Ik beloofde niks, toen mijn vriend zonder voetbalmaten kwam te zitten en hij een extra seizoenkaart voor Feyenoord had gekocht. „Misschien ga ik af en toe eens mee.” Ik ging mee, en bleef gaan, ook al eindigden ‘we’ in dat eerste seizoen beschamend laag (rechterrijtje). Ik raakte net als zoveel anderen in de ban van De Kuip, de microkosmos die het stadion is – zó anders dan mijn dagelijkse, best geregelde bestaan.
Inmiddels ben ik veertien seizoenen verder, veertien seizoenen op de tweede ring in vak TT.
In dit vak heb je geen vaste plaats. Althans, op je ticket staan geen rij- en stoelnummer. Maar al gauw had ik een vaste plek, en vaste buren. Ik zorg altijd dat ik de rij in loop bij de vader met de twee dochters. Dan door tot bij ‘de gozer die bij die scheepswerf werkt’. Die zit achter ‘het stel’ dat eerst bij de harde kern stond (en meer rust wilde). Even zwaaien naar ‘gozer voorheen-staart’ (nu kort haar) en ‘de vrouw’.
De eerste jaren waren ‘de vrouw’ en ik de enige supportsters in TT. Zij, altijd met een Nederlandse vlag met FEYENOORD erop geverfd, riep steevast „zet ’m op” als ze me de tribune op zag komen. Na afloop, bij het toilet, gaf ze een wedstrijdanalyse van drie woorden max (‘was weer niks’, ‘prut’, ‘volgende week 020’). Eerst stonden we samen bij het damestoilet, later voegden zich andere vrouwen bij ons. Drie toiletten waarvan er steevast eentje afgesloten is: er staat altijd een rij. ‘De vrouw’ maakt het derde toilet altijd open met een muntje.
Doordat we in het begin de enige vrouwen waren, werd ik in het vak al gauw herkend en begroet. Ook door ‘laveloze’ – bij avondwedstrijden altijd net iets lavelozer dan bij middagduels. Hij noemt me ‘mijn voetbalzus Shirley’ – hoe ik echt heet doet er niet toe. Soms staat hij ineens op en roept iets als ‘slappe Haps’. Geheel terecht, Ridgeciano Haps speelde niet best die wedstrijd. Zijn vriendin heeft een seizoenkaart van Sparta, als het wedstrijdschema ongunstig is zien ze elkaar soms het hele weekend niet, vertelde hij, want „als ik thuiskom ben ik ook niet veel mans meer”.
Toch niet juichen
Het stadion: de enige plek met sarcastisch applaus. Een overwinning wordt in De Kuip zelden uitbundig gevierd, er volgt immers altijd weer een nieuwe wedstrijd. Eén man in TT heb ik nooit horen schelden. Hoe slecht de wedstrijd ook was, hij was altijd positief. Ik heb hem eens gevraagd wat hij voor werk deed. „Ik ben jongerencoach, wijffie.” De jongeren die hij onder zijn hoede heeft, hebben denk ik een goeie aan hem.
Als supporter maak je verschillende stadia door, soms meer dan eens per wedstrijd. Er is de hoop van het begin. Dan volgt frustratie, ook als het goed gaat (het kan altijd beter). Daarna treedt berusting in, hét moment om belangrijker zaken te bespreken. Laveloze en ik verzinnen waar hij naar toe kan op vakantie. Zijn vriendin houdt alleen van Spanje en wil niet te ver vliegen. Steevast is de conclusie: toch maar weer Spanje. Dan bespreken we de Spaanse sigarettenprijs (ik rook niet).
Ik zit in TT voor het laatste seizoen.
Waarom wil ik er niet meer heen?
Verschillende redenen. De wedstrijden zijn niet meer op zondag om half drie, maar op wisselende dagen en tijden – ten behoeve van het uitzendschema op tv. Doordeweeks haal ik het vaak niet om op tijd te zijn, ik werk niet naast De Kuip. En als een wedstrijd om 21 uur begint, is het nacht voordat ik thuis ben. Dan: de eindeloze rij met het 100 procent fouilleren. 5 euro voor een cola. Hakkûh-terror muziek uit de speakers in plaats van klassiekers.
Belangrijker: een deel van de nieuwe generatie supporters past niet bij mij. De „capuchonjongens met kwaad in de zin”, zei een 83-jarige supporter eens tegen me, „zijn brutaler dan vroeger”. Types die tegen een stoeltje schoppen uit frustratie. Eigen spelers uitfluiten als ze hun dag niet hebben. ‘Kanker’- en ‘joden’-spreekkoren waren er al maar worden niet minder. Er moesten netten komen zodat er geen voorwerpen op het veld worden gegooid. Misschien is het erger geworden? Of misschien is mijn tolerantie voor dat soort gedrag op.
Een artikel in NRCwaaruit bleek dat Feyenoord de harde kern van de supporters alle ruimte geeft, en zelfs de sleutel van De Kuip, vond ik schokkend. Ik snap dat het voor een club moeilijk is om rotte appels buiten de supportersgroep te houden. Maar de harde kern faciliteren is het andere uiterste, net als de mishandeling van een scheidsrechter stil willen houden. Homofobie en racisme niet afkeuren in woorden en daden, het niet dragen van een aanvoerdersband in regenboogkleuren door Kökcü. Wil ik daarmee geassocieerd worden? De provocerende aanwezigheid van de ME begin ik logisch te vinden in plaats van ergerlijk.
