‘Kabinet moet nu werk maken van opslag kernafval, niet in 2100’

Het kabinet moet nu werk maken van de ondergrondse opslag van radioactief afval. Dat schrijft staatssecretaris Chris Jansen (PVV) van Infrastructuur en Waterstaat woensdag in een Kamerbrief, naar aanleiding van een nieuw Rathenau-onderzoek dat op dezelfde dag verscheen. Het is „onverstandig en onwenselijk” om tot 2100 te wachten met nieuwe beslissingen, aldus het instituut.

Radioactief afval kan honderdduizenden jaren gevaarlijk blijven, en moet in die periode veilig opgeborgen zijn. Het bestaande overheidsbeleid is om kernafval bovengronds op te slaan in het Zeeuwse Borssele, zowel voor afval uit de kerncentrale als voor ‘licht’ radioactief afval uit ziekenhuizen of laboratoria.

Bovengrondse opslag was altijd bedoeld als tijdelijke oplossing: vanaf 2100 wilde de regering aan een oplossing werken om vanaf 2130 een definitieve ondergrondse opbergplaats te gebruiken. De gedachte was dat in de tussentijd nieuwe kennis ontwikkeld zou worden voor goede opslag. Ook in het Hoofdlijnenakkoord leken de regerende partijen nog geen aanstalten te maken om anders met kernafval om te gaan, terwijl wel het doel werd opgenomen om vier nieuwe kerncentrales te bouwen.

Maatschappelijke weerstand

Helemaal met al die extra centrales in het vooruitzicht – en extra kernafval – is het onverstandig om te wachten, vinden Jansen en de Rathenau-onderzoekers. In Borssele zal het gaan „knellen”, schrijft Jansen. In plaats van een einddoel in 2130 te stellen en zo „terug te redeneren”, adviseren de onderzoekers een „stapsgewijze benadering” bestaande uit vijf fases. „Dit creëert de urgentie die nu ontbreekt.”

Concreet zou dit betekenen dit dat het kabinet vanaf 2026 begint met onderzoek naar een nieuwe opslag. Deze ‘initiatiefase’ zou vijf tot tien jaar moeten duren, waarin wetgeving wordt aangepast en opslagmethodes worden onderzocht. De maatschappij zou daarbij betrokken moeten worden.

Zelfs als de overheid nu begint met onderzoek zal een opslagplaats voor gevaarlijk afval al moeilijk genoeg zijn, voorspellen de onderzoekers. Het vinden van een oplossing kost vaak decennia vanwege technische problemen en maatschappelijke weerstand. Maar als de overheid de beslissing voor zich uitschuift, kunnen mogelijke locaties verdwijnen en schuiven de lasten door naar volgende generaties.