Hoe moet Nederland het capaciteitsprobleem in de gevangenissen oplossen? Dat gaat staatssecretaris Ingrid Coenradie (Justitie, PVV) vrijdag uitleggen aan de ministerraad. Er is een tekort aan cellen en personeel, terwijl het aantal gevangenen blijft toenemen. Eerder noemde Coenradie het een „code-zwart-situatie”.
Inderdaad is sinds 2016 het aantal gedetineerden niet zo groot geweest als nu. Een extra complicatie is dat een op de zes detentieplekken (16 procent) niet bruikbaar is, in totaal 1.781 plekken. Dit blijkt uit een analyse van NRC van de capaciteits- en bezettingscijfers, van 2016 tot 2024, van de Dienst Justitiële Inrichtingen (DJI). In december 2024 waren ruim 11.000 plekken beschikbaar, waarvan 80 procent toen werd bezet.
„In Nederland wordt overbevolking van gevangenissen niet geaccepteerd”, vertelt Hester de Boer, die promoveert bij het Instituut voor Strafrecht & Criminologie van de Universiteit Leiden. „Een matrasje op de grond of een stapelbed bijplaatsen, gebeurt hier niet. We willen een humane straf en veiligheid voor het personeel en de gedetineerden.”
Sport
Dat maakt het snel ophogen van de beschikbare plekken in de 26 Nederlandse penitentiaire inrichtingen lastig. „Soms kunnen gedetineerden niet samen worden geplaatst vanwege hun problematiek of gedrag, of omdat je dan te veel gedetineerden hebt op een afdeling, of omdat die te weinig faciliteiten heeft voor bijvoorbeeld arbeid, bezoek of sport”, laat een woordvoerder van DJI weten. Over de onderzochte periode bleken gemiddeld 550 plaatsen daarnaast onbruikbaar door verbouwingen of personeelsgebrek.
„In 2004 hebben we eenzelfde tekort gehad”, legt De Boer uit. In tegenstelling tot omringende landen fluctueert de omvang van de Nederlandse gevangenispopulatie behoorlijk. Zo daalde de populatie tussen 2005 en 2016 met ongeveer 40 procent, om tussen 2016 en 2020 weer toe te nemen. „Er worden nu langere onvoorwaardelijke straffen opgelegd. De prioritering van de opsporing bepaalt deels de instroom in de gevangenissen. Vanaf 2016 ligt de nadruk vooral op de georganiseerde criminaliteit.” Vanaf 2020 is het aandeel langgestraften in de strafrechtelijke uitstroom toegenomen.
Het antwoord op het cellentekort ligt altijd bij de medewerkers: je moet eerst investeren in mensen, dan pas in stenen
Het tekort is ontstaan doordat eerdere kabinetten gevangenissen sloten om te bezuinigen. Vanaf 2012, toen de gevangenispopulatie relatief klein was, is bezuinigd op het gevangeniswezen. Daarna daalde het aantal detentieplekken sinds 2016 met nog eens bijna 8 procent, onder meer door het sluiten van gevangenissen in Almere, Zoetermeer en Zwaag in 2019. Dit had weinig effect op de beschikbare plekken; de bezetting daalde in deze gevangenissen voorafgaand aan de sluitingen en de meeste verdwenen plekken vielen al in de categorie niet-bruikbaar. Maar waar een gevangenis wordt gesloten, vertrekt het personeel.
„Het antwoord op het cellentekort ligt altijd bij de medewerkers. Je moet eerst investeren in mensen, dan pas in stenen. Pas als het vak aantrekkelijker is, kun je nieuwe locaties openen”, zegt FNV-bestuurder Marcelle Buitendam, die de gecreëerde onzekerheid hekelt: „Het gevangeniswezen was lang een onbetrouwbare branche voor werknemers. Vanwege de sluitingen wisten de werknemers niet wat ze te wachten stond.”
