Alan Garber, topbestuurder van Harvard University, levert slag op twee fronten. Hij moet Donald Trump van zich afhouden, die met staatsmacht de beroemde universiteit dreigt te knevelen. Tegelijk moet hij een intern verdeeld Harvard bij elkaar houden en wil hij de elite-instelling ontdoen van het ‘woke’ imago waar Trump garen bij spint.
De slijtageslag met de president nadert een juridische ontknoping. Dinsdag liet het ministerie van Onderwijs in een woeste brief weten dat de universiteit geen nieuwe aanvragen voor federale steun hoeft in te dienen en maar moet teren op het eigen vermogen. Harvard heeft „een aanfluiting gemaakt van het hoger onderwijs”, laat „gewelddadige” buitenlandse studenten toe die Amerika „minachten” en maakt zich met diversiteitsbeleid voor minderheden schuldig aan „afzichtelijk racisme”, aldus het ministerie.
De brief is een nieuwe poging van de regering-Trump om Harvard op de knieën te krijgen. De universiteit betwist bij de rechter het bevriezen van ruim twee miljard reeds toegekende federale steun. De maatregelen die Trump met die financiële pressie wil afdwingen zouden erop neerkomen dat Harvard onder staatstoezicht wordt geplaatst. Een ontoelaatbare inmenging van de staat, aldus het bestuur van de instelling.
Het gaat bestuursvoorzitter Garber daarbij vooral om het principe (staatsdwang) en Trumps methode (afpersing), eerder dan om een inhoudelijk meningsverschil. Al vóór Trumps herverkiezing was Garber bezig de universiteit stapje voor stapje te hervormen – tot onmin van groepen studenten. Harvard was sinds oktober 2023 het toneel van protesten tegen de Gaza-oorlog, wat de instelling kwam te staan op de beschuldiging van antisemitisme. Garbers voorganger Claudine Gay moest eind dat jaar het veld ruimen na een zwak optreden voor een Senaatscommissie en een hetze van Republikeinse politici en activisten.
Diploma geweigerd
Bij zijn aantreden beloofde Garber antisemitisme te bestrijden – hij had er persoonlijk mee te maken gehad aan Harvard, zei hij – en werk te maken van ‘standpunt-diversiteit’, een term die ook door Trump wordt gebruikt. Een taskforce ging „antisemitisme en vooroordelen over Israël” op de campus onderzoeken; een tweede groep boog zich over anti-Arabische en islamofobe uitingen.
En er kwamen sancties. Dertien studenten die hadden meegedaan aan Gaza-protesten kregen te horen dat ze geen diploma zouden krijgen. Het leverde Garber het verwijt op dat hij stilzwijgend buigt voor rechtse kritiek op de universiteit. Ongeveer duizend studenten en docenten liepen in mei 2024 uit protest weg bij de diploma-uitreiking, Garber werd onthaald op boegeroep. Zijn beëdiging vond eind dat jaar uit voorzorg plaats achter gesloten deuren.
Maar de bestuursvoorzitter kreeg ook steun, van alumni en anderen die vinden dat Harvard te links is geworden en te weinig optrad bij pro-Palestijnse acties. In Joodse kring klinkt al langer dat Harvard gespitst is op racisme, behalve kennelijk als het om Joden gaat. Garber is daar gevoelig voor – en toch ligt hij nu tegen wil en dank op ramkoers met Trump.
Arts en econoom Garber (1955), een bestuurder die eerder fluistert dan schreeuwt, is een onwaarschijnlijke tegenspeler van de luidruchtige en bluffende president. Hij groeide op in een Joods gezin in Rock Island, Illinois en studeerde economie aan Harvard, waar hij promoveerde en hoogleraar werd. In de jaren tachtig haalde hij een graad als arts aan de universiteit van Stanford. Zijn specialisme is management en economie van de gezondheidszorg.
Verzet tegen vakbond
Garbers beheerste manier van doen maakte hem een kandidaat voor bestuursfuncties. In 2011 werd hij benoemd tot provost, een academische topfunctie vergelijkbaar met die van een Nederlandse rector.
Ook toen kwam hij in botsing met studenten. Garber verzette zich tegen de oprichting van een vakbond voor studenten die betaald werk doen voor de universiteit, omdat dit ten koste zou gaan van hun studie. In 2019 onthulde campuskrant The Harvard Crimson dat de rector 2,7 miljoen dollar had bijverdiend bij twee farmaceutische bedrijven. De ophef doofde snel uit, volgens Harvard was alles volgens de regels gebeurd. Na het onvoorziene aftreden van Gay was Garber de gedoodverfde opvolger, die de universiteit in rustiger vaarwater zou brengen.
