Het zou de dag moeten zijn waarop Nieuw Sociaal Contract (NSC) afscheid neemt van Pieter Omtzigt als politiek leider. De bloemen staan al klaar, het gouden speldje waarmee hij benoemd zal worden als eerste erelid van de partij ook. Een voorlichter heeft de houten fractievoorzitterhamer al vast, die Nicolien van Vroonhoven van Omtzigt over zal nemen.
En even lijkt het ook zo te gaan, deze zaterdag in een evenementenhal in Arnhem. Partijvoorzitter Kilian Wawoe richt zich in de ochtend via een camera tot Omtzigt. Die is niet in de zaal. Hij zit „ergens boven”, zegt Wawoe. „Pieter, ik weet dat je me hoort. Jij, en alleen jíj, bent de reden dat we hier zijn. We zullen doorgaan in het licht en de inspiratie die jij ons hebt gegeven. Woorden schieten tekort om te beschrijven wat jij voor ons hebt betekend.”
Als hij daarna Omtzigt de zaal in roept, kondigt hij hem aan als „onze leider”. Een lange ovatie volgt.
Omtzigt zegt dat politiek soms „een hel” voor hem was. Dat hij „voor gek” werd versleten toen hij, nog als Kamerlid namens het CDA, aandacht probeerde te krijgen voor de Toeslagenaffaire.
Drie kwartier speechen
Wat geprogrammeerd stond als een „overgangsmoment”, wordt een toespraak van bijna drie kwartier, waarin Omtzigt van het ene naar het andere onderwerp gaat. Van het vergunningenstelsel voor uitzendbureaus naar de gedwongen uithuisplaatsing van kinderen. Van bestaanszekerheid tot Israël en Gaza. Het is een soms technische samenvatting van de dossiers waar Omtzigt het al jaren over heeft in de Kamer, over successen van zijn partij en waarvan hij vindt dat NSC er te weinig krediet voor krijgt. „U leest het niet. Misschien, en dan moet ik ook mezelf aankijken, hadden we dit luider van de daken moeten schreeuwen. Harder moeten schreeuwen, beter moeten schelden. Maar dat zit niet in onze genen.”
Een paar keer lijkt het er op dat Omtzigt tot een eind van zijn toespraak komt. Het publiek lijkt dan klaar voor een lang applaus. Maar dan vraagt Omtzigt om een glaasje water, en blijkt hij nog niet klaar. Of er schiet hem tóch nog iets te binnen. Midden in een dankwoord waarin hij zich op Nicolien van Vroonhoven richt, begint hij toch nog over pensioenen.
‘Lid nummer één’
Leden, het zijn er een paar honderd, kijken elkaar aan. Ze zien een fitte Omtzigt, hij lijkt het leuk te vinden. En hij heeft nog ideeën. Afscheidstoespraak? Het lijkt meer op een congrestoespraak, die een politiek leider hoort te houden.
Dus als Omtzigt zegt dat hij „na de zomer als lid nummer één” actief voor de partij zal blijven, wordt er hard en lang geklapt. En als hij grappend zegt dat het „altijd leuk is” om „over je graf te regeren”, roept iemand in het publiek: „Blijven doen!”
Omtzigt zegt dat hij naar Den Haag blijft komen, maar „minder vaak”. Hij zal Kamerleden en bewindspersonen blijven appen, „maar niet meer zo vroeg en niet meer zo laat”. En hij kondigt aan dat hij zich bezig blijft houden met onderwerpen die hem aan het hart gaan.
Tijdens de lunch hebben leden het erover. Er heerst blijdschap en opluchting. Pieter Omtzigt is helemaal niet weg. Hij blijft. Sommige leden hopen dat hij ooit terugkeert als Kamerlid, anderen vinden hem geschikt om te werken voor het wetenschappelijk instituut van NSC.
Lees ook
Lees ook: NSC verliest snel aanhang, maar in Zoetermeer geloven ze nog in de partij
Een nieuwe leider
Tegen die achtergrond moet Nicolien van Vroonhoven haar eerste congrestoespraak als partijleider houden. Ze heeft het in haar spreektekst nog over „verdrietige gezichten” vanwege het vertrek van Omtzigt, maar de stemming is allang omgeslagen. Zij spreekt een stuk korter dan haar voorganger, ruim twintig minuten.
Het is voor Van Vroonhoven het moment om te laten zien wat zíj met de partij wil. NSC staat er slecht voor. Al weken staat de partij op één zetel in peilingen, nu zijn het er twintig in de Tweede Kamer. Volgens NSC’ers komt dat omdat ze onzichtbaar zijn in deze coalitie, eigen successen niet goed genoeg laten zien. En ook omdat het onduidelijk is voor kiezers wat er nog typisch NSC is.
Van Vroonhoven doet nu een poging om nieuwe onderwerpen naar zich toe te trekken. Weerbaarheid, tegen gevaren van buitenaf, en nationale identiteit. Nederlanders zouden weer moeten weten wat „onze gedeelde waarden en tradities” zijn, „zoals dauwtrappen met Hemelvaart en carbidschieten”. Van Vroonhoven begint in haar toespraak ook over het „beschermen” van „onze Nederlandse taal, die je in de grote steden echt een stuk minder op straat hoort dan 20 jaar geleden”.
Nicolien van Vroonhoven laat hiermee zien dat ze inhoudelijk wel degelijk een ander profiel heeft dan Omtzigt. NSC’ers in de fractie wisten dat al. Ze praat veel vaker over culturele thema’s dan Pieter Omtzigt. Ook op het gebied van medische ethiek is ze meer uitgesproken dan Omtzigt. NSC’ers houden er rekening mee dat ze de partij op dit thema meer wil profileren. Zo verzette ze zich in de Tweede Kamer hevig, en met succes, tegen verruiming van de Transgenderwet.
De leden in Arnhem luisteren welwillend naar Van Vroonhoven, maar met minder aandacht dan voor Omtzigt. Moeilijk maken ze het de partijtop deze zaterdag niet.
Van een crisissfeer is in Arnhem niets te merken, slechte peilingen of niet. Een koersdebat is er niet, en leden krijgen van Van Vroonhoven te horen dat NSC gewoon „ferm, stevig en fier” doorgaat op de ingeslagen weg.
Het is vooral de buitenwereld die de schuld krijgt. Als een van de leden in de grote zaal de microfoon krijgt, zegt ze dat ze het „heel jammer” vindt dat ze in de krant leest dat „onze partij geen levenskracht meer heeft”. „En dat is níet waar”, zegt ze met nadruk. De aanwezigen klappen hard en er klinkt gejoel tegen de pers.
