De voormalige premier van Pakistan, Imran Khan, is vrijdag veroordeeld tot veertien jaar gevangenisstraf wegens corruptie. Ook zijn vrouw Bushra Bibi is veroordeeld, zij kreeg zeven jaar. Dat melden internationale persbureaus.
Khan was premier van Pakistan tussen 2018 en 2022. In 2019 richtte hij en zijn vrouw de non-profitorganisatie Al-Qadir Trust op. Volgens aanklagers gebruikte het stel de stichting als dekmantel om land op te kopen en geld wit te wassen. Het zou gaan om een bedrag van 190 miljoen Britse pond (225 miljoen euro). Khans partij beweert dat de grond niet voor persoonlijk gewin was bedoeld, maar voor een spiritueel educatief instituut.
De 72-jarige Khan zit sinds augustus 2023 vast in een gevangenis bij de hoofdstad Islamabad. In drie eerdere zaken werd Khan veroordeeld tot tien, veertien en zeven jaar cel voor onder meer corruptie, machtsmisbruik en opruiing. Khan ontkent en houdt sinds zijn arrestatie in 2023 vol dat alle aanklachten tegen hem een complot van rivalen zijn om te voorkomen dat hij terugkeert naar zijn ambt.
Het leger van Thailand heeft de controle aan de grens met Cambodja verscherpt. Thailand beschuldigt het buurland ervan langs de grens troepen en materieel te verzamelen. Een aantal grensposten zou volgens lokale media zijn gesloten, hoewel Thailand eerder zei de grens open te houden. Duizenden mensen, onder wie veel Thai die in de vele casino’s van de Cambodjaanse grensstad Poipet waren om te gokken, zouden er zaterdag zijn gestrand.
De spanningen tussen beide landen zijn de laatste dagen opgelopen, nadat op 28 mei een Cambodjaanse militair om het leven kwam bij een vuurgevecht bij Chong Bok, in een gebied vlakbij het drielandenpunt met Laos waarover Thailand en Cambodja elkaar al decennia over het gezag betwisten.
De twee landen delen een landgrens van ruim achthonderd kilometer, die in 1907 is vastgesteld door Frankrijk – de toenmalige kolonisator van Cambodja. Thailand vocht die grens later aan, en sindsdien laait het conflict met enige regelmaat op. Een begin deze eeuw ingestelde commissie die een oplossing voor het geschil moet zoeken, heeft tot dusverre weinig vooruitgang geboekt.
Nationalistische liederen
Het conflict richt zich onder meer op de elfde-eeuwse hindoetempel Preah Vihear, die in 1962 door het Internationaal Hof van Justitie in Den Haag aan Cambodja werd toegewezen. In 2013 erkende dat ook de Cambodjaanse claim op het terrein waarop de tempel zich bevindt.
Een paar jaar eerder, in 2008, was tussen beide landen een gewelddadig conflict uitgebarsten nadat Cambodja de tempel had voorgedragen voor de Werelderfgoedlijst van Unesco. Dat duurde tot eind 2011, toen Thailand en Cambodja afspraken hun troepen uit het gebied terug te trekken. Intussen waren aan beide zijden ongeveer twintig doden gevallen.
De huidige spanningen begonnen echter zo’n 150 kilometer verderop, in de buurt van de Ta Muen Thom-tempel, die eveneens in betwist grensgebied staat. Daar arriveerde in februari een groep door militairen begeleide Cambodjanen die nationalistische liederen zongen tot ze door Thaise soldaten werden tegengehouden.
In Thailand werden nationalistische sentimenten aangewakkerd vanwege gesprekken die de Thaise regering met Cambodja wil voeren over gezamenlijke exploitatie van gasvelden in de buurt van het Thaise vakantie-eiland Koh Kood, dat ook door Cambodja wordt geclaimd. Thaise oppositiepolitici vrezen dat de regering in Bangkok vanwege die onderhandelingen bereid zou zijn om in dat dispuut territoriale concessies aan Cambodja te doen.
Warme banden
Die achterdocht wordt mede gevoed door de goede persoonlijke banden tussen de families die in beide landen aan het roer staan. De huidige premier Paetongtarn Shinawatra van Thailand is de dochter van voormalig leider Thaksin Shinawatra, terwijl in Cambodja Hun Manet de regering leidt, de zoon van oud-premier en huidig voorzitter van de Cambodjaanse senaat Hun Sen.
Lees ook
‘Nepo-baby’s’ regeren in Zuidoost-Azië in de schaduw van hun vaders
Ondanks die warme relatie heeft het Thaise leger volgens premier Shinawatra het mandaat gekregen om „indien nodig” de confrontatie aan te gaan, zei ze volgens de krant Bangkok Post na afloop van een vergadering van de nationale veiligheidsraad, hoewel vreedzame middelen volgens haar altijd de voorkeur hebben.
Haar Cambodjaanse collega Hun Manet zei zaterdag tijdens een bezoek aan een school in de grensprovincie Ratanakiri dat hij tot een oplossing wil komen via de bilaterale grenscommissie van beide landen. Die komt op 14 juni bij elkaar, en volgens een woordvoerder van het Thaise ministerie van Buitenlandse Zaken is ook Bangkok bereid de kwestie daar te bespreken.
Maar als dat niets oplevert, overweegt Hun Manet een nieuwe stap naar het Internationaal Gerechtshof, dat door Thailand overigens niet wordt erkend. Niettemin verzekerde hij zijn toehoorders dat Cambodja „met militaire middelen zal antwoorden als Thailand een gewapende inval doet”, aldus de Khmer Times.
