De rechtbank heeft mode-ondernemer Martijn N. (36) woensdagmiddag veroordeeld voor ontucht met twee minderjarigen en één aanranding. N. kreeg achttien maanden celstraf opgelegd, waarvan acht maanden voorwaardelijk.
Dat is aanzienlijk lager dan de straf die door het OM tegen Martijn N. was geëist. In september vroeg de officier van justitie een gevangenisstraf van acht jaar voor elf strafbare feiten: zes verkrachtingen, twee pogingen tot verkrachting, ontucht met twee minderjarigen en een poging tot zware mishandeling.
Lees ook
Martijn N. komt na 3,5 jaar voor de rechter: ‘Ik zag hem in Amsterdam lopen en daar werd ik paniekerig van’
De rechtbank sprak N. vrij van alle verkrachtingen en van de pogingen tot verkrachting, wegens gebrek aan bewijs. De rechtbank beoordeelde de zaken met het ‘oude toetsingskader’ voor zedenzaken. Sinds 1 juli van dit jaar is nieuwe zedenwetgeving van kracht: de belangrijkste vernieuwing is dat er sprake moet zijn van duidelijke instemming.
Alle zaken tegen N. dateren uit de periode 2011 tot 2021. De rechtbank achtte N. tussen die periode ‘enigszins verminderd toerekeningsvatbaar’ vanwege een persoonlijkheidsstoornis. De rechtbank sprak haar zorg uit over het dominante, seksuele gedrag van N. en het feit dat hij geen berouw toonde jegens de slachtoffers.
Eigen belang
„De ten laste gelegde feiten zijn niet altijd strafbaar in de juridische zin van het woord. Maar wel kwalijk,” zei de rechter. „Dat u uitsluitend oog had voor uw eigen belang en gerief vinden wij heel zorgelijk.” De rechtbank drong er dan ook op aan om psychische zorg voor N. te continueren.
Gerard Spong, de advocaat van N., sprak na het vonnis van een ‘eclatante overwinning’. „Mijn cliënt is vrijgesproken van alle verkrachtingen en pogingen daartoe. De ontucht met minderjarigen had hij bekend: daar was geen eer aan te behalen.”
Advocaat Margreet de Boer, die de meeste slachtoffers vertegenwoordigde, noemde de uitspraak „teleurstellend”. „De behandeling van deze zaak onderstreept het belang van de nieuwe zedenwetgeving. In diverse zaken hebben de aangevers ‘au-au’ en ‘stop’ geroepen en lag N. bovenop hen.”
Het internationale journalistieke onderzoekscollectief Lost in Europe heeft de Daphne Caruana Galizia Prize for Journalism gewonnen met onderzoek naar vermiste alleenreizende asielkinderen in Europa. Dat werd woensdagavond bekendgemaakt bij het Europees Parlement in Straatsburg.
Het onderzoek werd uitgevoerd door verschillende Europese media, waaronder NRC. ‘Lost in Europe’ onthulde dat in Europa tussen 2021 en 2023 het aantal alleenstaande asielkinderen dat als vermist stond geregistreerd meer dan verdubbelde, Het gaat om ten minste 50.000 geregistreerde vermissingen, bleek uit een uitgebreide data-analyse op basis van cijfers uit 31 Europese landen.
Het is voor de vierde keer dat het Europees Parlement de prijs heeft uitgereikt. Daphne Caruana Galizia was een onderzoeksjournalist uit Malta die op 53-jarige leeftijd om het leven kwam door een autobom. Ze bleek vermoord.
De verontwaardiging over de manier waarop de autoriteiten het onderzoek naar haar dood hebben afgehandeld, leidde uiteindelijk tot het aftreden van de toenmalig Maltese premier Joseph Muscat. In oktober 2020 kondigde het Europees Parlement aan een nieuwe, jaarlijkse journalistieke prijs naar de vermoorde journaliste te vernoemen.
Het kabinet is niet bereid om nog iets te doen voor Afghaanse bewakers die tot nu toe geen aanspraak konden maken op overkomst naar Nederland. Tijdens een overleg met de Tweede Kamer stelde minister van Buitenlandse Zaken Caspar Veldkamp (NSC) dat er „geen nieuwe feiten” zijn die het herzien van de oude, zogenoemde ‘tolkenregeling’ rechtvaardigen. Veldkamp ontkende dat het vorige kabinet toezeggingen heeft gedaan die nu niet worden nagekomen: „We voeren het staande ruimhartige beleid uit.”
Na de machtsovername van de Taliban in 2021 heeft Nederland in totaal 4670 tolken, bewakers en medewerkers van Nederlandse ngo’s met hun gezinsleden het recht op verblijf in Nederland gegeven. Van een groep van 168 bewakers die een verzoek tot ‘overbrenging’ hebben gedaan, werd het verzoek geweigerd, bijvoorbeeld omdat hun rol volgens het ministerie van Defensie niet voldoende ‘hoog profiel’ was. De commissie Ruys, die de chaotische evacuatie uit Kabul onderzocht, constateerde dat er veel onduidelijkheid is over de status van de bewakers. Nadat de Kamer een motie van buitenlandwoordvoerder Kati Piri (Groenlinks-PvdA) had aangenomen besloot het demissionaire kabinet-Rutte IV daarom „een afgebakende groep” bewakers alsnog in aanmerking te laten komen voor evacuatie.