Volgens de DJI is het nodig om bijna duizend mensen aan te trekken om alle openstaande vacatures te vullen. Maar volgens de woordvoerder is het capaciteitsprobleem niet alleen op te lossen met extra personeel.
Leegstand
Naast de 1.781 onbruikbare plekken staan ook 350 bruikbare plekken leeg. Die benutten lijkt makkelijker dan het is. Zo kan op een beschikbare plek in een vrouwengevangenis geen man worden geplaatst. Bovendien bevindt het aantal lege, bruikbare plekken – net als de onbruikbare plekken – zich op het laagste niveau in tien jaar: slechts 3 procent staat leeg. Tijdens de coronapandemie was dit meer dan 10 procent.
En dus zoekt de staatssecretaris op andere plekken naar cellen. Volgens het AD zou ze overwegen noodgevangenissen bij te bouwen voor 120 extra bedden, de gevangenis in Almere te heropenen en cellen te huren in Estland.
Cellen huren in het buitenland is niet uniek. Tot september 2018 verhuurde Nederland alle 272 plekken in de PI Veenhuizen locatie Norgerhaven aan Noorwegen. Momenteel verhuurt Nederland nog 126 plekken, onder meer ten behoeve van internationale tribunalen en het Internationaal Strafhof.
Lees ook
In de grootste gevangenis van Nederland zoekt Coenradie haar gelijk. ‘Ook hier blijkt weer dat je niet méér gevangenen op een cel kan zetten’
De aanmeldknop stond nog geen half uur op het intranet van het Amsterdam UMC toen al vijftig vrouwelijke medewerkers zich hadden ingeschreven. Allemaal wilden ze gebruikmaken van het spreekuur voor vrouwspecifieke klachten. „We hadden een vergadering en de mailbox van een collega stond open. Daar zagen we de ene na de andere aanmelding binnenkomen: ‘Ping, ping, ping’. Het ging maar door, zonder dat we er reclame voor hadden gemaakt”, vertelt arts en hoogleraar gynaecologie Judith Huirne. „We hebben die aanmeldknop er meteen vanaf gehaald want we dachten: ‘Dit kunnen we niet aan’.”
Bij het gratis spreekuur, dat sinds januari is ingesteld, kunnen eigen medewerkers terecht voor aandoeningen zoals endometriose (waarbij slijmvlies buiten de baarmoeder zit), hormonale problemen zoals hevige overgangsklachten, en heftig bloedverlies bij menstruatie. Een verwijzing is niet nodig, elk consult duurt een uur. Als het nodig is, wordt gelijk een echo gemaakt. Er wordt niet behandeld, in dat geval wordt de medewerker doorgestuurd naar de eigen huisarts. Het spreekuur is een proef van twee jaar.
Gynaecologische aandoeningen krijg je eerder in je leven, ze werken langer door en hebben daardoor een grotere maatschappelijke impact
Het Amsterdam UMC is gespecialiseerd in vrouwspecifieke aandoeningen. De grote belangstelling verbaast Huirne eigenlijk niet: „Als ik in de operatiekamer sta, vraagt elke dag wel een van de operatieassistenten: ‘Mag ik je een persoonlijke vraag stellen? De behoefte is groot.’” De gemeente Amsterdam en de politie hebben ook al geïnformeerd of ze vrouwelijke medewerkers langs kunnen sturen – dat kan nog niet.
Inmiddels is de aanmeldknop op intranet weer terug, maar er is wel een wachtlijst van drie maanden – al wordt er gekeken naar uitbreiding van de capaciteit. Bij de vrouwen die langs zijn geweest, was „vrijwel zonder uitzondering verdere behandeling nodig”, zegt Huirne. „Het waren nuttige consulten.”
