De schuld aan de Russische oud-sponsor is betaald, Formule 1-team Haas mag Zandvoort eindelijk verlaten

Een dag nadat Lando Norris begeleid door spectaculair vuurwerk als eerste over de finish reed bij de Grand Prix van Nederland, waren de Formule 1-teams alweer vertrokken, op weg naar Italië voor de volgende race. Álle F1-teams? Nee. De auto’s van één klein, Brits-Amerikaans team waren achtergebleven in de pits op het circuit van Zandvoort.

Reden: gedoe over geld tussen Haas, het team in kwestie, en de Russische kunstmestreus Uralkali. Dat bedrijf had een bedrag van 9 miljoen dollar tegoed van Haas. Aan de vooravond van de race in Zandvoort was het geld nog niet overgemaakt, dus lieten de Russen via de rechtbank beslag leggen op de complete race-inboedel van Haas – van de twee raceauto’s tot het luxe, rondreizende vip-onderkomen in de paddock. En toen er ook zondag nog geen cent op de rekening van Uralkali was verschenen, moest de hele boel op het circuit blijven staan.

Slechtste F1-coureur

De kwestie begon bij een Russische vader en zoon: Nikita Mazepin (25), misschien wel de slechtste F1-coureur van de afgelopen tien jaar, en de 31 jaar oudere, steenrijke oligarch Dmitri, die als eigenaar van chemieconglomeraat Uralchem zo nu en dan in het Kremlin mocht aanschuiven bij president Vladimir Poetin. Zijn zoon had in de Formule 2 geen al te verpletterende indruk gemaakt. Maar gelukkig voor hem had Uralkali, een dochteronderneming van Uralchem, geld over om voor 2021 bij het noodlijdende Haas een stoeltje te kopen.

Het werd geen succes. Mazepin eindigde met nul punten stijf onderaan in het kampioenschap. Omdat hij in de (ook wel erg lastig bestuurbare) Haas constant van de baan vloog, verwierf hij al snel de bijnaam ‘Mazespin’. Een aflevering over Mazepin van de F1-Netflixserie Drive to Survive – nooit de meest realistische afspiegeling van de sport – zorgde voor hilariteit. De deelname van de Rus aan zijn thuisrace in Sotsji werd neergezet als een heroïsch optreden vol briljante tactische keuzes – terwijl hij in werkelijkheid laatste werd, op twee ronden achterstand.

Reden om Mazepin wegens tegenvallende prestaties aan de kant te zetten was dat alles niet. Haas had het sponsorgeld te hard nodig. Dat veranderde heel snel toen Rusland op 24 februari 2022 Oekraïne binnenviel. Mazepin werd onmiddellijk op de stoep gezet. De volgende ochtend stonden in Barcelona, waar de F1-teams aan het testen waren, monteurs de Uralkali-logo’s van de Haas-trucks af te pellen. De auto’s, voorheen uitgedost in het Russische wit-blauw-rood, kregen snel een egaal witte kleurstelling.

Uralkali en de Mazepins lieten het er niet bij zitten. Het conflict belandde afgelopen juni bij een Zwitsers arbitragetribunaal. Oordeel: Haas had het contract met Uralkali inderdaad mogen verscheuren, maar moest wel een fors deel van het sponsorgeld terugbetalen. Dat gebeurde niet, zodat Uralkali onlangs een woedend persbericht deed uitgaan („Laat alle huidige en potentiële Haas–sponsors zich realiseren hoe ze behandeld zullen worden”).

Deurwaarders op het circuit

Én zodat donderdag dus plotseling de politie en deurwaarders in de Haas-pits stonden. Dat Uralkali uitgerekend Zandvoort uitkoos voor de beslaglegging, had vooral een praktische reden. „Het is relatief makkelijk om beslag te leggen in Nederland”, zegt Jurjen de Korte, die in het geschil optrad als advocaat van Uralkali. Na de beslaglegging liet Haas al snel weten het arbitragevonnis te erkennen, en te zullen betalen.

Waarom liet alles dan toch zo lang op zich wachten? Met de sancties tegen Rusland had het volgens De Korte niets te maken. Op Dmitri Mazepin rusten nog steeds sancties, maar Uralkali is als producent van kunstmest uitgesloten van maatregelen, zowel in de Verenigde Staten als in de EU. Ook de EU-sancties tegen Nikita Mazepin werden in maart opgeheven. Het waren vooral praktische hindernissen, denkt de advocaat. Zoals de uitsluiting van Rusland uit het Swift-systeem voor transacties tussen banken. „Ik heb veel cliënten die met Rusland te maken hebben, en dan denk je: die betaling gaat gewoon lukken. Maar dan zegt de bank: nee, dat doen we niet.”

Voor Haas tekende zich een vervelend scenario af. Als het niet op tijd in Italië zou zijn voor de volgende race, liep het kans gestraft te worden. Formule 1-teams zijn contractueel verplicht aan alle races mee te doen.

Maar uiteindelijk kon het konvooi Haas-trucks maandag toch beginnen aan de 1.124 kilometer lange reis naar Monza. Uralkali liet ‘s middags weten dat het geld binnen was. Zelfs „de verschuldigde racewagen” was aangekomen. Het ging om Mazepins Haas-auto uit 2021, verduidelijkt advocaat De Korte. „Die wil ‘ie waarschijnlijk in zijn studeerkamer zetten.”