Afgelopen september liet het kabinet-Schoof echter weten hiervan af te zien. Tijdens het debat met de Kamer ontkende Veldkamp dat hiermee een eerdere beslissing werd teruggedraaid. Volgens Veldkamp heeft de ministerraad destijds geen besluit genomen, en heeft het alleen zijn intentie vastgelegd in de jaarlijkse ‘Staat van de consulaire’ (een brief over de uitvoering van buitenlands beleid). Veldkamp hekelde deze gang van zaken: „Ik vind dit geen goed bestuur.”
Lees ook
NSC onder vuur tijdens debat over kabinetsbesluit om geen extra Afghaanse bewakers naar Nederland te laten komen
De minister nam ook nadrukkelijk afstand van uitspraken van Nationaal Ombudsman Reinier van Zutphen, die maandag in NRC het terugdraaien van de beslissing „onbehoorlijk” en „mensenrechtenschendend” had genoemd. Veldkamp kwalificeerde deze uitspraken als „waardeoordelen” die niet waren gebaseerd op feiten: „Blijkbaar heeft hij niet alle stukken tot zich genomen.”
‘Klap in het gezicht’
Oppositiepartijen in de Kamer reageerden verbolgen op de uitleg van het kabinet. Christine Teunissen (Partij voor de Dieren) kwalificeerde de kabinetslijn als „willekeur”, Don Ceder (ChristenUnie) vond het „een slap verhaal”, Jan Paternotte (D66) sprak van „een klap in het gezicht” van Afghanen die hun leven hebben gewaagd voor Nederland. Verschillende partijen wezen op berichten over represailles van de Taliban. Al eerder berichtte NRC dat vijftien Afghanen die in de jaren 2006-2010 de Nederlandse kampementen in Uruzgan hebben beveiligd, inmiddels zijn vermoord. Ook het ministerie van Buitenlandse Zaken schrijft in zijn ambtsbericht over Afghanistan dat de door de Taliban afgekondigde amnestie structureel wordt geschonden, zo merkte Paternotte op. Ook het EU Asielagentschap (EUAA) waarschuwt voor detentie, marteling en executies van Afghanen die werkten voor westerse militairen.
Zowel Veldkamp als minister van Defensie Ruben Brekelmans (VVD) wuifden de mogelijke risico’s echter weg. Brekelmans benadrukte dat de missie in Uruzgan (2006-2010) bijna vijftien jaar geleden werd beëindigd en dat veel van de bewakers afkomstig waren van buiten de provincie. Veldkamp stelde dat het mogelijke gevaar „niet valt te objectiveren” en daarom geen categorie is om aanvragen voor evacuatie te beoordelen.
Het kabinet benadrukte bovendien dat er altijd ruimte zal blijven voor „schrijnende gevallen”. Sinds de val van Kabul (2021) was dit al in veertig gevallen gebeurd, aldus Veldkamp. De minister weigerde echter om meer duidelijkheid te geven over de criteria die het kabinet hanteert voor het beoordelen van deze schrijnende gevallen – die waren „naar zijn aard” iedere keer anders, aldus de minister. Don Ceder sprak daarop van „een wassen neus”.
Woordvoerder Kati Piri kondigde aan een nieuwe motie te willen indienen, om de overbrenging van 168 bewakers alsnog mogelijk te maken. De kans dat deze wordt aangenomen lijkt echter nihil: tijdens de commissievergadering liet NSC-woordvoerder Isa Kahraman weten dat zijn partij de lijn van het kabinet kan „dragen”.
Een bestelling van 45 elektrische bussen, die vervoerder Qbuzz had geplaatst bij elektrische busfabrikant Ebusco, mag geannuleerd worden. Dat heeft de rechtbank in Utrecht woensdag besloten. Ebusco had een kort geding aangespannen om die annulering te voorkomen, omdat de bussen al gemaakt zijn. Qbuzz wil echter niet betalen, omdat het bedrijf veel te laat zou zijn met leveren.
Ebusco en Qbuzz kwamen in maart 2023 tot een overeenkomst, waarin stond dat de 45 bussen een jaar later geleverd zouden moeten worden. Toen bleek dat Ebusco dat niet ging halen, werd gemikt op 1 september van dit jaar. In diezelfde maand liet Ebusco weten een deel pas in oktober te kunnen leveren, en de rest pas in februari 2025. Afgesproken is dat Qbuzz de overeenkomst mocht laten ontbinden als alle bussen niet vóór 1 december van dit jaar geleverd zouden worden.
Mogelijk faillissement
De rechter oordeelt dan ook dat Ebusco zich niet heeft gehouden aan de overeenkomst die de twee partijen hadden gesloten. Omdat de leveringstermijn is overschreden en bij Qbuzz zorgen bestaan dat de overeenkomst alsnog wordt nageleefd, is annulering terecht. Daarnaast zijn er “ernstige vermoedens dat Ebusco de onderhoudsverplichtingen en verstrekte garanties niet na zal komen”.
Omdat de eerste leveringsdatum niet is gehaald, moet Ebusco 1,2 miljoen euro aan Qbuzz betalen. De vervoerder heeft daarom beslag laten leggen op één van de rekeningen van Ebusco. Volgens de rechter is ook die beslaglegging terecht. Ebusco vreest dat het door die beslaglegging salarissen van de pakweg 750 werknemers niet kan betalen.
Voor Ebusco, dat in de eerste helft van dit jaar een verlies van 65 miljoen euro leed, zal de uitspraak als een mokerslag voelen. Eerder liet de advocaat van de fabrikant al weten dat het in Brabant gevestigde bedrijf op het randje van faillissement bungelt en dat het voortbestaan van het bedrijf deels afhangt van het contract met Qbuzz.
Lees ook
Conflict met vervoerder Qbuzz dreigt het einde van e-busmaker Ebusco in te luiden