Blinde vlek
Huirne is al, sinds ze in 2007 gynaecoloog werd, bezig met vrouwengezondheid. In 2017 hield ze er haar oratie over. Er is al te lang te weinig aandacht voor, vindt ze. Er is onvoldoende geld voor onderzoek, voor het ontwikkelen van nieuwe behandelingen en technieken, en de aandacht in het curriculum is te mager. „Het is voor artsen een black box, een blinde vlek. Gynaecologische klachten krijgen nog helemaal geen prioriteit, Het zijn aandoeningen waar je niet dood aan gaat, dus bij subsidies voor onderzoeken leg je het vaak af tegen bijvoorbeeld kanker en hart- en vaatziektes. Maar gynaecologische aandoeningen krijg je eerder in je leven, ze werken langer door en hebben daardoor een grotere maatschappelijke impact.”
Voor vrouwen is het vaak een taboe om over dit soort klachten te praten, stelt Huirne: „Het wordt vaak gebagatelliseerd: ‘Het hoort erbij, het zijn maar vrouwenkwalen, je gaat er niet dood aan.’ Er zijn vrouwen die ’s nachts twee keer de wekker zetten omdat ze anders doorlekken en het hele bed vol bloed zit, en toch niet denken: ‘Ik moet hier wat mee doen’. Dat is bijzonder.”
Huirne is al, sinds ze in 2007 gynaecoloog werd, bezig met vrouwengezondheid.Foto Saskia van den Boom
Verwijde aorta
Die gebrekkige aandacht voor vrouwengezondheid herkennen ze ook in het Rotterdamse Erasmus MC. Daar opent deze vrijdag (de dag voor Internationale Vrouwendag) een onderzoekscentrum dat alle kennis over vrouwengezondheid bij elkaar wil brengen. Vorig jaar zomer kwamen ze erachter dat meer dan honderd artsen in het Erasmus zich ieder op hun eigen manier bezighielden met vrouwen en gezondheid. Ze kenden elkaar meestal niet en deelden geen informatie.
Het onderzoekscentrum richt zich niet alleen op vrouwspecifieke klachten, maar ook op man-vrouwverschillen binnen de gezondheid; aandoeningen van vrouwen worden vaker gemist, vaker verkeerd behandeld en vaker te laat gediagnosticeerd. Soms uiten symptomen – zoals hartinfarcten – zich bij vrouwen anders dan bij mannen. Medicijnen kunnen bij vrouwen andere bijwerkingen hebben dan bij mannen.
„Artsen moeten beseffen dat een vrouw geen kleine man is, maar dat er echt andere dingen spelen. Daarin hebben we nog best een slag te maken onder specialisten”, zegt arts en hoogleraar Hanneke Takkenberg van het Erasmus MC. Ze wijst op een voorbeeld uit haar eigen vakgebied, de thoraxchirurgie. Takkenberg ontdekte dat bij oudere vrouwen de verwijding van hun aorta op een andere plek zit dan bij oudere mannen, en dat die verwijding ook sneller gaat. „Dan kan je bij mannen dus eerder zeggen ‘we kunnen nog even wachten’, terwijl je bij vrouwen gelijk gaat opereren. Dat moet je dus anders aanvliegen.”
Bij het Erasmus MC willen ze dat het niet bij onderzoek blijft, maar dat dat ook leidt tot innovaties – meer op vrouwen gerichte technieken en behandelingen. Voor het Rotterdamse initiatief lijkt veel interesse te zijn. Bij de opening van de poli vrijdag waren de 150 stoelen in een mum van tijd gereserveerd. „Van vrouwenorganisaties tot bedrijven tot onderzoekers. De burgemeester en de directeur van VNO-NCW komen ook”, zegt internist vasculaire geneeskunde Jeanine Roeters van Lennep. „We hebben al een overloopzaal moeten regelen en kijken nu naar een tweede. Ongelooflijk.”
