‘Alle problemen in Florida met Mar-a-Lago begonnen toen het hoofd van het nationale Archief ging klagen bij de Department of Justice omdat hij u haat. Er zit een nieuwe, maar gaat u haar vervangen en iemand op die positie zetten die daadwerkelijk de erfenis van de Verenigde Staten zal beschermen en er geen politieke agenda op na houdt?”
Deze vraag stelde radiopresentator en Trump-aanhanger Hugh Hewitt op 6 januari aan de bijna-president van de Verenigde Staten, Donald Trump. De achtergrond van de vraag was de inval door de FBI in Trumps huis in Florida in 2022, waar duizenden officiële documenten opgeslagen lagen, waaronder staatsgeheimen. Er zaten brieven bij van wereldleiders, onder wie de Noord-Koreaanse leider Kim Jong-un, die Trump beschouwde als ‘persoonlijke herinneringen’. Sinds 1978 wordt presidentiële post beschouwd als een officieel document; een besluit dat was genomen nadat oud-president Richard Nixon na zijn impeachment in 1974 documenten probeerde te verwijderen. Alle schriftelijke communicatie moet bewaard worden; zo kan een president ook op langere termijn verantwoordelijk worden gehouden voor zijn daden.
De dozen in Mar-a-Lago moesten in 2022 dus alsnog naar het archief. „De wet is van cruciaal belang voor onze democratie, waarin de regering door het volk ter verantwoording wordt geroepen”, legde toenmalig nationaal archivaris David S. Ferriero destijds uit. De zaak is nooit afgerond en dat zal met Trumps herverkiezing niet meer gebeuren. Zijn rancune is er niet minder om, zo blijkt uit het interview met Hewitt, waarin de twee het erover eens zijn dat ook de huidige archivaris Colleen Shogan maar het best vervangen kan worden.
Shogan is in 2023 benoemd door president Joe Biden, terwijl Ferreiro in 2009 door toenmalig president Obama was aangesteld en ook diende tijdens Trumps eerste termijn en deels onder Biden. Shogan, de eerste vrouw die deze functie bekleedt, is verantwoordelijk voor de nationale musea in Washington D.C. en het Nationaal Archief. Daarin worden de historische documenten bewaard, zoals de Onafhankelijkheidsverklaring uit 1776, de originele Bill of Rights zoals voorgesteld op 25 september 1789, maar ook de archieven van latere presidenten. Ook is ze verantwoordelijk voor het onderhouden en beschikbaar maken van presidentiële bibliotheken.
Er kwam wel kritiek op haar, maar niet uit conservatieve hoek. Zo schreef in oktober The Wall Street Journal dat ze tentoonstellingen in het museum van het Nationaal Archief had gecensureerd om de negatieve kanten van de Amerikaanse geschiedenis te minimaliseren en succesverhalen van witte Amerikanen prominenter te brengen. De aantijgingen werden ontkend. In reactie op de woorden van Trump liet een woordvoerder van het Nationaal Archief The Art Newspaper weten: „Dr. Shogan had een goede werkrelatie met president Trump en zijn team. We zien ernaar uit die relatie deze ambtstermijn voort te zetten.”
Helemaal duidelijk is het niet waarom Trump zijn pijlen op haar richt. Het was Ferreiro die de procedure rondom de archieven in Florida in gang zette. Wel bepleitte Shogan bij haar benoeming transparantie over het FBI-onderzoek.
Als eerste politieke partij in Nederland gaat Volt van X af. Dat zegt partijleider Laurens Dassen. Volt (twee zetels in de Tweede Kamer) deactiveert komende maandag de X-accounts van de partij en van leden van de partijtop.
Volgens Laurens Dassen wordt het platform sinds de overname door Elon Musk, de rijkste man op aarde, gebruikt voor de politieke agenda van de eigenaar. „Hij zet X volledig in om zijn dystopische wereldbeeld te dienen. Hij geeft een podium aan haat, extremistische ideeën en desinformatie. Nu mengt Musk zich ook in de Duitse verkiezingen, zoals hij dat eerder bij de Amerikaanse verkiezingen deed. Dat is voor ons de aanleiding om te zeggen: we trekken hier een grens, we willen hier geen onderdeel meer van zijn.”
