Pieperaanval verhoogt risico op escalatie tussen Israël en Hezbollah

Het zelfvertrouwen van de Libanese Hezbollah-strijders moet dinsdag een flinke knauw hebben opgelopen, toen bleek dat hun vijand in staat bleek de voor hun onderlinge communicatie vitale piepers te laten exploderen in hun eigen broekzakken. Ook deze aanval was zo goed als zeker afkomstig van Israël, dat er eerder al herhaaldelijk in was geslaagd om Hezbollah-prominenten via complexe drone-aanvallen te doden in Beiroet en elders.

Hoewel Hezbollah meteen heeft aangekondigd Israël „een eerlijke straf” te zullen geven – ondanks het uitblijven van een Israëlische bevestiging dat het achter deze actie zit – kan het nog wel even duren voor het zover is. Door de aanval op de semafoons heerst er nu grote verwarring bij Hezbollah en is de coördinatie voor eventuele tegenacties plotseling een stuk ingewikkelder geworden. In Israëlische media wordt de aanval „vernederend” voor Hezbollah genoemd.

Aanzienlijke risico’s

Tegelijk heeft Israël aanzienlijke risico’s genomen met deze actie. Ondanks de tegenslag van dinsdag blijft Hezbollah, de partij van God, immers een geduchte tegenstander. Hezbollah is veel sterker dan Hamas, dat Israël na bijna een jaar nog altijd niet volledig op de knieën heeft weten te dwingen. En juist na dit echec zal Hezbollah op wraak zijn gebrand, waardoor de kans op escalatie van hun conflict lijkt toe te nemen.

Militaire deskundigen schatten dat Hezbollah kan beschikken over 120.000 tot 200.000 raketten. Slechts een klein deel daarvan is de laatste maanden verbruikt en Hezbollah zou zijn beste wapens, de geleide raketten die moeilijk te onderscheppen zijn, nog achter de hand houden. Het heeft zo’n dertigduizend man onder de wapenen, van wie velen oorlogservaring in de Syrische oorlog opdeden. Ook kan de beweging beschikken over twintigduizend reservisten.

Israëlische analisten vragen zich af wat de Israëlische regering met deze actie precies hoopt te bereiken. Is het een waarschuwing aan het adres van Hezbollah om zich koest te houden na maandenlange periodieke raketbeschietingen op doelen in Noord-Israël? Of is het een doelbewuste provocatie om Hezbollah te verleiden tot een grotere oorlog, waarin Israël dan voor het eerst sinds 2006 weer eens serieus zijn krachten zou meten met deze tegenstander aan zijn noordgrens?

Hezbollah neemt al sinds het uitbreken van de Gaza-oorlog in oktober vorig jaar uit solidariteit met Hamas Israël regelmatig onder vuur en ook Israël bestookt Hezbollah op zijn beurt regelmatig. Daarbij zijn honderden doden gevallen, vooral Hezbollahstrijders. Ook aan de Israëlische zijde van de grens vielen af en toe doden.


Lees ook

Aan beide kanten van de grens zijn de zorgen over de oorlog groot

Farah (11) in het weeshuis van Tebnine.

Beide zijden schrokken tot dusverre echter terug voor een bredere oorlog, die andere landen uit de regio in het conflict kunnen meezuigen. Ook na de Israëlische aanslag op de vooraanstaande Hezbollah-commandant Fuad Shukr vorige maand, sloeg Hezbollah niet heel hard terug. Ook de grote steunpilaar van Hezbollah, Iran, heeft laten blijken liever geen grote regionale oorlog in het Midden-Oosten te riskeren.

Meer actie in het noorden

Juist de laatste weken heeft Israël echter aangegeven dat het de tijd rijp acht voor meer actie aan het noordelijke front. De tienduizenden geëvacueerde Israëliërs die al bijna een jaar hun huis niet meer in kunnen in de grenszone worden steeds ongeduriger en zetten druk op de politieke leiders. Nog op de ochtend voor de pieperaanval verhief het Israëlische kabinet „het veilig terugbrengen van de bewoners van het noorden naar hun woningen” officieel tot een van de oorlogsdoelen van Israël.

Premier Benjamin Netanyahu had eerder via X nadrukkelijk gezegd dat de burgers zonder „een fundamentele verandering in de veiligheidstoestand in het noorden” niet naar huis zouden kunnen. Ook dit werd door sommigen uitgelegd als een voorteken van nieuwe Israëlische acties tegen Hezbollah.

De Israëlische minister van Defensie, Yoav Gallant, had eerder al aangegeven dat Israël zijn vizier nu meer richt op het noorden dan op de Gazastrook, waar Hamas weliswaar nog niet helemaal verslagen is maar waar Israël de toestand militair gezien wel grotendeels onder controle heeft.

Of de pieperaanval inderdaad de opmaat is voor een groter Israëlisch militair offensief moet nog blijken. Al in juni meldden Israëlische media dat het Israëlische leger plannen voor een militaire campagne tegen Hezbollah had goedgekeurd. Zo’n operatie is tot dusverre uitgebleven, mogelijk ook omdat Israëlische leiders en generaals vrezen dat bij een grotere oorlog met Hezbollah ook aanzienlijk meer Israëlische doden zullen vallen dan de relatief lage aantallen gesneuvelde militairen in de Gazastrook.

Rol van VS

De Verenigde Staten proberen al maanden om Israël en Hezbollah tot kalmte te manen. President Joe Biden zit anderhalve maand voor de Amerikaanse verkiezingen niet te wachten op een forse escalatie in het toch al zo onrustige Midden-Oosten, waarin ook Washington tegen zijn zin zou kunnen worden meegezogen. Steeds weer stuurde Biden zijn speciale gezant Amos Hochstein naar Israël en Libanon om hun conflict binnen de perken te houden.

Zoals steeds onderstreepte Matthew Miller, woordvoerder van het ministerie van Buitenlandse Zaken in Washington, ook dinsdagavond dat de VS blijven streven naar een diplomatieke oplossing. Maar hij erkende ook dat de VS Israël en Hezbollah niet aan een touwtje hebben. Het was volgens hem „niet alleen een kwestie voor de Verenigde Staten”.

Hoe weinig Israël zich nog gelegen laat liggen aan Amerikaanse druk bleek ook uit het feit dat Hochstein maandag nog een ontmoeting met Netanyahu had maar de premier vertelde hem daarbij niets over de op handen zijnde pieperoperatie in Libanon. „De VS waren zich niet vooraf van dit incident bewust”, aldus Miller een etmaal later.


Lees ook

Israël en Hezbollah bestoken elkaar, maar houden zich in om een oorlog te voorkomen

In Khiam in Zuid-Libanon werd maandag een huis getroffen door Israëlisch vuur.