Minder uitval op het werk
Om meer aandacht voor vrouwengezondheid te krijgen, wordt de laatste jaren niet alleen op het lijden van vrouwen gewezen, maar ook op de grote gevolgen voor de samenleving. Uit onderzoek bleek vorig jaar dat meer aandacht voor gezondheid van vrouwen jaarlijks 7,6 miljard kan besparen, de onderzoekers noemden dat nog „een grove onderschatting”. Dat gaat dan om minder zorgkosten, maar ook om minder verzuim op het werk. Huirne: „Denk aan maandelijks, kortdurend verzuim. Die vrouwen komen niet bij de bedrijfsarts, maar vallen wel voortdurend uit. Bedrijven moeten steeds ad-hoc-oplossingen zoeken en het heeft een negatieve impact op de werkvloer.”
Minder uitval op het werk kan ook een bijdrage leveren aan het tegengaan van het alsmaar groeiende personeelstekort. Juist in beroepen met veel vacatures – het onderwijs, kinderopvang, de zorg – werken relatief veel vrouwen. Huirne: „We hebben schrijnende voorbeelden gehad van vrouwen die zich al tien jaar continu ziek hebben gemeld, terwijl het een hormonaal probleem bleek te zijn dat met een hormonale behandeling op te lossen was – zodat ze zich niet meer ziek hoefden te melden.”
Het Amsterdam UMC is gespecialiseerd in vrouwspecifieke aandoeningen.
Foto’s Saskia van den Boom
Hormoongerelateerde problemen worden vaker verkeerd gediagnosticeerd: een vrouw krijgt dan te horen dat ze een burn-out heeft, terwijl het om problemen met de overgang gaat, zegt directeur Emma Lok van Women Inc., een belangenorganisatie die strijdt voor gelijke kansen voor vrouwen. „Dan is het van: ga maar stoppen met werken en vervroegd eruit. Nee, het is geen burn-out! Iemand heeft last van de overgang, dat kan behandeld worden. Je kunt ook prima blijven werken, in sommige gevallen misschien iets aangepast.”
Ook in de politiek groeit het bewustzijn dat er iets moet gebeuren. Vorig jaar stelde oud-minister Pia Dijkstra (Medische Zorg, D66) eenmalig 15 miljoen voor zes jaar beschikbaar voor onderzoek naar vrouwengezondheid. Emma Lok noemt dat „mondjesmaat” en „een eerste stap”. Ook de Tweede Kamer vindt het niet genoeg en vroeg vorig jaar in een motie aan huidig minister Fleur Agema (Volksgezondheid, Welzijn en Sport, PVV) om voor de zomer met een ‘nationale strategie vrouwengezondheid’ te komen. De Kamerleden wezen er tijdens een debat op dat „de medische wereld deze klachten vaak niet de prioriteit geeft die ze verdienen” (Daniëlle Jansen, NSC) en dat er „in sommige kringen toch nog wat lacherig over wordt gedaan” (Judith Tielen, VVD).
Ook Lok wijst op die weerstand: „Nog steeds heb je medisch specialisten die binnen hun vakgroep verketterd worden door collega’s. Artsen zeggen dan: ‘Als het echt zo belangrijk zou zijn, dan had ik het wel op mijn opleiding gehad. Zo wordt het een kip-ei-verhaal.”
Zowel Huirne van het Amsterdam UMC als Takkenberg van het Erasmus MC spreekt over „momentum”. Huirne: „Het kabinet kan hier goed mee scoren en de hele maatschappij heeft er iets bij te winnen. Er moet nu een goed plan voor de komende jaren komen. Laat die kans nu niet liggen.”
Lok is het daarmee eens. Het Amsterdam UMC en het Erasmus MC zijn „de pioniers”, zegt ze. „Deze initiatieven zijn er omdat het niet goed geregeld is voor de gehele gezondheidszorg. Dit zou voor alle vrouwen toegankelijk moeten zijn. We zijn echt nog in de beginfase.”
Lees ook
In de geneeskunde is de vrouw lang ongezien gebleven – nog steeds zijn er anatomieboeken met alleen mannenlijven
Robertine loopt naar het bureau dat bezaaid ligt met beschreven notitieblokjes, dossiermappen en blikken tabak. In de hoek staat een wapenkluis met een groene helm erop. „Dit was ons kantoor”, zegt ze. Het kantoor van Common Law, afdeling Noord-Holland.
