De Iraanse film It Was Just an Accident heeft zaterdag de Gouden Palm gewonnen op de slotdag van het Filmfestival van Cannes. De wraakthriller van regisseur Jafar Panahi, die tijdens de vertoning dinsdag een staande ovatie van acht minuten kreeg, gaat over automonteur en voormalig politiek gevangene Vahid die zijn voormalig folteraar denkt te herkennen.
De regisseur is een bekende criticus van het Iraanse regime, werd in 2010 gearresteerd vanwege zijn rol in de toenmalige protestgolf in het land en kwam in 2022 in de gevangenis terecht. Ruim een jaar later kwam hij weer vrij, na een hongerstaking. Dat houdt hem niet tegen in zijn werk: Panahi filmde It Was Just an Accident zonder toestemming van de Iraanse autoriteiten.
Lees ook
Lof in Cannes voor Iraanse filmmaker Jafar Panahi – niet alleen uit sympathie, ook omdat hij verdomd goede films maakt
De Grand Prix, de tweede prijs van het festival, werd uitgereikt aan de film Sentimental Value van de Noorse filmregisseur en scenarioschrijver Joachim Trier, die ook genoemd werd als kanshebber voor de Gouden Palm. De Juryprijs was voor de Frans-Spaanse film Sirat en de Duitse film Sound of Falling.
De Braziliaanse Wagner Moura won de prijs voor beste acteur voor zijn rol in de film The Secret Agent. Daarbij versloeg hij genomineerden als Josh O’Connor en Joaquin Phoenix. De prijs voor beste actrice ging naar de Franse Nadia Melliti voor haar rol in de film The Last One, haar debuutfilm.
Lees ook
Joachim Trier kreeg een 15 minuten lange staande ovatie op Cannes. Krijgt hij ook een Gouden Palm?
Geleidelijk beter worden. Niet te snel, maar rustige stappen vooruit. Dat is hoe tennisster Suzan Lamens het liefste werkt, en tot nu toe lukt dat haar aardig. De 25-jarige Zuid-Hollandse won in 2024 haar eerste WTA250-toernooi, in Osaka, versloeg voor het eerst een speelster uit de top-10 en bereikte wat tot dan toe haar grootste doel was: de top-100. Inmiddels is ze een vaste waarde op grote toernooien. In januari speelde ze op de Australian Open, en ze mocht ook meedoen aan de grote WTA-toernooien in Indian Wells, Miami, Madrid en Rome.
Als nummer 67 van de wereld is Lamens dit jaar voor het eerst rechtstreeks geplaatst voor het hoofdtoernooi van Roland Garros. Dinsdag treft ze in Parijs in de eerste ronde de Amerikaanse Ashlyn Krueger, momenteel 35ste op de WTA-ranking. Bij de vrouwen doet voor Nederland naast Lamens ook Arantxa Rus mee in het enkelspel, bij de mannen zijn dat Tallon Griekspoor, Botic van de Zandschulp en Jesper de Jong.
Lamens tennist al sinds haar zesde bij tennisschool De Brug in Berkel en Rodenrijs, waar ook Kiki Bertens, de voormalig nummer vier van de wereld, ooit begon. Toen ze negen was nam hoofdtrainer Martin van der Brugghen haar onder zijn hoede. „Ik zag meteen dat ze atletisch was, sterk, goed kon lopen. Ze werkte hard. Maar ik zag vooral dat ze intelligent was en spelinzicht had”, vertelt Van der Brugghen. Dat maakt haar bijzonder, vindt hij. „Kracht en techniek kun je aanleren, maar intelligentie moet je van jezelf hebben als je echt goed wil worden.”
Fanatiek in alles
Lamens was van jongs af aan fanatiek, in alles wat ze deed. Naast tennis turnde ze op hoog niveau. Toen ze naar de middelbare school ging, moest ze van haar ouders kiezen. „Suzan vroeg me: wat wil je dat ik kies?”, vertelt vader René Lamens. „Ik zei natuurlijk dat het haar eigen keuze was, maar stiekem was ik wel blij dat ze voor tennis koos. Dat is lekker buiten, ik hoef niet hele dagen in een sporthal te zitten.”
Het spelelement trok Lamens over de streep. „Als ergens een spelelement in zit, vind ik het meteen leuker”, legt ze uit. Of ze ook graag spelletjes speelt? „Ja, Regenwormen, of Uno. Maar ik kan eigenlijk niet zo goed tegen mijn verlies.” Hoewel… „Bij tennis verlies je bijna elke week, tenzij je een toernooi wint. Dus dan leer je het wel.”
