Op een bewolkte zaterdagmiddag in oktober werkt het oudste voetbalteam van AFC op het achterste veld een competitiewedstrijd af. Het is net na rust en de tegenstander van de Amsterdamse amateurvoetbalclub komt nauwelijks aan de bal. Met op de achtergrond glanzende wolkenkrabbers van de Zuidas scoort AFC snel drie goals achter elkaar.
Op de bank zit de 44-jarige Eddie Tao Li, met een jas over zijn benen. Hij zal er zo nog wel inkomen, zegt een teamgenoot en grensrechter, die Tao Li omschrijft als een aanvaller die het vooral van zijn loopvermogen moet hebben.
Behalve rechterspits van AFC is Tao Li sinds maart ook een van de eigenaren van voetbalclub FC Den Bosch. Met drie andere Aziatische investeerders kocht hij de noodlijdende Bossche club van Amerikaanse aandeelhouders. Vragen daarover van NRC wil hij niet beantwoorden.
De Amerikanen, tevens eigenaar van onder meer Barnsley FC uit Engeland, FC Thun uit Zwitserland en het Franse AS Nancy, hadden gehoopt op snel sportief en financieel resultaat met de voetbalclub die sinds 2006 onafgebroken uitkomt in de eerste divisie. Maar bungelend rond de laatste plaats merkte het management van FC Den Bosch dat de aandacht van de aandeelhouders verdween, zozeer zelfs dat ze vorig seizoen weigerden hun financiële verplichtingen na te komen en de club in financiële nood kwam.
En toen ineens was er een kwartet Aziatische zakenlui, verenigd in de Bridge Football Group, dat het wel zag zitten met de Brabantse club én bereid was een tekort van jaarlijks zo’n 2 miljoen euro bij te passen. Na de overname benadrukten ze in een persbericht dat ze „zich hebben gecommitteerd aan langtermijninvesteringen” met een „focus” op de ontwikkeling van spelers uit de regio. FC Den Bosch moet volgens de nieuwe eigenaren uitgroeien tot „een club met meer sportief succes en met ijzersterke banden met de samenleving en bedrijven die de club omringen”.
Ik durf er wel mijn hand voor in het vuur te steken dat het echt is allemaal
Over de identiteit van twee van de vier Aziatische investeerders – „allemaal gepokt en gemazeld in het (internationele) bedrijfsleven” – heeft FC Den Bosch niets bekendgemaakt. Over een van de anderen, Eric Li Ying, stelt de club alleen dat hij „waardevolle ervaring meebrengt vanuit China” en dat hij daar „actief betrokken” is bij een profclub en jeugdvoetbal. En dan is er dus Eddie Tao Li, een zakenman die volgens de club al twintig jaar in Nederland woont en plaatsneemt in de raad van commissarissen.
Dat laatste is niet gebeurd, volgens de club om „dubbele petten” te voorkomen. Wel is een Zwitserse advocaat toegetreden tot het toezichtsorgaan, Ludovic Deléchat, directeur van de Bridge Football Group. Voor vragen verwijst Eddie Tao Li naar hem. „Hij is de vertegenwoordiger en woordvoerder”, van de investeerders die de voetbalclub overnamen.
Wie zijn de Aziatische geldschieters achter Den Bosch en wat willen ze met de club? Waar komt hun geld vandaan? Waarom zou een avontuur van buitenlandse investeerders met een Nederlandse voetbalclub deze keer wél lukken, na debacles bij onder meer ADO Den Haag, Vitesse en FC Den Bosch? En weet de KNVB wie de nieuwe aandeelhouders zijn?
Klotenjaar
Natuurlijk was hij sceptisch toen de Aziaten zich voor het eerste meldden, zegt algemeen directeur Tommie van Alphen (37). Hij zit in zijn werkkamer in het stadion van FC Den Bosch. In de winter van 2023 begon hij bij de Brabantse club en beleefde sindsdien „een klotenjaar” onder de Amerikaanse eigenaren.
Ruziënde aandeelhouders die „er geen bal van snapten”, die beloftes niet waarmaakten. Iedere maand de angst dat salarissen niet betaald konden worden, en wanhopige supporters. Van de vermeende voordelen van de onder investeerders zo populaire ‘multi-clubstrategie’ heeft FC Den Bosch nooit iets gemerkt – de meest tastbare opbrengst waren twee huurspelers van KV Oostende. Ze waren „niet beter dan wat wij hier al hadden”, zegt Van Alphen.
Toch stapte FC Den Bosch opnieuw in een voetbalconglomeraat. In de hoek van Van Alphens kantoor hangt een rood vaantje van het Chinese Shaanxi Union FC, een club die vorig jaar al door de Aziatische eigenaren van Den Bosch werd gekocht.
Shaanxi komt uit op het derde profniveau in China en is gevestigd in Xi’an, een stad met zo’n 11 miljoen inwoners in het Chinese binnenland. Voetbalclub Shaanxi is, net als de gelijknamige regio, de thuisbasis van de Bridge Football Group en diens belangrijkste investeerders. Ook zijn er nog twee Chinese voetbalscholen aan verbonden.
