Nederlandse boeren krijgen geld twee decennia na onteigening in Zimbabwe

Vijfendertig hectare had tuinder Aart Nugteren begin deze eeuw in gebruik in Zimbabwe. Twintig hectare bestond uit plantenkassen, vooral om rozen te kweken. ’s Nachts vormden ze geheimzinnige bakens van licht in het stikdonkere landschap, omdat elke nacht de lampen aan gingen om het groeiproces te versnellen. Het was een flinke investering geweest. Maar in 2003 raakte Nugteren alles kwijt.

Onder de toenmalige president Robert Mugabe was in 2000 de veelal gewelddadige nationalisatie van land begonnen van ruim 4.500 boerderijen van witte eigenaren, onder wie tientallen Nederlanders. Officieel moesten de oorspronkelijke bewoners van Zimbabwe het land ‘terugkrijgen’, waar ze tijdens de vrijheidsoorlog (1964-1979) voor hadden gestreden. Maar de echte reden was politiek: Mugabe wilde zijn tanende populariteit opvijzelen met de campagne en de oppositie de wind uit de zeilen nemen. De verjaagde boeren moesten voor compensatie maar bij het Verenigd Koninkrijk aankloppen, de voormalige kolonisator, vond de regering.

Afgelopen week, bijna 22 jaar na het grote verlies, kreeg Nugteren echter een „leuk bedrag” op zijn rekening gestort. Een eerste van vijf jaarlijkse termijnen was binnen. Zeker vijftien andere onteigende Nederlanders zijn afgelopen week ook uitbetaald, van in totaal twintig Nederlandse families wier claim is goedgekeurd. „Iedereen is positief, we zijn allemaal enthousiast”, aldus Nugteren (65) vanuit Zimbabwe, waar hij sinds 2011 weer snijbloemen teelt, onder andere.

„Toen ik vrijdag het geld op mijn rekening zag staan, was dat echt een emotioneel moment. Wow, dacht ik, en ben even op het strand gaan zitten om over alles na te denken”, zegt ook Fran Lagesse (60) vanuit Mauritius, waar ze nu woont met haar Mauritiaanse echtgenoot.

Haar vader had een boerderij van 1.900 hectare in Zimbabwe, waar hij tabak en mais verbouwde, en rundvee hield. Hij had hem net twee jaar afbetaald toen hij opdracht kreeg zijn farm te verlaten, wat hij in 2006 uiteindelijk deed. „Tot zijn dood in 2019 hoopte mijn vader het geld terug te krijgen. Ik heb veel aan hem gedacht, deze week. Hij was dol op de farm, juist ook op het enorme stuk dat vooral uit rotsen bestond, waar koedoes en elandantilopes rondliepen.”

Toverwoord

‘Bippa’ is het toverwoord dat de compensatie mogelijk maakte. Nederland behoort tot de zes landen die een bilaterale investeringsbeschermingsovereenkomst hadden gesloten met Zimbabwe – BIPPA in de Engelse afkorting – die door beide partnerlanden al was geratificeerd op het moment dat de chaotische onteigeningen begonnen in 2000. In de bippa was vastgelegd dat nationalisatie van bezit van mensen of bedrijven uit het partnerland alleen mag als de investeerder schadeloos wordt gesteld.

Jarenlang dacht iedereen echter naar zijn geld te kunnen fluiten, bippa-boer of niet. Zimbabwe was in een economische crisis geraakt als gevolg van de massale onteigeningen, met voorheen bloeiende commerciële tabaksplatages die jarenlang niets opleverden, en met investeerders die wegbleven. Compensatie van witte boeren had geen prioriteit. Maar om uit het economische dal te komen, heeft het land internationale investeerders nodig. Bovendien is compensatie van de verjaagde witte boeren is een van de voorwaarden van schuldeisers als het IMF en de Wereldbank om over herstructurering van de staatsschuld van 21 miljard dollar te praten, waarvan 12,7 miljard bestaat uit buitenlandse schuld. Dat maakte de geesten rijp voor lobbypogingen van de bippa-boeren om alsnog compensatie te krijgen.

Na de coronapandemie benaderden de Nederlandse boeren om die reden de Nederlandse ambassadeur. Die verzocht de Zimbabwaanse regering om nader overleg over de bippa-boeren. Ook de ambassadeurs van bippa-landen Duitsland, Zwitserland en Denemarken werden erbij betrokken, om namens hun onteigende boeren druk uit te oefenen.

De aanhoudende druk van de vier ambassades had effect. Eind 2023 reserveerde het Zimbabwaanse ministerie van Financiën 20 miljoen dollar (19,1 miljoen euro) in de begroting van 2024 én die van 2025 voor compensatie van de bippa-boeren. In mei vorig jaar kregen alle betrokkenen een lijst met formulieren die ingevuld of toegezonden moesten worden, om te kunnen bepalen wie voor compensatie in aanmerking kwam. Leidraad zou de waardebepaling zijn die alle onteigende boeren begin deze eeuw hadden laten vastleggen bij het bedrijf Valcon in Harare.

