Wat voor vader is een echte man? Hoe tegenstrijdige ideaalbeelden de man verscheuren

Woensdagmiddag in Scheveningen: overal kleine prinsesjes. Ze druppelen uit de tram, uit de parkeergarage, uitgedost in lichtblauw satijn, al dan niet met wapperende cape. Drie geluksvogels worden afgezet door een knalroze limousine. De prinsessen (m/v) stromen richting het Circustheater, of klauteren nog even in de grote letters op het plein. Ouders trekken hun telefoons tevoorschijn.

„1, 2, 3, Elsaaa!”

Frozen de musical is een ideaal gezinsuitje, dat hoef je Daan Oomen niet te vertellen. Hij is bekend in showbizzland, werkt als lichtontwerper aan internationale producties. Alysee, zijn jongste dochter, kreeg voor haar verjaardag kaartjes voor het hele gezin. Oomen geeft haar een bemoedigend duwtje. „Ga hier maar staan, doen we even een fotootje, is dat meteen geregeld.”

Daar komt nog een vader: Alejandro Parada Casaleiro (45), met zoons Manu (9) en Xavi (12). De jongste (3) is thuis. Alejandro en zijn vrouw Carmen hebben samen al veel musicals gezien, Frozen stond nog op hun verlanglijst. Hij kon een middag gemist worden op zijn werk in het ziekenhuis, zij is ’s woensdags altijd vrij. Ook Jan van der Veen (43) hoefde niet op kantoor te verschijnen, vertelt hij terwijl dochter Nina (4) zich verstopt achter zijn benen. „Ik heb twee maanden vitaliteitsverlof. We dachten: wat gaan we doen vandaag? Toen vertelde mama over de Elsa-musical. Dat leek ons wel wat, toch Nien?”

Verlofregelingen

De vaders in Scheveningen zijn eensgezind: ze vinden dat ze genoeg tijd doorbrengen met hun kinderen. Bijna allemaal werken ze minder dan 38 uur per week. Ze hebben flexibele werkgevers of een eigen bedrijf. Ze zijn van de generatie die kon profiteren van verlofregelingen die sinds 2018 stapsgewijs zijn uitgebreid. Lange tijd hadden partners na de geboorte van hun kind recht op twee vrije dagen – een om bij de bevalling te zijn en een om het kind aan te geven bij de gemeente. Tegenwoordig kan een jonge vader in loondienst bijna vier maanden betaald vrij nemen.

„Als je kiest voor kinderen, dan moet je het samen doen”, vindt Alejandro Parada Casaleiro. Hij doet deels het huishouden, kookt en doet boodschappen. „Alleen de was, daar bemoei ik me niet mee.” Hij onderneemt bewust veel met zijn zoons, zoals laatst een bezoekje aan een autobeurs. „Je kunt het niet meer inhalen.”

Alejandro Parada Casaleiro gaat met zijn zoons Xavi (12) en Manu (9) naar ‘Frozen’.

Foto Simon Lenskens

Dat beaamt Daan Oomen, die soms eenzaam was nadat zijn ouders uit elkaar gingen, al groeide hij op in een groot gezin. Nog niet zo lang geleden reisde hij voor zijn werk de halve wereld over, maar sinds hij vader is ging hij anders denken over wat belangrijk is. Met zijn dochters (4 en 7) doet hij het liefst creatieve dingen: „Tekenen, muziek maken, op avontuur. Omdat ik ondernemer ben, heb ik daarin veel vrijheid. Ik moedig hen aan vrij te denken, een open blik te hebben. Hoe is het om méns te zijn? Dat soort dingen leer je niet zo snel op school.”