Het liep anders. Terwijl Garber in zijn eerste jaar beleid had ingezet dat strookt met de wensen van de president, opende Trump een keiharde aanval op de elite-universiteit, voor hem hét symbool van links Academia. In april trok Garber alsnog een streep in het zand toen de regering met een nieuw pakket eisen presenteerde dat Harvard de facto onder curatele zou plaatsen.
Ondanks zijn weigering zich bij die eisen neer te leggen, gaan Garbers hervormingen gestaag door. In een symbolisch gebaar maakte Harvard bekend dat het bureau dat toeziet op diversiteitsbeleid (DEI) met onmiddellijke ingang is omgedoopt tot afdeling voor ‘gemeenschap en campusleven’. Ook stopt de universiteit met affinity celebrations, aparte diploma-vieringen voor studenten uit etnische minderheden, met toespraken en prijzen. Het zijn vooral tegemoetkomingen aan Trump.
Kort daarop verschenen eindverslagen van de twee taskforces die de mening van zo’n 2.300 studenten en docenten aan Harvard peilden over antisemitisme en islamofobie op de universiteit. De bevindingen zijn pijnlijk. De eerste werkgroep stelde vast dat na 7 oktober 2023 „een lawine” van antisemitische berichten volgde van studenten en medewerkers op sociale media. Joodse studenten meldden antisemitische opmerkingen en incidenten.
Vrees voor sancties
De tweede werkgroep meldde dat 92 procent van de geraadpleegde studenten van Arabische of islamitische afkomst vreest voor sancties om hun politieke opvattingen. Garber heeft zich verontschuldigd voor het „teleurstellende en pijnlijke” collegejaar. Hij heeft beloofd de aanbevelingen van de taskforces te „bestuderen”, onder meer het weren van antisemitisme en „anti-Israël-bias”.
Harvard volgt sinds begin dit jaar de definitie van antisemitisme van de International Holocaust Remembrance Alliance (IHRA). Die is omstreden omdat die bepaalde kritiek op Israël antisemitisch noemt.
Het is allemaal niet genoeg voor Trump. Hij dreigt ook de belastingvrijstelling van Harvard in te trekken, wat honderden miljoenen kan kosten, een stap die Garber „hoogst onwettig” noemt. Op sociale media schampert Trump over Harvard, het ministerie van Onderwijs beschuldigt het toonaangevende juridische tijdschrift van de universiteit, de Harvard Law Review, van partijdigheid in onderwerpen en auteurs.
Voor Garber zal het dus balanceren blijven op een slap koord. Behalve zijn krachtmeting met de president en frictie met studenten, heeft hij nog een reden om zich zorgen te maken. Het vertrouwen van Amerikanen in universiteiten is aan het dalen. In een peiling van Gallup vorig jaar zei een op de drie volwassenen weinig tot geen vertrouwen te hebben in het hoger onderwijs.
Dat kan effect hebben op de toeloop van studenten maar ook op de bereidheid van rijke alumni om hun alma mater te blijven steunen.
Premier Dick Schoof vindt het „zorgelijk” dat Israël van plan is Gaza verder militair te controleren en meer grondgebied te bezetten. Dat heeft hij dinsdagavond gezegd op een persconferentie in Den Haag, die Schoof samen met de Belgische premier Bart De Wever gaf. De plannen van Israël, dat ook aankondigde alleen distributie van humanitaire hulp onder militaire controle te laten plaatsvinden, zijn „wat het Nederlandse kabinet betreft niet de weg voorwaarts”.
Schoof las een verklaring voor van papier. „Het kabinet roept Israël op om een andere koers te varen en gesprekken over een staakt-het-vuren te hervatten.” De leider van het kabinet van PVV, VVD, NSC en BBB „benadrukt” andermaal dat Israël zich aan het internationaal recht moet houden. „We veroordelen de ontwikkelingen en uitspraken die daarmee strijdig zijn, zoals de blokkade [van humanitaire hulp door Israël] en oproepen van permanente [Israëlische] aanwezigheid in Gaza.”