Dan het voetbal. De VAR. Juichen om een doelpunt. Toch niet juichen. Is het geel? Is het buitenspel? Ga effe kijken scheids. Weer het tempo uit de wedstrijd, het duurt te lang. De geveinsde blessures. Slappe Haps.
Verrukking
De Kuip is magisch. Zo dicht op het veld sta je bijna nergens. De opkomst, waarbij iedereen staat, applaudisseert en luidkeels zingt. Door de speakers Feyenoord-stem Peter Houtman, die elke wedstrijd afsluit met ‘Doei doei’. De saamhorigheid. De sfeeracties en gigantische spandoeken waaraan voorafgaand aan een belangrijke wedstrijd weken is gewerkt in een grote loods. Zingen voor oud-Feyenoorders die inmiddels bij de tegenstander spelen. Het spandoek voor Dirk Kuijt dat vijf jaar na zijn afscheid nog elke thuiswedstrijd werd opgehangen. De verrukking bij vrienden die ik meenam als er een kaart over was, wanneer ze de Kuip bij een doelpunt voelden schudden.
Het was afzien. Het was prachtig. Maar voortaan zit ik op de bank – met radio Rijnmond aan. Doei doei.
Gebeurtenissen zo groot dat je ze niet in een hoekje van je hoofd kunt opbergen. Trump, Zelensky, Poetin. Op de veerpont, langs de lijn van het voetbalveld, in de speeltuin, het café en op de markt. Iedereen heeft ervan gehoord, maar niemand die precies begrijpt wat zich voordoet.
Staan we aan de vooravond van de Derde Wereldoorlog, vraagt een 28-jarige vrouw zich af, zittend op een bankje naast haar kinderwagen. Ze is twee weken geleden bevallen van een tweeling. Het wereldnieuws volgt ze via Facebook en TikTok, maar de laatste tijd swipet ze snel verder.
Vijf verslaggevers van NRC spraken afgelopen dagen met mensen in Nederland. Mensen van vijf generaties, tussen de 15 en 85 jaar. Voorbijgangers, onderweg in hun dagelijks leven. Allemaal wisten ze dat er iets groots speelt – allemaal, op één man na op de pont, die alleen de lokale krant leest. Denisa staart naar een hengel, Bo heeft bardienst in de voetbalkantine, Erik zit op de fiets naar huis en intussen kantelt de wereldorde.
Wat moet een mens daarmee in „zo’n klein landje”? Het lijkt te groot, te abstract, te beangstigend misschien ook. „Als er echt een atoombom valt…” – ook voor mensen die een halve eeuw na de Tweede Wereldoorlog zijn geboren, staat de bom symbool voor het ongrijpbare worstcasescenario.
En dat terwijl, zo klinkt het op straat, mensen het gevoel hebben dat ze naar een schoolpleinruzie zitten te kijken. Tussen bullies, pestkoppen, mannen „met een grote muil” die „een spelletje Risk” spelen.
En wie zei nou wat? Die ene met dat rode petje? Die idioot met de kettingzaag? Veel mensen die we spraken, zeiden dat ze het minder willen volgen. Minder over het nieuws willen praten, het „niet al te serieus nemen”. Wegswipen. En ze zeggen, zoals de 85-jarige Eppo die de Tweede Wereldoorlog meemaakte: we hebben elkaar nog.
<figure aria-labelledby="figcaption-1" class="figure" data-captionposition="icon" data-description="Deze spelers van SV Brandevoort in Helmond doen de tactiekbespreking na de voetbaltraining.” data-figure-id=”1″ data-variant=”grid”><img alt data-description="Deze spelers van SV Brandevoort in Helmond doen de tactiekbespreking na de voetbaltraining.” data-open-in-lightbox=”true” data-src=”http://nltoday.news/wp-content/uploads/2025/03/dat-de-wereldorde-kantelt-begint-door-te-sijpelen-in-nederland-en-zaait-bezorgdheid-trump-speelt-een-soort-spelletje-risk-1.jpg” data-src-medium=”https://s3.eu-west-1.amazonaws.com/static.nrc.nl/wp-content/uploads/2025/03/09142331/data129080103-b73ae3.jpg” decoding=”async” src=”http://nltoday.news/wp-content/uploads/2025/03/dat-de-wereldorde-kantelt-begint-door-te-sijpelen-in-nederland-en-zaait-bezorgdheid-trump-speelt-een-soort-spelletje-risk-27.jpg” srcset=”http://nltoday.news/wp-content/uploads/2025/03/dat-de-wereldorde-kantelt-begint-door-te-sijpelen-in-nederland-en-zaait-bezorgdheid-trump-speelt-een-soort-spelletje-risk-25.jpg 160w, http://nltoday.news/wp-content/uploads/2025/03/dat-de-wereldorde-kantelt-begint-door-te-sijpelen-in-nederland-en-zaait-bezorgdheid-trump-speelt-een-soort-spelletje-risk-26.jpg 320w, http://nltoday.news/wp-content/uploads/2025/03/dat-de-wereldorde-kantelt-begint-door-te-sijpelen-in-nederland-en-zaait-bezorgdheid-trump-speelt-een-soort-spelletje-risk-27.jpg 640w, http://nltoday.news/wp-content/uploads/2025/03/dat-de-wereldorde-kantelt-begint-door-te-sijpelen-in-nederland-en-zaait-bezorgdheid-trump-speelt-een-soort-spelletje-risk-28.jpg 1280w, https://images.nrc.nl/rxh17lMOVXqstgqSJiFA-4Gx5Ok=/1920x/filters:no_upscale()/s3/static.nrc.nl/wp-content/uploads/2025/03/09142331/data129080103-b73ae3.jpg 1920w”>
Deze spelers van SV Brandevoort in Helmond doen de tactiekbespreking na de voetbaltraining.