Musk promoot op X de radicaal-rechtse AfD voor de verkiezingen van 23 februari. Hij schreef dat alleen AfD Duitsland nog kan redden, en organiseerde deze week een live-gesprek op X met partijleider Alice Weidel. Hij bemoeit zich ook met de Britse politiek, en schreef de afgelopen dagen vele berichten die gericht waren tegen de Britse premier Keir Starmer, en die de radicaal-rechtse partij Reform UK promootten (al viel hij ook partijleider Nigel Farage aan).
Het gedrag van Musk op X plaatst Nederlandse politieke partijen voor een groot dilemma. De meeste kijken met afschuw naar het platform, maar gebruiken het ook als middel om aanwezig te zijn in het publieke debat.
Veel zijn van X afgegaan vanwege haatberichten, anderen blijven er, soms met tegenzin, actief
Twitter, de voorganger van X, bestaat sinds 2006, maar is met name de laatste tien jaar populair geworden onder politici, opinieleiders, journalisten. X had volgens marktonderzoeker Newcom begin vorig jaar 3,1 miljoen gebruikers in Nederland, van wie het overgrote deel geen actieve gebruiker is. Wel wordt X in Den Haag gezien als veel invloedrijker dan grotere sociale media als Facebook, TikTok of Instagram. De Voltaccounts @VoltNederland (31,6 duizend volgers), @DassenLaurens (42,4 duizend) en @KoekkoekMarieke (12,2 duizend) zijn relatief klein. Laurens Dassen roept andere Nederlandse partijen op hun X-accounts ook te deactiveren. „Musk ligt er niet wakker van dat wij van X afgaan. Maar nu hoor je nog vaak het argument: ja, maar journalisten zitten erop, politici, experts. Dus dan moet ik er ook op zitten. Op het moment dat we massaal ergens anders actief zijn, is X niet meer nodig.”
Primaire communicatiekanaal
Voor radicaal-rechts is X een ideaal platform geworden sinds de overname door Musk in 2022. PVV-leider Geert Wilders (anderhalf miljoen volgers) gebruikt het als zijn primaire communicatiekanaal. Hij leek deze week te vissen naar steun van Elon Musk, toen hij de miljardair uitgebreid bedankte voor diens steun aan de extreemrechtse leider van de English Defence League, die nu een celstraf uitzit. „Heel veel dank aan @elonmusk voor zijn dappere en rechtvaardige steun aan Tommy, die een politieke aardbeving in het VK veroorzaakte. Hopelijk zal die leiden tot gerechtigheid voor de verantwoordelijken en vrijheid voor Tommy!”
Andere politici worstelen al jaren met hun plek op X. Veel zijn van X afgegaan vanwege haatberichten, anderen blijven er, soms met tegenzin, actief. Kamerlid Barbara Kathmann (GroenLinks-PvdA, ruim 5.400 volgers) zegt: „Blijven of niet is een individuele afweging. Maar belangrijker vind ik de vraag hoe we zonnekoningen als Elon Musk beteugelen, die politieke macht uitoefenen en zo de vrije wereld ontwrichten. Dat moeten we Europees doen.” Volgens haar moet de Europese Unie bestaande wetten strenger handhaven, zoals de zogeheten Digital Services Act (DSA) die vorig jaar is aangenomen. Die wet moet gebruikers van onlinediensten beter beschermen. „Als continent moeten we onze tanden laten zien.”
Haar collega Jan Paternotte (D66, 56.200 volgers) is het met Dassen en Kathmann eens over het ondermijnende karakter voor de democratie van Musk, maar wijst ook op de voordelen van wél op X blijven. „De haatberichten lees ik niet, daar heb ik tien jaar training voor gehad. Mijn tijdlijn is door de vervuilde algoritmen niet meer bruikbaar, maar ik heb lijsten aangelegd met betrouwbare accounts over onderwerpen als Oekraïne. Daar blijf ik goed op de hoogte. Ik merk ook dat sommige berichten veel gedeeld worden en een ander publiek bereiken dan ik normaal zou bereiken.”
Terugvechten
Ten tijde van de coronacrisis plaatste Paternotte oproepen op X als een leeftijdscategorie zich mocht laten vaccineren. „Toen kreeg ik veel berichten van mensen die blij waren dat ik bijvoorbeeld hun naasten erop gewezen had. Ik snap dat veel mensen weggejaagd worden, maar ik zie blijven een beetje als terugvechten tegen Musk.”
