Tariffs, oftewel invoerheffingen: het was wel duidelijk dat het daar vooral over zou gaan tijdens de voorjaarsvergadering van het Internationaal Monetair Fonds afgelopen week. Vanwege alle heffingen en contraheffingen stelde het IMF zijn groeiramingen voor de wereldeconomie flink naar beneden bij. Het fonds waarschuwde dat de risico’s voor alle landen „duidelijk neerwaarts gericht” zijn en riep alle regeringen op om „zo snel mogelijk” de handelsspanningen te beëindigen.
Maar de IMF-vergadering maakte ook iets anders duidelijk: achter de chaotische heffingenstrijd van de Verenigde Staten met China, de Europese Unie en tientallen andere handelspartners gaan veel diepere problemen schuil voor de wereldeconomie. Met het sluiten van handelsdeals zijn de spanningen tussen de grote economische machten van de wereld niet zomaar verdwenen.
Wat veelvuldig werd gezegd bij het IMF: de wereldeconomie is in „onbalans” geraakt. Die onbalans gaat over meer dan alleen handelsstromen. De VS, China én de EU moeten hun binnenlandse economische en financiële beleid aanpassen om de wereldeconomie stabieler te maken, zo luidde de boodschap van het fonds. Kort gezegd: de VS moeten minder op de pof gaan leven, China moet minder gaan leunen op export en de EU moet de eigen economie sterker gaan maken.
De IMF-leiding koos zeer voorzichtig haar woorden bij de aanbevelingen aan de drie economische grootmachten. Met name de VS, de grootste aandeelhouder van het IMF, wilden ze in deze politiek ultragevoelige tijden niet voor het hoofd stoten.
Lees ook
Lees ook: IMF: handelsoorlog stort wereldeconomie in grote onzekerheid, kans op financiële instabiliteit groeit
‘Tekort VS moet omlaag’
„Landen als de VS moeten hun begrotingstekort reduceren”, zei IMF-voorzitter Kristalina Georgieva donderdag. Al jaren hebben de VS zeer forse tekorten op de begroting. De afgelopen twee jaar ging het om ruim 7 procent van het bbp. Economen zeggen al langer dat de VS zo hun handelstekort – waar Trump zo’n hekel aan heeft – zelf verergeren. Want de overheidsdollars uit Washington belanden bij burgers en bedrijven, die er, onder meer, Chinese goederen van kopen. Zo importeren de VS alleen maar méér – en groeit het handelstekort (het verschil tussen export en import) verder.
China, stelde het IMF, moet ook aan de bak. Dat land moet zijn groeimodel, dat al decennia is gestoeld op export, aanpassen. „China moet zijn economie meer in balans brengen richting binnenlandse consumptie”, zei Georgieva. Ook dat wordt al jaren gezegd door economen: meer Chinese binnenlandse vraag, en (relatief) minder export zou helpen het Chinese handelsoverschot te verkleinen. Zo zou ook het Amerikaanse handelstekort wat kunnen gaan slinken.
Het Chinese overschot op de zogeheten ‘lopende rekening’ – die vooral gaat over het handelssaldo – bedroeg 423 miljard dollar in 2024, volgens IMF-data. Dat Chinese cijfer draagt voor een belangrijk deel bij aan het Amerikaanse tekort op de lopende rekening van 1.133 miljard dollar.
Overal waar we kijken in het internationale wereldwijde systeem zien we een onbalans
Wat het IMF vraagt van China, is makkelijker gezegd dan gedaan. Chinese consumenten zijn huiverig voor grotere uitgaven, onder meer door de voortgaande crisis in de vastgoedmarkt. De economische malaise van na de pandemie wordt door Beijing weer ‘ouderwets’ opgevangen met een exportoffensief.
Ook de EU, tevens een netto-exporteur, kreeg van het IMF de aansporing meer binnenlandse groei te genereren. Daarvoor is nodig de „interne barrières voor handel” weg te nemen, zei Georgieva. Dat vergt verdere integratie van de Europese interne markt.
Bessent bekritiseert China
Met spanning werd in Washington gewacht op de speech van Scott Bessent, de Amerikaanse minister van Financiën, die woensdag optrad in de marge van de IMF-vergadering.
„Overal waar we kijken in het internationale wereldwijde systeem zien we een onbalans”, zei Bessent. Hij weet dit aan China, dat op oneerlijke wijze, via staatsgefinancierde export, de Amerikaanse industrie zou ondermijnen. „China moet veranderen”, zei Bessent. Het moet „weg van overcapaciteit in de export” en moet juist „zijn eigen consumenten ondersteunen”.
De EU kreeg zowaar een complimentje van Bessent: recent aangekondigde Europese defensie-investeringen creëren een „nieuwe bron van wereldwijde vraag”. Hij spoorde Europa aan de aanbevelingen te volgen van de oud-president van de Europese Centrale Bank, Mario Draghi, om de Europese economie te versterken.
De Amerikaanse minister echode veel van wat het IMF zei. En de VS zelf dan? Bessent liet de Amerikaanse kant van de ‘onbalans’ in de wereldeconomie niet onbesproken. „Wij weten dat we onze begroting op orde moeten krijgen”, zei hij, waarbij hij de vorige regering-Biden de schuld gaf van de tekorten. Hij beloofde dit te zullen „fixen”. Het is sterk de vraag of dit zal lukken, met alle belastingverlagingen die Trump wil doorvoeren.
Amerikaanse kritiek op het IMF
Bij het IMF keken ze ook naar Bessents speech om een andere reden: de gespannen relatie van de regering-Trump met het IMF zelf. Op de achtergrond speelt de vrees dat Trump de VS zal terugtrekken uit het fonds. Hij haalde zijn land eerder al terug uit, onder meer, de Wereldgezondheidsorganisatie. In de radicaal-rechtse beleidsagenda Project 2025 – waaruit Trump nogal eens put – staat dat de VS uit het IMF en uit zusterorganisatie Wereldbank moeten vertrekken, onder meer omdat deze de „mondiale elite” zouden vertolken.
Maar Bessent zei, tot opluchting van de IMF- en Wereldbanktop, dat hij „blijvende waarde” ziet in beide clubs. Wel, zei Bessent, moeten ze allebei hervormen. Het IMF moet zich niet meer bezighouden met zaken als het klimaat en sociaal beleid.
Maar minder aan ‘klimaat’ doen gaat niet zomaar, vindt het IMF zelf, nu klimaatverandering steeds meer schade veroorzaakt in kwetsbare landen. Georgieva noemde het voorbeeld van Barbados, dat IMF-steun krijgt en waar „natuurrampen zeer schadelijk zijn voor de economie”. Het IMF voert geen klimaatbeleid, maar wil landen wel helpen zich in te dekken voor klimaatschade, zei Georgieva.
Ook zei Bessent dat het IMF China harder tot de orde moet roepen vanwege zijn „wereldwijd ontwrichtende beleid”. Zo scherp zou het IMF dat niet kunnen zeggen: China is een grote, belangrijke lidstaat die niet zomaar kan worden geschoffeerd. Wel, zei Georgieva, werkt het IMF aan een paper over steun door de Chinese overheid aan bedrijven. Dit „in samenwerking met de Chinese autoriteiten”.
Zo moet het fonds, in deze tijden van geopolitieke spanningen, op eieren lopen. Het moet de afbrokkelende wereldeconomie een beetje overeind zien te houden – en daarbij alle 191 lidstaten aan boord houden. Inclusief de beide kemphanen in Washington en Beijing.