Foto’s Merlin Daleman
Helmond‘Tussen de oorlog en Nederland liggen nog een hoop landen’
Aan de rand van het hoofdveld staan Lars (17) en Taeke (17) uit te hijgen van hun eerste voetbaltraining na carnaval, beiden in een rood shirt met korte mouwen. De twee spelers van SV Brandevoort in Helmond hebben niet veel meegekregen van de spanningen in de wereld. „Ik heb alleen gehoord dat Trump en die Zelensky ruzie hebben”, zegt Taeke. Dat Europa en Nederland gaan onderzoeken of hun legers versterkt kunnen worden, geeft hem wel „een beetje een angstig gevoel”. Of ja: „Niet echt angst, maar het is niet dat er niks aan de hand is.” Lars: „Het komt in ieder geval dichterbij.”
De voetbalvereniging heeft vier velden, werd opgericht in 2008 en vernoemd naar de gelijknamige Vinex-wijk waarin de club ligt. In Brandevoort, ontworpen als modern vestingstadje, stemde bij de laatste Tweede Kamerverkiezingen een kwart van de inwoners op de VVD en een kwart op de PVV.
Die partijen kunnen niet op de sympathie van Tessa (18) rekenen, die zichzelf omschrijft als „een beetje progressief, maar wel meer in het midden”, zo richting D66. Deze donderdagavond staat Tessa in haar eentje te kijken naar de training van haar team, leunend op een doeltje voor de dug-out. Ze heeft een knieblessure. Tessa leest weleens de krant, of kijkt het journaal. Of ze bespreekt de situatie in Oekraïne met haar ouders, vooral toen drie jaar geleden het conflict escaleerde.
Tessa (18).Foto Merlin Daleman
De meeste jonge voetballers bij SV Brandevoort volgen het nieuws niet zo actief en zijn (nog) niet politiek betrokken. Dat geldt ook voor barkeeper Bo (16). Natuurlijk, ze krijgen wel wat mee over Trump en zien al jaren oorlogsfilmpjes uit Oekraïne langskomen, vertelt ze. Op sociale media, Instagram voorop, gevolgd door TikTok. Sommigen noemen traditionele media die daarop actief zijn, zoals De Telegraaf en het AD. De 22-jarige trainer van Tessa noemt Cestmocro, een bij jongeren populaire Instagrampagina. Oorlogsdreiging voelen de jongeren nauwelijks.
Ook Tessa denkt dat Nederland zich niet druk hoeft te maken. „Europa wel, maar dan denk je meer aan landen als Polen en Finland die dichter bij de oorlog liggen. Er liggen nog veel landen tussen.” Ze hoopt dat Europa een rol kan spelen in een vredesoverleg, al moet dat volgens Tessa wel op een voorzichtige manier. „Poetin zegt: als we in conflict raken met de NAVO, is het een Derde Wereldoorlog. Daar moet je wel rekening mee houden.”
De Verenigde Staten te vriend houden is volgens haar belangrijk voor de handel, maar dat wordt lastig als dat land uit de NAVO stapt. Verder probeert Tessa Trump „niet al te serieus te nemen”.
Pim van der Hulst
Bibi Westerhuis (28) in Deventer. Foto Dieuwertje Bravenboer
Deventer‘Noodpakketjes gaan ons niet redden als er écht een atoombom valt’
Op een bankje in speeltuin De Ark in Deventer kijkt Bibi Westerhuis (28) tevreden in haar kinderwagen. De ruzie tussen de Amerikaanse president Trump en diens Oekraïense collega Zelensky, van 28 februari, speelde zich af vlak nadat Westerhuis was bevallen van haar tweeling. Toch wist het fragment door haar roze wolk heen te breken, via de televisie. „De beelden werden continu herhaald”, zegt ze.
Alles wat met Poetin te maken heeft, vindt Westerhuis eng, Trump vindt ze „een comedian”. Dat hij volgens haar nu de kant van Rusland lijkt te kiezen, maakt haar bezorgd. Komt er nu een Derde Wereldoorlog, vraagt ze zich af.
Tijdens de vorige verkiezingen stemde Westerhuis op Wilders, omdat ze zich zorgen maakte over de woningmarkt. „Maar als Wilders de kant van Poetin zou kiezen, dan is het gelijk klaar! Dat gaat me echt veel te ver.”
Het nieuws volgt Westerhuis voornamelijk via Facebook en TikTok, maar de laatste tijd swipet ze dat snel door. Zware gesprekken met vrienden of familie probeert ze te vermijden, dat begon tijdens corona. „Toen verdeelde het nieuws vriendengroepen en families. Dat wil ik niet meer.” Westerhuis acht het ook niet zinvol om continu op de hoogte te blijven van de actualiteiten. „We kunnen wel allemaal noodpakketjes gaan maken, maar dat gaat ons niet redden als er écht een atoombom valt.”
