Digital Twin Ocean moet burgers en beleidsmakers laten zien hoe ‘alles met elkaar verbonden is’

De infrastructuur van de Digital Twin Ocean. Video Mercator

In Nice kun je deze dagen niet alleen een duik nemen in de Middellandse Zee, ook alle andere zeeën en oceanen ter wereld zijn er te bezoeken – zij het virtueel. Dit kan via de zogenoemde Digital Twin Ocean, gemaakt door de Franse non-profitorganisatie Mercator Océan International (MOi). Op een paviljoen dat onderdeel is van de derde Oceanenconferentie van de Verenigde Naties, die van 9 tot en met 13 juni plaatsvindt in de Zuid-Franse stad, is het model te vinden.

De Digital Twin Ocean is via grote schermen te ‘bezoeken’. Nieuwsgierigen kunnen via de met AI aangedreven modellen simulaties opvragen van de oceanen – in het verleden, het heden en de toekomst. Over talloze thema’s zijn modellen op te vragen: van de hoogte van de zeespiegel tot de biodiversiteit op de zeebodem, de staat van het zee-ijs, kusterosie en turtle drift: hoe bedreigde schildpaddensoorten zich in het water bewegen. En er zijn eindeloos veel parameters waaraan te draaien is: van visserij en zeetransport tot de impact van grote klimaatverdragen.

„Wat nieuw is aan dit model, is dat we concrete ‘wat als’-scenario’s kunnen opvragen”, zegt Alain Arnaud, die als Digital Ocean Director leiding geeft aan het project. „Dat geeft ons de mogelijkheid om te onderzoeken wat de impact is van acties die we kunnen ondernemen. Bijvoorbeeld: als de plastic vervuiling van de rivier de Rhône met 50 procent afneemt, wat betekent dat voor de gezondheid van de Middellandse Zee?”


Lees ook

Lees ook: De mens heeft veel aan de oceaan te danken, maar wat kan de mens voor de oceaan doen?

Koraalriffen, zoals hier bij Mayotte in de Indische Oceaan, hebben zwaar te lijden onder klimaatverandering.

Data verzamelen

De data waarmee de Digital Twin Ocean wordt gevoed, komen van onderzoeksprojecten wereldwijd. „Denk aan metertjes die in de oceanen zitten, betaald door staten, door Europa, door internationale samenwerkingsprojecten.” De informatie is niet nieuw: „maar de data waren verspreid over platformen en projecten. Dan vind je bijvoorbeeld informatie over de watertemperatuur, maar alleen op een bepaalde diepte.” Ook zijn dit soort data voor leken niet altijd goed leesbaar. „Wij willen alle data samenbrengen op één platform en ze visueel maken.”

Het model laat bijvoorbeeld zien hoe plastic afval zich over de oceanen verspreidt en zich ophoopt op bepaalde plekken. Video Mercator

De bedoeling is dat burgers, bedrijven en beleidsmakers de digitale oceanen kunnen gebruiken om beter geïnformeerde beslissingen te maken. „Dat een jongere ziet dat als hij hier in Nice een plastic flesje in het water gooit, dat 1.000 kilometer verderop invloed heeft. Hetzelfde geldt voor beleidsmakers: je kunt het model bijvoorbeeld vragen wat voor invloed de bouw van een dijk heeft op de waterkwaliteit en de vissen die er leven.”

Ook moet het bijdragen aan meer internationale kruisbestuiving. „In Italië, waar veel kusterosie is, kunnen ze bijvoorbeeld kijken naar maatregelen die zijn getroffen in de Noordzee: het model kan laten zien wat voor impact dezelfde maatregelen in de Middellandse Zee zouden hebben.”


Lees ook

Lees ook: Speuren naar blauwvintonijn in de steeds warmere Middellandse Zee

Door de ‘tropicalisering’ van de Middellandse Zee zijn er inmiddels 126 niet-inheemse vissoorten te vinden, waaronder goudmakrelen, koraalduivels en barracuda’s.

Klimaatontkenners

Het model kent ook zwaktes. Omdat de data van allerlei verschillende partijen komt, is het moeilijk die wetenschappelijk te checken. „Het werkt een beetje zoals bij Google en sociale media: we kunnen mensen niet tegenhouden data te delen en het is ingewikkeld om al die data te onderwerpen aan wetenschappelijke controles.” Er zijn wel een aantal veiligheidschecks ingebouwd en uiteindelijk wil Mercator naar een systeem waarbij data worden gelabeld. „Dan kunnen gebruikers zien: ‘gouden’ data is geverifieerd en goedgekeurd, andere data hebben wij niet gecheckt dus daarbij moet je voorzichtiger zijn.”

Maar helemaal waterdicht is het nog niet. Het grootste risico hierbij is volgens Arnaud dat het model misbruikt kan worden door climatosceptiques: mensen die ontkennen dat er een door de mens gecreëerde klimaatcrisis is. „Mensen kunnen expres bepaalde parameters niet aanvinken en het model conclusies laten presenteren die niet kloppen – bijvoorbeeld dat de oceanen over een paar decennia weer koeler zullen worden. Het is lastig om achteraf te zien welke parameters zijn weggelaten – we hebben bijvoorbeeld met Dieselgate [de fraude met uitstootwaarden van autofabrikant Volkswagen red.] gezien hoe makkelijk systemen te manipuleren zijn.”

Alain Arnaud, Digital Ocean Director
Foto Xavier Boymond

De Digital Twin Ocean is deze dagen in Nice te bekijken en moet vanaf 2028 helemaal operationeel zijn. In de Zuid-Franse stad hoopt MOi meer fondsen aan te trekken en zich om te vormen tot een intergouvernementele organisatie. „Alles voor onze raison d’être: het verbeteren van de gezondheid van onze oceanen. We willen laten zien hoeveel impact menselijke handelingen hebben, dat alles verbonden is met elkaar.” Wetenschappers weten dat, maar burgers, bedrijven en beleidsmakers zouden daar meer van overtuigd moeten worden willen zij meer ingrijpende maatregelen treffen om de oceanen te beschermen.

Ook op de oceanenconferentie zelf, zegt Arnaud: „het lastige is dat de gevolgen van de besluiten die op dit soort bijeenkomsten worden genomen, niet meteen zichtbaar worden” – hij hoopt met de simulaties van de Digital Twin Ocean in dat gat te kunnen springen. De eerste dagen op het paviljoen verliepen in elk geval zoals gewenst. „Gisteren hadden we Franse middelbare scholieren en een afgevaardigde van het [belangrijke Europese onderzoeksbureau] DG RTD die tegelijkertijd met ons model speelden”, zegt Arnaud glunderend. „Dat was heel leuk: we maken de oceaan toegankelijk voor iedereen.”