Annette aan de Stegge woont naast haar vader Willem en zorgt een groot deel van haar tijd voor hem. „Dat het goed met hem gaat geeft me energie en heel veel voldoening.”
Heeft u vragen, suggesties of ideeën over onze journalistiek? Mail dan naar onze ombudsman via [email protected]
Traditie – het woord valt vaak op Artillerie Schietkamp ’t Harde, aan de noordelijke Veluwerand. Commandant der Landstrijdkrachten Jan Swillens gebruikt het in zijn toespraak voor de puffende militairen. En overste Jan-Pieter Tiedink herhaalt de woorden van de generaal, als het militair ceremonieel in de brandende zon is afgerond en beschutting kan worden gezocht in de slagschaduw van een raketsysteem. „Traditie is óók gevechtskracht.”
Voor overste Tiedink en zijn mannen en vrouwen was deze dinsdag een „euforische” dag. Na twaalf jaar werd de 11e Afdeling Rijdende Artillerie – bijnaam de ‘Gele Rijders’ – opnieuw opgericht, met de plechtige overhandiging van de standaard door generaal Swillens. Daarmee begint een van Nederlands oudste legeronderdelen aan een nieuw hoofdstuk van zijn ruim tweehonderdjarige bestaan.
Gele Rijders dragen nog altijd de blauwe kwartiermutsen met gele of gouden kwastjes. Foto Eric Brinkhorst
Het Korps Rijdende Artillerie werd in 1793 opgericht in opdracht van stadhouder Willem V, om door paarden getrokken geschut met grote snelheid over het slagveld te kunnen voeren. Hun faam vestigden ze echter in Franse dienst (en daarmee tegen de bondgenoten van de Oranjes).
Zo speelden de Gele Rijders een hoofdrol in de slag bij Bergen (1799) waar de Bataafse Republiek (een vazalstaat van Parijs) met Franse hulp een Brits-Russische invasiemacht versloeg. Daarna vochten de Rijders mee in de Grande Armée van Napoleon Bonaparte en namen deel aan de Russische veldtocht van 1812. In 1815 onderscheidden de Rijders zich bij de slag bij Waterloo juist tégen de Franse Keizer. Sindsdien draagt het korpsvaandel het jaartal 1815. Daaronder staat een wapenfeit van bijna tweehonderd jaar later: ‘Uruzgan’.
Foto Eric Brinkhorst
Die militaire traditie is belangrijk, zo zegt overste Tiedink. „Wij voelen de verbondenheid met het verleden, met onze voorgangers.” In het museum aan de voet van de glooiing wordt het verhaal verteld van wapenfeiten uit het verleden – een inspiratie voor de mannen en vrouwen van de 21-ste eeuw.
Blauwe mutsen
Maar de tradities worden ook van militair op militair doorgegeven. Voordat hij als officier werd beëdigd moest overste Rody Spruijt tentamens afleggen bij zijn eenheid. „Daarbij kijken ze heel goed of je de geschiedenis van het korps wel kent en weet waarom het speciaal is dat je onderdeel bent van het korps Gele Rijders.” Om te kunnen trouwen in het negentiende-eeuwse rijderstenue – een blauwe huzarenjas met gele tressen en galons – moest Spruijt om schriftelijke toestemming vragen van de korpscommandant.
Gele Rijders zijn trots op het uniform dat in 1842 werd vastgesteld door koning Willem II. Ook nu nog dragen ze hun blauwe kwartiermutsen met gele of gouden kwastjes die de paardenvliegen uit het gezicht moesten houden. Oud-minister Hanke Bruins Slot – Nederlands bekendste Gele Rijder en na haar politieke carrière weer in militaire dienst – draagt hem terwijl ze met een strak gezicht naar de publieke tribune marcheert. Daarna passeert de erewacht te paard: zwarte berenmutsen op het hoofd, getrokken sabel tegen de rechterschouder.
De erewacht te paard: zwarte berenmuts op het hoofd, getrokken sabel. Foto Eric Brinkhorst
Maar niet alles is nostalgie vandaag. Commandant der strijdkrachten Onno Eichelsheim spreekt in zijn toespraak over Vladimir Poetin, over de Russische dreiging en over de NAVO-top van vorige week, waar de bondgenoten hun handtekening zetten onder een enorme verhoging van de defensie-uitgaven tot 5 procent van het bruto binnenlands product.