Hoeveel tijd ouders in Nederland spenderen in gezelschap van hun kinderen, werd in 2016 voor het laatst gemeten. Voor het Sociaal en Cultureel Planbureau hielden 1.893 respondenten een week lang een dagboek bij. De uitkomst: bij heterostellen brachten vaders gemiddeld dertig uur met hun kinderen door, moeders veertig uur. Een ding is zeker: ook bijna tien jaar later is de verdeling van arbeid en zorg bij veel man-vrouw koppels niet gelijk. Vaders doen nog altijd meer betaald werk. Mannen met kinderen onder de twaalf jaar werken volgens het CBS gemiddeld veertig uur, vrouwen 28 uur per week. Vaders die evenveel of meer tijd aan het huishouden en zorgtaken besteden als hun vrouwelijke partner, zijn in de minderheid.

Hoe komt dat? Is het erg? Kunnen de vaders van tegenwoordig – als ze dat willen – volop vader zijn?

‘Waar is je vrouw?’

Toen David Borman zeventien jaar geleden na de geboorte van zijn eerste kind een aantal weken verlof nam, was dat nog allesbehalve vanzelfsprekend. „Op het consultatiebureau kreeg ik te horen: ‘Waar is je vrouw?’ of ‘O, wat leuk, ben je een dagje vrij?’” Sindsdien, zegt hij, is er een hoop veranderd. Zeker sinds partners extra geboorteverlof kunnen opnemen – iets wat ongeveer driekwart ook daadwerkelijk doet – is het draagvlak voor betrokken vaderschap gegroeid. Je ziet het terug op straat, zegt Borman, maar bijvoorbeeld ook in de wetenschap, in het aanbod van podcasts, in de boekwinkel: „Een hele plank met vaderhandboeken.”

Kinderen van betrokken vaders scoren beter op school en vertonen minder gedragsproblemen

Borman, auteur van twee van dat soort boeken, kun je gerust een vaderexpert noemen. Het begon toen hij als verloskundige in het ziekenhuis mannen tegenkwam die eigenlijk geen idee hadden wat een bevalling inhield. Borman merkte dat hun onwetendheid het proces in de weg kon zitten. Pas toen zijn echtgenote in verwachting raakte, kreeg hij door hoezeer alle informatie rond zwangerschap en bevalling op vrouwen was gericht. Het resulteerde in de cursus ‘Aanpakken voor aanstaande vaders’, waarin partners in twee avonden door hem worden bijgespijkerd. Daarnaast traint hij bedrijven en professionals in onder meer de geboortezorg: hoe kunnen zij vaderinclusiever zijn?

Voor een actieve vaderrol valt veel te zeggen. Kinderen van betrokken vaders scoren beter op school, ontwikkelen sterkere sociale vaardigheden en vertonen minder gedragsproblemen, blijkt uit onderzoek van onder meer Unicef. Een Noorse studie wees uit dat er minder geweld is tegen kinderen in huishoudens waarin zorgtaken evenredig zijn verdeeld. Zorgende vaders, aldus een WHO-rapport, zijn zowel lichamelijk als mentaal gezonder. Ze ervaren meer zelfvertrouwen, emotionele groei en verbinding en vertonen minder risicovol gedrag zoals middelenmisbruik. De kans is kleiner dat ze jong sterven. Hun leven kent meer zingeving en structuur.

Traditioneel

Toch is de betrokken vader – Borman spreekt van „de optelsom van liefde, betrouwbaarheid, beschikbaarheid, zorgzaamheid en verantwoordelijkheid” – niet vanzelfsprekend. Een veelzeggend statistiekje: de helft van de stellen met kinderen wil de zorg gelijk verdelen, slechts 9 procent slaagt daarin. De praktijk, constateert het CBS in de laatste Emancipatiemonitor, is „traditioneler dan de wens”. Waarom?

