N.B. Het kan zijn dat elementen ontbreken aan deze printversie.
Waterschapsverkiezingen Er is keuze genoeg bij de verkiezingen voor de waterschappen: 4.667 kandidaten voor 255 partijen. En ze gaan echt ergens over.
De waterschappen blaken van zelfvertrouwen. Het bestaansrecht van deze oudste bestuurslaag van Nederland staat al lang niet meer ter discussie, zoals tot een jaar of tien geleden, toen het tweede kabinet Rutte nog van plan was de waterschappen te laten opgaan in vijf ‘landsdelen’. Integendeel: een ruime meerderheid van de Nederlanders lijkt in tijden van klimaatverandering maar al te zeer doordrongen van nut en noodzaak van deze ‘functionele democratie’ die zich uitsluitend richt op de omgang met water, als we recent onderzoek daarnaar in opdracht van de waterschappen mogen geloven.
Maandag verrichtten de waterschappen in Utrecht de aftrap voor de verkiezingen van hun besturen, over ruim een maand, tegelijk met de verkiezingen voor de Provinciale Staten. Voorzitter Rogier van der Sande van de Unie van Waterschappen, in het dagelijks leven dijkgraaf van het Hoogheemraadschap van Rijnland, hoopt dat de opkomst die van vier jaar geleden overtreft. En die was met ruim 51 procent al hoger dan ooit. „En hoger dan de opkomst voor de gemeenteraadsverkiezingen”, laat Van der Sande fijntjes weten. Die was twee jaar geleden ruim 50 procent.
Wat waterschappen besluiten, gebeurt ook
Herman Havekes bijzonder hoogleraar decentraal waterbeheer
De waterschappen zijn niet alleen nuttig en noodzakelijk, ze zijn ook nog eens heel modern. Die stelling poneert althans Herman Havekes, bijzonder hoogleraar decentraal waterbeheer. „Het waterschap is de afgelopen decennia als het ware opnieuw uitgevonden.” Waren er in 1950 nog 2.647 waterschappen, nu zijn dat er nog 21. „Al die waterschappen waren reuze romantisch, maar veel gebeurde er niet.” Ook de verkiezingen zijn gemoderniseerd; je kunt niet meer stemmen op personen „die niemand kent” als die niet op een politieke lijst staan, en er komen meer plaatsen vrij voor gekozen leden door het schrappen van de ‘geborgde’ zetels voor bedrijven.
En nog iets, aldus Havekes: „Actueel is de zwakte van uitvoering van beleid door de politiek. Waterschappen zijn daar juist sterk in. Wat ze besluiten, gebeurt ook.”
Lees ook: Zetels van bedrijven in bestuur waterschappen verdwijnen
Bevers bestrijden
Te kiezen valt er bij de waterschapsverkiezingen genoeg. In totaal doen er 4.667 kandidaten mee voor 255 partijen, en die verschillen aanzienlijk van mening: over hoe je bijvoorbeeld schade door bevers bestrijdt; over hoe ver het waterschap moet gaan bij het zuiveren van oppervlaktewater; en welke positie dat moet innemen als de politiek wil bouwen in gebieden die daar volgens waterbeheerders niet erg geschikt voor zijn.
Maar het allermooiste is toch wel, aldus hoogleraar Havekes, tevens adviseur van de Unie van Waterschappen, dat ze elk jaar enkele miljarden euro’s aan belasting ophalen. Zodat de rijksoverheid niet steeds geld tekort komt en noodzakelijke investeringen in waterbeheer achterwege blijven. „Het buitenland is stikjaloers op ons.”
Die waterschapsbelasting kost burgers trouwens dit jaar ongeveer 8 tot 9 procent meer dan vorig jaar. Gezinnen met een eigen huis betalen gemiddeld 381 euro, een alleenstaande huurder gemiddeld 168 euro. Oorzaak van de stijging zijn vooral de hogere energieprijzen en de kosten van investeringen om de gevolgen van klimaatverandering op te vangen.