De premier laat in het midden in hoeverre hij of minister van Buitenlandse Zaken Caspar Veldkamp (NSC) Israëlische bewindslieden hierop hebben aangesproken. Schoof hield het desgevraagd bij „de minister heeft voortdurend contact” [met Israël]. Het Nederlandse kabinet volhardt in de weigering om Israël publiekelijk streng(er) te veroordelen. De steun voor die aanpak neemt evenwel af in Nederland, blijkt uit recent opinieonderzoek.
De Wever: ‘Eindeloos feuilleton’
De Belgische premier Bart De Wever (N-VA), die eind januari aantrad en in dat verband dinsdag een eerste officiële ontmoeting had met Schoof, las niet van een briefje. „De humanitaire situatie in Gaza is niet meer om aan te zien”, zei De Wever. Op „beelden van uitgehongerde kinderen” is „maar een menselijke reactie mogelijk: dit moet stoppen”. Hij noemt Israëls oorlog in Gaza „een eindeloos feuilleton van dood en verderf”. De Wever stelt dat België „signalen” naar Israël zendt, maar dat deze „vooralsnog niet worden opgepikt”.
Net als in Nederland is ook in België kritiek op het Israëlbeleid van de regering. Verschil is dat de roep om een hardere veroordeling van Israël in Brussel ook in de coalitie klinkt. Zo sprak de leider van Vooruit, de Vlaamse socialisten, afgelopen weekend voor het eerst van „genocide”. De christen-democratische partij CD&V roept op Palestina te erkennen. Daarover zei De Wever dinsdag: „Die beslissing zullen we binnen de regering moeten nemen.”
Met medewerking van Lamyae Aharouay.
Liveblog Crisis in het Midden-Oosten
Volgens Trump is akkoord met Houthi’s bereikt, Houthi’s laten weten voorstel ‘te evalueren’
De Europese Commissie wil dat alle olie- en gascontracten met Rusland in 2027 volledig zijn beëindigd. Dat staat in de ‘REPowerEU-routekaart’, een strategie waarmee Europa minder afhankelijk moet worden van Rusland, die EU-energiecommissaris Dan Jørgensen dinsdag presenteerde.
Hoe moeilijk is het om volledig los te komen van Rusland voor de energievoorziening? En wat is het prijskaartje hiervan voor Europa?
Al sinds 2022, nadat Poetin de gaskraan naar Europa grotendeels dichtdraaide en de energieprijzen omhoogschoten, doet Europa verwoede pogingen om nooit meer zo afhankelijk te zijn van één of enkele landen voor de energievoorziening. Europa laat nu meer vloeibaar gemaakt gas (lng) verschepen vanuit bijvoorbeeld de Verenigde Staten en Qatar. Ook mogen de meeste lidstaten hun kolen en olie niet meer uit Rusland halen. Voor Hongarije en Slowakije gold een uitzondering, zij importeren nog wel veel Russische olie.
Hoewel Europa voor zijn energievoorziening door al die maatregelen inmiddels minder afhankelijk is van Rusland, komt er nog steeds Russisch gas en olie binnen. De import van Russische lng zat vorig jaar zelfs in de lift. Het aandeel Russisch gas in de gasimport van de hele EU is nu zo’n 19 procent, tegenover 45 procent vóór de grootschalige Russische invasie in Oekraïne, volgens een persbericht bij de routekaart. „De olie-import is gedaald van 27 procent begin 2022 tot 3 procent nu.”
Maar in 2027 moeten alle contracten dus zijn beëindigd, als het aan de Europese Commissie ligt. „De oorlog in Oekraïne heeft de risico’s van chantage, economische dwang en prijsschokken bruut blootgelegd”, zegt voorzitter van de Europese Commissie Ursula von der Leyen in het persbericht. „Het wordt tijd dat Europa zijn energiebanden met een onbetrouwbare leverancier volledig verbreekt.”
Spannend voor Oost-Europa
Spannend is de nieuwe routekaart voor Oost-Europa, zeggen gasexpert René Peters van onderzoeksinstituut TNO en lector energietransitie aan de Hanzehogeschool in Groningen Martien Visser. Peters: „Landen als Hongarije zijn nog het meest afhankelijk van Russisch gas, dat per pijpleiding naar hen toestroomt. Zij liggen – in tegenstelling tot bijvoorbeeld Nederland – niet aan zee en kunnen geen schepen met lng ontvangen.” Niet zo verrassend dus dat Hongarije en Slowakije niet blij zijn met de Europese plannen. Of zij het voorstel kunnen wegstemmen, valt nog te bezien. „Lng kan straks wel vanuit andere lidstaten die aan zee liggen, zoals Griekenland, naar Oost-Europa stromen via pijpleidingen”, aldus Peters.