„Hier hielpen wij mensen.” Vaak waren dat mensen met betalingsachterstanden. Die konden zich meldden in Robertines rijtjeshuis in Schagen. „Wij stuurden dan een brief voor ze terug. Dat er helemaal geen schuld ís.”
Je zou haar kunnen zien, zegt ze met een ernstige blik, „als een moderne Robin Hood”.
Nu is het kantoortje gesloten. De kopstukken van de organisatie zitten in de gevangenis. Negen leden van Common Law en aanverwante milities vormen volgens het Openbaar Ministerie een terroristische organisatie. De meesten komen uit dorpen uit het oosten van Nederland. Common Law zou worden geleid door Neeltje de B., een 66-jarige Zeeuwse. Volgens het OM vaardigde de groepering eigenhandig arrestatiebevelen uit en zou ze burgemeesters willen oppakken en die voor een volkstribunaal willen brengen. Vrijdag 7 maart staan de negen voor de rechter in een tussentijdse zitting.
Common Law past binnen een bredere beweging van zelfverklaarde soevereinen, volgens het OM. Die willen zich niet onderwerpen aan het gezag van de overheid. Daarom weigeren ze onder meer belasting te betalen. Steeds meer burgers blijken ontvankelijk voor deze ideeën, signaleerden veiligheidsdiensten AIVD, NCTV en de politie vorig jaar in een gezamenlijk rapport. Enkele tienduizenden Nederlanders zouden „in meer of mindere mate” het soevereine gedachtegoed aanhangen.
Het is een zeer gevarieerde beweging, beschrijft het rapport: van vreedzame burgers die denken dat ze zich kunnen ‘uitschrijven’ bij de Nederlandse staat, tot aan groepen die eigen burgermilities proberen op te zetten. Het perspectief van de soevereinen biedt volgens de veiligheidsdiensten „een uitweg voor uiteenlopende mensen die zich onvoldoende gehoord voelen door de overheid”.
Gelijkgestemden
In het rijtjeshuis in Schagen eten Koen (50), Rob (60) en Robertine (62) pompoensoep. De drie, die niet met hun achternaam genoemd willen worden, waren lid van de Common Law-groepering. Al willen ze zelf niet van een ‘groepering’ spreken. Een organisatie dan? „Ook niet.” Soevereinen? „Zo worden we gelabeld.” Koen: „Wij zijn gelijkgestemden die elkaar hebben gevonden in het onderzoeken van het onrecht dat ons wordt aangedaan.”
Tijdens corona werd het Koen, interim finance manager, echt duidelijk. Toen hij in maart 2020 de televisietoespraak zag waarin Mark Rutte de pandemie afkondigde, vóélde hij dat iets niet klopte. „Het hele land in rep en roer om een virus. Ik geloofde het gewoon niet.”
In de kapsalon oordeelde de volksraad: de fiscus mocht de zaak van Hettie, die weigerde btw te betalen, helemaal niet veilen
Koen ging op zoek naar medestanders en vond die onder corona-activisten die het virus afdeden als griepje. Hij ging demonstreren en hielp folders uitdelen bij vaccinatiecentra, om te waarschuwen voor het „giftige” vaccin. Veel informatie haalde hij uit ‘alternatieve’ bronnen, die hij in Telegramgroepen tegenkwam. Zo raakte hij alsmaar dieper verzeild in een beweging die niet alleen de coronapandemie, maar ook bijvoorbeeld de aanslagen op de Twin Towers of de recente bosbranden in Los Angeles beschouwt als samenzweringen.
„Ze noemen het ook wel een rabbit hole”, zegt Koen. Een konijnenhol. „Als je daar eenmaal induikt, kom je steeds meer zaken tegen die je niet wil weten.”
Neeltje
In deze beweging van oorspronkelijk corona-activisten leert Koen ook Rob en Robertine kennen. Ze organiseren wandelingen, om hun zorgen met elkaar te kunnen delen. „En elkaar wakker te maken”, zegt Robertine. Ze komen bij elkaar in huiskamers en buurthuizen, met zo’n twintig tot dertig mensen.
