Kamer keert zich tegen bezuiniging van 177 miljoen op hulp aan kwetsbare leerlingen

Het kabinetsplan om 177 miljoen euro per jaar te bezuinigen op een regeling voor kwetsbare leerlingen in het voortgezet onderwijs gaat naar alle waarschijnlijkheid niet door. De Tweede Kamer nam donderdag een motie aan tegen deze bezuiniging.

Het gaat om een subsidieregeling waar met name vmbo-scholen en praktijkscholen gebruik van maken. Zij krijgen extra geld voor leerlingen die in de klas meer hulp nodig hebben, bijvoorbeeld omdat ze thuis geen Nederlands spreken. Met dat geld kunnen scholen extra onderwijsassistenten of coaches inzetten, extra lessen of huiswerkbegeleiding aanbieden en ouders meer betrekken bij de school.

De coalitiepartijen spraken bij het Voorjaarsoverleg in april af dat ze deze regeling zouden afschaffen. In 2027 zou er 90 miljoen euro op worden gekort en vanaf 2028 zou de regeling helemaal verdwijnen. Demissionair staatssecretaris Mariëlle Paul (Funderend Onderwijs, VVD) gaf direct aan dat zij ook niet blij was met dit bezuinigingsplan, dat zij niet zelf had bedacht. „Ik snap heel goed dat mensen in het onderwijs hier boos over zijn”, zei ze. „Scholen hebben al genoeg op hun bordje.”

Belangenorganisaties voor het onderwijs protesteerden de afgelopen maanden fel tegen de bezuiniging. Volgens hen zouden zo’n 455.000 leerlingen erdoor worden geraakt. Scholen zouden soms wel 8 procent van hun leraren moeten ontslaan als de bezuiniging zou doorgaan, waarschuwden zij.

Dinsdag werd er over gedebatteerd in de Tweede Kamer. D66 diende toen met steun van CDA, CU, SGP, JA21, NSC en GL-PvdA een motie in waarin het kabinet het verzoek krijgt om de bezuiniging in augustus bij de onderhandelingen over de Miljoenennota te heroverwegen. Bij de stemming over de motie, donderdag, kreeg de motie steun van een meerderheid van de fracties. Paul reageerde positief: „Ik doe mijn uiterste best, samen met minister Bruins, om in augustus een passende oplossing te krijgen die niet drukt op de onderwijsbegroting.