Thomas Kruissink (32) en Carline Hissink (30) spraken onlangs af om het minder over het nieuws te hebben. Dat wil nog niet erg lukken, vertellen ze tijdens hun lunch op een bankje in de zon. „Vanochtend hadden we het met elkaar wat we nu zouden stemmen, na alle ontwikkelingen van afgelopen weken”, zegt Kruissink. „We hebben op VOLT gestemd, een pro-Europese partij – dat is nóg belangrijker geworden nu Trump Europa steeds meer in de steek laat.” Maar Hissink voelt de noodzaak „om de volgende keer extra links te stemmen, als tegengeluid voor extreemrechts, dat overal om ons heen oprukt”.
Thomas Kruisink (32) en Carline Hissink (30). Stroe Alexomaro (27) en Denisa Kallo (24).
Foto’s Dieuwertje Bravenboer
Het nieuws maakt Hissink angstig. Haar vriend ziet het rationeler, zegt ze. „Europa zou hier bijvoorbeeld sterker uit kunnen komen. Nu de VS ons in de steek laten, moeten we zelfstandiger worden, investeren in onze eigen defensie”, zegt Kruissink.
Toch overheerst pessimisme op het bankje in de zon. Kruissink: „Het ziet er wel naar uit dat Oekraïne straks gewoon wordt weggegeven aan Rusland.”
Misschien is dat ook maar beter, zegt Stroe Alexomaro (27), terwijl hij zijn hengel uitwerpt. Op een klapstoeltje naast het visserstentje houdt Denisa Kallo (24) hem gezelschap. Het stel komt uit Roemenië en heeft daar veel familie en kennissen. Geregeld vlogen er drones over het grensgebied van hun land met Oekraïne.
Stroe vermoedt dat Trump uit is op de grondstoffen van Oekraïne, dat sprake is van een politieke oorlog en dat het land straks in tweeën wordt gesplitst. „Wat Trump precies wil en wat écht het beste is voor Oekraïne, wel of niet toetreden tot de NAVO bijvoorbeeld: dat weet ik niet. Maar het zou goed zijn als er vrede komt – hoe dan ook.”
Sheila Kamerman
Fietsers gaan aan boord van de veerpont bij Schoonhoven.Foto Bart Maat
Schoonhoven‘We kunnen niet afhankelijk blijven van Amerika’
Langs de oever van de Lek zijn de verschuivingen op het wereldtoneel ver weg. Het terras van Cafetaria de Veerpoort zit vol, bij de oprit naar de veerdienst sluiten een paar wielrenners aan in de rij. De voorjaarszon schittert op de zilverkleurige jas van Rianne van Mameren (36). „Als je hier zo staat”, merkt ze op, „voelt het niet bepaald alsof er gevaar dreigt”.
En toch, zegt ze wandelend met de kinderwagen over de kade, maakt ze zich weleens zorgen. „Rare ontwikkelingen” zijn het, die zich voltrekken sinds Donald Trump voor de tweede keer zijn intrek in het Witte Huis heeft genomen. „Ik heb het idee dat hij zich nog wel met Europa wil bemoeien, maar niet op de goede manier. Hij is een soort spelletje Risk aan het spelen.”
Zes keer per uur vaart de geel-witte veerpont in een rechte lijn naar de overkant vanaf het oud-Hollandse stadje Schoonhoven. Als de klep eenmaal omhoog is gegaan, ben je een minuut of drie later in de Alblasserwaard. Erik van Nieuwkerk (43) voegt zich bij de slinger wachtenden voor de slagboom. „Ik ben vooral benieuwd wat Europa nu gaat doen”, zegt hij. „Of ze nu eindelijk de handen ineenslaan en met een eigen plan komen.”
„Je hebt America first”, zegt de basisschoolleraar, „maar andere landen kunnen er ook wat van. Het zijn nu toch vooral eilandjes die hun eigenbelang vooropstellen.” Wat hem betreft is het de hoogste tijd voor een Europees leger. „We moeten veel meer zélf gaan doen. We kunnen niet afhankelijk blijven van landen als Amerika.”
Rianne van Mameren (36). Silvya den Hartog (44).
Foto’s Bart Maat
Silvya den Hartog (44) heeft haar e-bike op de standaard gezet en is gaan zitten langs het raam. Ze komt „van de overkant”, waar het wereldgebeuren volgens haar „niet zo speelt”. „Ik volg het nieuws nog wel, maar ik probeer het niet al te veel meer op me in te laten werken. Het maakte me onrustig. En ik heb toch geen invloed op de gebeurtenissen.”
„Ik denk dat in een land als Polen de urgentie meer gevoeld wordt dan hier”, zegt ze. Trump en Poetin ziet ze als „gewoon twee personen met een grote muil die denken dat ze alles voor elkaar kunnen krijgen”. Den Hartog: „Ze zijn vooral bezig hun macht te vergroten en te zorgen dat de dingen gaan zoals zij dat willen. En waar blijven wij als Europa’tje? We kunnen daar niet tegenop.”
Toch is ze niet ontevreden over het tempo waarin Europese regeringsleiders crisisberaden beleggen. „Ik ben blij dat bepaalde mensen de stap naar voren zetten. Die heb je nodig. De kleine landen moeten samen proberen één grote groep te vormen.”
Dat heeft wel nog veel voeten in de aarde, ziet Van Nieuwkerk. Waar het om draait, is het laatste wat hij kan zeggen voor de slagboom weer opengaat, is dat we „genoeg bagage hebben om ons te weren tegen bullies zoals Trump. Dat we voorbereid zijn als de nood aan de man is. En dat het recht zegeviert, in plaats van dat degene met de grootste mond wint”.