Neeltje de B., de door het OM verdachte leider van de groep, was vaste bezoeker van de bijeenkomsten. In de huiskamer in Schagen kennen ze haar als „een schat” en „een heel intuïtieve en wijze vrouw”, die bovenal veel weet van het gedachtegoed van Common Law. Wat dat precies inhoudt? „Het komt erop neer”, zegt Robertine, „dat de Nederlandse regering een bedrijf is.” En niet alleen de regering. Ook alle andere overheidsinstanties zoals de politie, de rechtbank of de belastingdienst, zouden bedrijven zijn.
Die overtuiging leidt ertoe dat soevereinen zich niet gebonden achten aan het gezag van deze overheden. „Een bedrijf kan ons niet verplichten belasting te betalen”, legt Robertine uit. Ze voelen zich alleen gebonden aan een paar basisregels: „Gij zult niet doden, niet stelen, niet dwingen en niet liegen.”
De groep besluit om Common Law op te richten. Die is vooral actief op sociale media en wil common law, het gewoonterecht, invoeren in Nederland. Door het hele land ontstaan regionale afdelingen. Soms op een fysieke plek, zoals Robertine vanuit haar huis in Schagen de Noord-Hollandse tak bestiert. En soms hadden ze niet meer om het lijf dan een Telegramgroep. „Maar daar bleef het zo stil, dat we die groepen in het najaar van 2023 maar hebben opgeheven”, zegt Koen. „Vanaf dat moment gingen we ons focussen op de volksraad.”
Lees ook
De ‘autonomen’ van Youri Plate blijven ook na zijn arrestatie in hem geloven
Mensenrechten
De kapperszaak in Schijndel staat in januari 2024 vol mensen. Op tafel staan kannen met koffie en thee. De volksraad heeft zich verenigd om voor de „mensenrechten” van kapster Hettie op te komen, zegt een van hen.
Buiten staan een deurwaarder en een politieagent. Hettie legt beide handen op haar hart, vouwt ze daarna samen en kijkt hoopvol naar boven. Dan gaat de volksraad naar buiten. Voor de kapperszaak houdt Neeltje de B. een toespraak: „Het is nu de verantwoordelijkheid van het volk om het vonnis ten uitvoer te brengen”, zegt ze. „We moeten de veroordeelden, maar ook toekomstige aangeklaagden, duidelijk maken dat wij als volk aanspraak maken op onze onvervreemdbare rechten en ons niet langer laten koeioneren door een kleine elite.”
Toen Rutte de pandemie afkondigde, vóélde Koen dat iets niet klopte: ‘Het hele land in rep en roer om een virus: ik geloofde het gewoon niet’
Wanneer Neeltje is uitgepraat, gaan de deurwaarder en agent naar binnen. De inventaris van de kapperszaak van Hettie moet worden verkocht, na een conflict met de Belastingdienst. Als soeverein vond Hettie dat ze geen btw meer hoefde af te dragen over haar inkomsten. De Belastingdienst gaf haar een boete. Omdat ze die weigerde te betalen, wilde de fiscus haar spullen laten veilen.
Toen had Hettie de hulp van ‘het volk’ ingeroepen. Via de site van Common Law kon iedereen een tribunaal inschakelen. Je hoefde alleen een formuliertje in te vullen. „Als iemand u of uw gezin op enigerlei wijze schade heeft berokkend, start u op deze manier een gerechtelijke procedure binnen Common Law”, stond daarbij.
Dus kwam Common Law in december 2023 naar de kapperszaak, zo toont een video op Facebook. Een volksjury met meer dan een dozijn buurtbewoners en Koen en Neeltje de B. als ‘procesbegeleiders’. Na een vergadering van acht uur deed de ‘volksraad’ uitspraak: de Belastingdienst had kapster Hettie onvoldoende kans gegeven om in overleg te gaan over een oplossing. De veiling kon dus niet doorgaan.
