‘Waarom wijd ik mij de hele dag met hart en ziel aan deze ene plek?” Wat maakt Pompeï zo bijzonder? Dat vraagt de archeoloog Gabriel Zuchtriegel zich vrijwel dagelijks af, sinds hij in 2021 werd benoemd tot directeur van het Pompeï archeologisch park – een van de meest prestigieuze posten binnen de wereld van de klassieke archeologie.
Is het de confrontatie met de eindigheid van het bestaan, telkens wanneer hij de in gips gegoten afgietsels aanschouwde van de slachtoffers van de uitbarsting van de Vesuvius, die in 79 na Christus een einde maakte aan Pompeï en hun leven? Of zijn het de schitterende mozaïeken in de Villa van de Mysteriën? Of toch al die eenvoudige zaken die vrijwel uitsluitend hier in Pompeï in situ worden aangetroffen: kookpotten op het aanrecht, een pispot onder een schamel bed, een kattebel geschreven op een simpel wasbord achtergelaten op een nachtkastje?
Om die vraag te beantwoorden besloot Zuchtriegel na drie jaar een boek te schrijven. De betovering van de ondergang. Wat Pompeï ons vertelt is ondanks het heel persoonlijke uitgangspunt dat Zuchtriegel koos geen monologue intérieur geworden, maar een mooi geschreven, leesbaar boek waarin hij niet alleen zijn eigen fascinaties voor Pompeï onderzoekt maar tegelijkertijd het verhaal van de ondergang en herontdekking van deze stad vertelt.
En daarbij trakteert hij de lezers op de laatste stand van zaken in het archeologisch onderzoek. Heel beeldend beschrijft hij bijvoorbeeld hoe zijn team in 2021 tijdens onderzoek in door grafrovers gegraven tunnels bij toeval een klein vertrek ontdekte. En aan de hand van wat men daar aantrof, vertelt Zuchtriegel vervolgens het verhaal van de enorme onderklasse die Pompeï bevolkte. Mensen die met vijf of zes personen in een kamer van nog geen twaalf vierkante meter woonden.
Hij onthult ook dat de kar waarvan de restanten in 2021 werden gevonden klaar stond om gebruikt te worden voor een van de belangrijkste momenten van een huwelijksviering. De talloze versieringen op de kar maken duidelijk dat hij bedoeld was om de bruid naar het huis van haar nieuwe echtgenoot te rijden.
En ook de bespreekt hij de nieuwste wetenschappelijke inzichten over de demografie van Pompeï. Op basis van inscripties, gecombineerd met de resultaten van jarenlange opgravingen en de toepassing van een speciaal voor Pompeï ontwikkeld model dat rekening houdt met huizen in het nog niet opgegraven deel van de stad en de door de uitbarsting verloren gegane bovenverdiepingen, concludeert Zuchtriegel dat het aantal inwoners van Pompeï vrijwel zeker vele malen groter was dan tot nog toe werd aangenomen. Schatte men het aantal inwoners op maximaal 18.000, Zuchtriegel komt tot ruim 45.000. Met als gevolg een radicaal ander beeld van Pompeï dan meestal wordt getoond.
Door een snelle toename van de bevolking was Pompeï ten tijde van de uitbarsting van de Vesuvius een stad die economisch en sociaal uit balans was geraakt. De verschillen tussen rijk en arm waren schrikbarend. De rijken bewoonden grote villa’s met soms tientallen vertrekken en tuinen en in een enkel geval zelfs een interne badgelegenheid. Tegelijkertijd had het grootste deel van de bevolking de beschikking had over slechts één of hooguit twee ruimtes zonder sanitair of keuken.
En de economie was eenzijdig. Die draaide voornamelijk op de productie en export van wijn. Alle vruchtbare grond in de wijde omgeving van de stad, in potentie genoeg om een stad van 45.000 inwoners van voedsel te kunnen voorzien, was in de loop van de eerste eeuw beplant met wijnstokken.
Om de stad toch te kunnen voeden moest er voedsel (vooral graan) worden ingevoerd. Dat systeem bleek in toenemende mate kwetsbaar. Aanvoertekorten, droogte en sociale onrust in andere delen van het rijk zorgden regelmatig voor hongersnoden. Eén zo’n periode van langdurig tekort vond niet lang voor de fatale uitbarsting van Vesuvius plaats. De rondom export van wijn gebouwde economie kon slechts blijven functioneren dankzij de constante aanvoer van nieuwe slaven. Die invoer van mensen uit alle hoeken van het Rijk bracht ook de komst van nieuwe religieuze en sociale gebruiken met zich mee.
Het resultaat was een complexe samenleving die zelfs door de toenmalige inwoners niet altijd meer werd begrepen: de armen moesten hongerlijden terwijl de stad wijn exporteerde. Met als gevolg sociale onrust. Oude goden en gebruiken die tot dan toe voor een belangrijk deel het dagelijkse leven bepaalden verloren hun belang. Ze maakten steeds vaker plaats voor nieuwe. Opgravingen in de stad laten sporen zien van religieuze gebruiken en rituelen afkomstig uit de verste hoeken van het Rijk. Dat alles werd abrupt afgekapt toen de vulkaan in het jaar 79 uitbarstte. Pompeï werd in de tijd bevroren.
Zuchtriegel eindigt zijn boek met het begin van de (her)ontdekking van Pompeï in de zestiende eeuw. En die (her)ontdekking, die nog steeds voortgaat, levert volgen hem de essentie op van waar het in Pompeï om draait. „De ondergang en de herontdekking van deze stad leert ons iets over het leven. Het herinnert ons aan dingen die we liever verdringen namelijk dat het elk moment voorbij kan zijn. Dat het leven kwetsbaar is.”
Lees ook
‘Familie’ onder vulkaanpuin in Pompeï was helemaal niet aan elkaar verwant, blijkt uit dna