Op haar zestiende won Lamens haar eerste nationale titel. In die tijd begon ze ook toernooien in het buitenland te spelen. Om zich sneller volledig op de sport te kunnen richten, besloot ze om van 3 vwo naar 4 havo te gaan, zodat ze een jaar eerder klaar zou zijn. „Ik probeerde mijn ouders ervan te overtuigen dat als ik tóch naar de universiteit zou willen, ik altijd via een hbo-propedeuse door kon stromen”, vertelt ze. Haar ouders gingen akkoord.
Tennis is op professioneel niveau een dure sport. Een speelster moet zelf een coach bekostigen, en hotelkamers tijdens toernooien. Ook het vervoer, voor het hele team, komt voor rekening van spelers. Vooral voor beginnende spelers is dat pittig, omdat het prijzengeld nog erg laag is. Je begint niet direct op het WTA-circuit, het hoogste niveau voor het vrouwentennis, maar een niveau eronder, op de ITF-toernooien.
Ter vergelijking: het bereiken van de eerste ronde van het WTA1000-toernooi van Rome levert een speelster 13.150 euro op. Dat is al meer dan ze zou krijgen als ze een van de grotere ITF-toernooien zou winnen: omgerekend bijna 11.000 euro. Verliest ze in de eerste ronde van dat toernooi, dan gaat ze naar huis met minder dan 400 euro.
Gelukkig had de familie Lamens veel mensen om zich heen die financieel wilden bijdragen aan de tennisdroom. En Lamens probeerde in die periode waar mogelijk de kosten te drukken. Zo nam ze via sociale media contact op met spelers van wie ze wist dat die op hetzelfde toernooi zouden spelen, met de vraag of ze misschien een kamer wilden delen.
Inmiddels is hotelkamers delen of sponsoring van vrienden en familie niet langer nodig. Het lukt Lamens op het WTA-circuit om een aardige boterham te verdienen met tennis.
Suzan Lamens klaar om de bal te smashen. Foto Juan Medina/Reuters
Harde werker
Het doorzettingsvermogen en de wilskracht van Lamens worden door haar omgeving opgemerkt en bewonderd. „Ze geeft nooit op, is van jongs af aan een heel harde werker”, vertelt Kiki Bertens, die Lamens al had opgemerkt op de tennisschool waar ze allebei begonnen. „Ze was wel altijd een van de betere kinderen, maar ze stak niet met kop en schouders boven de rest uit. Ze was niet iemand die er op haar achttiende al stond. Ze is zich altijd blijven doorontwikkelen.”
Toch zijn er ook nog punten in haar spel waar Lamens aan moet werken. Haar zwakke plek is dat ze van nature verdedigend speelt: ze is snel en kan daardoor veel ballen terughalen, zeker op het langzame gravel van Parijs. „Maar tegen sterkere speelsters moet je niet met verdedigend spel aan komen zetten”, zegt Lamens zelf. „Tenzij je heel dik wil verliezen, natuurlijk.”
Dus werkt trainer Van der Brugghen met Lamens aan een aanvallender spel. „Als ze meer naar voren speelt en de bal eerder na de stuit neemt, neemt ze tijd weg van de tegenstander”, legt hij uit.
Daar is zelfvertrouwen voor nodig. „Als het spannend wordt, is aanvallend blijven spelen moeilijker. Ik val dan makkelijker terug op mijn default mode”, zegt Lamens. „Maar het wordt wel steeds makkelijker. Ik krijg nu sterkere tegenstanders, dat is goed voor me. Ik heb heel wat goede potjes gespeeld en goede potjes gewonnen. Het gevoel dat ik op de grote toernooien thuishoor, begint steeds meer te komen.”
Ze vertelt over een wedstrijd die ze deze maand op het graveltoernooi in Rome speelde tegen de Belgische Elise Mertens, op dat moment nummer 24 van de wereld. Die verloor ze in drie sets. „Vorig jaar was ik blij geweest dat ik er een driesetter van had weten te maken. Nu wil ik méér.”
