine. Ik wil zijn genre agenderen, dat van de elektrische stadsauto.
Hard nodig
Daar zijn er ontstellend weinig van, terwijl we ze zo nodig hebben. Je hebt de Dacia Spring, achterin zo onbewoonbaar als de Fiat maar voor 22 mille stukken goedkoper. Voor ruim 24.000 euro is er de Renault Twingo Electric. Nog duurder was de in zijn soort briljante Smart ForTwo, een echte tweezitter zonder onbruikbare achterbank en daardoor superslim minstens een meter korter dan normale kleine auto’s. De Mini? Minstens vijf-en-der-tig mille. De actieradius? In alle gevallen matig tot minimaal.
De beste kleine EV tot nu toe, de Volkswagen e-Up met zijn dubbelgangertjes van Seat en Skoda, werd door VW shockerend gemakzuchtig van de markt geveegd, terwijl VW’s oorspronkelijke doelgroep van gewone, hardwerkende mensen met de kleine prima was bediend. Voor 25.000 euro had je vier zitplaatsen en een bereik van 250 kilometer. Zo zijn inmiddels bijna alle stekkeraars weer duur en meestal veel groter dan nodig. Terwijl iedereen de noodklok over volle steden luidt, bouwen fabrikanten corpulente suv’s. In dat licht bekeken is dat minuscule Fiatje een baken van gezond verstand, hoewel hij zelfs met de kleine 24 kWh-accu ruim 31.000 euro kost. Ook met zo’n relatief bescheiden prijs speel je in stekkerland niet voor uitverkochte zalen, zodat Fiat hem maar in de uitverkoop heeft gegooid. Tot de subsidiepot leeg is, verdubbelt het de overheidsbonus van 2.950 euro op particulier gekochte nieuwe EV’s. Zo heb je voor 25.000 euro een 500 met een actieradius die zich alleen voor stadsverkeer leent. Moet het niet gaan vriezen, want dan is zelfs mijn test-500 met de grote 42 kWh-accu vrij snel uitgesproken. Bij een temperatuur van – 1 heb ik na 22 km al 11 procent van de stroom verbruikt, waarmee de toegezegde actieradius van 307 kilometer kan worden bijgesteld naar 200. Anderzijds: dit is een stadsauto. Hij is 3 meter 63 lang en 1.68 breed. Je kunt je kont keren in de Amsterdamse binnenstad. Je rijdt lekker. Je steelt de show. Je bent de boezemvriend van het milieu. Het kan niet mooier.
Tot slot: de 500e Abarth is enig en belachelijk, met die combinatie van potsierlijkheid en charme waarvan alleen Italianen het recept kennen. De Scorpionissima Edition, vernoemd naar de schorpioen in het Abarth-logo, komt er in Acid Geel en Poison Blue, het is om te schateren. Je gunt hem de wereld. Wel zou ik Fiat willen vragen Giacosa’s nagedachtenis zo spoedig mogelijk te eren met een betaalbare stekker-mini voor vier personen. Jullie kunnen dat, Fiat-mensen. Van de oer-500 tot de Panda’s creëerden jullie magisch ruime dwergauto’s, die iedereen met hart voor auto’s nog steeds koestert. Maar doe het snel, Fiat. Anders doen de Chinezen het. Misschien komt de volgende Giacosa uit Beijing, waar ze nog veel dramatischer met ruimte moeten woekeren. Dan kan Stellantis-dochter Fiat de tent sluiten, want de 500 is hun laatste strohalm.