Alles is geoorloofd om de ‘dopi’s’ terug te brengen

‘Dopi’s’ noemt ecoloog Irma Wynhoff ze, de donkere pimpernelblauwtjes. Al meer dan dertig jaar zet Wynhoff van de Vlinderstichting zich met hart en ziel in om deze zeldzame vlindersoort weer terug te brengen in Nederland. De van oorsprong Duitse vlinderdeskundige is een van de hoofdpersonen in de podcastserie De weg van de dodo. In de zesdelige serie volgt maakster Jennifer Pettersson een aantal mensen die uit alle macht proberen één diersoort of zelfs een heel ecosyteem voor uitsterven te behoeden.

Het donkere pimpernelblauwtje (Phengaris nausithous) is geen makkelijke doelsoort om terug te brengen naar Nederland. De vlinder legt haar eitjes exclusief op de grote pimpernel als waardplant. De rupsen die vervolgens uit de eitjes kruipen zijn op hun beurt afhankelijk van de steekmier. Die neemt zo’n rupsje mee naar zijn nest, waar de rups zich voedt met mierenlarven totdat hij groot genoeg is om te verpoppen. Volwassen vlinders van de dopi leven slechts een paar dagen en moeten zich in die tijd dus ook voortplanten.

Met al die ingebakken eisen is het een waar gevecht om hier in Nederland weer een vaste populatie van deze vlinder te krijgen. In 1990 probeerde Wynhoff het door tientallen exemplaren uit Polen te importeren, waar de soort nog volop leeft. Petterson laat in de gesprekken met Wynhoff mooi zien hoe zij langs of soms over de randen van de wet ging om voor elkaar te krijgen dat haar geliefde dopi’s weer in Nederland zouden rondfladderen. „Soms is wat burgerlijke ongehoorzaamheid nodig”, zegt de vlindervrouw eufemistisch.

Sprankje hoop

In de dertig jaar dat Wynhoff hieraan werkt is het echter nog altijd niet gelukt een stabiele populatie van deze vlinder terug te krijgen. Ge-ïntroduceerde populaties verdwenen door verkeerd maaien, of ze vestigden zich op onmogelijke plekken langs een weg of het spoor, waardoor ze het niet lang uithielden. Maar opgeven zit niet in het karakter van Wynhoff. Telkens is er weer een sprankje hoop, en hoe klein dat haakje ook is, ze klampt zich eraan vast. Van tegenspraak wil ze niet weten.

Pettersson weet de psychologie van deze natuurbeschermers heel knap bloot te leggen. Samen met bioloog Janneke Sindram analyseert zij dat haar gesprekspartners feitelijk in diepe rouw zijn om het verlies van een dierbare. Dat uit zich in alle vormen: verdriet, hoop, ontkenning, woede en uiteindelijk soms ronduit verslagenheid en desillusie.

Twee jaar lang volgde Pettersson niet alleen Wynhoff maar ook geestverwanten die zich inzetten voor het behoud van de paling of voor de terugkeer van de platte oester in de Noordzee.


Lees ook

Jennifer Pettersson over haar nieuwe podcast: ‘Natuurbeschermers vond ik een beetje gek’

Jennifer Pettersson probeerde in natuurbeschermers-podcast  De weg van de dodo „dat wat echt is te vangen”.

Het is eigenlijk jammer dat Petterson in aflevering vijf nog in de verleiding komt om ook langs te gaan bij een natuurbeschermer in Zweden, het land waar zij zelf oorspronkelijk vandaan komt. Het leidt af van de intense gesprekken die zij heeft met de Nederlandse hoofdpersonen in het epos van de verloren gegane natuur. Dat contrast wordt des te scherper omdat in Zweden alles goed lijkt te gaan, terwijl ze hier juist de moeizame worstelingen van deze mensen belicht.

De weg van de dodo is een slow podcast, een ingewikkeld geweven verhaal dat behoorlijk veel concentratie van de luisteraar vergt. Je moet er echt even voor gaan zitten, maar wie bereid is dat te doen, wordt rijkelijk beloond.