Kinderen tot zes jaar zitten bijna twee keer zo lang achter schermen als tien jaar geleden en daar maakt vrijwel de hele samenleving zich zorgen over. Boze ouders, paniekerige leraren en zelfverklaarde opvoedgoeroes vullen kranten en talkshows met hun zorgen over ‘schermzombies’ en ‘digitale verslaving’.
En de oplossing die door iedereen wordt aangedragen? Heel simpel. Minimaliseer de schermtijd voor kinderen. Het laat zien dat volwassenen, terwijl ze zich zorgen maken over de verslaving van hun kinderen, vooral zélf vastgekleefd zitten. Aan schadelijke ideeën, bedoel ik. Want inperking van de schermtijd mag dan bedoeld zijn om kinderen te beschermen, in werkelijkheid levert het juist een enorm gevaar op.
Of de oude garde het nu wil of niet: we gaan een tijdperk in waarin de digitale wereld niet louter een verlengstuk is van onze fysieke realiteit, maar het kloppende hart van de samenleving. De werkplek van morgen is geen stoffig kantoor, maar een digitale omgeving. En AI, VR en AR zullen, in plaats van buzzwords, de bouwstenen van de samenleving zijn. Waarom zouden we onze kinderen dan weren van het enige wat hen hier écht op voorbereidt, namelijk schermtijd? Dat is alsof je iemand wilt voorbereiden op de marathon, en diegene vervolgens verbiedt te rennen.
De grootste fout is om schermtijd als iets slechts of gevaarlijks te zien, terwijl schermtijd in werkelijkheid leertijd is. Schermen bieden toegang tot een hoeveelheid kennis en ervaringen die de analoge wereld niet kan evenaren. Via een scherm leren kinderen programmeren, ontwikkelen ze probleemoplossende vaardigheden, en worden ze experts in multitasking in een wereld die sneller gaat dan ooit.
De wereld van morgen draait om digitale geletterdheid, en het scherm is de Universiteit van de Toekomst, waar kinderen deze vaardigheden zullen leren. Het laatste wat we dan moeten doen, is onze kinderen hiervan weren. Want wanneer we dat doen, ontzeggen we kinderen in feite de vaardigheden en kennis die de wereld van hen vraagt.
Leidende omgangsvorm
Daarnaast is er de zorg dat te veel schermtijd voor een sociaal isolement zal zorgen. In werkelijkheid wordt heeft schermtijd juist een tegenovergesteld effect. Schermen zijn dé plekken waar kinderen spelen met leeftijdsgenoten van over de hele wereld en leren samenwerken in virtuele teams. Dat soort ervaringen zijn niet te versmaden, nu digitaal contact de norm is en fysieke ontmoetingen steeds zeldzamer worden. Dit is misschien niet de omgangsvorm die wij volwassenen prefereren, maar wél de omgangsvorm die in de toekomst leidend zal zijn.
Natuurlijk, schermtijd kent zijn gevaren. Maar laten we eerlijk zijn, wat is gevaarlijker: een kind dat leert navigeren door een digitale wereld vol mogelijkheden, of een kind dat opgroeit in een wereld die het niet begrijpt?
Kortom: we moeten op een andere manier tegen schermtijd gaan aankijken. Bezig zijn op een apparaat met een scherm is geen passief tijdverdrijf voor kinderen die zich vervelen, maar een actieve zoektocht naar kennis, vaardigheden en ervaringen die zorgt dat ze opgewassen zijn tegen de wereld waarin zij als volwassene zullen leven. We moeten onze kinderen daarom niet minder, maar méér schermtijd geven. Doen we dat niet, dan beschadigen we ze meer dan dat we ze beschermen. Op die manier bereiden we onze kinderen namelijk niet voor op de toekomst, maar enkel op het verleden waarin wij zelf zijn opgegroeid.