Het kabinet-Schoof staat op losse schroeven. Het coalitieoverleg maandagavond, tussen Geert Wilders (PVV), Dilan Yesilgöz (VVD), Nicolien van Vroonhoven (NSC) en Caroline van der Plas (BBB), is uitgelopen op een impasse.
Wilders eist dat de drie andere fractievoorzitters hun handtekening zetten onder een groot deel van de plannen die hij een week geleden presenteerde om het aantal asielzoekers in Nederland terug te dringen. Zijn coalitiepartners weigeren dat. Zij vinden dat Wilders zijn plannen eerst moet uitwerken, of dat aan minister Marjolein Faber (Asiel en Migratie, PVV) moet vragen. En ook dat veel van zijn plannen al in het hoofdlijnenakkoord staan en dus uitgevoerd kunnen worden, als Faber haast zou maken.
Nederland houdt niet van weglopers
„We gaan nu nadenken”, zei Wilders na afloop van het gesprek, dat hij „niet aangenaam” noemde. „Het ziet er niet goed uit”. Op dinsdagochtend praten de vier partijleiders verder. „Ik geloof dat iedereen er nu nog een nachtje over gaat slapen”, zei de PVV-leider.
Zeker is: Wilders heeft op dit moment de regie. Als hij niet inbindt, moeten de coalitiepartijen besluiten of ze hem zijn zin geven om het kabinet overeind te houden. Zo niet, dan valt het kabinet over asiel en migratie, voor de PVV een belangrijk onderwerp, waar Wilders dus graag een verkiezingscampagne over zou willen laten gaan.
Asielstop
De kans dat Wilders zal inbinden, is afgelopen week met de dag kleiner geworden. Hij escaleert steeds sneller. In de coalitie wordt inmiddels erop gerekend dat hij beoogt het kabinet te laten vallen.
Toen Wilders twee weken geleden aankondigde dat hij het hoofdlijnenakkoord wilde openbreken en wilde praten over nieuwe maatregelen over asiel en migratie werd daar door de coalitie amper op gereageerd. Een week geleden verraste de PVV’er ze door op tien maatregelen aan te kondigen, waaronder een asielstop en een tijdelijke stop op gezinshereniging. Op een door hem georganiseerde persconferentie dreigde Wilders met de val van het kabinet, als er niet aan zijn eisen zou worden voldaan. „De handschoenen zijn uit”, zei hij voor de camera’s. Het leverde zorgen op binnen de coalitie. Maar binnenskamers wist hij die volgens ingewijden enigszins weg te nemen. Hij gaf de indruk dat het zo’n vaart niet zou lopen.
Dus toen hij zondag op X schreef dat hij „glashelder” wilde zijn en dat de PVV „uit deze coalitie” zou stappen als het „merendeel” van de plannen niet werd overgenomen, werd in de coalitie verrast gereageerd – opnieuw.
Maandagavond, vlak voor het overleg op de werkkamer van Wilders leken de partijleiders van VVD, NSC en BBB vooral een zorgeloze, haast onverschillige houding te willen uitstralen. „Als de inzet van de heer Wilders is dat de boel moet klappen, dan moet hij dát zeggen”, zei Dilan Yesilgöz. „Dit soort taferelen hebben we eerder gezien”, zei Nicolien van Vroonhoven, „we weten inmiddels hoe we erop moeten reageren”.
Op de vraag of ze dacht dat Wilders het kabinet zou laten vallen, zei Caroline van der Plas: „Nederland houdt niet van weglopers.”
Lees ook
Nu het slecht gaat, verandert de PVV van strategie
Beloften
Na afloop van het overleg was de stemming anders. Niemand weet waarom Wilders het zo hoog laat oplopen. En niemand ziet een duidelijke uitweg.
De PVV bevindt zich in een benarde situatie. De partij van Wilders werd de grootste na de verkiezingen, en het lukte daarna maandenlang om ook in de peilingen te overheersen. Daar verandert de afgelopen maanden iets aan, de PVV zakt steeds verder weg. Volgens Wilders komt dat omdat de PVV eigen verkiezingsbeloften niet waar weet te maken.
In de onderhandelingen over de Voorjaarsnota, in april, wist Wilders een voor zijn achterban belangrijk punt binnen te halen: een tijdelijk huurbevriezing voor mensen met een sociale huurwoningen. De Raad van State oordeelde daar deze maandag zeer negatief over, het is onzeker wat er nu gaat gebeuren met de maatregel waarmee Wilders groots uitpakte.
Voor het overleg leken de partijleiders van VVD, NSC en BBB vooral een zorgeloze, haast onverschillige houding te willen uitstralen
Bovendien wordt deze maand besloten over de NAVO-norm, het percentage van het bruto binnenlands product (bbp) dat landen uitgeven aan hun verdediging. Duidelijk is dat Nederland in ieder geval jaarlijks 16 tot 19 miljard euro extra moet uitgeven aan defensie om te voldoen aan de NAVO-doelstellingen. Daarover moet nog worden besloten, maar Wilders heeft eerder al gezegd dat hij wil dat er dan net zo veel geld extra naar de laagste inkomens gaat. Een politiek onhaalbare wens.
En dus ook: een mogelijk nieuwe tegenvaller die Wilders moet gaan uitleggen aan zijn achterban.
Toch is het voor Wilders ook lastig om het kabinet nu te laten vallen. Hij regeert voor het eerst mee als grootste partij, maakt deel uit van een rechtse coalitie waarmee hij op migratie het meest voor elkaar zou kunnen krijgen van zijn plannen en levert bovendien de minister op het voor zijn partij belangrijkste dossier.
De kans dat hij opnieuw kan regeren na nieuwe verkiezingen was al buitengewoon klein, en is na de afgelopen dagen alleen maar kleiner geworden.
Lees ook
Wilders’ eisen voor strenger asielbeleid blijken vooral ‘opgewarmde’ en nauwelijks haalbare plannen
