Het contact met de Russen lijkt steeds soepeler te gaan – in de ruimte

Ruimtevaart Ruimtestation ISS is vrijwel het enige westers-Russische project dat nog actief is. „De sfeer is heel erg: don’t mention the war.”

De Russen Dmitri Petelin (links) en Anna Kikina (midden) en de Amerikaanse Nicole Mann in het ISS vorige maand.
De Russen Dmitri Petelin (links) en Anna Kikina (midden) en de Amerikaanse Nicole Mann in het ISS vorige maand.

Foto NASA

„We waren in shock. De eerste maand mochten we helemaal niets zeggen”, herinnert Philippe Schoonejans zich. De Russische inval in Oekraïne, eind februari 2022, maakte een einde aan veel Russisch-westerse samenwerkingen, en ook de Russisch-westerse samenwerking aan boord van het Internationaal Ruimtestation ISS kwam onder intense druk te staan.

Schoonejans is projectmanager bij de Europese ruimtevaartorganisatie ESA en intensief betrokken bij ERA (European Robotic Arm), de 11,3 meter lange robotarm die bevestigd is aan het Russische gedeelte van het ISS. ERA is grotendeels gebouwd door het Nederlandse Dutch Space in Leiden (tegenwoordig Airbus Defence and Space). De kosten: 360 miljoen euro. De robotarm dient om zware ladingen te verplaatsen rondom het ruimtestation.

In juli 2021 werd ERA na jaren uitstel gelanceerd samen met de Russische ISS-module Nauka, dus had Schoonejans intensief contact met Russische collega’s. „We spraken elkaar zeker eens per week een paar uur online over technische zaken. Het zijn mensen die we al jaren kennen en vertrouwen.”

Op 24 februari kwam aan de vanzelfsprekendheid abrupt een einde. Binnen een paar weken werden vrijwel alle wetenschappelijke samenwerkingen met Rusland opgezegd, onder andere de Europees-Russische Mars-kar Exomars, die in 2022 gelanceerd zou worden aan boord van een Russische Proton-raket, met een Russisch landingsgestel (inmiddels zijn in samenwerking met NASA een vervangende raket en een Marslander gevonden. De lancering is verplaatst naar 2028).

Werk aan de Europese robotarm ERA, die bevestigd is aan het Russische gedeelte van het ISS.

Foto NASA

Grofgebekte directeur

Er kwam een eind aan Russisch-Europese bemenste isolatiestudies als voorbereiding op Marsreizen, en aan lanceringen met de Russische Sojoez-raket vanuit het Europese lanceercentrum in Kourou, Frans-Guyana. Van een Sojoez-raket die al klaarstond op het lanceerplatform in Kazachstan verwijderde Roscosmos eerst de Britse vlag, en daarna de lading: 36 satellieten van het Britse bedrijf OneWeb.

De vaak grofgebekte Roscosmos-directeur Dmitri Rogozin dreigde zelfs het ISS neer te laten storten: „Als jullie de samenwerking blokkeren, wie redt dan het ISS van ongecontroleerd terugvallen op het grondgebied van de VS of Europa”, twitterde hij dreigend. Het ISS heeft regelmatig een boost nodig van de raketmotoren van het aangekoppelde Sojoez-ruimtevaartuig, om niet op den duur terug te vallen naar de aarde.

Schoonejans: „ESA-astronaute Samantha Cristoforetti, die bij Moskou haar kosmonautentraining doorliep, is toen snel teruggehaald.” Er werd gevreesd dat westerlingen in Rusland gijzelaars zouden worden, wat nog een extra reden was om de Exomars-lancering niet door te zetten „Daarvoor hadden zo’n vijftig mensen naar de lanceerbasis in Baikonoer, Kazachstan gemoeten, en niet iedereen wilde dat. Sindsdien is er vrijwel niemand meer naar Moskou terug geweest.”

Frans kernfusieproject

Toch bleef de ISS-samenwerking intact, als vrijwel enige Russisch-westerse wetenschappelijke samenwerking (samen met het Russisch-Amerikaans-Japans-Indiaas-Chinees-Europese kernfusieproject ITER in Cadarache in Frankrijk).

Volgens de staande ruilafspraken reisde NASA-astronaut Francisco Rubio per Sojoez-raket naar het ISS, en Russin Anna Kikina deed hetzelfde via een Amerikaanse Dragon-capsule. Deze zomer nog hernieuwden NASA en Roscosmos de afspraken over ruimtevaardersvervoer.