Stephan Pronk
<figure aria-labelledby="figcaption-1" class="figure" data-captionposition="icon" data-description="Café de Don in De Meern.” data-figure-id=”1″ data-variant=”grid”><img alt data-description="Café de Don in De Meern.” data-open-in-lightbox=”true” data-src=”http://nltoday.news/wp-content/uploads/2025/03/dat-de-wereldorde-kantelt-begint-door-te-sijpelen-in-nederland-en-zaait-bezorgdheid-trump-speelt-een-soort-spelletje-risk-13.jpg” data-src-medium=”https://s3.eu-west-1.amazonaws.com/static.nrc.nl/wp-content/uploads/2025/03/09142329/data129081606-5ad32f.jpg” decoding=”async” src=”http://nltoday.news/wp-content/uploads/2025/03/dat-de-wereldorde-kantelt-begint-door-te-sijpelen-in-nederland-en-zaait-bezorgdheid-trump-speelt-een-soort-spelletje-risk-66.jpg” srcset=”http://nltoday.news/wp-content/uploads/2025/03/dat-de-wereldorde-kantelt-begint-door-te-sijpelen-in-nederland-en-zaait-bezorgdheid-trump-speelt-een-soort-spelletje-risk-64.jpg 160w, http://nltoday.news/wp-content/uploads/2025/03/dat-de-wereldorde-kantelt-begint-door-te-sijpelen-in-nederland-en-zaait-bezorgdheid-trump-speelt-een-soort-spelletje-risk-65.jpg 320w, http://nltoday.news/wp-content/uploads/2025/03/dat-de-wereldorde-kantelt-begint-door-te-sijpelen-in-nederland-en-zaait-bezorgdheid-trump-speelt-een-soort-spelletje-risk-66.jpg 640w, http://nltoday.news/wp-content/uploads/2025/03/dat-de-wereldorde-kantelt-begint-door-te-sijpelen-in-nederland-en-zaait-bezorgdheid-trump-speelt-een-soort-spelletje-risk-67.jpg 1280w, https://images.nrc.nl/a57lxjHZPhVZtQRzAsE2izUK3nI=/1920x/filters:no_upscale()/s3/static.nrc.nl/wp-content/uploads/2025/03/09142329/data129081606-5ad32f.jpg 1920w”>
Cafe de Don in De Meern.
Foto’s Olivier Middendorp
De Meern‘Europa is lui geweest’
Sinds twee maanden is café De Don in De Meern weer geopend. En dat is maar goed ook, want de Merenezen hebben een huiskamer nodig om te praten. Op deze doordeweekse avond zitten er zeven of acht mensen rond de bar, de meesten tussen de 50 en de 65 jaar. De muziek is uit de jaren zeventig en tachtig: Get Off van Foxy, Macho Man van The Village People. Niemand bestelt iets zonder aan de anderen te vragen of ze ook iets willen drinken.
Ze zitten allemaal zo’n beetje in de laatste fase van hun loopbaan, door reorganisaties vaak op een ander tracé gezet dan waarvoor ze ooit hadden gekozen. Patrick van Veen is geen drukker meer, maar leidinggevende in een distributiecentrum voor scheepsmotoronderdelen. Ad – die niet met zijn achternaam in de krant wil, ook al omdat hij familie is van een bekende politicus – is na een werkend leven in hotels en sportverenigingen bij een glasbedrijf terechtgekomen. Roy de Groot is nog steeds heftruckchauffeur in een kaaspakhuis; hij heeft alle mailtjes genegeerd waarin zijn bedrijf hem een computercursus aanbood. „Ik heb niet eens een Gameboy.”
Het nieuws volgen ze via de tv of de krant, het AD, voorheen Utrechts Nieuwsblad. Ze hebben gemengde gevoelens over Donald Trump. De één (Frank Weyns, 58) noemt hem „een tweedehands autoverkoper uit Virginia”. De ander (Roy de Groot, 46) noemt hem „een mafkees, een onruststoker”. Ad (66) zegt dat de Amerikaanse president misschien wel „een olifant in de porseleinkast” is, „maar of dat zo slecht is?”
Alleen softwareverkoper Gerben de Boer (50) vindt „de tendens van Trump en Elon Musk” ronduit „gevaarlijk”. Hij heupwiegt op Yes Sir, I Can Boogie naar het dartboard waar iedereen wel een potje met iedereen speelt. Die twee zorgen ervoor dat de wereld de hele tijd moet reageren, of het nu met tarieven is, of met oorlogsdreiging. „Ik vind deze tijd griezeliger dan de Koude Oorlog.”
Poetin kan in De Don op weinig bijval rekenen. „Een moordenaar.” „Dat ze die nog geen kogel door het hoofd hebben geschoten.” Hoewel Van Veen (56) vindt dat de Europeanen de Russen best wat minder neerbuigend hadden mogen behandelen, gezien hun inspanningen tegen de nazi’s.
Ad (66).Gerben de Boer (50).
Foto’s Olivier Middendorp
Voor de mannen van deze generatie is de Koude Oorlog een ijkpunt. Weyns ging in 1985 het leger in omwille van de dreiging vanuit de Sovjet-Unie. Als je ouder bent, kun je relativeren, vindt Van Veen: je hebt nu eenmaal om de zoveel tijd clashes. „Ik geloof niet dat we mekaar gaan uitroeien.” Toch zegt hij ook, terwijl hij een sjekkie rolt, iets over de „mooie jaren die we hebben gehad”.
