Meesterlijk netwerker met indrukwekkend adresboekje, die niet van het grote podium hield

Hij bewoog zich uitermate makkelijk in kringen met aanzien, kringen met macht, kringen met ideeën. Zo stond de afgelopen vrijdag op 85-jarige leeftijd overleden Victor Halberstadt bekend. Meester-netwerker.

Niet dat hij daar zelf veel over sprak. Interviews gaf hij namelijk nauwelijks. Het bezorgde hem een mysterieus, sfinxachtig imago. De econoom Halberstadt opereerde het liefst op de achtergrond. Daar kon hij nuttiger zijn. Behalve dan in het najaar van 1981, toen hij samen met collega-hoogleraar Cees de Galan werd aangezocht informateur te worden om de breuk in het nog niet eens echt begonnen kabinet-Van Agt/Den Uyl te lijmen.

Het informateursduo slaagde erin het moeizaam geformeerde kabinet volgens het principe ‘vreemde ogen dwingen’ weer op de rails te krijgen. Maar dat was niet voor lang. Negen maanden later was het alsnog gedaan met de coalitie van CDA, PvdA en D66. Het betekende de opmaat voor de bezuinigingskabinetten onder leiding van de nieuwe CDA-leider Ruud Lubbers.

Halberstadt, hoogleraar publieke financiën aan de Leidse Universiteit, volgde in zijn rol als kroonlid van de Sociaal-Economische Raad (SER) de verrichtingen vanaf de zijlijn. Intussen had hij wel zijn rechtstreekse contacten met Lubbers.

Emigrant

Erbij zijn, erbij blijven – dat was de modus operandi van de man die als Joods jongetje ondergedoken zat in Limburg. De bevrijding door de Amerikanen verklaart zijn uitgesproken liefde voor dat land. Als jonge emigrant vertrok Victor Halberstadt in de jaren vijftig naar New York om bij een handelshuis aan de slag te gaan. Daar leerde hij ook de financiële wereld kennen. Toen hij na enkele maanden werd opgeroepen voor de militaire dienst in zijn nieuwe land, en te verstaan kreeg dat van enig uitstel geen sprake kon zijn, besloot hij naar Nederland terug te keren. Halberstadt koos voor een studie economie en kreeg een baan bij de Universiteit van Amsterdam aan het Instituut voor Verkeers- en Vervoerseconomie. Later werd hij medewerker van hoogleraar openbare financiën Cornelis Goedhart. Vanaf 1972 was hij zelf hoogleraar in dezelfde discipline.

In de jaren zeventig was Halberstadt een vertrouweling van Joop den Uyl en een regelmatige gast bij de informele discussiebijeenkomsten die de toenmalig PvdA-leider bij zichzelf thuis in Buitenveldert organiseerde. Hij behoorde tot het gezelschap PvdA-economen met onder anderen Arnold Heertje, Dik Wolfson en Jan Pen die toen een rol speelden in het publieke debat met hun kritische observaties over de uitdijende overheidsfinanciën.

Halberstadt voelde zich het best thuis in het circuit van commissariaten en adviseurschappen

Indrukwekkend adresboekje

Van grote economische vergezichten is het bij Halberstadt nooit gekomen. „Je moet hem niet langs de lat van grote economen leggen. Indringende eigen gedachtes zijn niet zijn kracht, maar dat hoeft ook niet”, zei zijn vakgenoot Wolfson in 1999 in een portret van hem in NRC Handelsblad.

Eigenlijk voelde hij zich het best thuis in het circuit van commissariaten en adviseurschappen. Wat dat betreft kon Halberstadt een indrukwekkend cv laten zien. Hij was onder meer betrokken bij zakenbank Goldman Sachs, autoproducent DaimlerChrysler, KPN en ING, adviseur bij universiteiten in Singapore en Istanbul en had de namen van vele groten der aarde in zijn adresboekje staan: Henry Kissinger, George Soros, Helmut Schmidt. Maar ook die van prins Bernhard, Maup Caransa en de journalisten Joop van Tijn en Harry van Wijnen. Ook in de (Amsterdamse) culturele sector liet Halberstadt zich eind vorige eeuw gelden met bestuursfuncties bij onder andere het Concertgebouw en de Nationale Opera.

Mensen bij elkaar brengen deed hij vanaf 1980 decennialang als honorair secretaris-generaal van de prestigieuze Bilderbergconferenties, waar bedrijfsleven, politiek en wetenschap elkaar sinds de jaren vijftig ontmoeten achter gesloten deuren in een omgeving waar men vrijuit kan praten. Vandaar ook Halberstadts jaarlijkse aanwezigheid bij het World Economic Forum in Davos. Niet verwonderlijk dat Victor Halberstadt met deze staat van dienst uitgenodigd werd bij te dragen aan de inburgeringscursus van prinses Máxima. Ook met het Koninklijk Huis waren de banden opperbest.

Victor Halberstadt. Hij zat overal, en overal op zijn eigen manier. Zoals hij in 1999 in NRC Handelsblad zei: „Ik heb niet zo veel bij te dragen aan het publieke debat, geloof meer in gesprekken in besloten kring. Ik denk dat dat effectiever is.”