Volt zal in de toekomst actiever gebruikmaken van alternatieve sociale media als BlueSky, Mastodon en LinkedIn. In de partij, maar ook daarbuiten, moet volgens Laurens Dassen het debat gevoerd worden over de aanwezigheid op Instagram, waar eigenaar Mark Zuckerberg deze week aankondigde in de VS te stoppen met modereren en factcheckers. „Maar weggaan van X zie ik als een eerste stap.”
Ook wil hij in debat met het kabinet over de aanwezigheid van de Rijksoverheid op X. Dassen: „In de eerste plaats moet de overheid naar alternatieven gaan zoeken. Geen enkele minister zit volgens mij nu op BlueSky. Ze moeten veel meer naar de pluriformiteit van het sociale medialandschap kijken.”
Anja Meulenbelt ging met haar pijnlijke knieën naar de geriater dit jaar. Ze vergeet ook geregeld namen van mensen en dingen. Komt ze tijdens het schrijven niet op een woord – ze werkt aan een boek, haar 53ste, „over feminisme, onder andere” – dan zet ze een sterretje. De geriater lichtte haar een dag lang door. „Een leuke vrouw was dat, een jonge vrouw ook.” Niets aan de hand, zei de leuke, jonge vrouw. „Zolang de woorden terugkomen, zei ze, en dat is zo, dan is het geen dementie.” Ze moest wel wat meer gaan bewegen. „Ik doe aan stoelyoga nu.”
Anja Meulenbelt is allereerst bekend als feminist, ze schreef met De schaamte voorbij (1976) de bijbel van de tweede feministische golf en publiceerde vervolgens nog tientallen titels over de achterstelling van vrouwen. Maar ze schreef ook over racisme en over onrecht jegens Palestijnen en de uitbuiting van arbeiders, was actief in partij BIJ1 en stond als SP-senator acht jaar lang de helft van haar loon af aan de gemeenschappelijke pot zoals de partijdoctrine dicteert. Tegenwoordig houdt ze lezingen over Gaza en zet ze zich in voor een stichting die zich bekommert om alleenstaande moeders.
Maar door de jaren heen liet Anja Meulenbelt ook een achtergestelde groep mensen consequent links liggen: „Ik vroeg me nooit af hoe het nou eigenlijk met ouderen ging”, liet ze zich twee jaar geleden ontvallen in een podcast van de Vlaamse feministische organisatie Furia. Ten onrechte, zei ze. Ouderen vallen ten prooi aan wijdverbreide leeftijdsdiscriminatie op de arbeidsmarkt en in het dagelijks leven – ze heten ‘oudjes’, ‘dor hout’, zijn ‘over de datum’ – en verdwijnen uit zicht zodra ze veel hulp behoeven. „Een blinde vlek.”
Deze week werd ze tachtig, maar zin om dat groots te vieren had ze niet.
Waarom niet?
„Ik vind het geen tijd om iets te vieren. Ik vind het echt niks, de toestand in de wereld, vooral Gaza zit me heel erg dwars. En ook dat we in Nederland weer te labbekakkerig zijn om dat serieus te nemen en te kijken wat we kunnen doen. En verder heb ik niet zoveel met verjaardagen. Een jeugdtraumaatje. 6 januari is geen leuke dag om jarig te zijn want dan heb je Sinterklaas gehad, je hebt Kerstmis gehad, je hebt Oud en Nieuw gehad. En dan hoor je je ouders zeggen: ‘O dat kind moet nog een cadeau.’”
Voelt u zich 80?
„Nou, ik begríjp het niet. Het is dat ik een kind heb van 62. Daaruit leid ik af dat ik kennelijk nog wat ouder ben.”
Het is moeilijk de leeftijd te ‘voelen’?
„Ja want mijn hoofd voelt het niet hè. Alleen mijn lijf voelt het. Volgens de geriater heb ik het hoofd van een vijftigjarige en het lichaam van een tachtigjarige.”
Ze woont in Amsterdam, in een appartement dat deel uitmaakt van een woongroep voor ouderen. Het complex, bestaand uit veertien appartementen, wordt vooral bewoond door tachtigplussers. Ze hebben elkaars sleutels, kijken naar elkaar om, doen boodschappen voor elkaar. Anja Meulenbelt is de enige die zoveel werkt, minstens een ochtend of middag per dag. „Ik hoef niet meer”, zegt ze, „maar ik vind het nodig.” Maar na een lezing, na al dat gereis en geloop en gesta, ligt ze „een dag voor pampus”. In de behandelkamer van de geriater probeerde ze een rollator uit. Haar eerste looprekmeters ooit. Het liep makkelijk. Maar ze schoof het ding terzijde.