Het verbreken van de Russische contracten voor olie- en gas zal nu een stuk makkelijker zijn dan voor de Russische inval in Oekraïne
Al met al is Europa klaar om los te komen van Rusland zonder dat de energieprijzen veel zullen stijgen, zeggen Peters en Visser. Peters: „Het verbreken van de Russische contracten voor olie- en gas zal nu een stuk makkelijker zijn dan voor de Russische inval in Oekraïne; inmiddels kunnen we genoeg lng uit andere landen halen.”
Gas zal wel iets duurder worden zodra Europa nog meer gaat leunen op lng, zeggen de geraadpleegde experts. Om gas vloeibaar te maken moet het worden afgekoeld tot zo’n 162 graden onder nul, en tijdens het verschepen gaat er ook nog wat verloren door verdamping. Aan de andere kant zal het aanbod lng op de markt stijgen. Dit zal met ongeveer 200 miljard kubieke meter zijn toegenomen, vijf keer meer dan de huidige EU-import van Russisch gas, schrijft de Europese Commissie. Toen Europa besloot minder gas uit Rusland te halen, zagen andere landen hun kans en investeerden ze volop in de lng-capaciteit. Het toenemende aanbod op de markt zal de lng-prijs drukken.
Hernieuwbare energie
Ook hebben lidstaten als doel om steeds meer gebruik te maken van hernieuwbare energiebronnen, zoals wind en zon, waarmee de afhankelijkheid van (Russisch) gas verder zal afnemen. Lidstaten moeten voor het eind van dit jaar met nationale plannen komen om Russisch gas, olie en kernenergie uit te faseren.
De nieuwe plannen hebben ook consequenties voor kernenergie. De Europese Commissie wil voor nieuwe onderdelen en brandstof voor kernenergie evenmin nog afhankelijk zijn van Rusland. Visser: „Kerncentrales in Oost-Europa zijn ooit gebouwd met Russische technologie.” Ook al kunnen die landen hun splijtstoffen uit andere landen halen, voorlopig blijven ze afhankelijk van Rusland voor reserve-onderdelen.
Belangrijke kanttekening bij de nieuwe routekaart is dat Europa door het nieuwe beleid afhankelijker zal worden van de Verenigde Staten. Die staan erom te springen om meer lng naar Europa te verschepen. Peters: „Vroeger zou dat geen probleem zijn geweest, toen was Amerika onze bondgenoot. Maar nu, onder de regering-Trump, zet Amerika relaties in voor zijn eigen gewin en onderhandelingstactiek.”
Na zessen probeert Paul Krugman het nieuws buiten de deur te houden. Voor zover dat nog lukt. Want zich helemaal veilig voelen, dat doet de Amerikaanse handelseconoom en Nobelprijswinnaar in deze roerige tijden niet. Paul Krugman gaf afgelopen vrijdag in Rotterdam een lezing over economie en welbevinden. Ook tekende hij voor een verbintenis met de Erasmus Universiteit van vier jaar.
Krugman is een fervent criticus van de regering-Trump. Zo fel dat hem onlangs, zo zegt hij, werd gevraagd of hij niet bang is gearresteerd te worden bij zijn terugkeer in de Verenigde Staten. „Nu nog niet”, is zijn antwoord. „Maar wie weet over zes maanden?”
Is dat echt wat in zijn achterhoofd speelt? O ja, zegt Krugman, die tot eind vorig jaar een column had in The New York Times en tegenwoordig zijn eigen Substack heeft, een nieuwsbrief met dagelijkse artikelen. De dingen die hij zegt, die hij schrijft: „Ik weet wat het effect daarvan is. Maar denk ik op een gegeven moment naar Europa te moeten vluchten? Nou, het is een mogelijkheid. Ik acht dat nog steeds niet waarschijnlijk, maar we leven wel in een tijd zoals we die we sinds de jaren dertig van de vorige eeuw niet hebben meegemaakt.”
Krugman is een van de bekendste economen ter wereld. Dat heeft niet alleen te maken met zijn Nobelprijs voor zijn internationale handelstheorie of met de talloze generaties studenten die zijn groot geworden met zijn boeken en denkbeelden, of dat nu op Yale was, MIT, de London School of Economics of Princeton. Krugman heeft, als een van de weinige economen, ook nog een succesvolle overstap weten te maken van topwetenschapper naar opinieleider. En hij houdt zich niet in.