De Poetin-getrouwe Rogozin werd vervangen door Joeri Borisov, die een rustiger toon aansloeg. Eerst kondigde hij aan dat Rusland pas „na 2024” uit het ISS zou stappen, en later dat dat pas zou gebeuren als Ruslands eigen Russische ruimtestation, werktitel ROSS, operationeel is, iets waar op zijn minst nog vele jaren overheengaan. Het ontbreken van een reisdoel voor Russische kosmonauten zou vrijwel zeker de doodklap betekenen voor de Russische bemenste ruimtevaart, een van de weinige zaken waaraan Rusland nog prestige ontleent. De westerse partners (Europa, Japan, Canada en de VS) willen het ISS tot 2030 blijven benutten.

Aan boord ga je heel intensief met elkaar om. Je komt elkaar voortdurend tegen

Alexander Gerst Duits astronaut

Ook is het afkoppelen van het Russische gedeelte technisch gezien vrijwel onmogelijk. Niet alleen vanwege de afhankelijkheid van de Sojoez-raketmotoren voor boosts, maar ook omdat elektriciteit voor het station afkomstig is van het Amerikaanse gedeelte, naast wederzijdse technische afhankelijkheden. Philip Schoonejans: „Zo kun je Nauka niet afkoppelen, bij het aanmeren waren er problemen waardoor nu de brandstoftanks niet meer hervulbaar zijn. Dus het kán helemaal niet zelfstandig reizen.”

Cristoforetti keerde terug naar Moskou en vervolgde haar training, en in juli voerde ze samen met kosmonaut Oleg Artemjev een ruimtewandeling uit om ERA verder te installeren, de eerste gezamenlijk Russisch-westerse ruimtewandeling sinds 2009. Schoonejans: „We kunnen alle gegevens via een dataverbinding inzien, zelfs de beelden op de camera’s. We hebben ook weer veel overleg, alles online.”

De oorlog komt daarbij niet ter sprake, zegt hij. „We hebben alleen contact om technische zaken, de sfeer is heel erg: don’t mention the war. Het is trouwens ook niet duidelijk of mensen überhaupt vrijuit kunnen spreken.”

Een vergelijkbaar beeld schetst Alexander Gerst, een Duitse astronaut die in 2014 en 2018 aan boord van het ISS verbleef. „Aan boord ga je heel intensief met elkaar om. Je komt elkaar voortdurend tegen, soms moet ik naar het Russische gedeelte, soms komen zij naar Columbus [de Europese labmodule]. Als je technische problemen hebt, of als je er doorheen zit, help je elkaar. We aten samen, kletsten zamen: het is echt één bemanning.”

Bizarre episode

Tijdens Gersts verblijf waren er al sancties tegen Rusland wegens de annexatie van de Krim in 2014. Toen was er een bizarre episode waarbij er een lek aan het licht kwam, door een boorgaatje in een aangekoppeld Sojoez-ruimteschip. Beschuldigingen hierover leidden tot wrijving en beschuldigingen tussen de ISS-partners.

Toch komen zulke spanningen aan boord nauwelijks ter sprake, zegt Gerst. „De Russische kosmonauten zijn mijn vrienden, het zijn mensen met wie je heel veel meegemaakt hebt: trainingen in miserabele omstandigheden, tegenslagen. Ze nodigen je uit als je in Moskou bent, wij nodigen ze uit in Europa. Het is niet dat je het helemaal niet over zulke zaken hebt, maar alleen heel voorzichtig, en diplomatiek.”

Tijdens de Sovjet-Unie zag je ook al dat contact tussen wetenschappers de eerste brug was tussen beide landen

Philippe Schoonejans projectmanager ESA

De samenwerking lijkt inmiddels zelfs soepeler dan onder Rogozin ten tijde van het Sojoez-gaatje. Op 14 december ontstond er een lek in een leiding voor koelmiddel van een aangekoppeld Sojoez-ruimteschip, net op het moment dat kosmonauten zich klaarmaakten voor een ruimtewandeling.

Schoonejans: „Mijn collega’s zagen het gebeuren op de camera’s.” Koelvloeistof lekte de ruimte in, met als gevolg dat de Sojoez mogelijk oververhit zou raken op de terugweg, met kosmonauten aan boord.

In een online persconferentie over het probleem waren Joel Montalbano, NASA-directeur van het ISS-programma, en zijn Russische evenknie veteraan-kosmonaut Sergej Krikaljov, het over alles roerend eens. Op 20 februari wordt er een lege Sojoez-raket met capsule naar het ISS gestuurd, die de huidige vervangt.

Schoonejans: „Tijdens de Sovjet-Unie zag je ook al dat contact tussen wetenschappers de eerste brug was tussen beide landen, en de laatste die je opgeeft. Ik denk dat dat nog steeds zo is.”