De wilskracht van Lamens kan soms ook een last zijn, merkt trainer Martin van der Brugghen op. „Als je zo gedreven bent, maakt dat je ook kwetsbaarder. De druk wordt dan hoger. Suzan heeft daardoor lang gedacht dat ze mentaal helemaal niet sterk is. Maar als je staat waar zij staat, kán dat helemaal niet.”
Dit voorjaar heeft Lamens een mentaal begeleider aangenomen. Iemand die haar helpt om op de baan de focus en rust te bewaren. De coaching heeft al effect, merkt Lamens zelf. „Hij leert me ademhalingsoefeningen voor als ik tussen games door op mijn bankje zit. En als ik merk dat ik nog te veel in mijn hoofd zit, probeer ik mijn aandacht te richten op puur en alleen de volgende bal die ik moet spelen. Dat helpt.”
Suzan Lamens slaat een dubbelhandige backhand in de wedstrijd van Nederland tegen Duitsland om de Billy Jean King Cup in april. Foto Koen van Weel/ANP
Té agressief
Om nog verder te groeien, moet Lamens op de korte termijn af en toe onderuitgaan, denkt trainer Van der Brugghen. En dat is niet makkelijk. „Ze verloor laatst een wedstrijd doordat ze té agressief speelde en daarbij te veel fouten maakte. Als je iets aan het leren bent, weet je nog niet helemaal wanneer je het precies moet inzetten. Maar als je iets nieuws doet, is het soms goed om te overdrijven.” Als ze behoudender had gespeeld, had ze die wedstrijd waarschijnlijk kunnen winnen. „Het is dan verleidelijk om te zeggen: dit moet ik niet meer doen. Maar als je tegenover sterkere tegenstanders staat, moet het uiteindelijk nóg dominanter. Dus daar kun je maar beter aan wennen.”
Nu Lamens meer prijzengeld verdient, kan ze vaker familie of begeleiding meenemen naar toernooien. „Dat is fijn”, zegt ze. „Ik ben heel veel op reis, en op deze manier voelen toernooien toch een beetje meer als thuis.” Tijdens Roland Garros zullen haar vader, diens vriendin en haar tweelingbroer Jasper aanwezig zijn. Al blijven ze gedurende het toernooi op afstand. „Ik laat haar een beetje in haar eigen bubbel”, zegt haar vader. „Tijdens zo’n toernooi is ze toch vooral aan het trainen en vertoeft ze veel in de spelerslounge. Maar als ze een hapje met me wil eten, dan ben ik er.”
Het begon als een sloopkogel, maar inmiddels heeft de tactiek van de regering-Trump om Harvard op de knieën te krijgen meer weg van een wurgslang. Met telkens nieuwe, ongehoorde eisen en ingrepen uit Washington moet de elite-universiteit worden uitgeput – en gebroken.
Vorige week werd de wurggreep weer strakker aangetrokken, nu door minister Kristi Noem van Binnenlandse Veiligheid. Zij kondigde donderdag aan dat Harvard geen buitenlandse studenten meer mag inschrijven. Een ongehoorde ingreep van de staat en een zware klap voor de wereldberoemde particuliere instelling, die 6.800 internationale studenten telt, een kwart van het totaal.
Volgens Noem, die een maand eerder al met de maatregel dreigde, verdient Harvard de sanctie omdat de universiteit bij protesten tegen de Gaza-oorlog een onveilige situatie heeft gecreëerd voor Joodse studenten, sympathie voor Hamas heeft gepromoot en een „racistisch” diversiteitsbeleid voert. Ook zou de universiteit in „coördinatie” met de Chinese Communistische Partij militante activiteiten hebben gefaciliteerd tegen de Oeigoeren. Een woordvoerder van het Witte Huis noemde Harvard in een reactie een „broeinest van anti-Amerikaanse, antisemitische en pro-terroristische agitatoren”.
Harvard, dat direct juridische stappen nam, spreekt van een ongrondwettige ingreep waarbij de vereiste procedures zijn genegeerd. Noems sanctie is „de culminatie van een ongekende wraakactie”, aldus het bestuur van de universiteit.
Maatregel opgeschort
Een federale rechter heeft Harvard vrijdag gelijk gegeven en Noems maatregel tijdelijk opgeschort. Een federale rechter in Californië had de regering kort daarvoor al verboden om honderden studenten van wie het visum is ingetrokken uit te zetten zolang hun zaak onder de rechter is.