U zegt dat de VS ‘naar de verdoemenis’ gaan. Kunt u dat uitleggen?
„Kijk, het is duidelijk dat onze huidige regering autoritair is en antidemocratisch, dat ze hard haar best doet om het land te veranderen in een éénpartijstaat of zelfs een éénmansstaat, én een volledige verachting tentoonspreidt voor de rechtsstaat. Als burger reken ik de economische nachtmerrie die dat veroorzaakt slechts als vierde of vijfde reden voor bezorgdheid. Allereerst maak ik me druk om de democratie, de rechtsstaat zelf en de oorlog tegen de wetenschap die is ontketend. De National Science Foundation – een wetenschappelijke financieringsorganisatie namens de overheid – is nu volledig gestopt met het uitgeven van fondsen. Dus eigenlijk wordt de Amerikaanse wetenschap nu gewoon stilgelegd. Maar goed, ik heb geen speciale kennis van deze onderwerpen, en concentreer me op het economische beleid. Dat ook volledig gestoord geworden is.”
Handelseconoom Paul Krugman Foto Ricardo Rubio/Getty
Kunt u dat uitleggen?
„Het meest directe dat iedereen merkt zijn de [door Trump] opgeschroefde heffingen op invoer. We hebben de afgelopen tachtig jaar, sinds de Tweede Wereldoorlog, een periode gehad waarin internationale handel werd bedreven onder een stelsel van regels en overeenkomsten dat grotendeels tot stand is gekomen onder leiding van de Verenigde Staten. Dat heeft de handel steeds vrijer gemaakt. En nu, in drie maanden tijd, heeft de nieuwe regering zo’n beetje al onze overeenkomsten opgezegd en hoge invoerheffingen doorgevoerd, bij China zelfs tot 145 procent.
„En dus verstoren de Verenigde Staten nu de stroom van internationale handel én het systeem dat de westerse wereld heeft gebouwd om die handel te laten plaatsvinden, om landen goed met elkaar te laten omgaan. Dat laatste is waarschijnlijk het ergste. Een op regels gebaseerd systeem betekent dat mensen met vertrouwen zaken kunnen doen, of persoonlijke beslissingen kunnen nemen. Maar nu hebben ze geen enkel idee meer van wat komen gaat.”
En de heffingen zelf? Wat is daar zo verwoestend aan?
„Normaal zou ik de term ‘verwoestend’ niet gebruiken. Kijk, ‘huis-tuin-en-keukenheffingen’ van 10 of 20 procent verlagen de efficiëntie in een economie, doordat je dan producten zelf gaat maken die in het buitenland eigenlijk goedkoper of beter geproduceerd kunnen worden. Maar zulke heffingen, zo wordt geschat, verlagen het inkomen per hoofd van de bevolking met minder dan 1 procent. Je kunt dan dus best nog een goede economie hebben.
„Maar allereerst is er de hoogte van bijvoorbeeld de heffingen op China, van 145 procent. Dat zou allerlei arbeidsintensieve industrieën naar de VS terughalen, zoals textiel dat nu in Bangladesh wordt gemaakt. Ten tweede is er de abruptheid waarmee de heffingen zijn verhoogd. Ik bedoel: drie maanden geleden hadden de VS een gemiddelde heffing van 3 procent, nu is dat zo’n 20 procent – het hoogste tarief in meer dan een eeuw. Daar kunnen bedrijven zich niet aan aanpassen. En als laatste is er de onzekerheid over het beleid in de toekomst.”
Het instellen, herroepen, dan toch weer verhogen van heffingen: er wordt wel gezegd dat dit eigenlijk een tactiek is.
„Het is pure domheid. Op 2 april kwam Trump met de hoge heffingen [met een minimum van 10 procent] en op 9 april werden de meeste weer opgeschort – behalve de heffingen op China. We weten dat er in de tussentijd op Trump is ingepraat toen de hoogste adviseur voor internationale handel, Peter Navarro, er niet bij was. [Minister van Financiën] Scott Bessent en andere ambtenaren zijn bij hem gebleven tot hij de post op zijn sociale medium Truth Social, waarin de heffingen werden opgeschort. daadwerkelijk had geplaatst.”