Want?
„Ik wil ’m nog niet, ik wil ’m nog niet, ik wil ’m nog niet.”
Waarom niet?
„Ik wil nog niet bij die categorie horen. De categorie ‘oud’. Ik bedoel: ik noem mezelf ook ‘oud’. Ik praat daar niet omheen. Ik oefen mezelf in gewoon te zeggen dat ik tachtig aan het worden ben.”
Dat klinkt rationeel.
Ja dat ís rationeel. Ik zat eens in de tram, ik was al in de zeventig, en ik zag een oude man staan. Ik wilde voor hem opstaan maar toen bedacht ik: hoe oud zal hij zijn? In de zeventig, schatte ik. Verdorie, dacht ik: dat ben ik zelf ook!”
In die podcast zei u dat u zich stoort aan zogenaamde complimenten als: ‘Maar Anja, jij ziet er nog zo goed uit!’ En: ‘Je bent helemaal niets veranderd!’ U zei daarover: ‘Alsof ik niet gewoon oud mag zijn! Hallo, ik bén oud.’ Maar zo voelt u zich dus helemaal niet.
„Ik vind dat ik mijn ouderdom niet moet ontkennen. En het gevoel ‘ik wil geen rollator want dan ik ben ik een oud wijffie’ zou ik ook liever niet hebben. Waarom zou je niet tegen iemand mogen zeggen: ‘wauw, jij bent oud geworden!’ Waarom is dát geen compliment?”
Oud-zijn moet meer geaccepteerd raken, in de omgang?
„We leven in een samenleving waarin ouderen gewoon minder meetellen. Ik werk nog, daarin ben ik een uitzondering. Maar er zijn ook mensen die dat niet meer opbrengen. En er zijn ouderen, ik ken ze van heel dichtbij, die van die leegte toch behoorlijk depressief worden. Waar leef ik voor, vragen ze zich af. Zit er nog iemand op mij te wachten? Dat zegt iets over onze samenleving. Ik was ooit getrouwd met een Palestijnse man, mijn schoonmoeder woonde in Gaza. Die had een enorm huishouden, want ze had vijf zoons, die blijven bij hun ouders wonen, de dochters trouwen weg. Al die zoons hadden kinderen, mijn schoonmoeder kon de tel nauwelijks meer bijhouden. En zij zat elke ochtend met thee bij de deur. En geen van de zoons die naar hun werk gingen, kwam langs haar zonder dat ze even thee dronken. Ze heeft heel wat huwelijken gered. En ze keek om naar al die kinderen, of het goed met ze ging.”
Waarom moet je iemand boven de 67 opzijzetten?
Ze had een functie.
„Ze was een vorstin! Niet dat het alleen maar ideaal is trouwens, al die generaties bij elkaar, dat beweer ik niet. Maar we zijn ook iets kwijtgeraakt.”
Namelijk?
„Dat je er nog bij hoort. Dat je gewaardeerd wordt voor wat je hebt gedaan. Ouderen zeggen nu vaak: ik wil zo lang mogelijk thuis blijven wonen, want het verpleeghuis is niet prettig. Voor het verpleeghuis moet je bovendien inmiddels flink wat mankeren. Dus er is thuis, er is het verpleeghuis, en daartussen gaapt een gat. Er is geen prettige opvang voor ouderen meer. Behalve zoiets als wat wij met deze woongroep proberen te doen. Er zijn heel veel mensen die in hun eentje thuis wonen en met wie het eigenlijk niet goed gaat – een vriendin van mij was wijkverpleegster, ik ken de verhalen uit eerste hand. Mensen die gewoon niks meer omhanden hebben, die onzichtbaar worden, nergens meer bij horen maar die voor het verpleeghuis ‘nog niet slecht genoeg zijn’.”
Vanwaar uw decennialange blinde vlek voor de positie van ouderen?
