Gevangenen worden voortaan drie dagen eerder naar huis gestuurd dan gegeven hun straf de bedoeling is. Binnen „afzienbare tijd” is het „onvermijdelijk” dat gedetineerden nog dagen eerder vrijkomen. Dat heeft staatssecretaris van Justitie en Veiligheid Ingrid Coenradie (PVV) woensdag bekendgemaakt in een persbericht.
Gevangenissen en politiebureaus zitten zo vol dat er inmiddels geen plek meer is om nieuwe arrestanten of gedetineerden vast te zetten. Het vroegtijdige vertrek moet plaats vrijmaken voor nieuwe gevangenen.
„Ik ben hier echt ziek van, maar het is de enige manier om arrestanten en daders te kunnen blijven plaatsen”, zegt Coenradie. Ze spreekt van een „code zwart-situatie”. De staatssecretaris heeft naar eigen zeggen „alles op alles” gezet om opstopping te voorkomen.
Alleen gedetineerden met een straf tot 7 dagen en gevangenen die aansluitend tbs opgelegd hebben gekregen, komen niet in aanmerking voor de de facto ‘strafvermindering’. Alle andere gedetineerden maken wel aanspraak op de versoepeling.
Nederlandse gevangenissen zitten onder andere vol omdat de afgelopen jaren langere straffen zijn opgelegd. Ondanks de capaciteitsproblemen zegt het kabinet nog „strenger” te willen straffen. Daarvoor is volgens Coenradie „meer celcapaciteit nodig”. Ze bekijkt ook de mogelijkheid om „noodunites” te bouwen, oude gevangenissen te heropenen en cellen te huren in Estland. Of dat laatste realistisch is, valt te bezien. Een meerderheid in de Tweede Kamer is vooralsnog tegen het plan om gevangenen in Estland onder te brengen.
NSC, PVV en BBB voorheen zeer kritisch op ‘strafvermindering’
Voormalig minister voor Rechtsbescherming Franc Weerwind (D66) zinspeelde begin dit jaar al op een vergelijkbare maatregel om het cellentekort tegen te gaan. Hij suggereerde een ‘capaciteitsverlof’: gedetineerden die tot maximaal een jaar celstraf waren veroordeeld zouden naar huis worden gestuurd met een enkelband nadat ze twee derde van hun straf zouden hebben uitgezeten.
PVV, NSC en BBB, toen nog oppositiepartijen, waren destijds zeer kritisch op deze maatregel. „De minister verandert zo eigenhandig het vonnis van de rechter naar een ander soort straf dan door de rechter is opgelegd”, stelde Judith Uitermark, destijds NSC-Kamerlid en nu minister van Binnenlandse Zaken in een Kamerdebat. Uitermark benadrukte dat haar partij „principieel” vindt dat de minister „nooit” aan het vonnis van de rechter mag morrelen
Lees ook
Minister Weerwind over het oplossen van het cellentekort: ‘Versoberen? Ik ga dat niet doen’
