De metingen van schadelijke stoffen rondom Tata Steel in IJmuiden zijn ontoereikend om te kunnen garanderen dat staatssteun voor nieuwe installaties leidt tot een betere gezondheid in de omgeving. Er moeten veel meer stoffen gemeten worden, en dat moet niet door Tata Steel zelf worden gedaan – zoals nu vaak het geval is.
Dit adviseert de Expertgroep Gezondheid IJmond, onder leiding van hoogleraar geneeskunde Marcel Levi, aan de staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat. Alleen met uitgebreidere en onafhankelijke metingen kan de overheid in de gaten houden of staatssteun het gewenste effect heeft.
Tata Steel (circa 8.000 werknemers) is met het kabinet in onderhandeling over steun bij de vergroening van de fabriek, nu verantwoordelijk voor 7 procent van de Nederlandse CO2-uitstoot. Net als bij staalfabrieken in andere Europese landen gaat het vermoedelijk om honderden miljoenen euro’s, mogelijk miljarden, vanwege de enorme investeringen die nodig zijn. Om ‘groen’ staal te maken zijn volledig andere installaties nodig met productieprocessen op basis van gas of waterstof in plaats van kolen.
De bedoeling is dat steunverlening, oorspronkelijk vooral bedoeld voor terugdringen van de CO2-uitstoot, gepaard gaat met harde afspraken over verbetering van de regionale gezondheid. Volgens milieu- en gezondheidsinstituut RIVM leven omwonenden van de fabriek gemiddeld 2,5 maand korter door de uitstoot en is er een groter risico op ziekte. De onderhandelingen over de controversiële fabriek bevinden zich volgens betrokkenen in een cruciale fase.
Gezondheidswinst
Het vorige kabinet heeft de tienkoppige Expertgroep ingesteld om te adviseren hoe de beoogde gezondheidswinst te garanderen is. Daarbij is volgens de commissie – met gezondheidsexperts, een jurist, communicatiewetenschapper en toxicoloog – van groot belang dat rondom de fabriek veel beter gemeten wordt welke stoffen in de lucht zitten. Alleen zo is onomstotelijk te bepalen of de staatssteun voor nieuwe installaties helpt de gezondheid te verbeteren, en valt zo nodig bij te sturen.
Zo vindt de commissie het „essentieel” ook ultrafijnstof te meten. De nadelige gezondheidseffecten van ultrafijnstof kunnen groot zijn, maar tot nog toe wordt de uitstoot niet gemeten. Daarnaast zou de uitstoot van ‘zeer zorgwekkende stoffen’ jaarlijks moeten worden vastgesteld. Meting ervan gebeurt nu om de vijf jaar.
De Expertgroep wil ook geluidsoverlast beter meten. Dat kan stress veroorzaken, en daardoor significant bijdragen aan hart- en vaatziekten. Het risico bestaat dat de nieuwe, groene fabrieksinstallaties luidruchtiger zijn dan de huidige fabriek.
Geaccrediteerd lab
De Expertgroep dringt erop aan dat Tata Steel niet zelf verantwoordelijk is voor de metingen, zoals dat nu in Nederland is geregeld. Voorzitter Marcel Levi: „Tata besteedt dit uit aan een geaccrediteerd lab, en dat is allemaal bonafide. Maar wanneer ze meten, waar ze meten en hoe dat wordt gerapporteerd, dat ligt allemaal bij de fabriek.” In potentie kan dat een vertekend beeld geven. Bovendien is het vertrouwen bij omwonenden zo laag dat dit model wat Levi betreft niet goed werkt.
Hij bepleit een grotere rol voor bijvoorbeeld de omgevingsdienst. Daarvan is echter bekend dat die de capaciteit mist om álle uitstoot van een complex als Tata Steel te meten. „Maar doe af en toe eens een steekproef. Een onverwachte meting, op een onverwachte plek. Dat zou meer vertrouwen moeten geven, als dat allemaal netjes overeenkomt met wat de fabriek zelf meet.”
Bij de presentatie van het eerste rapport van de Expertgroep, afgelopen februari, wees Levi op de moeite die het kostte om gegevens bij Tata Steel boven water te krijgen. Het bedrijf deelde lang niet alles wat het meet. Dat is verbeterd, zegt hij nu. „Als ik met [Tata-]directeur Hans van den Berg praat, zegt hij: je mag alles zien. En dat gebeurt nu ook.”
Het leek vooral de personeelslaag onder de top die het in eerste instantie wat moeilijk had met alle openheid, zegt Levi. Maar er zijn nu toch een aantal „diepgaande sessies” geweest. „En vergeet niet: we komen van tientallen jaren geheimzinnig doen.” Niettemin kan de fabriek wat hem betreft veel meer data publiek maken. Ook dat zou volgens Levi vastgelegd kunnen worden in staatssteunafspraken.
Incidenten
Een type uitstoot waar volgens de Expertgroep ook te weinig zicht op is, zijn de zogenoemde ‘incidenten’. Dat zijn afwijkingen van de normale bedrijfsvoering waarbij ongeplande uitstoot vrijkomt. Dit kan variëren van een vat olie dat omvalt tot een grote zwarte wolk die ontsnapt bij de kooksgasfabriek.
Levi: „Je kan het bijna geen incidenten meer noemen: het zijn er drieduizend per jaar. Ze zijn lang niet allemaal belangrijk, maar ze geven veel onrust.” Omwonenden zien af en toe een wolk waarvan ze niet weten wat erin zit. „Daar moet veel meer duidelijkheid over komen.”
In haar eerste rapport uit februari waarschuwde de Expertgroep dat de gezondheidsschade die de Tata-fabriek veroorzaakt vermoedelijk onderschat wordt. Het RIVM deed er al veel onderzoek naar, maar een compleet beeld was er volgens Levi niet. Zijn groep bepleitte een veel grotere rol voor gezondheid bij het maken van afspraken over staatssteun. Ook benadrukte de commissie het risico dat bij de overgang naar een fabriek die minder CO2 uitstoot, de overlast juist toeneemt, als de oude installaties nog doordraaien terwijl de nieuwe gebouwd en getest worden.
De wijze waarop het eerste rapport is ontvangen, heeft de voorzitter in positieve zin verrast. „De staatssecretaris zei meteen: zo gaan we het doen, en de Tweede Kamer heeft ondersteunende moties aangenomen. In heel korte tijd is gezondheid uitgegroeid tot een van de belangrijkste punten bij de vergroening.”
Kan de rust ooit terugkeren in het explosieve dossier Tata Steel? Levi denkt van wel, maar heeft ook nog genoeg zorgen. Zoals het tempo van de vergroening. „Hoe voorkom je verzanden in een eindeloos vergunningstraject? We breken nu voor de tweede keer een lans voor versnelde doorvoering van enkele maatregelen waar al veel mee bereikt kan worden.” Misschien wel de belangrijkste: sluit zo snel mogelijk Kooksgasfabriek 2. „Dat is een van de meest vervuilende onderdelen van de fabriek, die ook nog eens vlakbij Wijk aan Zee staat.”