Ik heb – en ik denk vele mensen met mij – de ouderdom voor me uitgeschoven. Als je zwart bent, dan weet je dat heel je leven lang al. Als je vrouw bent ook: je ontkomt er niet aan. Maar oud worden kun je voor je uitschuiven. Ik vind het veelzeggend dat er geen beweging is van ouderen die voor hun positie opkomen. Bijna élke benadeelde groep heeft zich wel verenigd, sekswerkers, mensen met een handicap…
Er is 50plus, er is ouderenbond ANBO-PCOB?
„Jawel, maar ik heb nog niets gezien waarvan ik denk: goh, dat is nou leuk en een beetje militant.”
Welk onrecht jegens ouderen moet worden bestreden?
„Ongelijkheid en discriminatie kun je afmeten aan drie criteria, zegt Nancy Fraser, een Amerikaanse filosoof en feminist. Aan de herverdeling van werk en inkomen, aan hoe een groep wordt vertegenwoordigd in de politiek en in de media en aan de mate van waardering. En in alle drie komen ouderen er over het algemeen bekaaid af. Geld: oké, er is een bovenlaag van welgestelde ouderen, maar velen leven alleen van hun AOW en dat is niet fijn. En vele ouderen krijgen geen baan meer, die zijn opzijgezet. Representatie: mwah. Zekere oudere vrouwen niet. Neem dat journalistieke programma op zondagochtend…
Buitenhof?
„Buitenhof. Kijk, op die naam kwam ik nu dus even niet. Buitenhof ja. Er zijn drie presentatoren: twee tamelijk oude mannen en één jonge vrouw. Als het gaat om deskundigheid worden oudere mannen eerder vertrouwd dan oudere vrouwen.”
En de waardering?
„Die zit in onze cultuur niet ingebakken zoals in Gaza of, zeg, in Suriname waar het de norm is je grootouders en zelfs je voorouders te respecteren. Hoe er tijdens de coronacrisis over ouderen werd gesproken! Die wátertaal! Ze overstróómden de ziekenhuizen. Ik dacht: overstroming? Ben ik dat? En ook nu: de volgende bezuinigingen op de ouderenzorg staan alweer ingeboekt. Als je je als samenleving níét wilt schamen, dan moet je voor je kinderen zorgen, dat is een collectieve zaak, en je moet fatsoenlijk met je ouderen omgaan. Die mogen niet het gevoel hebben dat ze te veel zijn.”
„Ik zou willen dat het flexibeler geregeld werd. Als mensen een zwaar fysiek beroep hebben gehad, dan zouden ze veel eerder dan nu mogen ophouden. Want zij leven gewoon minder lang. Maar zolang mensen door willen en zolang er werk zat is denk ik: waarom moet je iemand boven de 67 opzijzetten?”
De Raad voor Volksgezondheid en Samenleving noemt vitale ouderen het ‘geschenk van de eeuw’: ouderen die de personeelstekorten kunnen dempen, die mantelzorg kunnen verlenen, vrijwilligerswerk doen.
Niet lang geleden werden vrouwen ontslagen zodra ze trouwden. Nu worden mensen ontslagen als ze 67 worden, ook als ze willen doorwerken. U zegt: afschaffen, dat leeftijdsontslag?
„Voor het doen van vrijwilligerswerk moet je ook maar genoeg inkomen hebben natuurlijk. Maar zeker, ik vind: er wordt veel te weinig gekeken naar het potentieel van ouderen. Ik zou het een prima idee vinden als in de kinderopvang oma- en opa-achtige types een rol zouden vervullen – als ze dat willen. Of in ziekenhuizen: ouderen die wél de tijd hebben voor het maken van contact met patiënten – al is dat een vak apart. Ook zodat oudere mensen gewoon meer zíchtbaar zijn. Dat helpt om anders over hen te gaan denken.”
Er zijn critici die zeggen: waarom moet je nou weer per se vitaal en van nut zijn, als oudere? Mag je niet gewoon kwetsbaar zijn? Mag je niet gewoon nietsdoen?
„Daar zit wat in. Ik had een grootmoeder en die woonde in een huisje en er was nog geen tv. Ze keek in de bode welke concerten ze wou luisteren. En verder stond ze pinda’s te voeren aan de koolmeesjes. Die floot ze dichterbij. Ze had ook nog vrienden. Maatschappelijk deed ze niet zoveel meer, maar ze zag er voor mij uit alsof ze het naar haar zin had, ook toen ze kwetsbaarder werd. Dat kan dus ook. Ik zou niet verplicht willen stellen dat iedereen een krachtpatser blijft.”