De aftakeling van de verzorgingsstaat, hoge prijzen (die ze aan de internationale spanningen wijten) en vluchtelingen (Ad: „Hebben die jonge Oekraïners die met grote koffers uitstappen bij de Jaarbeurs geen taak in hun eigen land?”) – dat zit hen hoger dan oorlogsdreiging. Niemand die erover piekert het door de regering aanbevolen noodpakket aan te schaffen. Niemand die een hoge dunk heeft van de Nederlandse politiek. De Groot stemt niet meer sinds 1998, toen De Meern met overweldigende meerderheid koos tégen een fusie met Utrecht, en de fusie er toch kwam. Wat maakt het uit op welke partij je stemt, in een coalitie maken ze vooral onderling ruzie en schuiven de problemen voor zich uit. Dat nu ineens een meerderheid ijvert voor de herbewapening van Europa, dat bezien ze met cynisme. Nou mogen de pensioenfondsen wel investeren in defensiebedrijven. Nou is links wel voor een sterk leger. Een enkeling stemt links van het midden, de meesten ver rechts: PVV of JA21.
En Europa? „Europa is lui geweest”, zegt Weyns. Jarenlang geteerd op de inspanningen van anderen en maar preken. „Europa moet een vuist maken. Europa moet echt een unie worden”, zegt De Boer. „Anders zal Poetin over ons heen lopen.”
Bas Blokker
In Coevorden bespreken deze heren de geopolitiek.Foto Wouter de Wilde
Coevorden‘Mijn opa zei al over zijn tijd: dit gaat niet goed’
Op de Markt in Coevorden zitten vijf mannen tussen de 69 en 84 jaar in de zon. Het zijn vrienden, ze treffen elkaar daar dagelijks. Gevraagd naar het wereldnieuws van afgelopen weken, reageren ze aanvankelijk laconiek.
Je kunt je druk maken, maar wat kun je doen, vraagt Harm Vredeveld (75) zich hardop af.
Henk Moedejongen (80): „Ja, wat in godsnaam? We zijn zo’n klein landje.” Hij houdt duim en wijsvinger een paar centimeter van elkaar. „Als je je zorgen maakt, heb je geen leven. En ik wil graag nog even leven.”
Vredeveld: „Mijn opa zei al over zijn tijd: dit gaat niet goed. Mijn vader zei het ook over zíjn tijd. En nu zeg ik het ook over mijn tijd.” Het zal zijn tijd wel duren, wil hij maar zeggen. Voor zijn kinderen hoopt hij dat het losloopt.
„Ik maak me geen zorgen, maar Trump mag de kogel”, zegt Gert Hilbrink (82).
Ik maak me wel zorgen, zegt Albert Hilbrink (69). „Maar je wordt ook bang gemaakt, met verhalen over noodpakketten.”
Ze kijken lachend naar elkaar. Heeft een van hen een noodpakket? Niemand! Daar komt Jan Heerkes (84) aangefietst. Hij hoort waar de groep het over heeft. „Ik heb wel een noodpakket”, roept hij. „Een doos met frikandellen.”
De mannen lachen hard.
Koos Roddenhof-Van Buiten (79) en haar man Eppo (85). Foto Wouter de Wilde
Koos Roddenhof-Van Buiten (79) die met haar man Eppo (85) een boodschap doet, maakt zich meer zorgen over de veranderde mentaliteit van de Nederlanders dan over wereldvrede. Ze vindt dat ‘ikke, ikke, ikke’ de boventoon voert.
In de rest van de wereld gaat het ook niet jofel, zegt Koos. „God heeft de boel netjes geschapen”, zegt ze. „De mens heeft er een drama van gemaakt.” Dat de mens dat doet, kan ze niet plaatsen. Het punt is, zegt ze, dat ze zélf al genoeg op haar bordje heeft. Ze was zelf een tijdlang ziek, haar man kampt met zijn gezondheid.
Eppo lacht: „We hebben elkaar nog!”
Gelukkig wel. Koos lacht terug. „Vergeet je Mercedes niet”, zegt ze, wijzend op zijn rollator.
In Coevorden zijn ook genoeg 65-plussers te vinden met grote geopolitieke zorgen. Hennie (66) en Albert Smit (69), die samen op een terras zitten, worden al niet vrolijk van Nederlandse politici die alleen maar „praten, praten, praten” en weinig doen. Wat in de rest van de wereld gebeurt, vinden ze helemaal waanzinnig. Hoe kunnen Amerikanen nou geloven in „zo’n dwaas met een rood petje en een idioot met een kettingzaag”, vraagt Albert zich af.
Het lijkt wel alsof ze gehersenspoeld zijn, zegt Hennie.
Albert: „Trump zegt: als hij Groenland niet krijgt, dan neemt hij het gewoon.”
Hennie: „Hoe haal je het in je hoofd!”
Europa is veel te afhankelijk geworden van de VS, vinden ze. Nóg verschrikkelijker dan Oekraïne vinden ze Gaza. De mensen die daar van hot naar her moeten sjouwen en niemand die Netanyahu tegenhoudt. Hennie schudt haar hoofd. „Je ziet de kindertjes ontheemd rondlopen. En niemand lijkt zich er meer over op te winden.”
Wimmy Hofstra (86) eet met haar dochter een frietje in de zon. Ze vindt Trump „met zijn grote ego” heel beroerd, maar hoedt zich voor te veel pessimisme. „Het gaat altijd op en neer. Nu gaan we naar diepte, maar we gaan ook wel weer omhoog.”