Spectaculaire groei
Ook de Nederlandse krijgsmacht groeit spectaculair. Twee weken geleden was kroonprinses Amalia eregast bij de oprichting van een nieuw tankregiment, dat haar naam zal dragen. En op deze dinsdag krijgt de landmacht twee volwaardige afdelingen artillerie (behalve de 11e de 41ste Afdeling Veldartillerie), met modern materieel. Aan de rand van de appèlplaats staat de Pantserhouwitser 2000, een enorm rijdend gepantserd kanon, waarvan elke afdeling er zestien in bedrijf heeft. Aan de andere kant van het plein staat de raketartillerie die Defensie heeft besteld in Israël. Daarnaast: een van de nieuwe radars die de Gele Rijders een beslissend voordeel moet geven in elk artillerieduel.
Materieel voor de 11e Afdeling Rijdende Artillerie, het nieuwe raketartillerie-systeem PULS. Foto Eric Brinkhorst
De Gele Rijders krijgen bovendien de beschikking over eigen drones. En dat is nog maar het begin, zegt landmachtcommandant Jan Swillens: „We moeten rap versterken, vernieuwen en voldoende voortzettingsvermogen creëren.”
De generaal doelt daarmee op de geplande reserve-eenheden die in tijden van oorlog kunnen worden gemobiliseerd. Om dat mogelijk te maken zal de krijgsmacht (zeventigduizend militairen) op termijn moeten uitgroeien tot tweehonderdduizend (vol- en deeltijds-) militairen. „We moeten ons voorbereiden op een groot en langdurig conflict”, zegt Eichelsheim. „We moeten tegenstanders als Rusland het hoofd kunnen bieden – om een oorlog te voorkomen.”
Hoe anders was de sfeer in 2013, toen de 11e Afdeling Rijdende Artillerie vanwege een zoveelste bezuiningsronde werd opgeheven. Nadat de tanks het veld hadden moeten ruimen werd al het resterende geschut van de landmacht ondergebracht in een algemene poule met de weinig geestdrift wekkende naam ‘Vuursteuncommando’. Dat deed „een beetje pijn”, zo vertelt overste Tiedink, wiens carrière sinds 2003 in het teken heeft gestaan van bezuinigingen en krimp. Maar de naam ‘Gele Rijders’ werd overgedragen op een kleinere eenheid, zodat de tradities bleven bestaan. „Daar ben ik mijn voorgangers dankbaar voor. De tradities van 232 jaar historie zijn nimmer verbroken.”
Eigenlijk was het gekkenwerk om vandaag een militaire ceremonie te houden: op de appèlplaats in ’t Harde is de temperatuur opgelopen tot 36 graden in de schaduw. Het ingekorte programma wordt onderbroken voor drinkpauzes, maar als het ceremonieel is afgelopen wordt een van de leden van de militaire kapel onwel. Als de ambulance is uitgerukt blijkt het mee te vallen. Grommend en walmend rijdt de Pantserhouwitser van het plein af. Op de klinkers liggen enkele stille getuigen van twee eeuwen militaire traditie: verse paardenvijgen.
Lees ook
Defensie is als een brandverzekering, zeggen veteranen. „Je hebt er geen reet aan, totdat er brand uitbreekt”
Zanger Douwe Bob heeft op advies van de politie samen met zijn gezin Nederland verlaten. „Om de veiligheid van m’n gezin en mezelf te waarborgen hebben wij besloten voorlopig te vertrekken”, schrijft de zanger op zijn Facebookpagina.
Afgelopen zondag besloot de zanger – volledige naam: Douwe Bob Posthuma – op het laatste moment om niet op te treden tijdens Jom Ha Voetbal, een jaarlijkse familiedag voor Joodse (groot)ouders en (klein)kinderen in Amsterdam. De artiest was naar eigen zeggen niet gediend van een „zionistische poster en pamfletten” op het terrein. De zanger is tegen zionisme, verklaarde hij op het podium.
Dat besluit kwam hem direct op veel kritiek te staan, onder andere van Telegraaf-journalist Wierd Duk en VVD-leider Dilan Yesilgöz. Die laatste omschreef de actie van de zanger in een X-bericht als „pure Jodenhaat”.
Doodsbedreigingen
Zondagavond benadrukte Posthuma bij talkshow Renze dat het hem niet ging om het Joodse karakter van het evenement, maar om de politieke en religieuze uitingen die er werden gedaan. Volgens Posthuma had hij met de organisatie van Jom Ha Voetbal afgesproken dat zulke uitingen er niet zouden zijn. Ook zei hij inmiddels meerdere doodsbedreigingen gehad te hebben.
Inmiddels is de druk klaarblijkelijk zo groot, dat Posthuma zich genoodzaakt voelt het land te verlaten. „In de media en door politici wordt nog steeds het beeld geschetst dat ik niet wilde spelen voor kinderen vanwege hun Joodse afkomst”, schrijft hij op Facebook.