Zijn er betere manieren om te bereiken wat deze regering wil?
„De internationale verdragen geven voldoende bewegingsruimte als er sprake is van een bedreiging van de nationale veiligheid. Veel essentiële producten voor de VS komen uit China, een potentiële vijand, en uit Taiwan, een kwetsbare locatie. Maar heffingen zijn een te bot instrument, met allerlei neveneffecten. Als je vindt dat de VS zelf meer chips moeten produceren, dan kun je die productie subsidiëren. [Trumps Democratische voorganger] Biden was al vier jaar op weg met zulke industriepolitiek, en daarin verdubbelden de investeringen in de industrie. Zulk beleid is prima, als je niet denkt in maanden, maar in jaren.”
<figure aria-labelledby="figcaption-0" class="figure" data-captionposition="icon" data-description="Chinese auto’s staan klaar voor de export. Voor China geldt een importtarief van 145 procent.
Foto AFP
” data-figure-id=”0″ data-variant=”row”><img alt data-description="Chinese auto’s staan klaar voor de export. Voor China geldt een importtarief van 145 procent.
<figure aria-labelledby="figcaption-1" class="figure" data-captionposition="icon" data-description="Kledingrekken voor een winkel in New York. Veel Amerikanen vrezen voor een recessie.
Foto Spencer Platt/Getty Images
” data-figure-id=”1″ data-variant=”row”><img alt data-description="Kledingrekken voor een winkel in New York. Veel Amerikanen vrezen voor een recessie.
Chinese auto’s staan klaar voor de export (links) en een winkelstraat in New York.
Foto’s AFP, Getty
Het is een onmogelijke vraag, bij voorbaat excuses daarvoor, maar wat denkt u dat er de komende tijd gaat gebeuren, zowel economisch als democratisch?
„Ja, dat weet ik natuurlijk ook niet, maar je kunt er wel iéts over zeggen. Eerst over de economie: de handelsoorlog leidt tot enorme en beangstigende aanbodschokken, dat is al te zien, en de kans dat de VS in een recessie komen is groot. De prijzen gaan omhoog en binnen een paar maanden komen er lege schappen. De grote vraag is: wat gaat Trump dan doen, want uiteindelijk gaat het allemaal om hem. Zwakt hij zijn beleid af, of blijft hij de onzin verkondigen dat het allemaal goed gaat en dat mensen geduld moeten hebben?
„Politiek gezien denk ik vooral: moge God ons bijstaan! Het democratisch systeem functioneert op dit moment niet. Als dat wel zo was, dan zou het aftellen zijn tot Trump gedwongen moest aftreden. Maar helaas, nu hebben we nog 1.300 dagen Trump te gaan. Dus hoe dit gaat eindigen? Ik zie twee uitersten. In het ene geval weet Trump zijn macht verder uit te bouwen, ten koste van de Amerikaanse bevolking die honger zal lijden of nog erger. Het wordt een chaos, en je mag hopen dat bij de midtermverkiezingen er een flinke kiezersopstand komt die het beleid van Trump politiek lamlegt. En dan komt er een redelijke opvolger van Trump. Of misschien krijgen we wel een kleurenrevolutie, een protestbeweging vanuit de bevolking zoals in veel andere autocratieën al te zien was. Dat is niet ondenkbaar meer in het Amerika van vandaag de dag.”
En hoe moet het internationaal verder, economisch gezien? De VS zijn in rap tempo hun status als financieel veilige haven aan het verliezen.
„Dat is een interessant punt. De financiële wereld draait nu op dollars en dan met name op Amerikaanse staatsobligaties als ultieme veilige haven. Er is realistisch gezien geen andere belegging die deze rol kan overnemen. De euro is daarvoor te gefragmenteerd, met twintig lidstaten met eigen staatsobligaties.
„Per saldo zal de wereld inventief en creatief genoeg zijn om een manier te vinden om internationale handel te blijven bedrijven buiten het dollarsysteem om, maar dat zal een systeem zijn dat ingewikkelder functioneert dan met de dollar, tegen hogere kosten ook.”
Als de VS die positie van internationale veilige haven verliezen, welke gevolgen kan dat hebben voor de houdbaarheid van de Amerikaanse staatsschuld? Kan dit uiteindelijk tot een failliet van de VS leiden?