Wat moet zo’n club met FC Den Bosch? „Het verhaal dat zij vertellen is wat je graag hoort”, antwoordt Van Alphen. „Het is nooit gegaan over korte termijn geld verdienen. Zij willen leren van het Europese en het Nederlandse voetbal, Chinese talenten de kans geven hier ervaring op te doen, zodat ze de club dáár verder kunnen helpen. Want het gaat de investeerders er uiteindelijk om iets te terug te doen voor hun regio en het Chinese voetbal op een hoger plan te krijgen. Een maatschappelijke gedachte dus.”
Aan prikkelende vergezichten is nooit een gebrek bij voetbalinvesteerders, zoals er ook altijd noodlijdende clubs zijn die zich gewillig laten verleiden. De Russische eigenaren van Vitesse beloofden dat de club zou meestrijden om de landstitel, de Chinese sportmarketeer Wang Hui wilde met ADO Den Haag de Champions League in en de Amerikaan Paul Conway zou van FC Den Bosch een data-gedreven eredivisionist maken. Er kwam nooit iets van terecht.
Wat Van Alphen het vertrouwen geeft dat er ditmaal geen ellende van komt, is in de eerste plaats dat de nieuwe eigenaren hun beloftes voorlopig nakomen. Het toegezegde geld staat op tijd op de rekening, de eerste bedragen volgens de directeur zelfs nog voordat het overnamecontract goed en wel was getekend. Jeugdteams van FC Den Bosch zijn naar Shaanxi gereisd, Chinese talenten kwamen naar Nederland – alles op kosten van de Aziatische eigenaren.
Bovendien doen de aandeelhouders volgens de directeur ‘langetermijninvesteringen’. Zo hebben ze betaald voor een nieuw kunstgrasveld en zijn ze met de gemeente in gesprek om het verouderde stadion in bezit te krijgen. Dat doe je niet als je niet gelooft in ‘het project’, denkt Van Alphen.
Omzeilen KNVB-toets
Er zijn ook minder bemoedigende signalen. De vier Aziatische investeerders hebben hun eigendom in Den Bosch netjes in vieren verdeeld, waarbij ze individueel allemaal onder de 25 procent blijven. Als een eigenaar een kwart of meer van de aandelen van een Nederlandse profclub in bezit krijgt, dan moet de KNVB toestemming geven voor de overname, met een bijbehorend uitgebreid onderzoek naar de herkomst van het geld.
De constructie die is gebruikt door de investeerders achter FC Den Bosch toont een hiaat in de regelgeving en roept tegelijkertijd de vraag op waarom de Aziatische aandeelhouders een toets door de licentiecommissie willen omzeilen. De suggestie dat ze iets te verbergen hebben, wijst Van Alphen van de hand. „Het had te maken met tijdsdruk”, zegt hij. „Het water stond ons aan de lippen. We hadden zo’n proces op dat moment helemaal niet aangekund.”
De aandelenpakketten van de Aziatische investeerders verschillen, zoals ze ook niet evenveel te zeggen hebben bij FC Den Bosch. Een zoektocht naar de zakelijke activiteiten van Eddie Tao Li levert slechts een opgeheven eenmanszaak en een actieve eenmanszaak op, Sinorder Corporation. Dit bedrijfje werd in 2018 opgericht en heeft een heel brede omschrijving van activiteiten; zoals de import en export van artikelen en de coördinatie van zakencongressen. Financiële gegevens zijn niet te vinden over de eenmanszaak die staat ingeschreven op het adres van Tao Li’s rijtjeshuis in Uithoorn.
Zij willen leren van het Europese en het Nederlandse voetbal, Chinese talenten de kans geven hier ervaring op te doen
De vraag is waar Tao Li het geld vandaan haalt voor een avontuur in het profvoetbal. Op zijn huisadres staat nog een bv geregistreerd, Union Sports, waarvan hij bestuurder is. FC Den Bosch bevestigt dat deze vennootschap een van de aandeelhouders is van de club.
Uit gegevens van de Kamer van Koophandel blijkt dat dit bedrijf in 2022 werd opgericht door Tao Li en Li Qiang, onder de naam Jin Gu Town Netherlands. Een maand voor de overname van Den Bosch vorig jaar maart, wordt de naam van dit bedrijf gewijzigd in Union Sports. Uit een zoektocht in de Chinese media blijkt dat de Chinese zakenman Li Qiang inderdaad genoemd wordt als investeerder in Den Bosch. Hij is rijk geworden met onder meer massagesalons en een bedrijf in verzorgingsproducten, Jin Gu Town, een soort Chinese Rituals. Hij heeft ook de overgrote meerderheid van de aandelen in Union Sports in handen, zegt een betrokkene.
Eric Li Ying, de andere investeerder die wordt genoemd in het persbericht van de overname, heeft op basis van openbare informatie het zwaarste profiel. Afgaande op informatie in het Chinese bedrijvenregister Tianyancha is hij een zakenpartner van TikTok-oprichter Zhang Yiming, een van de rijkste mensen ter wereld. Zo staat hij in de boeken als aandeelhouder en bestuurder van videoplatform Douyin (750 miljoen gebruikers) en een handvol andere meer en minder bekende internetbedrijven uit het techimperium van Yiming.