In de tweede helft van het afgelopen jaar werd bij de politie aanmerkelijk vaker melding gedaan van een seksueel misdrijf. Van juli tot en met december 2024 steeg dat aantal zelfs met 16 procent in vergelijking met die periode in voorgaande jaren.
Dit blijkt uit jaarcijfers van de Nationale Politie. In totaal registreerde de politie vorig jaar 14.802 meldingen van seksuele delicten, bijna 800 meer dan in 2023 (14.015). Meldingen kunnen afkomstig zijn van een slachtoffer dat aangifte doet van een strafbaar feit, maar ook van bijvoorbeeld een wijkagent, buurtbewoner of leerkracht die zich zorgen maakt. Het precieze aantal aangiften van seksueel geweld was vorig jaar 3.567. In 2023 werden 3.151 aangiften gedaan.
De stijging valt samen met de nieuwe Wet seksuele misdrijven, die op 1 juli vorig jaar in werking trad. Een belangrijk onderdeel is de wijziging van het aanrandings- en verkrachtingsdelict. Daarbij staat niet langer (het bewijzen van) dwang centraal, maar het ontbreken van wil. Iemand is nu strafbaar als diegene weet of zou moeten weten dat de ander geen seks wil. Seks moet vrijwillig zijn en plaatsvinden met wederzijdse consent.
Of de toename van gemelde seksuele misdrijven het gevolg is van de nieuwe wet, is volgens Caroline Monster, hoofd van het Landelijk Expertiseteam Seksuele misdrijven van de Nationale Politie, nog onduidelijk. De stijging kan volgens haar ook samenhangen met de maatschappelijke aandacht voor de invoering van de nieuwe wet. Zo begon op 1 juli 2024 een overheidscampagne en kregen seksueel geweld en grensoverschrijdend gedrag veel media-aandacht.
„Een vergelijkbare toename van meldingen zagen we in 2022 na de uitzending van BOOS over misstanden bij The Voice of Holland. Dat leidde toen tot grote maatschappelijke verontwaardiging en de start van het nationale actieprogramma Seksueel geweld en seksueel grensoverschrijdend gedrag. De huidige stijging zou dus ook te maken kunnen hebben met de voorlichtingscampagne en aandacht in de media”, aldus Monster.
Lees ook
Haar verkrachter woonde al die tijd om de hoek
Sexchatting
„Het Openbaar Ministerie beslist uiteindelijk of bepaalde gedragingen ook daadwerkelijk als een aanranding of verkrachting zonder dwang kunnen worden gekwalificeerd en vervolgd”, zegt Monster. De eerste strafzaken waarbij gebruik wordt gemaakt van de nieuwe zedenwetgeving worden dit voorjaar verwacht.
De toename in meldingen heeft er deels ook mee te maken dat sinds 1 juli 2024 meer gedragingen strafbaar werden gesteld. Zo is seksuele intimidatie nu strafbaar: iemand in het openbaar indringend seksueel benaderen met opmerkingen, gebaren, geluiden of aanrakingen op vreesaanjagende, vernederende, kwetsende of onterende manier. In 2024 zijn bij de politie 298 incidenten gemeld van seksuele intimidatie in het openbaar. Bij 63 meldingen ging het om online seksuele intimidatie en bij 235 om de offline variant, ook wel ‘straatintimidatie’ genoemd.
Een van de doelen van de nieuwe wet is om kinderen beter te beschermen tegen online seksueel misbruik
Ook een volwassene die kinderen seksueel benadert (sexchatting), is voortaan strafbaar. De politie kreeg 131 meldingen van sexchatting. „Een van de doelen van de nieuwe wet is kinderen beter beschermen tegen online seksueel misbruik”, vertelt Monster. „Door het strafbaar maken van sexchatting kunnen wij samen met het OM nu ook optreden tegen iemand die wel seksueel getinte berichten uitwisselt, maar niet probeert een kind of jongere te ontmoeten. Het gaat hierbij vaak om grotere zaken. Dan is er weliswaar één aangifte, maar heel veel slachtoffers.”
De zedenpolitie heeft, net als andere afdelingen van de politie, grote moeite om alle vacatures te vullen of gevuld te houden. De feitelijke bezetting neemt al jaren af. In 2022 werkten 672 agenten in zedenteams, nu 647: 60 minder dan het aantal toegestane formatieplaatsen.
Lees ook
Gisèle Pelicot veranderde van slachtoffer in feministisch icoon
Ik beloofde niks, toen mijn vriend zonder voetbalmaten kwam te zitten en hij een extra seizoenkaart voor Feyenoord had gekocht. „Misschien ga ik af en toe eens mee.” Ik ging mee, en bleef gaan, ook al eindigden ‘we’ in dat eerste seizoen beschamend laag (rechterrijtje). Ik raakte net als zoveel anderen in de ban van De Kuip, de microkosmos die het stadion is – zó anders dan mijn dagelijkse, best geregelde bestaan.
Inmiddels ben ik veertien seizoenen verder, veertien seizoenen op de tweede ring in vak TT.
In dit vak heb je geen vaste plaats. Althans, op je ticket staan geen rij- en stoelnummer. Maar al gauw had ik een vaste plek, en vaste buren. Ik zorg altijd dat ik de rij in loop bij de vader met de twee dochters. Dan door tot bij ‘de gozer die bij die scheepswerf werkt’. Die zit achter ‘het stel’ dat eerst bij de harde kern stond (en meer rust wilde). Even zwaaien naar ‘gozer voorheen-staart’ (nu kort haar) en ‘de vrouw’.