U leidt een vrijgevochten leven. Vrij van het huwelijk, van het patriarchaat, van de baas. Maar naarmate u ouder wordt, zult zelfs u afhankelijker worden. Is dat een schrikbeeld?
„Ik ben in elk geval bij voorkeur niet ziek. Daar doe ik niet echt aan. Dus ik zie er wel tegenop ja. Ik zie mensen hier in de woongroep die het niet meer redden in hun eentje. We hebben twee keer meegemaakt dat iemand is opgenomen in een verpleeghuis.”
Zou u dat doen?
„Zoals ik al zei: je moet behoorlijk wat mankeren, voor het verpleeghuis. Mijn vader is zwaar dement geweest en had niks geregeld. Die moest naar het verpleeghuis en is daar twee jaar erg ongelukkig geweest. Dat gaat mij niet gebeuren. Ik heb al een afspraak met de huisarts. Zodra we denken dat er dementie in het spel is, onderzoeken we dat. Zo ja, dan voeren we elke maand een gesprek zodat ik nog zelf kan bepalen: tot hier en niet verder.
Voorlopig gaat alles goed, zei de geriater.
„Zij vroeg aan mij: wat zijn jouw wensen eigenlijk? Ik zei: geef mij nog tien jaar. Tien actieve jaren. Dan vind ik het goed geweest.”
CV Anja Meulenbelt
Anja Meulenbelt (Utrecht, 6 januari 1945) volgde de Sociale Academie en studeerde aan de UvA af in de andragologie (opvoeding en vorming van volwassenen).
Ze verwierf bekendheid als feminist door de autobiografische roman De Schaamte voorbij (1976).
Ze schreef 52 boeken, met name non-fictie, over onder meer feminisme, racisme, klassenverschil, het lot van Palestijnen, islamofobie en antisemitisme.
Ze gaf twintig jaar les aan vrouwengroepen. Ze was Eerste Kamerlid voor de SP (2003-2011), en van 2016 tot 2023 actief in BIJ1.
Anja Meulenbelt woont in Amsterdam in een woongroep en heeft één zoon.
„Wonen we hier nog wel veilig?” Dat is dezer dagen de hoofdvraag die veel inwoners van Den Dolder bezighoudt. De vraag klinkt op bewonersbijeenkomsten, in telefoontjes naar de gemeente en naar de bewonersvereniging. Hoe waakzaam moeten ze zijn? Kunnen ze nog wel zonder risico winkelen? ‘s Avonds alleen naar het station?
De vraag speelt sinds afgelopen donderdag. Toen werd overdag een 76-jarige bewoonster op weg van het dorpscentrum naar huis met een mes aangevallen door een 27-jarige man en overleed. De verdachte werd diezelfde avond aangehouden op steenworp afstand in de kliniek waar hij verbleef: Wier+, een kliniek voor mensen met een licht verstandelijke beperking en psychiatrische stoornissen.
En het voelt voor inwoners alsof de geschiedenis zich herhaalt want Wier+ is onderdeel van zorginstelling Fivoor, die ook Michael P. behandelde. Die doodde in 2017 de 25-jarige Anne Faber, in de buurt van hetzelfde instellingsterrein. Gegrift in het geheugen van elke Doldenaar.
Fivoor heeft laten weten de nieuwe zaak te onderzoeken. En ook de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd zegt een onafhankelijk onderzoek in te stellen, vanwege de „grote maatschappelijke commotie”. Intussen is al wel duidelijk dat de patiënt op het moment van behandeling niet onder justitie viel en dus niet – zoals Michael P. destijds – was opgenomen vanwege van een strafrechtelijke maatregel. Ook was hij volgens Fivoor op dat moment met toestemming buiten de kliniek. Zo’n verlof beoordeelt de instelling altijd „zorgvuldig”, aldus Fivoor. „Op basis van richtlijnen en professionele inschattingen.” Meer wil de instelling vanwege privacy over de verdachte niet kwijt.