Over de wettigheid en strekking van Noems maatregel is nog veel onduidelijk. Het is een bureaucratische sanctie tegen de instelling als zodanig, niet tegen individuele studenten. Amerikaanse universiteiten moeten buitenlandse studenten aanmelden in het Student and Exchange Visitor Information System (SEVIS), dat valt onder Noems ministerie. Daar hebben ze een certificaat voor nodig van het departement – en dat bood een opening voor de regering om de universiteit verder onder druk te zetten. Noem wil het certificaat van Harvard intrekken, zodat de instelling geen buitenlandse studenten meer kan aanmelden.
Studenten die al staan ingeschreven – en van wie de vorderingen in het systeem worden gevolgd tot hun examen – zouden in een grijs gebied belanden. Volgens Noem behouden zij hun visum, mits ze zich inschrijven bij een andere universiteit die nog wel een certificaat heeft. Wie dat niet doet, schendt de voorwaarden van verblijf en kan worden uitgezet. Of het onderscheid veel uitmaakt, is de vraag. Niet alleen betekent overstappen grote onzekerheid en vertraging voor studenten, de vrees bestaat dat andere universiteiten dezelfde behandeling zullen krijgen.
Studenten in april tijdens een protest tegen regeringsinmenging op Harvard.
Foto Nicholas Pfosi/Reuters
De aanval op Harvard gaat om meer dan het weren van buitenlandse studenten die „Amerika haten” (aldus Trump). De oudste en rijkste universiteit van de VS ligt al maanden op allerlei manieren onder vuur van een staatsapparaat dat de oorlog heeft verklaard aan „onpatriottische” instellingen voor hoger onderwijs. Vorige maande bevroor Trump 2,2 miljard dollar aan federale subsidie en onderzoeksopdrachten voor Harvard. De universiteit moet maar interen op haar vermogen, vindt hij. De president ziet de Ivy League-universiteit als hét symbool van alles wat hij verafschuwt: „linkse” wetenschap, „woke” diversiteitsbeleid en „antisemitische” Gaza-protesten.
Rond dezelfde tijd, half april, eiste Noem voor het eerst dat Harvard gegevens zou verstrekken van elke buitenlandse student die niet genoeg onderwijs volgde, zich schuldig had gemaakt aan wangedrag of aan strafbare feiten. Omdat Harvard volgens haar onvoldoende meewerkte wil ze het certificaat van de universiteit intrekken. Bovendien eist Noem nu nóg meer informatie, zoals videobeelden van studenten bij protesten op de campus en daarbuiten.
Tegelijk loopt een onderzoek naar Harvard van het ministerie van Justitie, dat eveneens inzage eist in de toelating en evaluatie van nieuwe studenten én in alle interne communicatie van medewerkers over maatregelen van de regering-Trump.
Buitenlandse financiers
Ook het ministerie van Onderwijs eist gegevens op, met name over buitenlandse financiers (informatie die de universiteit al zegt te hebben verstrekt). Daarnaast lopen er onderzoeken van verschillende overheidsdiensten naar het diversiteitsbeleid van de universiteit. Trump zelf heeft herhaaldelijk gedreigd de belastingvrijstelling voor Harvard als onderwijsinstelling te schrappen.
Met die wervelwind van eisen en dreigementen is het conflict tussen Harvard en Trump meer dan een strijd om academische vrijheid. Juristen van Harvard wijzen op bedreiging van de vrijheid van meningsuiting en de privacy van persoonsgegevens. Harvard staat aan het front van de Trump-revolutie, zijn poging om met staatsmacht een maatschappelijke en ideologische omwenteling teweeg te brengen. Die moet afrekenen met de ‘elitaire’ liberale orde waarvan de Ivy League-universteit het vlaggenschip is.
Of de escalatie kan worden gestopt, is de vraag. Bij Trumps aantreden was Harvard al uit eigen beweging begonnen met hervormingen – bestrijden van antisemitisme en bevorderen van academische „standpunt-diversiteit” – maar inmiddels staat de universiteit lijnrecht en principieel tegenover Trump. Minister Noem heeft de eerste slag om buitenlandse studenten bij de rechter verloren, maar nog niet de oorlog. De president op zijn beurt kan niet terugkomen op alle dreigementen aan het adres van de universiteit zonder iets om mee te pronken.