„Een mooie uitspraak”, vond Koen. Het vonnis werd overhandigd aan de Belastingdienst en de burgemeester van Meierijstad, de gemeente waar Schijndel deel van uitmaakt. Toch moesten de Common Law-leden op 18 januari 2024 lijdzaam toezien hoe de Belastingdienst zich niets aantrok van hun vonnis en de zaak in de verkoop deed.
Sheriffs
In een afgeluisterd gesprek zeiden verdachten Arjan van den B. en Marco M. volgens het OM dat ze met te weinig waren om met geweld de verkoop tegen te houden. Maar die ambitie zou Common Law wel hebben gehad, denkt justitie: de groep wilde de juryoordelen laten handhaven door zelf aangestelde sheriffs, ook wel ‘vredesofficieren’ genoemd. In een speciale ‘Sheriffshandleiding’ op hun site staat dat die „gewapend zijn met volledige bevoegdheden zoals onderzoek doen, arrestatie en gevangenneming”. De ‘bewapende’ sheriffs mogen volgens de handleiding ook „voormalige agenten van het oude regime afzetten” en opsluiten.
Deze ideeën stonden niet alleen in hun manifesten maar leefden volgens het OM daadwerkelijk binnen de groep. Zo komt verdachte Marco voor de veiling van de kapperszaak verontwaardigd naar het politiebureau, omdat de deurwaarder niet wil luisteren. Marco stelt zich voor als ‘vredesofficier’ en zegt: „Als vredeshandhavers hebben wij hetzelfde doel als jullie, de politie: de openbare orde beschermen.”
Ook zouden ze op een bijeenkomst in een buurthuis hebben gesproken over het ‘met militaire precisie van het schaakbord halen’ van gezagsdragers, waarmee volgens het OM een moordaanslag wordt bedoeld. Onder de doelwitten bevond zich volgens justitie Ron König, de burgemeester van Deventer.
Spinnen
In de huiskamer in Schagen begint Robertine te schaterlachen. Hahá! Zij, gewelddadig? Hoe kómen ze erbij. De groep wil in verzet komen, dat zeker, maar niet met wapens. „We willen ze met de wáárheid om de oren slaan.”
Volgens Robertine heeft ze haar eigen wapens onlangs ingeleverd, maar ze heeft nog wel twee luchtbuksen, want „die mag je gewoon hebben”. „Wacht”, zegt ze. Ze loopt naar de keuken en komt terug met een schietroos. „Hier schiet ik alleen op. Gewoon, omdat het leuk is. Je eigen kundigheid ontwikkelen. Het wapen zo afstellen dat je negen van de tien keer de roos raakt. Ik schiet alleen op papier. En op plastic spinnen.”
In de rest van de groep zouden geen wapens rondgaan, zegt het drietal. Op één van de leden na, die zou thuis een kruisboog hebben liggen. Robertine: „En dat mag gewoon.”
Common Law-leden hebben een paar basisregels: ‘Gij zult niet doden, niet stelen, niet dwingen en niet liegen’
De agressieve taal die volgens het OM klonk op afgeluisterde bijeenkomsten en in de chatgroepen van Common Law, herkennen ze deels. Dat moet je zien als een „uiting van frustratie”. Koen: „Mensen weten zich geen raad. Wat doe je dan? Dan floep je er wat uit.”
Zo wordt de groepering die door het OM tot terroristische organisatie is bestempeld, in Schagen beleefd: als een praatgroep van mensen die elkaar hebben gevonden in hun radeloosheid. En in de ontdekking van een groot geheim, dat hoop biedt: dat ze zich als ‘soeverein’ kunnen onttrekken aan de overheid die ze als hun vijand zien.