Ten eerste, denkt Jens van Tricht, door de tijd waarin we leven. Van Tricht is oprichter en directeur van Emancipator – een organisatie die werkt aan het veranderen van normen voor mannen en mannelijkheid – en auteur van twee boeken over mannen en feminisme. Om de status quo te duiden, gebruikt hij vaak de metafoor van twee over elkaar schuivende aardplaten: „Op de oude, patriarchale plaat wordt jongens en mannen verteld dat ze vooral man moeten zijn en mannelijk moeten doen en dus never nooit vrouwelijk mogen zijn of lijken. De moderne, geëmancipeerde plaat koestert idealen als gelijkwaardigheid en rechtvaardigheid en verwacht van jongens en mannen dat ze daaraan bijdragen.”

Jan van der Veen (43) met dochter Nina (4) bij de musical ‘Frozen’.

Foto Simon Lenskens

Mannen, aldus Van Tricht, zitten in een spagaat tussen die twee werelden. Enerzijds willen ze geëmancipeerd zijn, anderzijds leven ze volgens het „dominante patriarchale script” dat succes definieert in meetbare prestaties als een goedbetaalde baan. „Mannen die niet voldoen aan het mannelijkheidsideaal worden gestraft. Dat zie je ook rond vaderschap: wie zijn kinderen voorrang geeft, betaalt daarvoor. Met minder serieus genomen worden. Of in z’n carrièreperspectief.”

Daar komt bij dat Nederland nogal moedergericht is. Een kwart van de Nederlanders vindt dat vrouwen beter voor kinderen kunnen zorgen dan mannen – al is dat idee allang wetenschappelijk achterhaald. De ‘moederschapsideologie’ kreeg vooral vorm na de Tweede Wereldoorlog, toen de overheid het financieel aantrekkelijk maakte voor mannen om fulltime te werken en voor vrouwen om thuis te blijven – denk aan partnerpensioenregelingen en schaarse, kostbare kinderopvang. Pas in 1956 werden getrouwde vrouwen ‘handelingsbekwaam’ en móchten ze werken. Met de erfenis hiervan leven we nog steeds, zei hoogleraar familiesociologie Renske Keizer eerder in NRC, want beleid beïnvloedt cultuur en andersom. „Je kunt wel evenveel willen zorgen voor je kind maar als dat heel duur is, doe je het niet.”

Weinig steun

Ook in de zorg rond zwangerschap, geboorte en opvoeding draait het meestal om de moeder. Vaders krijgen zelden vragen van de verloskundige, vinden weinig steun als ze het zwaar hebben, worden alleen zijdelings aangesproken in folders, voelen zich – soms letterlijk – over het hoofd gezien. Daarom deden deskundigen en organisaties vorig jaar een oproep om vaders serieuzer te nemen in het zorgsysteem: geef hen dezelfde status als moeders, schreven ze, erken hun behoeften via de Zorgverzekeringswet. Betrek hen, als volwaardig ouder, vanaf het prille begin.

Er zijn natuurlijk mannen die dat niet per se willen, een gelijke verdeling. Misschien zien zij een veertig- of vijftigurige werkweek juist als een vorm van zorg: als kostwinner brengen zij hun gezin welvaart en stabiliteit. Misschien maakt het hen gelukkig. Misschien hebben ze een partner die niet kán werken, of die bewust thuis blijft.

En jonge vader in loondienst kan bijna vier maanden betaald vrij nemen

Steeds minder gezinnen leven van één inkomen, maar ondertussen maakt het idee dat mannen providers en protectors zijn en vrouwen verzorgers een comeback. Het meest zichtbaar is dat op sociale media en in de politiek. Radicaal-rechtse partijen zijn zich gaan richten op de maatschappelijke positie van mannen en mannelijkheid. Zo schreef FvD-leider Thierry Baudet enkele jaren geleden in een veelbesproken essay dat werkende vrouwen de oorzaak zouden zijn van „constant conflict, constante competitie en – uiteindelijk – ruzies, scheiding en sociale isolatie, en een nieuwe generatie van jongens en meisjes die opgroeien in een verminkte setting”.

