Als een toxicoloog zegt dat hij geen babyprakje zou maken van de reguliere, niet-biologische groente en fruit. En als een fabrikant zegt dat baby’s volgens de Europese Unie wellicht te veel pesticiden binnenkrijgen. En als je hoort dat de overheid dit niet aan het grote publiek vertelt. Wat denk je dan als ouder? Dan schrik je je toch een hoedje?
Dat gebeurde na de recente uitzending van de Keuringsdienst van Waarde over babyvoeding. De Keuringsdienst zette wat fragmenten op Instagram en de boodschap die achterbleef was: als je je baby of peuter niet wilt vergiftigen, geef dan geen verse groenten, tenzij ze biologisch zijn. Het riep duizenden reacties op, angstige en boze. Denk je dat je goed bezig bent met je verse broccoli en je staafmixer – alles voor het kind – doe je het tóch weer fout.
In de tv-uitzending brachten de programmamakers, die op zoek gingen naar de ‘babyveldjes’ op de potjes, meer context. Het ging over regelgeving die uit voorzorg strenger is voor babyvoeding dan voor verse groente en fruit. Ze vonden een babyveldje bij een bioboer die wortels teelde. Emeritus-hoogleraar toxicologie Martin van den Berg sprak over effecten op de hersenontwikkeling van kinderen in de buurt van velden waar veel gespoten wordt. Maar onbeantwoord bleef de vraag: wat is nou precies het gevaar als je jonge kinderen verse, niet-biologische groenten en fruit te eten geeft?
Alie de Boer schrok ook. En zij is nota bene als voedingswetenschapper aan de Universiteit Maastricht gespecialiseerd in levensmiddelenrecht. „Die uitzending roept de vraag op hoe we met risico’s omgaan. Het moeilijke is: honderd procent veilig bestaat niet bij voeding. Hooguit zo veilig mogelijk.”
Daartoe ontwikkelde de Europese voedselautoriteit (EFSA) limieten voor pesticiden en andere schadelijke stoffen, zoals kwik. Om goedkeuring van de Europese Commissie te krijgen, moeten fabrikanten een wetenschappelijk dossier overleggen met onderzoek naar de effecten die blootstelling aan hun stoffen heeft op mensen, bijvoorbeeld op hun zenuwstelsel. Elke tien jaar moeten ze stoffen opnieuw door de EFSA laten beoordelen. In die limieten zit dan nog een veiligheidsmarge van een factor honderd, uit voorzorg, omdat er verschillen zijn tussen proefdieren en mensen, en tussen mensen onderling. Die marges houden ook rekening met kwetsbare groepen, zoals baby’s.
Dan de controle. De EFSA verzamelt steekproeven uit alle EU-landen, onder meer van de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit. Enkele cijfers uit het laatste pesticidenrapport van vorig jaar: in 2022 telde de EFSA een recordaantal van 110.829 proeven. Ze keken specifiek naar een groep van twaalf willekeurig gekozen producten, van appels tot varkensvet. Bij 51,4 procent werden geen residuen van pesticiden gemeten, 47 procent bleef op of onder de toegestane limiet en 1,6 procent ging eroverheen. Dus 98,4 procent voldeed aan de EU-normen. In Nederlandse supermarkten bleef zelfs 99,2 procent van de groente en fruit onder de limieten.
Geruststellend klinkt dat. Maar wat zegt dat? Hoe ga je er als consument mee om? Als De Boer naar zichzelf kijkt: „Ik gaf mijn zoontje van bijna twee wel eens een potje”, zegt De Boer, „maar ik heb vooral veel zelf gekookt. Als ik zelf een appel eet, veeg ik die alleen even aan mijn mouw af, voor hem was ik alles en ik heb ook veel geschild. Ook als het niet hoeft, het zit toch een beetje tussen je oren. Als wetenschapper vind ik vooral de discussie interessant: wat betekenen die marges, en wat verwachten we van veiligheid?”
Betaalbaar
Het Voedingscentrum, dat wetenschappelijke kennis vertaalt in publieksinformatie, heeft het intussen maar druk met de potjeskwestie. Er kwamen zoveel vragen binnen dat het Voedingscentrum er een webpagina over maakte: het is veilig om verse groente en fruit aan je kind te geven, staat er. Moeten die dan biologisch zijn? Dat advies geven ze niet. „Dan zouden we de indruk wekken dat het ene veiliger is dan het andere. Bovendien is biologisch niet voor iedereen betaalbaar of verkrijgbaar.”
Aan de telefoon licht expert voedselveiligheid Wieke van der Vossen dat toe. „Er zitten minder resten van pesticiden in biologische dan in reguliere groenten.” Maar biologische gewassen kunnen van nature wel gifstoffen bevatten afkomstig uit schimmels. „Al hoor je daar weinig over.”
Als gewone groenten veilig zijn, waarom mogen er in babyvoeding dan helemaal geen residuen van pesticiden meetbaar zijn? „Ik ken de achtergrond van die strenge regels niet goed.” Wat Van der Vossen wel weet is dat de richtlijn voor potjes gekoppeld is aan die voor opvolgmelk. En in flesvoeding mag sowieso niets te traceren zijn. „Dat is goed uit te leggen, want melk is de enige voeding die baby’s krijgen. Daar komen later potjes bij, toch geldt daarvoor hetzelfde voorzorgsbeginsel.”
Van der Vossen snapt de verwarring. „En vooropgesteld: overschrijdingen wil je niet. Maar het kleine percentage dat niet voldoet aan de eisen, vormt niet meteen een gezondheidsrisico, want je eet bijvoorbeeld niet elke dag aardbeien. Als je varieert, middelt het zich wel uit.” In de risico-afweging wint de versafdeling het wat haar betreft van de potjes. „Dat verse groente en fruit belangrijk zijn voor de ontwikkeling, en op termijn het risico op ziekten verlagen, daarvoor bestaat juist veel bewijs.”
Hersenontwikkeling
Dat laatste zegt ook VU-hoogleraar Majorie van Duursen, die als toxicoloog in de EFSA-werkgroep zit die hormoonverstorende effecten van pesticiden beoordeelt. Tegelijk, zegt ze, is er wel wat af te dingen op de huidige limieten. Ze noemt een paar bezwaren. „Voor de beoordeling van met name oudere pesticiden worden vaak heel oude dierstudies gebruikt, en geen nieuwe versies die ook kijken naar bijvoorbeeld de ontwikkeling van hersenen, van foetus tot in de volwassenheid.” En hoewel in voedingsadviezen wel rekening wordt gehouden met de optelsom van schadelijke stoffen in ons eten, worden pesticiden nog elk op zichzelf beoordeeld, zonder goed te kijken naar de effecten van de cocktail van stoffen die we binnenkrijgen.
„Als wetenschapper vraag ik me soms wel af: kijken we naar de goede eindpunten? Kloppen de normen? Ik denk dat nieuwere wetenschappelijke inzichten nog te weinig zijn doorgesijpeld in de beoordeling van pesticiden.”
Lees ook
Heeft het zin om je appel te wassen?
Maar is dat dan ook een gevaar voor kinderen? „Het is niet zo dat je je kind meteen vergiftigt als je het de gangbare groente en fruit te eten geeft, maar het is wel goed je ervan bewust te zijn dat er pesticiden op zitten.” Wat ze wil benadrukken: „Je bent geen slechte ouder als je je kind potjes geeft, en ook niet als je gewone groente en fruit geeft. Goede voeding gaat over meer dan pesticiden.” En als ze moet kiezen? „Dan is onbespoten altijd beter. Geen blootstelling is geen risico.”