De Zimbabwaanse regering maakte eind oktober bekend dat 92 boerderijen uit alle bippa-landen waren goedgekeurd voor compensatie, waaronder 44 die toebehoorden aan in twintig Nederlanders families. De betrokkenen kregen eind vorig jaar een letter of consent, in feite een schuldbekentenis van de Zimbabwaanse overheid.

Voor de eerste aanbetaling is de gereserveerde 20 miljoen dollar gelijkelijk verdeeld – of wordt dat binnenkort – over de eigenaren van de 92 onteigende boerderijen, de zogeheten houders van title deeds, de eigendomspapieren. Dat houdt in dat wie één boerderij verloor ruim 200.000 dollar op zijn rekening kreeg of binnenkort krijgt, ongeacht de grootte van de claim. Inmiddels staat de teller op 19 Nederlandse (ex)boeren, drie Zwitsers, twee Duitsers en twee Denen die een eerste bedrag ontvingen.

De compensatie „zou ik niet ruimhartig noemen, uiteindelijk heeft iedereen erop verloren”, zegt Nugteren, „maar er is niet op beknibbeld. Het overleg met de overheid verliep in harmonie. We zijn de Nederlandse ambassade, die een voortrekkersrol heeft gespeeld, dankbaar voor hoe ze zich heeft ingezet voor haar ingezetenen.”

Witte boeren in Zimbabwe en zogeheten oorlogsveteranen nemen in april 2000 deel aan een ‘verzoeningsdienst’ om de dodelijke slachtoffers te gedenken van de soms gewelddadige landbezettingen, bij het plaatsje Waterloo in het district Macheke.
Foto Felix Kalkman

Verzoening

Lagesse stuurt ter illustratie berichten door uit de appgroep van Nederlandse boeren, de meeste in het Engels. „Het is moeilijk de ongelooflijke emoties te delen na 23 jaar. Eindelijk het begin van verzoening”, schreef de een. „Ik staar naar mijn bankafschrijving en kan het niet helemaal geloven. Ik heb tijd nodig om dit tot me te laten doordringen. Om me te realiseren hoever we gekomen zijn”, schrijft een ander. „Ongelooflijk dat deze dag is gekomen. A big, big thank you voor alle betrokkenen voor hun onvermoeibare inzet.”

Lagesse zelf wil de taxateurs van consultancybedrijf Valcon niet vergeten, „die al meteen zo alert waren de getroffen boeren te vragen de waarde van hun verloren bezit meteen vast te leggen, wijs geworden door ervaring met nationalisatie in landen als Oeganda. Ze zijn twintig jaar bij de zaak betrokken gebleven.”

De compensatie van de bippa-boeren staat los van de onderhandelingen over compensatie van de overige onteigende witte boeren, onder wie veel Britten, die ook gaande zijn. Sommigen zien liever de restitutie van land in plaats van geld als compensatie, wat weer een apart traject is.


Lees ook

Hoe elf verjaagde witte boeren tóch geld kregen

‘Oorlogsveteranen’ (regeringsgezinde knokploegen) in 2000 op het land van David Stevens, de eerste blanke boer die werd vermoord bij de landbezettingen.

Zij staat ook los van het onbekende bedrag dat elf onteigende Nederlandse boeren al in 2017 kregen. Zij waren een schikking overeengekomen met Zimbabwe na geheim overleg met het land. De inzet van de onderhandelingen tóen was een uitspraak van het Internationale centrum voor bemiddeling bij investeringsgeschillen (ICSID), een aan de Wereldbank gelieerd hof. Dit had Zimbabwe in 2009 opgedragen de elf boeren 8,2 miljoen euro compensatie te betalen omdat de bippa-bepalingen waren geschonden, waar door boeterentes tientallen miljoenen euro’s waren bijgekomen.

Netjes afbetaald

„Zimbabwe heeft ons geld in zeven jaar netjes afbetaald en zich altijd keurig aan de contracten gehouden”, zegt Lion Benjamins, woordvoerder van de elf, vanuit Finland. Daar heeft hij zich met zijn Finse vrouw gevestigd na in 2001 zijn boerderij in Zimbabwe te hebben verloren.

Nog altijd wil hij het bedrag niet noemen dat de elf ontvingen. Hij zegt echter stellig dat „we gelijk hadden om door te vechten en naar het ICSID te stappen”. „We zijn blij dat de andere boeren eindelijk compensatie krijgen. Maar we betreuren het nog altijd dat niet meer van hen destijds met ons mee wilden doen.”