„Nou, er is wel degelijk een kans dat de VS failliet zullen gaan, maar niet omdat ze de schulden niet kunnen aflossen. Ik citeer in dit verband graag de economisch adviseur Herbert Stein, die zei: als iets niet eeuwig door kan gaan, dan zal het ophouden. Normaal gesproken zouden de VS genoeg belasting moeten kunnen ophalen om hun schulden te blijven aflossen. Maar als dit regime doorgaat op de huidige weg, dan kunnen de markten zo sterk reageren dat ze actie van het Witte Huis afdwingen, want daar zitten de mensen die verantwoordelijk zijn voor wat er gaande is. En als dat zijn eigen dynamiek krijgt, en de markten drukken echt door wat betreft de dollar en de staatsobligaties, dan kan een faillissement werkelijkheid worden. Zeker als Trump de druk op de centrale bank blijft opvoeren, dan kan een ongekende inflatie ontstaan.”
En wat is de schade die deze president op lange termijn toebrengt aan de positie van de Verenigde Staten?
„Ik heb vrienden in Canada en die zeggen dat het nooit meer zo gaat worden als het was. Zelfs als Trump uiteindelijk vertrokken is, en zelfs als we weer een echte verkiezing hebben gehad – wat verre van een zekerheid is – en we kiezen een redelijke president, dan nog blijft het feit dat we Donald Trump kónden kiezen altijd als een schaduw over de VS hangen. Ook als we de heffingen weer terugdraaien, en de regels weer gaan volgen, dan was er nog altijd de president die alle internationale handelsafspraken volledig heeft afgeschaft. Dat heeft het vertrouwen in de VS blijvend aangetast, zowel politiek als economisch. Wie gelooft ons nog als we zeggen dat dit niet nog eens zal gebeuren? Ik vind dat er na deze periode eigenlijk een Waarheids- en Verzoeningscommissie nodig is om dat vertrouwen weer te herstellen, zoals na het apartheidsregime in Zuid-Afrika. Er zullen mensen verantwoording moeten afleggen voor wat er nu gebeurt.”
Ik vind dat er na deze periode eigenlijk een Waarheids- en Verzoeningscommissie nodig is
Kan de wereld eigenlijk gewoon doorgaan met het systeem van internationale handel, buiten de VS om? Het kan ook een kans zijn voor andere economische machtsblokken?
„In de wereldhandel is de winst van de één niet per se het verlies van de ander. Als de VS de weg van isolatie blijven volhouden, zal dat dus ook slechter zijn voor de andere spelers. Maar de VS zijn niet onvervangbaar. De Europese Unie kan het wegvallen van de VS betrekkelijk goed opvangen, slechts een klein deel van haar handel is met de VS. Het zou zelfs goed kunnen uitpakken omdat de EU in het gat kan springen dat de VS in andere landen laten vallen. Zeker als de rest van de wereld zich wel aan de internationale handelsafspraken blijft houden.
„Maar vergis je niet, als we van een tripolaire wereldhandel, met de VS, China en de EU als polen, naar een bipolaire gaan, met alleen China en de EU, dan is dat slecht nieuws. China is niet een heel fijne en betrouwbare handelspartner gebleken. De EU zou moeten inzetten op landen die de regels accepteren, zoals Japan, Canada en Zuid-Korea. Dat kan wel eens de richting zijn waarin de wereldeconomie gaat bewegen: dat het handelssysteem overleeft zonder de belangrijkste schakel van dat systeem. Een beetje zoals het Oost-Romeinse Rijk nog eeuwen bleef bestaan nadat Rome was gevallen.”
Uw zorgen over de staat van de politiek in de VS zijn groot. Vreest u voor een ondergang van de Amerikaanse democratie?
„Zes weken geleden zou ik gezegd hebben: ja, het gaat heel snel de verkeerde kant op. Trump en zijn handlangers geloven niet in democratie. Maar gelukkig zijn er inmiddels een paar lichtpuntjes. De poging een rechter in North Carolina te ontslaan is afgewend, er is verzet tegen het onwettig deporteren van gevangenen. Wat een onstuitbare opmars leek, blijkt tegen grenzen aan te lopen. En ironisch genoeg kan het economisch beleid van Trump daarbij helpen: Amerika zou gered kunnen worden door een recessie. Dat is waar kiezers naar luisteren, naar dingen die in hun echte leven gebeuren. Ergens ben ik blij dat de VS het volledig verprutsen met het economische beleid, want het geeft ons meer kans om vast te houden aan belangrijkere dingen.”