
Het was een thuiswedstrijd, en Jordan Stolz is al het hele seizoen onverslaanbaar. Maar toen het onvermijdelijke gebeurde tijdens de wereldbekerwedstrijden in Milwaukee van afgelopen weekend, was het tóch indrukwekkend: Stolz’ overwinningen op de 500, 1.000 én 1.500 meter, telkens met een overtuigende voorsprong op zijn Nederlandse rivalen Jenning de Boo en Kjeld Nuis. Zijn zestiende, zeventiende respectievelijk achttiende wereldbekerzege op rij.
Voor het eerst sinds 2005 was het Pettit National Ice Center in Milwaukee – gelegen in de staat Wisconsin, even ten noorden van Chicago – het decor van een wereldbekerwedstrijd schaatsen. Vroeger gebeurde dat met grote regelmaat, maar in de laatste twintig jaar is het ijsstadion binnen de VS voorbijgestreefd door de olympische baan in Salt Lake City.
Over de reden dat er nu weer gekozen is voor Milwaukee, deden de organisatoren niet geheimzinnig: Jordan Stolz (20), het Amerikaanse schaatswonder dat kandidaat is voor drie gouden medailles bij de Olympische Spelen van volgend jaar. Hij woont zestig kilometer verderop in het dorpje Kewaskum – en traint dagelijks op het ijs in Milwaukee met zijn coach Bob Corby (74).
Op de tribune zaten dit weekend uiteraard Stolz’ ouders Dirk en Jane en zijn zus Hannah – plus een heleboel leeftijdsgenoten met wie hij in de loop der jaren in Milwaukee trainde. Maar het was ook een soort reünie van gepensioneerde Amerikaanse schaatsgrootheden, die allemaal naar Wisconsin waren afgereisd om Stolz te zien. Vijfvoudig Olympisch kampioen Eric Heiden was er. Dan Jansen, de machtige sprinter uit de jaren negentig. Evenals Shani Davis, in de zeroes de schrik van de Nederlandse schaatstop. Gehuld in een paars gewatteerd jack gaf hij Stolz op het binnenterrein tussen de races door informele adviezen.
Gat met De Boo steeds kleiner
Vanaf de tribune zagen Stolz’ voorgangers hoe hij schijnbaar moeiteloos voldeed aan alle hoge verwachtingen. Vooraf was de vraag of hij voor het eerst geklopt zou gaan worden door zijn Nederlandse rivaal en leeftijdgenoot Jenning de Boo (21). Het hele seizoen zijn de twee sprinters op de 1.000 en 500 meter gewikkeld in een boeiende tweestrijd. En hoewel Stolz telkens won, werd het gat wel steeds kleiner.
Bij de eerste onderlinge krachtmeting op de 1.000 meter, eind november in Nagano, was De Boo nog 1,11 seconde langzamer dan Stolz. Een week later, bij de wereldbekerwedstrijd in Beijing, was dat 0,2 seconde. Vorige week in Calgary zaten er nog maar 0,15 seconden tussen Stolz en De Boo, die ook nog eens het snelste rondje ooit reed.
Op de 500 meter ging De Boo’s achterstand op Stolz van 0,2 seconde (Nagano) via 0,12 seconde (Beijing) naar een luttele 0,02 seconde in Calgary. ‘You’re getting too close’, zei Stolz’ coach Corby na afloop van die race tegen De Boo. Je komt té dicht bij. „Ik kan hem ruíken”, zei De Boo zelf tegen de NOS. Zou het in Milwaukee dan eindelijk lukken?
Dat bleek meteen op vrijdagavond al een illusie. Op de 1.000 meter versloeg Stolz zijn rivaal met een verschil van 1,17 seconde. Zaterdag was hij, in het eerste rechtstreekse duel met De Boo van het seizoen, ook de overtuigende winnaar van de 500 meter: 0,37 seconde sneller. Het gat dat in Calgary bijna gedicht leek, was op beide afstanden ineens groter dan ooit.
Duizelingwekkend snelle bocht
Nog geen anderhalf uur na zijn zege op de 500 meter trad Stolz zaterdag aan voor de 1.500 meter. Zijn tegenstander: Kjeld Nuis, de huidig olympisch kampioen op die afstand. Hoewel Nuis een bijzonder knappe rit reed, was Stolz ook hier de beste, met name dankzij een duizelingwekkend snelle laatste bocht. Net als bij de 500 en 1.000 meter reed Stolz een baanrecord – zoals er in Milwaukee op elke afstand, mannen én vrouwen, baanrecords werden gereden. Zo ziet twintig jaar schaatsevolutie eruit.
Stolz was na afloop van elke zege rustig en on-Amerikaans bescheiden. Hij voelde wel wat vermoeidheid, maar ach, hij was er gewoon elke keer vol voor gegaan. Met zijn achttien achtereenvolgende wereldbekerzeges heeft hij nu al iets bereikt wat in het mannenschaatsen nooit eerder is vertoond. De enige die hij nog voor zich moet dulden, is de Duitse schaatsster Gunda Niemann (21 overwinningen op rij). Met nog twee wereldbekers te gaan, in Zakopane (Polen) en Heerenveen, lijkt dat record ook snel te gaan sneuvelen.
Kjed Nuis deed na afloop van de 1.500 meter nog een poging om Stolz’ hegemonie te relativeren. „Hij is nu even de beste”, zei hij tegen de NOS. „Maar er zijn altijd mensen ‘effe’ de beste.” Hij verwees naar de Olympische Spelen in Milaan, die over precies een jaar van start gaan. „Wie weet hij hoe daar staat, dat-ie van spanning zijn luier aan heeft.”
Jenning de Boo koestert nog altijd de hoop dat hij Stolz dit jaar één keer kan verslaan – het liefst bij de WK afstanden in Hamar, het slotstuk van het seizoen. „Ik wil een keertje dat de rollen zijn omgedraaid.”
Ondanks hun onderlinge rivaliteit hebben de twee sprinters een prima relatie, vertelde De Boo vorige week in een NOS-podcast. De suggestie dat hij misschien een beetje psychologische oorlogsvoering op Stolz zou moeten loslaten, wees De Boo resoluut van de hand. „Nee, zo hoef ik niet te winnen. Ik wil hem rechtstreeks en eerlijk verslaan.”