Het is slechts een kwestie van tijd voordat de rest van de wereld de schellen van de ogen vallen. Rob wijst op de verkiezing van Donald Trump en de aanstelling van antivaxxer Robert Kennedy Jr. als Amerikaans minister van Volksgezondheid, mensen die hij als medestanders ziet. „Zij zullen common law weer invoeren.”
Lees ook
Hoe gevaarlijk zijn complotdenkers nu werkelijk voor de democratie?
Handtekening
Na het interview wil Robertine nog één misstand onthullen. Ze loopt naar haar kantoortje en opent op de computer het politieonderzoek van een Common Law-verdachte, dat ze kreeg doorgestuurd van de advocaat. Ze laat een foto zien van een wapen dat bij de verdachte thuis is gevonden. Het ligt op de trap voor een witte Actiontas. „Dat wapen hebben ze dus uit die tas gehaald. Knoeien met bewijsmateriaal, noem ik dat.”
Ze scrolt met haar muis door het onderzoek en stopt bij een proces-verbaal. Het is ondertekend door een anonieme agent. „Zie je dat? Ze geven alleen een registratienummer.” Dat klopt niet, zegt Robertine. „Daar hoort een volledige naam te staan, ondertekend met een natte handtekening.”
Rob en Robertine kijken elkaar opgetogen aan. „Het onderzoek is dus niet geldig.”
Lees ook
Hoogleraar radicalisering: ‘Complotdenkers zijn niet kritisch, maar juist goedgelovig’
De Arnhemse brandweer heeft geen meldingen ontvangen over vermisten of gewonden, en gaat er vooralsnog niet vanuit dat er dodelijke slachtoffers zijn gevallen bij de grootschalige brand in de binnenstad. Dat zei Albert-Jan van Maren van de Veiligheidsregio donderdagmiddag tijdens een speciaal ingelaste persconferentie in de raadszaal van Arnhem. Vermoedelijk zijn er wel huisdieren omgekomen bij de brand, die in de nacht van woensdag op donderdag uitbrak.
Inmiddels is de brand beperkt, maar nog altijd niet uitgedoofd. Volgens Van Maren gaat het om een complexe brand, omdat het gaat om oude panden die vertakt zijn met elkaar. De brandweer sloopt een deel van de panden om de laatste brandhaarden te doven, zij hij. Er zijn een aantal panden in de Jansstraat die de brandweer nog niet heeft kunnen betreden, dus kan nog niet volledig worden uitgesloten of daar slachtoffers zijn, al is er „geen aanleiding” volgens Van Maren om dat te denken. „Er waren geen gewonden tussen alle mensen die geëvacueerd zijn.”
‘Berichten over opzet serieus genomen’
Verder liet Van Maren bewoners weten dat er geen asbest is vrijgekomen en dat deeltjes van verbrande gebouwen „veilig” met zeep en water kunnen worden weggepoetst.
Politiechef van Arnhem Erik Bomhof vond het nog te vroeg om conclusies te trekken over mogelijke opzet. Hij sluit niks uit, zei hij, maar kan ook nog niks bevestigen. Volgens lokale media gaan er verhalen rond over personen die gesignaleerd zouden ten tijde van de uitbraak van de brand. „Alle berichten worden serieus genomen en er is een rechercheteam dat daarmee aan de slag gaat”, beloofde de politiechef. Omdat de afgebrande panden door instortingsgevaar nog niet betreden mogen worden, is sporenonderzoek niet mogelijk en is het nog „te vroeg” voor antwoorden.
‘Niet alle bewoners terug’
Locoburgemeester Cathelijne Bouwkamp (GroenLinks) spreekt van een zwarte dag voor Arnhem. „Verschillende woningen liggen in puin, bewoners moesten op stel en sprong hun woning verlaten. Ondernemers zagen hun zaak verloren gaan. Het verdriet is groot.”
Vanmiddag wordt er met de geëvacueerde bewoners van huizen die niet zijn afgebrand besproken wanneer ze kunnen terugkeren naar hun huizen. „Een aantal bewoners kunnen niet terug, een aantal wel”, zei de locoburgemeester daar over.