Het begon allemaal met de Natuurschoonwet. Die gaf landeigenaren belastingvoordeel als ze hun landgoed openstelden voor publiek. „In 1935 heeft mijn grootvader dat met ons landgoed gedaan”, vertelt Philip van Zuylen (62), eigenaar van Duinrell. „Dat begon met een speeltuin. Daarna kwam er een restaurant in een oude schaapskooi, meer speeltoestellen, skibanen op dennennaalden. In 1962 is mijn vader stukjes grond gaan verhuren, zodat mensen konden kamperen. Zo is het bedrijf langzaam gegroeid.”
Duinrell bestaat dit jaar negentig jaar. Het attractiepark, met inmiddels ook een vakantiepark, staat op het Landgoed Duinrell in Wassenaar en is nog steeds in handen van de familie Van Zuylen Van Nijevelt. Philips zoon, Hugo van Zuylen (31), is begin dit jaar ook begonnen in Duinrell en daarmee is de opvolging gewaarborgd.
Mijn vader zei altijd: ‘Mijn vrouw is niet te koop, mijn trouwring is niet te koop en Duinrell is ook niet te koop’
Het attractiepark kreeg echt vorm toen de vader van Philip, Hugo graaf van Zuylen van Nijevelt, het landgoed overnam. Dat deed hij omdat een zakenman het mogelijk zou kopen. Philip: „Mijn vader zei altijd: ‘Mijn vrouw is niet te koop, mijn trouwring is niet te koop en Duinrell is niet te koop.’”
Tijdens de jeugd van zowel Philip als zijn zoon Hugo draaide alles om Duinrell. Philip: „Als je een bedrijf hebt zoals het onze, dan is dat natuurlijk iets waar je aan de keukentafel altijd over praat. Mijn moeder werd daar weleens gek van. Ze zei dan: ‘Niet altijd maar Duinrell, Duinrell, Duinrell.’”
Als jongen bezocht Philip samen met zijn vader andere parken. Of hij ging mee naar beurzen, onder meer in de Verenigde Staten. Hij bleef, ook toen hij werkte voor een ander bedrijf, een band houden met het park. „Als er een nieuwe attractie werd geopend, dan ging ik altijd naar het park. Toch was het een verrassing toen mijn vader me vroeg hier te komen werken.”
Een beetje schuldig zegde Philip zijn baan op. Zijn werkgever was minder verrast, vertelt de Duinrell-telg. „Ach Philip, we wisten dat het een keer zou gebeuren,” zei zijn baas. Dat is inmiddels 32 jaar geleden.
De Kikkerachtbaan, een iconische Duinrell-attractie. Foto Paul Vreeker / ANPDe Dragonfly-achtbaan in Duinrell. Foto Guus Schoonewille / ANP
Facetten
„Je vader is eerst je vader, daarna wordt hij een maatje. En vervolgens je baas en collega. Je maakt alle facetten mee”, vertelt Philip over het samenwerken met zijn vader: Hugo senior. „Hij was een heel leuke man, jong van geest. Maar je zag ook dat twee generaties een heleboel dingen anders doen.”
Het bedrijf groeide. En terwijl zijn vader gewend was veel zelf te doen, plaatste Philip een managementlaag tussen eigenaar en uitvoering. „Dat vond mijn vader in het begin lastig. Daarna was hij wel trots.” Graaf Hugo overleed in 2018, op 88-jarige leeftijd.
Zijn vader deed veel op gevoel en Philip eigenlijk ook. Wel kan hij enquêtes uitzetten onder bezoekers. Om te toetsen of ideeën aanslaan. „Het is een bevestiging, of een motivatie om zaken op te pakken. Dus je doet het op gevoel, maar je checkt het wel een beetje.”
Jij hebt soms een gevoel of idee en dan vind ik het leuk om uit te zoeken of dat gevoel ook echt klopt
Het opmerkelijkste voorbeeld van dat handelen op gevoel, is het Tikibad, een zwemparadijs naar Amerikaans voorbeeld. Hugo investeerde twee jaaromzetten in het waterpark, dat in 1984 werd gebouwd. Philip: „Ik heb hem gevraagd of hij daar geen slapeloze nachten aan overhield. Dat kwam niet in hem op. Natuurlijk zou het niet misgaan: hij wist toch dat het leuk was?”
En de financiering ging vroeger anders, zegt Philip. „Mijn vader kende de bank, de bank kende hem. Hij was zo overtuigd en gedreven, daar ging men in mee.” Philip zou zoiets niet aandurven. „Het is een mooi verhaal, maar het zou nu niet verstandig zijn. Als je zo’n investering doet en het slaat niet aan, dan komt het bedrijf in de gevarenzone.”