Yesilgöz zei dinsdagmiddag dat ze hoopt met Douwe Bob in gesprek te kunnen, maar nog steeds achter haar tweet staat. De VVD-leider wil dan ook geen excuses aanbieden voor haar woorden. „Ik vind het geen olie op het vuur gooien. Het kan zijn dat hij niet scherp had wat hij zei, maar als je zegt het zionisme af te wijzen, dan zeg je ook tegen die mensen daar: ik wijs jouw identiteit af. Ik vind dat hij verantwoordelijk is voor zijn woorden.”
Posthuma zou inmiddels weer in contact staan met de organisatie Yom Ha Voetbal. Volgens de zanger willen ze „samen iets positiefs te organiseren, niet voor de camera’s maar voor de kids. Want daar gaat het om”.
Lees ook
Hoe ‘zionisme’ van een ideaal een scheldwoord werd
De Russische president Vladimir Poetin en zijn Franse ambtsgenoot Emmanuel Macron hebben dinsdag voor het eerst sinds september 2022 telefonisch contact gehad. In een twee uur durend gesprek spraken de twee staatshoofden onder andere over de toekomst van het nucleaire programma van Iran en over de oorlog in Oekraïne, aldus een verklaring van het Elysée. Het is niet duidelijk wie het gesprek heeft geïnitieerd. Wel lijkt in elk geval de Franse zijde ervoor open te staan vaker contact te hebben.
Aanleiding voor het telefoontje was de crisis in Iran na de Israëlische en Amerikaanse aanvallen op de nucleaire faciliteiten van dat land, en de Amerikaanse pogingen om Iran middels onderhandelingen te dwingen tot een beperkt atoomprogramma.
Kernmachten
Frankrijk is permanent lid van de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties en beschikt zelf ook over kernwapens. Om die reden lijkt Macron het logisch te vinden dat zijn land in de discussies over de toekomst van het Iraanse nucleaire programma een rol speelt én daarvoor contact heeft met de andere kernmachten – ook met Rusland. Het past ook bij Macrons geloof in zijn eigen diplomatieke vaardigheden, en de kracht van bilateraal contact.
Volgens het Elysée hebben Poetin en Macron afgesproken zich samen in te spannen om een diplomatieke oplossing te vinden voor de Iran-crisis. Hiermee tracht Macron zoals vaker een plek naast de Verenigde Staten aan de onderhandelingstafel te krijgen voor Frankrijk en Europa.
Macron zou verder benadrukt hebben dat Iran zich moet houden aan de afspraken vastgelegd in het non-proliferatieverdrag (NPV). De Franse president wil met name dat Iran weer volledig gaat samenwerken met het Internationaal Atoomenergieagentschap (IAEA), waarvan de inspecteurs hun werk onmiddellijk zouden moeten hervatten. In Iran wordt momenteel gewerkt aan een voorstel om juist uit het NPV te stappen.
Oekraïne
Een ander thema dat om evidente redenen niet onbesproken kon blijven, is de oorlog in Oekraïne. Volgens het Elysée heeft Macron de „onwrikbare steun van Frankrijk voor de soevereiniteit en territoriale integriteit” van dat land benadrukt. Macron zou hebben aangedrongen op een „zo spoedig mogelijke wapenstilstand” en hernieuwde onderhandelingen tussen Oekraïne en Rusland.
Wat Poetin betreft zou een vredesakkoord de „nieuwe territoriale realiteit” in het gebied moeten respecteren, aldus een verklaring van het Kremlin over het gesprek. Volgens die verklaring zou Poetin herhaald hebben dat de oorlog een „direct gevolg” is van het beleid van het Westen dat de „veiligheidsbelangen van Rusland” zou negeren. Macron zou hier volgens bronnen van NRC fel tegenin zijn gegaan en meermaals tegen Poetin hebben gezegd dat hij het oneens is met diens lezing van de oorlog.
Bemiddelaar
Macron lijkt zo aan Oekraïne te willen laten zien dat het land nog altijd op Franse steun kan rekenen. Om dezelfde reden zou Macron na zijn telefoontje met Moskou ook contact hebben gehad met de Oekraïense president Volodymyr Zelensky. Hoe hij naar het Frans-Russische contact kijkt, is vooralsnog onduidelijk.
Het is in elk geval niet de eerste keer dat Zelensky zich hiertoe moet verhouden. Ook in de maanden voordat Rusland in februari 2022 zijn grootschalige invasie van Oekraïne begon, wierp Macron zich op als bemiddelaar.
Hoewel het Kremlin zich weinig aantrok van zijn pogingen een diplomatieke oplossing te vinden voor de toenemende spanningen, bleef Macron als een van de weinige Westerse leiders proberen een dialoog met Poetin intact te houden. Die gestes kwamen hem geregeld op kritiek te staan, onder andere van Zelenksy. Die vond dat Macron de soevereiniteit van Oekraïne op het spel zette.