Bij navraag zegt FC Den Bosch dat de laatste investeerder een vrouw is uit Singapore. Haar belang, zegt The Bridge Group, zit in een bedrijfje 811 PTE Limited. Uit gegevens van het Singaporese handelsregister blijkt dat dit in handen is van ene Xiao Ma, een (onbekende) persoon met de Nederlandse nationaliteit.
En dan is er, hoewel het oorspronkelijke persbericht sprak van vier partijen die investeren in Den Bosch, nóg een ‘angel investor’, zoals de club het noemt. Het gaat om een belang dat is ondergebracht in Ying Capital, een onbekende vennootschap. De club laat weten dat deze aandeelhouder „geen behoefte heeft aan aandacht”. „En dat respecteren we”.
Meer is niet te vinden over de Aziatische aandeelhouders van Den Bosch. Maar Van Alphen heeft de bedrijven van Li Ying en Li Qiang zelf gezien bij zijn bezoek aan China, vertelt hij, bovendien hebben die „heel veel informatie” moeten aanleveren aan de notaris en de KNVB. „Tot je er hoofdpijn van krijgt”, zegt Van Alphen. „Daardoor durf ik er wel mijn hand voor in het vuur te steken dat het echt is allemaal”.
In een bezoek van de Chinese ambassadeur en topbestuurders van Chinese bedrijven in Nederland aan een thuiswedstrijd van FC Den Bosch tegen Jong AZ (6-0), afgelopen augustus, zag de clubleiding eveneens een bevestiging van de status van de nieuwe eigenaren.
Stabiele eredivisieclub
Vraag blijft waarom zij nu juist FC Den Bosch hebben uitverkoren. Een bescheiden club met klein stadion in een omgeving die ogenschijnlijk weinig groeimogelijkheden geeft – Brabant heeft acht profclubs, topclub PSV is vlakbij. Oud-profvoetballer en ‘technisch adviseur’ van de Bridge Football Group Dries Boussatta ziet dat anders. Hij gelooft dat FC Den Bosch met het juiste beleid en geduld kan uitgroeien tot een stabiele eredivisieclub, zoals hij ook vertrouwen heeft in de samenwerking met Shaanxi Union FC. „Goeie jonge, Chinese spelers kunnen zo ervaring opdoen in Europa.”
Dit jaar is plek 12 onze doelstelling. Wat wij doen, kost tijd
Boussatta is niet bang dat FC Den Bosch zijn identiteit verliest, wat hem betreft mag de club juist wel wat Nederlandser worden. „We zijn een topland qua opleiding”, zegt Boussatta. „Dat willen we gebruiken. De technisch directeur is Nederlands, Nederlandse trainers. We moeten eigen jeugd opleiden, waarde creëren. En rustig aan doen.”
Boussatta, sinds zijn voetbalpensioen actief als horecaondernemer en zaakwaarnemer, speelde een belangrijke rol in de overname van Den Bosch. In zijn kielzog kreeg FC Den Bosch bovendien een nieuwe hoofdsponsor, RD Dubai, onderdeel van RD Vastgoed. Dat is een in 2021 opgericht vastgoedbedrijfje van zijn zoon Kamil Boussatta (24) en zijn zakenpartner Lukas Kerrebijn (25). De jonge ondernemers willen niet zeggen hoe ze met hun bedrijfje, dat in 2023 een eigen vermogen van nog geen 16.000 euro had, jaarlijks rond de twee ton in Den Bosch kunnen steken.
Samen met voormalig FIFA-advocaat Ludovic Deléchat, die als jurist ook transfers begeleidt, leidt Boussatta de Bridge Football Group en willen ze de komende jaren nog een of meer Europese profclubs kopen. „We zijn op zoek naar geschikte kandidaten, sleeping giants. Er worden heel veel clubs aangeboden.”
Maar het plaatje moet wel kloppen, zegt Boussatta. Dus geen club met oude, dure spelers. „Dan erf je allemaal rommel waar je moeilijk vanaf komt.” Alles draait om het ontwikkelen van jeugd, zegt hij. Dat ging in het verleden ook mis bij Den Bosch volgens Boussatta. „Dan was de technisch directeur een Engelsman, die huurde weer een Poolse trainer in, die een bak huurspelers haalde voor snel resultaat. Dat is een cocktail voor mislukking. Dit jaar is plek 12 onze doelstelling. Wat wij doen, kost tijd.”
Tijd die trainer David Nascimento overigens niet heeft gekregen. De club zette hem vorige week op non-actief nadat hij eerder al een indringend gesprek had gevoerd met directeur Deléchat van de Bridge Football Group en commissaris van FC Den Bosch. Hij kwam daarvoor speciaal over uit Zwitserland. Niet omdat de resultaten niet goed waren – de club staat momenteel vijfde – maar vooral omdat Nascimento zich onvoldoende op de ontwikkeling van jonge spelers zou richten.
Nascimento wilde niet inhoudelijk ingaan op zijn ontslag.
Met medewerking van Tabitha Speelman.