Vrijdag probeerde de Maleisische premier Anwar Ibrahim, momenteel voorzitter van het regionale samenwerkingsverband ASEAN, de spanningen tussen beide landen te sussen. Hij had met zijn beide collega’s gesproken, schreef hij op X, en Thailand en Cambodja opgeroepen „terughoudendheid te betrachten […] en aan een vreedzame oplossing te werken”.
Het Zwitserse Lötschental is opnieuw toegankelijk voor inwoners en bezoekers, nadat eind mei een deel van de Birch-gletsjer afbrak en het bergdorp Blatten werd overspoeld door een verwoestende lawine van ijs, puin en modder. Dat melden de Zwitserse nieuwssites Watson en NZZ zaterdag. Alleen naar Blatten zelf mogen bewoners en toeristen nog niet terug.
Bij de natuurramp kwam meer dan 3,5 miljoen kubieke meter ijs, rots en sneeuw los van de gletsjer. De lawine verwoestte ongeveer 90 procent van de woningen in Blatten. De schade wordt geschat op honderden miljoenen Zwitserse franken.
De rivier de Lonza, die door Blatten heen stroomt, raakte volledig geblokkeerd door een puinmassa, waardoor een tijdelijk meer ontstond. Het leidde aanvankelijk tot vrees voor overstromingen. Inmiddels is het waterpeil gestabiliseerd, aldus experts tegenover Watson.
Een 64-jarige schapenboer wordt nog steeds vermist en is vermoedelijk onder het puin bedolven. Midden mei werden al zo’n driehonderd bewoners van Blatten, samen met hun vee, uit voorzorg geëvacueerd.
Herbouwen
De Zwitserse Bondsraad heeft vijf miljoen frank (zo’n 5,28 miljoen euro) aan noodhulp toegezegd. Deze bijdrage wordt gezien als een eerste stap in een langer traject van wederopbouw en herstel. Geoloog Hans-Rudolf Keusen zegt tegen Watson dat wederopbouw „technisch mogelijk” is, mits zorgvuldig aangepakt en in samenspraak met de bevolking.
De burgemeester van Blatten, Matthias Bellwald, heeft aangekondigd dat hij het dorp wil herbouwen. „Blatten ligt onder een kegel van puin. Samen gaan we doen wat menselijkerwijs mogelijk is om het dorp weer op te bouwen, zodat het dorp een toekomst heeft. Samen staan we sterk”, zei Bellwald in een persconferentie vrijdag, schrijft Zwitsers dagblad NZZ.
Aardverschuiving
De Birch-gletsjer werd sinds de jaren negentig actief gemonitord vanwege instortingsgevaar. De directe aanleiding van de ramp lijkt een aardverschuiving op de nabijgelegen berg de Kleiner Nesthorn. Daar stortten, een week voor de ramp, enkele miljoenen kubieke meters rots neer op de gletsjer, die vervolgens onder het gewicht bezweek.
Klimaatverandering speelt een grote rol in het krimpen van gletsjers in de Alpen. In 2023 verloor het Alpengebied 4 procent van het gletsjerijs, een jaar eerder zelfs 6 procent. Wereldwijd hebben berggletsjers sinds 2000 ongeveer 5 procent van hun ijs verloren.
Lees ook
Een nieuwe natuurramp ligt op de loer voor bedolven Zwitsers bergdorpje Blatten
Rood Vooruit, de beweging van Partij van de Arbeid-leden die géén fusie wil met GroenLinks, gaat een eigen sociaaldemocratische partij oprichten als die fusie van GroenLinks en de PvdA wordt doorgezet. Dat maakte Reshma Roopram, voormalig wethouder van de PvdA in Barendrecht en één van de initiatiefnemers van Rood Vooruit, zaterdagmiddag bekend op een bijeenkomst van de beweging in het Utrechts Stedelijk Gymnasium. Dat de fusie tussen beide partijen er komt lijkt al zo goed als zeker, aangezien een grote meerderheid van de leden voorstander is.
De vraag wat Rood Vooruit zou gaan doen als de fusie doorgaat, is door de val van het kabinet afgelopen week acuut geworden. Donderdag kondigden de besturen van GroenLinks en PvdA aan dat zij een referendum voorleggen aan hun leden, dat tot 12 juni loopt. Stemt een meerderheid van de leden van beide partijen in met de fusie dan zullen de besturen het komende jaar gaan werken aan oprichting van de nieuwe partij. In de zomer van 2026 zou dat dan pas leiden tot een nieuwe partij, en de opheffing van de PvdA en GroenLinks.
Het is een opvallende versnelling van de partijbesturen, omdat de leden van de partijen eigenlijk twee weken later, op het congres van 21 juni, zouden kunnen stemmen. Over die versnelling was veel wrevel bij de aanwezigen op de bijeenkomst van Rood Vooruit: zij vinden dat het proces onzorgvuldig en ondemocratisch verloopt.
De vraag of Rood Vooruit een eigen partij zou beginnen hing al langer in de lucht. Andere kopstukken zoals oud-PvdA-leider Ad Melkert en oud-Kamervoorzitter Gerdi Verbeet wilden de afgelopen maanden niet uitsluiten dat zij de PvdA zouden verlaten voor een nieuwe partij, als de fusie wordt doorgezet.
Door voorstanders van de fusie binnen GroenLinks en de PvdA wordt Rood Vooruit weggezet als een kleine en nostalgische beweging. Melkert zei daar dinsdag over dat ,,sommigen denken” dat de beweging een ,,achterhoedegevecht” voert. ,,Zelf denk ik dat wij de voorpost zijn.”