De eerste jaren waren ‘de vrouw’ en ik de enige supportsters in TT. Zij, altijd met een Nederlandse vlag met FEYENOORD erop geverfd, riep steevast „zet ’m op” als ze me de tribune op zag komen. Na afloop, bij het toilet, gaf ze een wedstrijdanalyse van drie woorden max (‘was weer niks’, ‘prut’, ‘volgende week 020’). Eerst stonden we samen bij het damestoilet, later voegden zich andere vrouwen bij ons. Drie toiletten waarvan er steevast eentje afgesloten is: er staat altijd een rij. ‘De vrouw’ maakt het derde toilet altijd open met een muntje.
Doordat we in het begin de enige vrouwen waren, werd ik in het vak al gauw herkend en begroet. Ook door ‘laveloze’ – bij avondwedstrijden altijd net iets lavelozer dan bij middagduels. Hij noemt me ‘mijn voetbalzus Shirley’ – hoe ik echt heet doet er niet toe. Soms staat hij ineens op en roept iets als ‘slappe Haps’. Geheel terecht, Ridgeciano Haps speelde niet best die wedstrijd. Zijn vriendin heeft een seizoenkaart van Sparta, als het wedstrijdschema ongunstig is zien ze elkaar soms het hele weekend niet, vertelde hij, want „als ik thuiskom ben ik ook niet veel mans meer”.
Toch niet juichen
Het stadion: de enige plek met sarcastisch applaus. Een overwinning wordt in De Kuip zelden uitbundig gevierd, er volgt immers altijd weer een nieuwe wedstrijd. Eén man in TT heb ik nooit horen schelden. Hoe slecht de wedstrijd ook was, hij was altijd positief. Ik heb hem eens gevraagd wat hij voor werk deed. „Ik ben jongerencoach, wijffie.” De jongeren die hij onder zijn hoede heeft, hebben denk ik een goeie aan hem.
Als supporter maak je verschillende stadia door, soms meer dan eens per wedstrijd. Er is de hoop van het begin. Dan volgt frustratie, ook als het goed gaat (het kan altijd beter). Daarna treedt berusting in, hét moment om belangrijker zaken te bespreken. Laveloze en ik verzinnen waar hij naar toe kan op vakantie. Zijn vriendin houdt alleen van Spanje en wil niet te ver vliegen. Steevast is de conclusie: toch maar weer Spanje. Dan bespreken we de Spaanse sigarettenprijs (ik rook niet).
Ik zit in TT voor het laatste seizoen.
Waarom wil ik er niet meer heen?
Verschillende redenen. De wedstrijden zijn niet meer op zondag om half drie, maar op wisselende dagen en tijden – ten behoeve van het uitzendschema op tv. Doordeweeks haal ik het vaak niet om op tijd te zijn, ik werk niet naast De Kuip. En als een wedstrijd om 21 uur begint, is het nacht voordat ik thuis ben. Dan: de eindeloze rij met het 100 procent fouilleren. 5 euro voor een cola. Hakkûh-terror muziek uit de speakers in plaats van klassiekers.
Belangrijker: een deel van de nieuwe generatie supporters past niet bij mij. De „capuchonjongens met kwaad in de zin”, zei een 83-jarige supporter eens tegen me, „zijn brutaler dan vroeger”. Types die tegen een stoeltje schoppen uit frustratie. Eigen spelers uitfluiten als ze hun dag niet hebben. ‘Kanker’- en ‘joden’-spreekkoren waren er al maar worden niet minder. Er moesten netten komen zodat er geen voorwerpen op het veld worden gegooid. Misschien is het erger geworden? Of misschien is mijn tolerantie voor dat soort gedrag op.
Een artikel in NRCwaaruit bleek dat Feyenoord de harde kern van de supporters alle ruimte geeft, en zelfs de sleutel van De Kuip, vond ik schokkend. Ik snap dat het voor een club moeilijk is om rotte appels buiten de supportersgroep te houden. Maar de harde kern faciliteren is het andere uiterste, net als de mishandeling van een scheidsrechter stil willen houden. Homofobie en racisme niet afkeuren in woorden en daden, het niet dragen van een aanvoerdersband in regenboogkleuren door Kökcü. Wil ik daarmee geassocieerd worden? De provocerende aanwezigheid van de ME begin ik logisch te vinden in plaats van ergerlijk.
Dan het voetbal. De VAR. Juichen om een doelpunt. Toch niet juichen. Is het geel? Is het buitenspel? Ga effe kijken scheids. Weer het tempo uit de wedstrijd, het duurt te lang. De geveinsde blessures. Slappe Haps.
Verrukking
De Kuip is magisch. Zo dicht op het veld sta je bijna nergens. De opkomst, waarbij iedereen staat, applaudisseert en luidkeels zingt. Door de speakers Feyenoord-stem Peter Houtman, die elke wedstrijd afsluit met ‘Doei doei’. De saamhorigheid. De sfeeracties en gigantische spandoeken waaraan voorafgaand aan een belangrijke wedstrijd weken is gewerkt in een grote loods. Zingen voor oud-Feyenoorders die inmiddels bij de tegenstander spelen. Het spandoek voor Dirk Kuijt dat vijf jaar na zijn afscheid nog elke thuiswedstrijd werd opgehangen. De verrukking bij vrienden die ik meenam als er een kaart over was, wanneer ze de Kuip bij een doelpunt voelden schudden.
Het was afzien. Het was prachtig. Maar voortaan zit ik op de bank – met radio Rijnmond aan. Doei doei.