Deze man, op Camping Duinrell in Wassenaar, heeft tijdens Pasen een natte schotel, maar hij blijft wel droog in de tent. Foto Ed Oudenaarden / ANP
Kinderen
Bij Philips zoon Hugo begon het vorig jaar te kriebelen. Hij woonde in Amsterdam, werkte in Rotterdam bij Unilever en betrapte zichzelf erop dat hij op de terugweg naar huis vaak nog even langs Duinrell reed. Inmiddels heeft hij zijn eerste attractie gekocht, op een beurs in de Verenigde Staten. Komende winter begint de bouw. Wat voor attractie het is, houdt hij nog geheim.
Philip: „Werken met je zoon is een voorrecht. Ik merk nu al dat veel medewerkers denken: jij bent de baas, maar Hugo is de toekomst.”
Waar Philip nog veel op gevoel doet, vertrouwt Hugo liever op data. Philip wijst op een groot scherm in het kantoor, een oud poorthuis van het landgoed. Dat heeft Hugo neergezet, om presentaties op te laten zien.
Hugo: „Dat is een leuke dynamiek. Jij hebt soms een gevoel of idee en dan vind ik het leuk om uit te zoeken of dat gevoel klopt.”
Ik mag het een generatie doen en daarna moet ik het op een goede manier overdragen aan de volgende generatie
Toch sluit Hugo zijn gevoel niet helemaal uit. „Ik heb net mijn eerste kind gekregen. En ik dacht: wat gek dat we voor die doelgroep, ouders met pasgeborenen, niet echt faciliteiten hebben. Dus ik ben gaan kijken hoeveel kinderen van onder de drie elk jaar naar Duinrell komen en wat we hen kunnen bieden.”
Duinrell ontvangt ongeveer 1,4 miljoen bezoekers per jaar. Het attractiepark heeft 110 mensen in vaste dienst en zo’n vierhonderd vakantie- en seizoenskrachten. Het landgoed beslaat 110 hectare, ongeveer de helft wordt nu geëxploiteerd door het bedrijf Duinrell. De andere helft is bos- en duingebied.
Het park heeft zo’n veertig attracties en meerdere glijbanen. Soms gaat dat mis. Nadat begin 2010 de waterglijbaan X-Stream was geopend, raakten enkele mensen gewond. Zo liep een achttienjarige jongen een hersenschudding en whiplash op. De incidenten werden veroorzaakt door technische mankementen.
„Met zoveel bezoekers per jaar realiseren we ons heel goed dat er iets kan gebeuren”, zegt Philip. „We doen er alles aan om ervoor te zorgen dat de basis op orde is, dat je kind hier veilig kan spelen.” Volgens hem kijken ze na elk incident wat misging en hoe Duinrell dat had kunnen voorkomen.
Wild Wings-attractie. Foto Bart Maat
Gesloopt
Een eigen toekomstvisie is nog wat prematuur, zegt Hugo. Wel staan genoeg ontwikkelingen op de rol. De Kikkerachtbaan, het symbool van Duinrell, is na veertig jaar ‘op’ en wordt na dit seizoen gesloopt. Het is eigenlijk de eerste attractie die echt verdwijnt. Er komt wel een nieuwe Kikkerachtbaan voor terug, gekocht door Philip. „Mijn laatste attractie, denk ik.”
Philip merkt dat bezoekers kritischer zijn geworden. Wachtrijen wekken irritaties. Daarom heeft Duinrell tegenwoordig, ingegeven door corona, een maximum aantal bezoekers per dag. Volgens Philip loopt het bedrijf daardoor geen omzet mis. „We geven iets minder korting, waardoor de gemiddelde prijs hoger wordt.” Er zijn dan wel minder mensen, maar zij ervaren hun dag wel prettiger, zegt hij.
Dat Hugo nu bij Duinrell werkt, doet Philip meer dan hij had verwacht. „Duinrell is niet van mij, zeg ik altijd. Ik mag het een generatie doen en daarna moet ik het op een goede manier overdragen aan de volgende generatie.”
Lees ook
Het glas waarachter Doornroosje ligt, moet elke dag worden gepoetst
Bezoekers van Duinrell aanschouwen een voortrazende achtbaan. Foto Bart Maat