Gerechtelijke zorgmachtiging
Volgens media zat de patiënt in Dolder vanwege een door de rechter afgegeven zorgmachtiging. Hij zou, schrijft het AD, in 2022 en 2023 in zijn woonplaats Heerhugowaard meermaals willekeurige voorbijgangers hebben gestompt in het gezicht. Volgens het betreffende rechtbankverslag zou hij lijden aan „sociale angst en psychose, een autismestoornis en een verstandelijke beperking” en met „wraakfantasieën” kampen en met „de ernstige overtuiging dat geweld in sommige situaties goed is”. Het Openbaar Ministerie zou zijn zaak volgens de krant hebben geseponeerd vanwege zijn complexe psychiatrische stoornis, waarna hij met een zorgmachtiging gedwongen bij Fivoor in Den Dolder werd geplaatst.
Een „enorme schok” noemen alle betrokkenen, van kliniek tot burgemeester en omwonenden, het nieuwe incident. „Tragisch” ook, omdat het slachtoffer woonde pal naast de kliniek en een bekende was in de gemeenschap. Ze was actief als vrijwilliger en heeft ook in de klankbordgroep gezeten die was opgericht om de relatie tussen bewoners, gemeente en kliniek te verbeteren. Na het trauma van 2017 wilde een deel van het dorp patiënten uit Den Dolder zo snel mogelijk zien verdwijnen. Anderen – onder wie zij – wilde daarnaast ook investeren in wederzijds begrip.
Dat begrip staan nu verder onder druk, want met dit nieuwe incident is het antwoord op de vraag ‘wonen we hier nog wel veilig’ nu wel gegeven, meent Belangenvereniging Den Dolder (BDD), een bewonersvereniging met ruim tweehonderd leden. „Kennelijk niet”, schreef inwoner en voorzitter Hetty Beekman namens de vereniging deze week aan het gemeentebestuur van Zeist. „We zijn ervan overtuigd dat Fivoor na de moord op Anne Faber hard heeft gewerkt om de veiligheid in Den Dolder te verbeteren, maar het is kennelijk niet genoeg geweest.”
Buurtcoaches
De laatste jaren ging het met de relatie tussen de kliniek en omwonenden best goed. Winkeliers in het dorp betrapten nog wel eens een patiënt op diefstal, maar grote incidenten bleven uit. Het aantal overlastmeldingen daalde, mede door het verscherpte toezicht, de aanstelling van buurtcoaches, en ook de klankbordgroep speelde daarbij een rol.
Maar tegelijkertijd is een deel van de omwonenden altijd angstig gebleven, zegt Beekman van BDD. „Die liepen niet graag meer alleen in het bos bij het instellingsterrein. Die zaten niet graag ’s avonds op het station.”
Deze bewoners accepteerden het omdat met Fivoor harde afspraken waren gemaakt over vertrek van de instelling, zegt Beekman. Bedoeling is dat alle drie de klinieken op het terrein per 1 januari 2027 zijn verdwenen om plaats te maken voor zo’n vierhonderd woningen – de grond is al verkocht. „Dus wij hebben altijd gedacht: oké, met een einddatum in zicht, kunnen we het nog even volhouden.”
Potentiele locaties
Maar eerder dit jaar bleek al dat Fivoor zo’n vertrek in 2027 niet gaat halen, omdat gemeenten de klinieken liever niet in hun omgeving verwelkomen. Al twintig potentiële locaties in de regio vielen af, waaronder eentje in Zeist, de eigen gemeente, waar de gemeenteraad onlangs in een voorbereidingsbesluit vaststelde de regie te willen houden op de vestiging van forensische zorg.
Om Fivoor te helpen wegkomen voerde de gemeente Zeist daarna wel een onderzoek uit naar potentiële locaties in zowat heel Midden-Nederland. De publicatie daarvan stond deze maand gepland, maar die zal – vanwege dit nieuwe incident – vermoedelijk later worden, aldus een gemeentewoordvoerder.
Maar omwonenden willen niet langer wachten, zegt Beekman. De bewonersvereniging pleit voor een strenger verlofbeleid en een directe opnamestop, zodat de kliniek over anderhalf jaar nagenoeg leeg staat – de gemiddelde patiënt in Den Dolder verblijft er achttien maanden. Desnoods de kliniek in kleinere delen verhuizen over meerdere locaties, zegt Beekman, om de ‘pijn’ te verdelen. „Het is nu echt genoeg geweest. Wij willen niet continu in angst en onzekerheid leven.”
Lees ook
„Vertrouwen? Laat de kliniek dat eerst maar eens verdienen”