De PVV – in haar laatste verkiezingsprogramma fel gekant tegen „genderwaanzin” en „diversiteitsgeneuzel” – beperkte de steun voor vrouwenrechten en gendergelijkheid door ongekend te bezuinigen op ontwikkelingshulp.

Manfluencers

Of het werkt? Jonge mannen – Gen Z’ers – in Nederland zijn volgens onderzoeksbureau Ipsos niet per se conservatiever geworden. Internationale studies, zoals die van de Universiteit van Oxford, laten wel een verschuiving naar uiterst rechts zien. In 2024 overwoog bijna 60 procent van de mannen onder de dertig jaar in de Europese Unie op een radicaal-rechtse partij te stemmen; 30 procent deed dat ook daadwerkelijk. Het is een tegenreactie, denken de onderzoekers, op de #MeToo-beweging en het streven naar gendergelijkheid. Ook wijzen ze op de invloed van online media en de polariserende werking van algoritmes.

Jongens en mannen krijgen vaak te horen wat er mis is met mannelijkheid en zoeken houvast op YouTube, TikTok en Instagram

„De manosphere is mainstream geworden”, zegt Jens van Tricht van Emancipator. Hij verklaart de aantrekkingskracht van conservatieve gendernormen als volgt: jongens en mannen zijn door de emancipatie van vrouwen en lhbtqia+-personen onzeker geworden over hun rol. Ze moeten mee-emanciperen én voldoen aan de oude norm, en zoeken houvast op YouTube, TikTok en Instagram. Daar vinden ze manfluencers die een simpele oplossing lijken te hebben voor dit complexe probleem: je moet gewoon weer een echte man worden. „Je kamer opruimen, vaak naar de sportschool – prima adviezen, zou je denken. Maar daarachter blijkt een heel compleet en beperkend ideaalbeeld van mannelijkheid te zitten: je moet presteren, concurreren, de controle houden, onafhankelijk, rijk en succesvol zijn. Pas dan ben je, tussen aanhalingstekens, een echte man.”

En dan gaat het nog een stap verder: namelijk met het idee dat mannen daarin gehinderd worden door vrouwen en alles wat ‘woke’ is. De Amerikaans-Britse Andrew Tate (10,7 miljoen volgers op X, verbannen van Facebook, Instagram en TikTok) is momenteel het boegbeeld van dat gedachtegoed. Tussen de pronkerige video’s en adviezen over hoe je net zo’n vermogende ‘G’ (gangster) kunt worden als hij, deelt hij misogyne opvattingen („Vrouwen doen het werk van Satan. Zonder een man die hen onder controle houdt, brengen zij alle grote vernietigingen teweeg.”)

Ruim de helft van de jonge vaders en bijna een kwart van de vijftien- en zestienjarige jongens heeft een positief beeld van Tate, bleek in 2023 uit een uitgebreide enquête van een Britse organisatie die zich bezighoudt met online veiligheid.

Max Verstappen

„Schokkend”, vindt David Borman. Al merkt hij in zijn dagelijkse werk niets van die conservatieve tendensen. „Het is natuurlijk een bubbel, maar ik zie in mijn cursus alleen maar vaders die écht willen, écht doen.” Anders dan een paar jaar geleden, zegt Borman, vertellen deze mannen trots aan vrienden en collega’s dat ze zijn cursus volgen. „En dat terwijl ze weinig rolmodellen hebben. Zie Max Verstappen, die twee dagen na de geboorte van zijn kind alweer op het circuit stond.”

Wat voor vader wil je zijn? Of wil je zien in de wereld? Het zou goed zijn, zegt Van Tricht, om daar deze zondag – op Vaderdag – eens stil bij te staan. Dat is ook wat hij probeert te doen met Emancipator. „Als we het hebben over problemen in de samenleving, kijken we niet vaak naar onszelf. Voor veel mannen is hun man-zijn blijkbaar heel belangrijk. Maar kunnen we het zo invullen dat we volledig onszelf mogen zijn?”